10
Sanitaire inrichting
10.2
10.2.1
10.2.2
Water vullen:
Water aftappen:
Water tot reisvoorraad (ca.
30 l) aftappen:
212
Watertank
Vulhoeveelheden
In de watertank past 120 l. De vulhoeveelheid is echter om bijladingsre-
denen tot 60 l beperkt (geïnstalleerde overloop). Het paneel is niet op deze
vulhoeveelheid aangepast. De vulpeilindicatie op het paneel toont het
daadwerkelijk vulpeil van de watertank.
Indien nodig resp. als de resterende bijlading groot genoeg is, kan de
watertank tot zijn daadwerkelijke volume worden gevuld. Daarvoor de
overloop sluiten. De draaigreep bevindt zich op de watertank.
Extra watertank (speciale uitvoering)
Afhankelijk van het model past in de watertank 70 l of 130 l. De extra watertank
is in de dubbele bodem ingebouwd en via een serviceluik aan de zijkant
bereikbaar.
Afb. 229 Extra watertank
De extra watertank wordt samen met de watertank via de drinkwatervulope-
ning gevuld. Beide tanks zijn via een slang met elkaar verbonden.
Wanneer de aftapkraan (Afb. 229,2) geopend is, is de vulhoeveelheid van de
extra watertank op ca. 30 l begrensd; het overtollige water loopt dan weg.
Wanneer de aftapkraan gesloten is, staat het gehele tankvolume ter beschik-
king.
Wanneer de afsluitstop (Afb. 230,1) binnen in de extra watertank getrokken
wordt, stroomt water via de afvoer (Afb. 229,3) weg. De afsluitstop is via de
serviceopening (Afb. 229,1) bereikbaar.
Ervoor zorgen dat de afsluitstop (Afb. 230,1) in de extra watertank gesloten
is (handgreep (Afb. 230,2) is omgeklapt).
Ervoor zorgen dat de aftapkraan (Afb. 229,2) gesloten is.
Water via de drinkwatervulopening bijvullen totdat beide tanks vol zijn.
Serviceopening (Afb. 229,1) in de extra watertank openen.
Aftapkraan openen totdat er geen water meer wegloopt.
Via de serviceopening de handgreep (Afb. 230,2) van de afsluitstop
(Afb. 230,1) verticaal zetten en de afsluitstop naar buiten trekken.
Aftapkraan (Afb. 229,2) op de extra watertank openen.
Afb. 230 Afsluitstop
I-Modell - 12/13 - Ausgabe 07/12 - 2223852 - BUE-0051-06NL