7. Indien nodig moet u de riem(en) vervangen. Monteer de
poelies zoals wordt getoond in Figuur 69.
8. Plaats de ophangplaat van de motor op het maaidek en
leg de riem rond de aandrijfpoelie Fig. 68). Zorg ervoor
dat u de buigzame hydraulische leidingen niet verbuigt,
verdraait, knikt of beschadigt.
9. Bevestig de ophangplaat losjes aan het maaidek met de
(4) flenskop-tapbouten en ringen die u eerder heeft
verwijderd.
10. Controleer de hoogte van de aandrijfpoelie (Fig. 68) als
volgt:
• Schuif de hoogtemaat (Fig. 68) onder de aandrijfpoelie
(niet onder de taper lock-bus).
• Draai de (3) stelschroeven in gelijke mate vast of los
(Fig. 68) totdat de onderkant van de poelie op de
hoogtemaat rust (ongeveer 3,8 cm).
• Draai de moeren van de voorste stelschroeven vast om
de afstelling te borgen. Verwijder de hoogtemaat en
berg deze op in de gereedschapsbak.
• Draai de (4) flenskop-tapbouten en de ringen aan om de
ophangplaat van de motor vast te zetten aan het
maaidek.
• Verwijder de achterste stelschroef met de moer en berg
deze op in de gereedschapsbak.
11. Draai de spanbout aan totdat de veren zo ver zijn
samengedrukt als wordt getoond in figuur 66.
12. Draai de contramoer vast om de afstelling te borgen
(Fig. 66).
13. Draai de (4) tapbouten vast waarmee de glijplaat is
bevestigd aan de ophangplaat van de motor (Fig. 66).
1
2
Figuur 69
1. Bovenste en middelste
groeven
2. Onderste groeven
3
4
3. Bovenste groeven
4. Bovenste en middelste
groeven
56
14. Controleer de aanslagschroef van de arm van de
spanpoelie (Fig. 70). Als de afstand tussen de arm van
de spanpoelie en de aanslagschroef niet ongeveer
9,6 mm is, moet u deze als volgt aftstellen:
• Draai de contramoeren op de aanslagschroef los.
• Draai de schroef in of uit totdat u de gewenste afstand
heeft verkregen.
• Draai de contramoeren vast.
2
9,6 mm
Figuur 70
1. Arm van spanpoelie
15. Plaats de kappen van het maaidek terug.
Zijmaaidekken
Opmerking: Om de onderste riem te verwijderen, moet
eerst de twee andere riemen worden verwijderd.
1. Plaats de machine op een horizontaal oppervlak, laat het
maaidek neer, stel de parkeerrem in werking, zet de
motor af en verwijder het sleuteltje uit het contact.
2. Verwijder de kappen van het maaidek. Draai de
flensmoeren op de spanpoelies los en schuif de poelies
van de riemen.
3. Verwijder de flensschroeven waarmee de plaat van de
versnellingsbak is bevestigd aan het maaidek. Om de
plaat en de aandrijfmotor los te maken van het maaidek,
moet u het uiteinde van de plaat in de richting van de
tractie-eenheid draaien (Fig. 67). Kantel de plaat, de
motor en de poelie-set op hun zijkant en verwijder deze
van het maaidek. Zorg ervoor dat u de buigzame
hydraulische leidingen niet verbuigt, verdraait, knikt of
beschadigt.
4. Verwijder de riem(en). Plaats de nieuwe riem(en) op de
poelies en monteer de versnellingsbak en de plaat aan
het maaidek.
5. Stel de riemspanning af; zie De spanning van de riem
van het maaidek controleren en afstellen, blz. 54.
1
2. Aanslagschroef