7.1 WATERWARMTEWISSELAAR SENSO M H
De thermische afvoerbeveiliging wordt voortdurend ingeschakeld (er
stroomt continu water door de afvoer). De waterwarmtewisselaar kan
geen warmte afgeven aan de verwarmingsinstallatie.
• De bufferopslag is "vol"
warmte uit de opslag halen.
• Werking en instelling van de pompthermostaat en de retourtemperatuurver-
hoging controleren.
• Stel de pomp een niveau hoger in (verhoging debiet).
• Circulatiepomp functioneert niet. Voeding defect?
• Ontlucht de kachel
• Systeemdruk controleren.
Bij de eerste hoeveelheden komt er bij de bodem van het apparaat water
naar buiten.
Als de druk in de houtkachel en de verwarmingsinstallaties na de montage is
verlaagd, is het uittredende water condensaat uit de brandstof en de bekleding
van de verbrandingskamer. Als het gaat om meer dan 0,2 liter water, moet de
druk van de verwarmingsinstallatie worden gecontroleerd.
Borrelende geluiden in de waterwarmtewisselaar.
• Lucht in het systeem; controleer de systeemdruk.
• Systeem bij de ontluchting ontluchten. Bij opnieuw gevulde of bijgevulde sys-
temen gaat er enige tijd overheen voordat alle lucht zich verzamelt. Eenmalig
ontluchten is vaak niet voldoende.
Thermische afvoerbeveiliging druppelt.
• Spoel de thermische afvoerbeveiliging door met behulp van de rode kop op
de armatuur.
• Montage van de aansluitpakkingen en zuigers controleren (zie ook handlei-
ding voor thermische afvoerbeveiliging).
• Evt. een filter voor de afvoerbeveiliging plaatsen (houd hierbij rekening met
het minimale debiet!)
De verwarmingselementen worden niet warm. De verwarmingselementen
O / PIKO H
O
die zich buiten het vertrek bevinden, zijn koud.
2
2
• Thermostaatknop van verwarmingselement dichtdraaien zodra de ingestelde
kamertemperatuur bereikt is. De convectiewarmte van de stookinrichting
wordt verdeeld over meerdere luchtvoorzieningen.
• De snelheid waarmee het systeem verwarmt, hangt af van de configuratie
ervan. Het duurt enige tijd voordat het verwarmingssysteem de warmte
doorgeeft.
• Het verwarmingssysteem hydraulisch laten afstellen.
• Controleer de werking van de warmtecirculatiepomp.
• Voeg meer brandstof toe.
De bekleding van de verbrandingskamer en de vitrokeramiek wordt
steeds sneller vies en ook viezer. De bekleding van de verbrandingska-
mer brandt niet meer goed. Het vuur komt maar moeilijk op gang.
• Afzettingen in de warmtewisselaar en afzetting in de verbindingsleiding naar
de schoorsteen verwijderen.
• Controleer of de pompthermostaat goed werkt.
• Correcte stookwijze, de juiste houthoeveelheid in de haard, vochtgehalte van
het hout < 20%.
• Corrigeer de positie van de luchtregelhendel.
• Controleer of de retourverhoging goed werkt.
Snelle vervuiling van de rookgasafvoer in de waterwarmtewisselaar.
Gebrekkige verbranding.
• Controleer de retourverhoging.
• Correcte stookwijze, de juiste hoeveelheid hout in de haard, vochtgehalte van
het hout < 20%.
• Afzettingen in de warmtewisselaar en afzetting in de verbindingsleiding naar
de schoorsteen verwijderen.
• Controleer of de pompthermostaat goed werkt.
NL 44