Verwijderen en reinigen:
Wanneer de ketting vuil wordt, moet hij worden
verwijderd en gereinigd alvorens gesmeerd te
worden.
1. Zet de motor af. Verwijder voorzichtig de
bevestigingsklem (1) van de hoofdschakel
met een tang. Buig of vervorm de klem niet.
Verwijder de hoofdschakel. Verwijder de ketting
van de kettingwielen.
2. Reinig de aandrijfketting in een oplosmiddel
met hoog vlampunt en laat de ketting drogen.
Controleer de ketting op slijtage en
beschadiging. Vernieuw de ketting bij
beschadigde kettingrollen, loszittende
verbindingen en andere defecten die niet
hersteld kunnen worden.
Gebruik voor het reinigen van de aandrijfketting
nooit benzine of oplosmiddelen met een laag
ontvlammingspunt. Dit zou brand of een
ontploffing kunnen veroorzaken.
3. Inspecteer de tanden van de kettingwielen
op eventuele slijtage of beschadiging.
4. Smeer de aandrijfketting (bladzijde 72).
5. Laat de ketting over de tandwielen lopen en
sluit de uiteinden van de ketting aaneen met
de verbindingsschakel. Om de montage te
vereenvoudigen, dient u de uiteinden van de
ketting tegen naast elkaar liggende tanden van
het tandwiel te drukken en de verbindingsschakel
aan te brengen.
De verbindingsschakel is het belangrijkste
onderdeel voor de betrouwbaarheid van de
ketting. Verbindingsschakels kunnen opnieuw
worden gebruikt, mits deze in goede staat
verkeren, maar het verdient aanbeveling de
bevestigingsklem van de verbindingsschakel te
vernieuwen telkens wanneer de ketting opnieuw
wordt gemonteerd. Monteer de bevestigingsklem
van de hoofdschakel met het gesloten uiteinde in
de draairichting van de ketting.
(1) Bevestigingsklem
(1)
73