Instellen voor clients
In dit gedeelte wordt beschreven hoe u de printerdriver kunt
installeren door toegang te krijgen tot de gedeelde printer in het
netwerk.
Opmerking:
U moet de afdrukserver instellen als u de printer in een
Windows-netwerk wilt delen. Zie "Printer instellen als gedeelde
printer" op pagina 110 (Windows Me/98/95) of "Extra driver
gebruiken" op pagina 112 (Windows XP/2000/NT 4.0) voor meer
informatie.
In dit gedeelte wordt beschreven hoe u toegang tot de gedeelde
printer in een standaardnetwerk kunt krijgen met de server
(Microsoft-werkgroep). Als u geen toegang kunt krijgen tot de
gedeelde printer, moet u contact opnemen met de netwerkbeheerder.
In dit gedeelte wordt beschreven hoe u de printerdriver installeert
door vanuit de map Printers toegang te krijgen tot de gedeelde
printer. U kunt ook toegang krijgen tot de gedeelde printer via
Netwerkomgeving of Mijn netwerk op het bureaublad van
Windows.
Wanneer u EPSON Status Monitor 3 wilt gebruiken voor clients,
moet u de printerdriver en EPSON Status Monitor 3 vanaf de
cd-rom installeren op elke client.
Windows Me/98/95
Volg de onderstaande instructies om clients met
Windows Me/98/95 in te stellen:
1. Klik op Start , ga naar Instellingen en klik op Printers .
2. Dubbelklik op het pictogram Printer toevoegen en klik
op Volgende.
118
Printer instellen in een netwerk