Druk een statusvel af om te controleren of de interfacekaart
correct is geïnstalleerd. Zie "Statusvel afdrukken" op pagina 246
voor meer informatie. Als de interface niet wordt weergegeven
op het statusvel, installeert u de kaart opnieuw. Zorg dat de kaart
goed is bevestigd in de socket.
Opmerking:
Wanneer u Windows gebruikt en EPSON Status Monitor 3 niet
is geïnstalleerd, moet u de instellingen handmatig opgeven in de
printerdriver. Klik op Update the Printer Option Information
Manually in het menu Optional Settings en klik op Settings .
Geef de gewenste instelling op in het dialoogvenster Optional
Settings en klik op OK .
Interfacekaart verwijderen
Volg de onderstaande instructies om een interfacekaart te
verwijderen.
Let op:
Voordat u een interfacekaart verwijdert, ontlaadt u statische
elektriciteit door een geaard metalen voorwerp aan te raken.
Anders beschadigt u mogelijk onderdelen die gevoelig zijn voor
statische elektriciteit.
1. Schakel de printer uit en trek de stekker uit het stopcontact.
Optionele onderdelen
7
7
7
7
7
7
7
7
7
7
7
7
245