Begrip
Parameter Verklaring
Impulsfrequentie
Fr
Impulsfrequentie-
C211
regelaar
Impulslengte
tr
Impulslengte-
C211
regelaar
Gemeten waarde
x
Gemeten waarde
C111
ingang 2
(Temperatuur)
Maximale impulsfrequentie (alleen bij impulsfrequentieregelaar).
Bij de keuze van de waarde zijn de technische eisen vanuit de
door de regelaar aangestuurde apparatuur (magneetventiel,
doseerpomp e.a.) meetgevend.
De waarde wordt begrensd door de minimale impulslengte:
Impulsfrequentie [1/min]< (60 / minimale inschakeltijd [s])
De herhaalfunctie van de impulsen is afhankelijk van de stel-
hoek en van de regelparameters Proportionele band Pb, diffe-
rentiatietijd dt, integratietijd rt, impulsperiode CY en regel-
begrenzingregelbegrenzing Y1 en Y2.
Met het uitgangssignaal van een impulslengteregelaar kunnen
bijv. magneetventielen worden aangestuurd.
t (Constant)
r
T ( 1/Fr)
(Stelhoekafhankelijk)
Bij impulslengtefrequentieregelaar, zoals bij minimale inscha-
kelduur
De duur van de impulsen is afhankelijk van de stelhoek en de
regelparameters proportionele band Pb, differentiatietijd dt,
integratietijd rt, impulsfrequentietijd Fr en regelbegrenzing
Y1 en CY.
Met het uitgangssignaal van een impulslengteregelaar kunnen
bijv. magneetventielen worden aangestuurd.
t ( t )
In
r
(Stelhoekafhankelijk)
CY
(Constant)
Het aan de regelaar verstuurde signaal van de pH- en redox-
meetkring.
Bij automatische temperatuurmeting (met temperatuursensor
Pt100 resp. Pt1000) wordt de gemeten temperatuur op het
onderste display getoond.
20 Verklaring begrippen
t
t
59