Inhoudsopgave
Advertenties
4. Als het gereconstrueerde oppervlak goed verlicht is, klikt u op de knop [Opname]
om de opname te stoppen. Opnames met gegevens die gelijkmatig uit de gehele
kamer zijn verkregen, zullen volledigere kaarten produceren. Het gereconstrueerde
oppervlakanatomie hoeft niet in zijn geheel te worden verlicht.
5. Lokaliseer de opname in het navigatievenster. Dubbelklik op de opname om deze in het
venster Golfvorm te openen.
OPMERKING: Door met de rechtermuisknop op de opname te klikken wordt een pop-
up-venster geopend waarin wordt weergegeven dat de opname als SuperMap-opname is
aangewezen. Om de opname met behulp van het standaard algoritme voor contactloze
ladingsdichtheid te analyseren, klikt u met de linkermuisknop op SuperMap-opname.
Elke opname in contactloze modus kan worden geanalyseerd als SuperMap of standaard
contactloos.
14.2. — Golfvormanalyse
Met een golfvormanalyse worden de initieel verworven gegevens met gebruik van
standaardinstellingen verwerkt. De gegevens worden verwerkt om unieke slaggroepen
en hun cycluslengten te bepalen met behulp van alle beschikbare unipolaire instellingen.
Slaggroepen worden door unipolaire signaalmorfologie en timingpatronen gedifferentieerd.
De cycluslengtewaarden zijn op de beschrijvende statistieken (gemiddelde, mediaan,
standaardafwijking) van de verdeling van cycluslengten in de gegevensopname gebaseerd.
De berekende slaggroepen worden in het venster Slaggroep weergegeven. Elke slaggroep is
kleurgecodeerd op cycluslengte en percentage totaal weergegeven slagen voor elke slaggroep.
Slaggroepen worden in de volgorde grootste naar kleinste slagpercentage weergegeven.
14.2.1. — Een Slaggroep bekijken
Selecteer een slaggroep. De oppervlakverlichting zal in het venster 3D-weergave met de
verdeling van gegevens voor de geselecteerde slaggroep overeenkomen. Het aantal EGM's in de
verdeling wordt in de bovenhoek van het 3D-weergavevenster aan de rechterzijde weergegeven.
In het 2D-traceervenster worden de primaire referentie (unipolair) en beschikbare bipolaire
elektrogrammen van de referentiekatheter weergegeven. Bipolaire elektrogrammen worden
automatisch gevormd op basis van de beschikbare verbindingen van de referentiekatheter. Slagen
die in de geselecteerde slaggroep zijn opgenomen, zijn in de slaggroep op kleur gecoördineerd.
De elektrodetracering van de primaire referentie wordt bovenaan de lijst in blauw weergegeven.
Elke gele stip vormt een annotatie van de Lokale activatietijd (LAT) van zowel de unipolaire
referentie als de bipolaire elektrodeparen. Daarnaast wordt de cycluslengte van naastgelegen
activaties weergegeven. Klik op de knop [Notaties weergeven] rechts om de cycluslengte en LAT-
annotaties te verbergen. De te weergeven signalen kunnen worden ge(de)selecteerd met behulp
van het bedieningspaneel voor 2D-tracering.
14.2.2. — SuperMap-parameters aanpassen
OPMERKING: Alvorens een SuperMap te produceren, kan de gebruiker de
standaardinstellingen of berekende waarden bijwerken.
Gebruiksaanwijzing AcQMap-beeldvormings- en mappingsysteem met hoge resolutie
91
Advertenties
Inhoudsopgave
