Bekleding van de verbrandingskamer inbouwen:
1. Breng de vloerste(e)n(en) (pos. 1) en alleen
bij LINEAR-module M de randstenen (pos.
2) aan.
2. Breng vervolgens een zijwandsteen (pos. 3)
en daarna de stootplaat (pos. 5) aan. Leg
de tweede zijsteen al onder handbereik,
zodat u deze gemakkelijk kunt pakken en
aanbrengen.
3. Tot slot brengt u een of meer achterwands-
tenen bij de uitvoeringen (pos. 4) aan.
Het uitbouwen vindt in omgekeerde volgorde plaats
5. BEDIENINGSHANDLEIDING
Lees de montage- en bedieningshandleiding voorafgaand aan de montage
respectievelijk de ingebruikname van de houtkachel aandachtig door. Alle
voorwerpen moeten uit de verbrandingskamer worden verwijderd (met uit-
zondering van de bekleding van de verbrandingskamer). Volg de instructies
van uw leverancier voor de bediening en werking van de houtkachel. Lande-
lijke en Europese normen en ook plaatselijke voorschriften moeten in acht
worden genomen bij de bediening van de stookinrichting!
5.1 ALGEMENE A ANWIJZINGEN BIJ DE BEDIENING
• Belangrijk voor kleine kinderen, ouderen of personen met lichamelijke
gebreken: zoals bij alle verwarmingsapparatuur is het zinvol om veilig-
heidsvoorzieningen voor deze categorie personen aan te brengen, omdat
de ruit en ook de bekledingselementen van de houtkachel zeer heet kun-
nen worden. Gevaar voor brandwonden! Laat deze groep personen nooit
zonder toezicht achter bij de brandende of net uitdovende houtkachel.
Vestig de aandacht van deze groep personen op de bron van gevaar.
• Er mogen geen brandbare voorwerpen op het vrije oppervlak en de
bekledingselementen van de houtkachel worden gezet of gelegd. Leg
geen wasgoed op de houtkachel om het te laten drogen. Wasrekken voor
het drogen van kledingstukken mogen uitsluitend buiten het stralingsbe-
reik worden geplaatst.
• Door het branden komt warmte-energie vrij die leidt tot een sterke
verhitting van de onderdelen van de kachel, zoals de oppervlakken, de
deur, de deur- en bedieningsgrepen, het glas, de afvoerpijpen, enzovoort.
Aanraken van deze onderdelen zonder afdoende bescherming (bijv. een
hittewerende handschoen) is verboden
• De meegeleverde hittewerende handschoen dient uitsluitend als hittebe-
scherming bij het bedienen van de houdgreep en de koude hand. Deze
handschoen is niet vuurvast!
NL 12
• De houtkachel mag uitsluitend met een gesloten verbrandingskamer
worden gebruikt. De deur moet ook in koude toestand altijd gesloten
zijn. De deur mag alleen worden geopend voor aanmaken van de kachel,
aanvullen van brandstof en reiniging.
• De stookinrichting mag niet worden aangepast. In het bijzonder mogen
geen inbouwelementen in de verbrandingskamer of de afvoer- of ver-
brandingsluchtkanalen worden geplaatst wanneer deze elementen niet
expliciet door de firma Spartherm zijn goedgekeurd. Zonder een derge-
lijke uitdrukkelijke toestemming leidt iedere aanpassing van de stookin-
richting tot verval van de garantie en het recht op gebruik.
• Afzuigkappen, ventilatiesystemen, enzovoort die in dezelfde ruimte of
ruimten als de stookinrichting zijn geïnstalleerd, kunnen de werking
van de houtkachel negatief beïnvloeden (en zelfs rook in de woonkamer
veroorzaken) en mogen dus in geen geval zonder passende maatregelen
tegelijk met de kachel worden gebruikt.
• In het bijzonder bij het gebruik van meerdere stookinrichtingen in één
vertrek of in ruimten met een gekoppelde luchtvoorziening moet voor
voldoende verbrandingslucht voor alle apparatuur worden gezorgd.
• Dit betreft een tijdelijke verwarming. Continubedrijf kan ook niet worden
bereikt door onttrekking van verbrandingslucht en is niet toegestaan!
Een langere verwarmingsduur kan worden bereikt door herhaald aanvul-
len van brandstof.
• In het onderste vak van de bekleding mogen uitsluitend niet-brandbare
materialen worden gelegd!
5.2 T YPEPLA ATJE
Het typeplaatje van de houtkachel LINEAR Module bevindt zich aan de rech-
terzijde op de convectieluchtmantel. Dit plaatje bevat technische gegevens
en aanwijzingen. Het typeplaatje mag niet worden verwijderd, omdat dit de
tests van de installatie bevestigt en het nodig is voor inspectie en jaarlijkse
controle door de schoorsteenveger.
Typeplaatje
6. VERBRANDING
6.1 EERSTE INGEBRUIKNAME
De houtkachel mag uitsluitend door een vakhandel worden geplaatst en
gemonteerd. De eerste ingebruikname mag alleen door een deskundige
van het installatiebedrijf worden uitgevoerd. De eigenaar/gebruiker van
de houtkachel moet een verklaring ontvangen waarin de correcte inbouw
en de juiste instelling/werking van alle regel- en veiligheidscomponenten
wordt bevestigd. Bij de eerste ingebruikname mag u slechts een matig vuur
stoken. Zo voorkomt u scheuren in de bekleding van de verbrandingskamer
(deze kan voor de eerste keer stoken nog vochtresten bevatten). Verhoog
de verhitting gedurende 3 tot 5 keer stoken langzaam tot ongeveer 30%
boven de nominale verwarmingscapaciteit, zodat de corrosiebescherming
op de oppervlakken correct kan inbranden. De lak kan bij dit proces een
beetje zacht worden; plaats geen voorwerpen op de houtkachel en raak
NL 13
NL