Onderhoud – Wekelijks
8.6 Wekelijks
8.6.1 Luchtfilter controleren, reinigen
Afb. 58
Luchtfilter demonteren
1
5
Afb. 59
74
AANWIJZING!
Gevaar van motorschade!
–
B-SYM-1074
–
–
–
–
–
Veiligheidsuitrusting:
1.
Machine beveiligd neerzetten
beveiligd neerzetten" op pagina 61.
2.
Motor laten afkoelen.
3.
Vleugelmoer (1) eraf schroeven en deksel (2) eraf nemen.
2
4.
Deksel reinigen.
5.
Vleugelmoer (3) eraf schroeven en filterelement (4) eraf
nemen.
3
6.
Rubber afdichting (5) controleren, evt. vernieuwen.
4
B-HON-0033
DFP8
De motor nooit starten bij gedemonteerd lucht-
filter.
Het luchtfilter kan indien nodig maximaal zes
keer gereinigd worden.
Bij roethoudende neerslag op het luchtfilter is
een reiniging niet zinvol.
Voor het reinigen in geen geval benzine of hete
vloeistoffen gebruiken.
Na de reiniging moet het luchtfilter met een
handlamp op beschadiging worden onder-
zocht.
Beschadigd luchtfilter in geen geval verder
gebruiken. In geval van twijfel een nieuw lucht-
filter inzetten.
n
Beschermende werkkleding
n
Werkschoenen
n
Werkhandschoenen
n
Veiligheidsbril
Ä Hoofdstuk 6.5 „Machine
Rubber afdichting kleeft vaak vast aan het fil-
terelement.