Gebruik Hoog bereik van rijsnelheid
Het verdient aanbeveling het HOOG BEREIK uitsluitend
op de weg te gebruiken met de maaidekken volledig
opgeheven. Start de motor in het LAAG BEREIK en zet
deze vervolgens in het HOOG BEREIK. Het
waarschuwingslampje van het HOOG BEREIK gaat
branden om aan te geven dat de motor in het HOOG
BEREIK staat. Als u niet meer in het HOOG BEREIK wilt
rijden, moet u uw voet van het tractiepedaal halen en de
remmen intrappen. Zet de gashendel op LANGZAAM en
zet de rijsnelheidshendel in het LAAG BEREIK. Als de
motor overbelast raakt wanneer u een helling oprijdt, moet
u het tractiepedaal minder diep intrappen en overschakelen
naar het LAAG BEREIK. Dit voorkomt overbelasting van
de motor en het hydraulische systeem.
Voorzichtig
• Wees uiterst voorzichtig als u de machine
gebruikt in het HOOG BEREIK.
• Let goed op omstanders, andere voertuigen en
mogelijke verborgen gevaren en zorg ervoor dat
u snel kunt stoppen.
Cruise control gebruiken
Als de machine bij de gewenste rijsnelheid rijdt, moet u de
cruise control-schakelaar op AAN zetten en de cruise
control-knop indrukken. Het tractiepedaal wordt dan in zijn
positie gehouden en de machine blijft met een constante
snelheid rijden. Een lampje op de stuurkolom geeft aan dat
de cruise control is ingeschakeld. De rijsnelheid kan
worden veranderd door het tractiepedaal in te trappen. Het
pedaal blijft in zijn nieuwe positie als u uw voet van het
tractiepedaal haalt.
Om de cruise control uit te schakelen, moet u de cruise
control-schakelaar op UIT zetten en de servicerem
intrappen.
Opmerking: Houd het tractiepedaal in zijn positie als u de
cruise control uitschakelt, omdat de machine dan abrupt tot
stilstand komt als gevolg van de hydrostatische
remwerking.
Als u in een noodsituatie plotseling moet stoppen terwijl de
cruise control is ingeschakeld, moet u de servicerem
intrappen; hierdoor wordt het elektrische circuit
onderbroken, keert het tractiepedaal terug in de
neutraalstand en komt de machine tot stilstand.
De machine stoppen
Als u de machine wilt stoppen en ophouden met maaien,
moet u uw voet van het tractiepedaal halen en de remmen
intrappen. Zet de gashendel op LANGZAAM, de
rijsnelheidshendel in het LAAG BEREIK en de hefhendels
van het maaidek in de neutraalstand. Schakel de cruise
control uit, stel de parkeerrem in werking en draai het
contactsleuteltje op UIT. Haal het sleuteltje uit het contact
als u de machine onbeheerd laat.
Belangrijk
Laat de motor 5 minuten stationair lopen
voordat u deze afzet of nadat de machine volledig belast is
gebruikt. Indien u dit nalaat, kan de turbocompressor defect
raken.
35