●
Wanneer de burstsnelheid staat ingesteld op [H] kan er bij het maken van een groot aantal
burstfoto's de burstsnelheid tijdens het opnemen van de beelden wel eens minder worden.
●
Wanneer de burstsnelheid is ingesteld op [SH] of [H] (de scherpstelmodus is ingesteld op [AFS] of
[MF]), zijn de belichting en witbalans vastgezet op die van de eerste foto.
Wanneer de burstsnelheid is ingesteld op [H] (de scherpstelmodus is ingesteld op [AFF] of [AFC]),
[M] of [L], worden de belichting en witbalans apart aangepast voor elke foto.
●
De burstsnelheid kan afnemen als de sluitertijd (beelden/sec.) langer wordt in een donkere
omgeving.
●
Bij herhaalde opnamen kan dit tussen de opnamen door even duren, afhankelijk van de
gebruiksomstandigheden.
●
De opslag van foto's die zijn gemaakt met de Burst-functie kan enige tijd vergen. Als u
doorgaat met opnemen tijdens het opslaan, kan het aantal burstbeelden dat kan worden
vastgelegd bij een burstopname worden beperkt. Een kaart met een hoge snelheid wordt
aanbevolen wanneer u opneemt met de burstfunctie.
Niet beschikbaar in de volgende gevallen:
●
De burstmodus wordt in de volgende gevallen uitgeschakeld:
• Wanneer het foto-effect (Filter) is ingesteld ([Ruw zwart-wit], [Zacht zwart-wit],
[Miniatuureffect], [Zachte focus], [Sterfilter], [Zonneschijn])
• Wanneer de bracket voor witbalans wordt ingesteld
• Wanneer [Intervalopname] wordt gebruikt
• Wanneer [Stop-motionanimatie] gebruikt wordt (alleen beschikbaar bij de instelling
[Automatische opname])
• Tijdens het opnemen van films
• Als [4K-FOTO] op [ON] staat
• Tijdens opnemen met de flitser
• Tijdens de T (tijd) opname
• Tijdens opnemen met [iHandh. nachtop.]
• Als [HDR] op [ON] staat
• Wanneer [Multi-belicht.] is ingesteld
• Wanneer [Gelijktijdig zond. filter] is ingesteld op [ON]
●
[SH] in de burstmodus kan in de volgende gevallen niet worden gebruikt:
• Wanneer [Kwaliteit] is ingesteld op [
• Wanneer [Stop-motionanimatie] wordt gebruikt
144
Instellingen voor de sluiter en de aandrijving
], [
] of [
]
Burst-functie