Inhoudsopgave
Advertenties
Scannen over het netwerk (enkel CLX-2160N)
Als uw apparaat aangesloten is op een netwerk en de netwerkparameters
zijn juist ingesteld, kunt u afbeeldingen scannen en over het netwerk
versturen.
Voorbereiden om te scannen over het netwerk
Vooraleer u de netwerkscanfuncties van uw apparaat kunt gebruiken om
naar een netwerkclient te scannen, moet u het apparaat aan het programma
Netwerkscan toevoegen.
Het apparaat aan het programma Netwerkscan toevoegen
Installeer eerst het programma Netwerkscan. Raadpleeg de sectie
Software.
Om afbeeldingen vanaf het apparaat naar uw computer via het netwerk
te scannen, moet u het apparaat eerst registeren als een toegelaten
netwerkscanner in het programma Netwerkscan.
1
In Windows selecteert u Start
Network Printer Utilities
Het venster Samsung Netwerkscanbeheer wordt geopend.
2
Klik op de knop Apparaat toevoegen of dubbelklik op het pictogram
Apparaat toevoegen.
3
Klik op Volgende.
4
Selecteer Blader naar een scanner. (aanbevolen), of Maak een
verbinding met deze scanner en voer het IP-adres van uw
apparaat in.
5
Klik op Volgende.
Er verschijnt een lijst met de bestaande scanners op het netwerk.
6
Selecteer uw apparaat uit de lijst en voer een naam, gebruikers-id
en PIN (Personal Identiciation Number) in voor het apparaat.
Opmerking
• Als naam van de scanner verschijnt automatisch de
benaming van het model, maar dit kan worden gewijzigd.
• U kunt een id invoeren van maximaal 8 tekens.
Het eerste teken moet een letter zijn.
• De PIN moet uit 4 cijfers bestaan.
7
Klik op Volgende.
8
Klik op Voltooien.
Uw apparaat is aan het programma Netwerkscan toegevoegd
en u kunt nu afbeeldingen via het netwerk scannen.
Opmerking
In het venster Samsung Netwerkscanbeheer kunt u de
scaneigenschappen van uw apparaat en de scaninstellingen
wijzigen. Klik op Eigenschappen en stel de opties in op
ieder tabblad.
Programma's
Samsung
Netwerkscan
Netwerkscan.
Scannen naar een netwerkclient
Met Netwerkscan kunt u op afstand een origineel in de bestandsindelingen
JPEG, TIFF of PDF van het op het netwerk aangesloten apparaat naar
uw computer scannen.
Scannen
1
Zorg ervoor dat uw apparaat en de computer op een netwerk zijn
aangesloten en dat Netwerkscan op de computer draait.
2
Plaats een enkel origineel met de bedrukte zijde naar beneden
op de glasplaat.
Zie pagina 5.1 voor meer informatie over het laden van originelen.
3
Druk op Scan to.
4
Druk op de pijltoetsen tot Netwerkscan op de onderste regel
van het display verschijnt en druk vervolgens op OK.
5
Druk op de pijltoetsen tot de ID die u hebt ingesteld in het venster
Samsung Netwerkscanbeheer verschijnt en druk vervolgens op OK.
6
Voer de PIN in die u hebt ingesteld in het venster Samsung
Netwerkscanbeheer en druk op OK.
7
Als u de gescande bestanden naar een map op uw computer wilt
verzenden, drukt u op de pijltoetsen tot Mijn documenten op de
onderste regel van het display verschijnt en druk vervolgens op OK.
Opmerking
Als u de gescande bestanden naar een toepassing op uw
computer wilt verzenden, drukt u op de pijltoetsen tot de
gewenste toepassing verschijnt en drukt u op Color Start
of op Black Start. Het toestel begint te scannen.
8
Druk op de pijltoetsen tot de gewenste scaninstelling verschijnt en
druk vervolgens op OK. U kunt ook op Color Start of Black Start
drukken om onmiddellijk te scannen met de standaardinstellingen.
• Resolutie: Bepaalt de resolutie van de afbeelding.
• Scankleur: Bepaalt de kleurmodus.
• Scanindeling: Bepaalt de bestandsindeling waarin de afbeelding
moet worden opgeslagen. Wanneer u TIFF of PDF selecteert,
hebt u de mogelijkheid om meerdere pagina's te scannen.
9
Druk op de pijltoetsen tot de gewenste status verschijnt en druk
vervolgens op OK.
10 Druk op Color Start of op Black Start om het scanproces te starten.
Uw apparaat begint het origineel te scannen naar de computer waarop
het programma actief is.
8.2
<Scannen>
Advertenties
Hoofdstukken
Inhoudsopgave
Probleemoplossen
