7. PROBLEEMOPLOSSING
Probleem
Oorzaak, uitleg
U hebt niet het juiste brandmateriaal
gebruikt.
De buitentemperatuur ligt ongeveer
boven 15°C. Er heersen ongunstige
weersomstandigheden (b.v. mist).
Deze weerstoestand komt vooral in de
lente en in de herfst voor.
Er is sprake van inversie in de weers-
gesteldheid. Hierbij zijn de bovenste
luchtlagen warmer dan de onderste.
De luchttoevoer is niet volledig
geopend.
De luchttoevoerleiding is niet vrij.
Sterke, snelle en
ongelijkmatige
De verbrandingsluchtklep is te veel
gereduceerd. Hierdoor ontstaat binnen
roetvorming op
een half uur roetvorming. (Een gelei-
het glas
delijke vervuiling door het gebruik
van de installatie is normaal. De ruit
van een auto wordt ook vuil tijdens
het rijden!)
Een afdichting van een afdichting zit
niet goed.
Het hout is niet goed droog.
Er is te weinig hout in de haard
gelegd. (Door te weinig houtblokken
wordt de temperatuur in de kachel
niet hoog genoeg.)
De schoorsteen trekt te veel / te
weinig.
U hebt niet het juiste brandmateriaal
gebruikt.
Het vuur ont-
Het hout is niet goed droog.
steekt niet of
nauwelijks.
De houtblokken zijn te dik.
Hoofdstuk,
Oplossing
tip
5.
Normaal hout in stukken gebruiken, dat overeenstemt met §3 uit de Duitse verordening (1ste fase).
4.5
De verbrandingskamer met weinig houtblokken vullen en bij de grootste stand van het luchtrooster aansteken.
4.5
De verbrandingskamer met weinig houtblokken vullen en bij de grootste stand van het luchtrooster aansteken.
4.1.1
De stelhendel voor luchtcirculatie helemaal naar rechts schuiven.
2.2.2.2
Luchttoevoerleiding reinigen.
Stand van de stelhendel voor luchtcirculatie controleren en evt. de kachel op bedrijfstemperatuur brengen door
-
de verbrandingsluchtklep volledig te openen.
Alle afdichtingen controleren, b.v. verbrandingskamerdeur openen en de afdichting in het deurprofiel goed
-
vastdrukken.
Met een vochtmeter voor hout de vochtigheidsgraad in het hout meten. De aanbevolen vochtigheidsgraad ligt
5.
bij 20% of lager.
4.2.2
In de technische gegevens van uw haardkachel vindt u het passende aantal houtblokken per uur.
Houdt u de situatie in de gaten. Het trekgedrag kan door de weerstoestand worden beïnvloed. Mocht er op het
-
glas telkens veel roet komen, informeert u dan uw schoorsteenveger.
5.
Normaal hout in stukken gebruiken, dat overeenstemt met §3 uit de Duitse verordening (1ste fase).
Met een vochtmeter voor hout de vochtigheidsgraad in het hout meten. De aanbevolen vochtigheidsgraad ligt
5.
bij 20% of lager.
Gebruik voor het aanmaken kleine stukken hout. Gebruik als brandhout alleen gekloofd hout, dat op de dikste
5.
plaats niet dikker is dan ca. 8 cm. De optimale lengte van de houtblok bedraagt ca. 20-25 cm. Voeg bij lang-
durig stoken nooit teveel hout toe, maar leg liever vaker kleine hoeveelheden op het vuur.
NL 42