Oprijplaten weghalen
1
2
Oprijplaten ontgrendelen
1.
Borgpennen (rechts / links)
2.
Schachtklep
►
Ontgrendel de borgpennen (1) – omdraaien.
►
Zwenk de schachtklep (2) naar beneden.
1
Oprijplaten weghalen
1.
Paar oprijplaten
►
Trek de oprijplaten (1) voorzichtig en volledig uit de
schacht naar buiten.
►
Leg de oprijplaten veilig op de grond – niet laten vallen.
36/56
V 2019/01
1
H - 84
Schacht sluiten
1.
Schachtklep
2.
Borgpennen, vastgezet
►
Zwenk de schachtklep (1) naar boven.
►
Vergrendel de schachtklep met de borgpennen (2)
– om draaien.
►
H - 85
Achterklep openen
1.
Achterklep
►
Ontgrendel en open de achterklep (1).
►
Controleer de oprijplaten op verbuiging, vervormingen,
scheuren – defecte oprijplaten mogen niet worden
gebruikt.
Oprijplaten plaatsen
2
H - 86
Oprijrail gepositioneerd
1.
Grendelpen-opname
2.
Sleuf (tussen houtpaneel en plaatkant)
►
Plaats de bevestigingshoek (1) van de oprijplaat in de
sleuf (2) tussen houtpaneel en plaatkant.
De oprijplaat is stabiel geplaatst en kan niet wegschuiven.
Spoorbreedte instellen
1
H - 87
Oprijplaten evenwijdig geplaatst
1.
Spoorbreedte van het te laden voertuig (4-wielig)
►
Plaats de oprijplaten evenwijdig en recht op de
spoorbreedte van het te laden voertuig.
►
Zorg ervoor dat de wielen van het te laden voertuig
gecentreerd staan ten opzichte van de oprijplaten.
1
2
H - 88
I|I
1
H - 83
Origineel gebruiksaanwijzing