5.5 De kabels aanbrengen
5.5.1 Kabels met naspanbare rugleuning
B
1. Plaats de kabels A en B zoals aangegeven in
bovenstaande afbeelding.
Risico op beschadiging van de kabels
– Het is belangrijk dat de kabel voor de
ondersteunende rem A aan de binnenkant
van de rugbuizen wordt geplaatst.
2. Plaats de kabel voor de rugleuning B aan de buitenkant
van de rugbuizen.
3. Plaats beide kabels aan de binnenkant van de bevestiging
van de rugleuning C.
4. Bevestig de kabels aan de rugbuizen E met de banden
D.
Vouw de overtollige kabels onder de zitting om
ze uit het zicht te verwijderen.
LET OP!
Risico op verminderd remeffect
– De kabels mogen niet worden gekruist op de
rugleuning.
1488756-S
A
C
E
C
D
5.5.2 Kabels met rugplaat
B
A
1. Voer de kabels langs de buitenzijde van de rugbuizen B.
2. Zorg dat ze op hun plaats blijven door ze in de
houders/klemmen A te plaatsen.
Vouw de overtollige kabels onder de zitting om
ze uit het zicht te verwijderen.
5.6 De rugleuning inklappen
WAARSCHUWING!
Veiligheidsrisico
De rolstoel kan in elkaar klappen
– De rugleuning mag niet worden belast als de
vergrendelingspen is verwijderd.
De therapeut of assistent kan met behulp van het
bevestigingsstuk A voor de veerstang de vergrendelingspen
B van de veerstang voor de rugleuning C ontgrendelen
bij het inklappen om zo te voorkomen dat de veer en de
rugleuning op de grond vallen.
WAARSCHUWING!
Veiligheidsrisico
De rolstoel kan in elkaar klappen
– Denk eraan om de vergrendelingspen altijd
terug te plaatsen en vast te zetten nadat u de
vergrendelingspen hebt verwijderd.
– Controleer of de keten/lus altijd goed vastzit.
Zie hoofdstuk: Zie ´De rugleuning inklappen´ voor instructies
over het bevestigen van de vergrendelingspen B.
Montage
A
B
C
39