Onderhoud – Indien nodig
8.9.3 Waterbesproeiing reinigen
Afb. 97
8.9.4 V-riem onderhouden
Afb. 98
Afb. 99
92
1.
Machine beveiligd neerzetten
beveiligd neerzetten" op pagina 61.
2.
Deksel (1) van de watertank eraf nemen.
3.
Rubber kappen (3) aan de besproeiingsbuis eraf nemen.
4.
Afsluitkraan (2) openen en water aflaten.
5.
Watertank doorspoelen met een krachtige waterstraal, tot
verontreinigingen zijn weggelopen.
6.
Rubber kappen aan de besproeiingsbuis weer erop zetten.
7.
Watertank vullen met schoon water en deksel sluiten.
Veiligheidsuitrusting:
1.
Machine beveiligd neerzetten
beveiligd neerzetten" op pagina 61.
2.
Motor laten afkoelen.
3.
Bevestigingsschroeven (2) losdraaien en V-riembescherming
(1) demonteren.
1
2
B-834-0144
4.
Toestand en spanning van de V-riem controleren, evt.
spannen.
ð Doordrukmaat: ca. 5 mm (0.2 in).
5.
Evt. V-riem naspannen, bij beschadiging de V-riem ver-
nieuwen
op pagina 80.
DFP8
Ä Hoofdstuk 6.5 „Machine
n
Beschermende werkkleding
n
Werkschoenen
n
Werkhandschoenen
Ä Hoofdstuk 6.5 „Machine
Ä Hoofdstuk 8.8.3 „V-riem vernieuwen"