Verklarende woordenlijst
18
Verklarende woordenlijst
Celconstante
De celconstante van een conductieve
geleidbaarheidssensor wordt door de geo‐
metrie (oppervlak van elektrode en de
afstand) van de sensor bepaald.
Productiegerelateerd kan de celconstante
maximaal 10 % van de op de sensor
genoemde nominale waarde afwijken.
Ook kan de geometrie door slijtage of
grote reinigingspogingen wijzigen.
Het kalibreren van de celconstante com‐
penseert de effecten doorgaans. Afzet‐
tingen op de elektroden bijv. door vuil of
kalk kunnen de celconstante ook wijzigen.
De wijziging van de celconstante gebeurt
doorgaans sluipend over een langere
periode. Bij een wijziging is een perio‐
dieke controle, resp. reiniging van de
sensor absoluut noodzakelijk.
Temperatuurcoëfficiënt
Wordt een waterige oplossing opge‐
warmd, stijgt de elektrolytische geleid‐
baarheid, hoewel bijv. de zoutconcentratie
niet is gewijzigd.
De temperatuurcoëfficiënt compenseert
de temperatuurinvloed op de geleidbaar‐
heid rekenkundig, zodat bij verandering
de temperatuur van de oplossing altijd
dezelfde waarde op de display verschijnt
(let op: er is een temperatuurmeting
nodig).
De temperatuurmeting van een geleid‐
baarheidssensor is traag, zodat enkele
minuten wachttijd nodig is, tot de vloeistof‐
temperatuur stabiel wordt weergegeven.
Wacht tot de waarde stabiel is , resp. zich
geleidelijk begint te wijzigen. Bij snelle
temperatuurwijzigingen raden we een
externe temperatuursensor met een snelle
aanspreeksnelheid aan.
114
De geleidbaarheidsmeting heeft betrek‐
king op een referentietemperatuur, die
doorgaans 25 °C is. De geleidbaarheids‐
meting kan echter ook worden aangepast
aan afwijkende referentietemperaturen.
Door de automatische temperatuurcom‐
pensatie is het vergelijken van de elektro‐
lytische geleidbaarheid ook bij tempera‐
tuurveranderingen mogelijk. De
temperatuurcoëfficiënt α wordt in %/°C
resp. %/K opgegeven. Bij drinkwater ligt
de temperatuurcoëfficiënt bij ca. 2%/°C
temperatuurwijziging.