SAV 07.2 – SAV 16.2/SARV 07.2 – SARV 16.2 meld- en stuureenheid: elektronisch (MWG)
Meldingen (uitgangssignalen)
9.
Meldingen (uitgangssignalen)
9.1.
Meldingen via veldbus
Informatie
9.2.
Statusmeldingen via signaleringsrelais (digitale uitgangen)
Voorwaarden
Eigenschappen
9.2.1.
Bezetting van de uitgangen
9.2.2.
Codering van de uitgangen
54
Terugmeldingen via de veldbus kunnen worden geconfigureerd. Daarbij kunnen
zowel de rangschikking benevens de inhouden van de gegevens geconfigureerd
worden.
De configuratie wordt uitsluitend via het GSD-bestand gedefinieerd.
Het GSD-bestand (General-Station-Description) kan in het internet worden
gedownload: www.auma.com
Voor de terugmeldingen via de veldbus en voor het configureren van de parameters
via de veldbusinterface: zie handboek (Apparatuurintegratie veldbus) Profibus DP.
Signaleringsrelais zijn alleen dan beschikbaar als aanvullend op de veldbus-interface
een parallelle interface aanwezig is.
Via signaleringsrelais kunnen statusmeldingen (bijv. het bereiken van de eindstanden,
de stand van de keuzeschakelaar, storingen...) als binaire signalen aan het centraal
beheersysteem in de operatorruimte worden gemeld.
Statusmeldingen hebben slechts twee statussen: actief of niet actief. Actief betekent
dat aan de voorwaarden voor de melding is voldaan.
De signaleringsrelais (uitgangen DOUT 1 – 6) kunnen met verschillende signalen
worden bezet.
Vereist gebruikersniveau: Specialist (4) of hoger.
Apparaat configuratie M0053
I/O interface M0139
Digitale uitgangen M0110
Signaal DOUT 1 M0109
Standaardwaarden:
Signaal DOUT 1 = Storing
Signaal DOUT 2 = Eindstand DICHT
Signaal DOUT 3 = Eindstand OPEN
Signaal DOUT 4 = Keuzesch. AFSTAND
Signaal DOUT 5 = Moment fout DICHT
Signaal DOUT 6 = Moment fout OPEN
De uitgangssignalen Codering DOUT 1–Codering DOUT 6 kunnen High Active of
Low Active worden geschakeld.
High Active = meldcontact gesloten = signaal actief
Low Active = meldcontact open = signaal actief
Signaal actief betekent dat aan de voorwaarden voor de melding is voldaan.
Vereist gebruikersniveau: Specialist (4) of hoger.
Apparaat configuratie M0053
I/O interface M0139
Digitale uitgangen M0110
Codering DOUT 1 M0102
Standaardwaarden:
Codering DOUT 1 = Low active
Codering DOUT 2 Codering DOUT 6 = High active
ACV 01.2 Profibus DP