17.8 Stel de motorrem af (2,2 tot 3,0 kW)
Schakel de machine uit tijdens onderhouds- en reparatiewerkzaamheden en beveilig deze tegen
onverwacht opnieuw inschakelen! Vergrendel de hoofdschakelaar met een hangslot!
Als de machine bij het remmen niet meer binnen 10 se-
conden tot stilstand komt, moet de motorrem opnieuw
worden afgesteld.
Procedure:
• Zet de hoofdschakelaar (1) uit en vergrendel hem.
• Steek een haakse inbussleutel SW5 door het ventila-
tordeksel en steek hem in de zeskantige aansluiting
van de kopbout (zie Figuur 39).
• Draai de inbussleutel ongeveer 1/8 slag rechtsom
(zie Figuur 39).
17.8.1 Afstelling controleren
•
Controleer voordat u de afstelling controleert of de riemen goed gespannen zijn (zie 17.6).
•
Ontgrendel vervolgens de hoofdschakelaar (1) weer en schakel hem in (stand "I").
•
Zet de remschakelaar op "rem los" (rechter stand, zie Figuur 13).
→ Het lintzaagblad moet nu met de hand gedraaid kunnen worden.
→ Hiermee kan nu worden gecontroleerd of de rem sleept of dat er te veel is afgesteld.
→ Als de rem sleept, moet de remstelschroef minimaal worden teruggedraaid.
Snijgevaar! Draag beschermende handschoenen bij het hanteren van het lintzaagblad!
•
Zet nu de remschakelaar terug op "rem actief".
•
Start het lintzaagblad en wacht tot de machine de volle snelheid heeft bereikt.
•
Schakel vervolgens de lintzaag uit en controleer de remtijd tot stilstand.
•
Als de remtijd nog steeds meer dan 10 seconden is, herhaal dan de afstelprocedure (zie sectie 17.8)
en controleer de afstelling opnieuw.
•
Als de afstelling niet leidt tot succes, neem dan contact op met onze klantenservice.
Als er rammelende geluiden optreden in de buurt van het ventilatorblad bij het draaien van de
motor, neem dan contact op met de klantenservice. De remvoering kan versleten zijn.
BA_PH_3V_NL_35-23.docx
Figuur 39: Remstelschroef
51