Voer de volgende procedure uit om de instelling voor de
vergrendelingsmodus te wijzigen:
1. Controleer of er papier is geplaatst en de printer is
uitgeschakeld.
Let op:
c
Wanneer u de printer uitschakelt, moet u ten minste vijf
seconden wachten voordat u deze weer inschakelt. Anders
ontstaat er wellicht schade aan de printer.
2. Schakel de printer in terwijl u de knoppen LF/FF en Pause
ingedrukt houdt.
U hoort een pieptoon en de vergrendelingsmodus wordt
ingeschakeld en een bericht wordt afgedrukt met de vraag of
u alle huidige instellingen wilt afdrukken.
3. Als u de huidige instellingen wilt afdrukken, drukt u op de
knop Set. Als u de huidige instellingen niet wilt afdrukken,
drukt u op de knop ItemD of ItemU.
Het eerste menu en de huidige waarde van het menu worden
afgedrukt.
4. Druk op de knop ItemD of ItemU om de menuparameters die
u wilt wijzigen, te selecteren. Druk op de knop Set om door
de waarden in de geselecteerde parameter te bladeren totdat
u de gewenste instelling hebt gevonden. Als u de
geselecteerde parameter hebt ingesteld op de gewenste
instelling, kunt u andere parameters wijzigen door op de
knop ItemD of ItemU te drukken.
Bedieningspaneel
4
4
4
4
4
4
4
4
4
4
4
4
139