54
GEBRUIKERSINTERFACE
5. Bekijk de instellingen in het submenu Vacuüm en pas indien nodig aan.
Vacuümmodus:
Continu: de vacuümeenheid behoudt de gewenste vacuümdruk. Het vacuümdrukniveau kan ingesteld worden van 1 (minimum)
tot 5 (maximum).
Gepulseerd: de vacuümeenheid behoudt de lage druk gedurende de ingestelde tijd, en verhoogt vervolgens de druk naar de
gewenste hoge vacuümdruk en behoudt deze. De cyclus begint opnieuw en wordt herhaald conform de behandeltijd.
- De hoge en lage vacuümdruk kan ingesteld worden van 1 (minimum) tot 10 (maximum).
- De duur van de hoge en lage vacuümdruk in de cyclus kan ingesteld worden van 0 seconden (minimum) tot 20 seconden
(maximum).
6. Als Vacuüm geactiveerd is in het submenu Vacuüm,
Behandelingscontrole
Herhaal de stappen die vermeld zijn in de paragraaf GEBRUIK ELEKTROTHERAPIE op pagina ... ... om andere
behandelingsparameters in te stellen en om de behandeling te starten/pauzeren/hervatten/stoppen.
OPMERKING: combinatietherapie kan niet gebruikt worden via de Vacuümelektrodemodule.
INTELECT
MOBILE 2 COMBO GEBRUIKERSHANDLEIDING
®
Vacuüm activeren
Vacuüm deactiveren
dan wordt de status weergegeven als AAN in het scherm
Vacuümparameters
1. Tikken om te activeren
Actief veld = groen
2. Aanpassen met
aanpassingsdraaischijf:
Parameters
• Naar rechts – Verhogen
pulserende
• Naar links – Verlagen
modus
NL