Rea® Azalea®
3.8 Duwhandgrepen/duwstang
De volgende instructies en waarschuwingen zijn van
toepassing op alle duwhandgrepen en de duwstang:
3.8.1 Hoogteaanpassing
duwhandgrepen/duwstang
De hoogte van de gemonteerde handgrepen
aanpassen
1. Draai de handwielen B los.
2. De hoogte van de vastgezette duwhandgrepen/de
duwrem A kan eenvoudig worden aangepast door de
handgrepen omhoog te trekken of naar beneden te
duwen.
3. Pas ze aan tot de gewenste hoogte.
4. Draai de handwielen weer aan.
A
Controleer of het handwiel voor de duwhandgreep
A op de gaten in de buizen past. Als meer dan 2,5
mm van de schroef van het handwiel B zichtbaar is,
2,5 mm van de vijs van het handwiel zichtbaar is, is
de positie ervan verkeerd. Breng de duwhandgreep
omlaag of omhoog om het handwiel in de juiste
positie te zetten.
De duwrem/vastgezette duwhandgrepen A
mag/mogen niet hoger staan dan 19 cm boven de
bovenrand van de bevestiging.
16
A
B
B
A
LET OP!
Knellingsgevaar vingers
– Zorg dat uw vingers niet gekneld raken
tussen de vastgezette duwhandgrepen en de
neksteunbevestiging (als u een naspanbare
rugleuning hebt).
Duwstang Azalea Max
B
A
1. Draai de handwielen los. A.
2. De hoogte van de vastgezette duwhandgrepen/duwstang
B kan eenvoudig worden aangepast door de handgrepen
omhoog te trekken of naar beneden te duwen.
3. Pas ze aan tot de gewenste hoogte.
4. Draai de handwielen weer aan.
De hoogte van de duwstang aanpassen
A
1. Draai de handwielen A los.
2. Zet de handvatten op de gewenste hoogte. U kunt
kiezen uit twee vaste standen.
3. Draai de handwielen weer aan.
WAARSCHUWING!
Kans op lichamelijk letsel
De duwstang kan uit de bevestigingen losraken
– Zorg dat de markering B op de drukstangbuis is
uitgelijnd met het uiteinde van de rugsteunbuis.
– Controleer of de handwielen goed kunnen
worden aangedraaid: de schroef van het
handwiel moet nauwelijks zichtbaar zijn. Als de
duwstang in de verkeerde stand staat, kunt u
het handwiel niet goed aandraaien.
B
1488756-S