d) Gyrosensor kalibreren
De ontvanger heeft een ingebouwde gyrosensor. Deze kan worden gebruikt om bijv. in een modelauto bij een uitbre-
kende achterkant (overstuur) automatisch tegen te sturen (SVC-functie van de zender).
De gyrosensor is al in de fabriek gekalibreerd; u kunt deze kalibratie echter ook zelf uitvoeren.
Ga als volgt te werk:
• Schakel de zender uit (tijdens de kalibratie van de gyrosensor mag er niet worden ingeschakeld).
• Plaats de ontvanger zodanig dat deze horizontaal ligt en zich niet kan bewegen (dit is doorslaggevend voor de
juiste kalibratie).
• Sluit de stroomvoorziening (C) aan op de aansluiting "CH1" van de ontvan-
ger (alternatief met een van de andere 5 servokanalen, maar niet op de
aansluiting "BIND") en schakel deze in.
De stroomvoorziening kan ook over een elektronische rijregelaar met BEC
plaatsvinden en niet over een batterijdoos, zoals in de afbeelding is te zien.
• De led (22) op de ontvanger knippert nu langzaam.
• Sluit de meegeleverde koppelconnector (A) aan op de aansluiting "BIND"
(19) van de ontvanger (B).
• De led (22) op de ontvanger knippert 3 x snel en daarna knippert deze
weer langzaam.
• De kalibratie van de gyrosensor is voltooid.
• Scheid de ontvanger van de stroomvoorziening en verwijder de koppelstekker van de ontvanger.
• Als u voor de kalibratie eventueel aangesloten servo's hebt losgemaakt, sluit deze dan weer correct op de ontvan-
ger aan.
• Schakel eerst de zender en daarna de stroomvoorziening van de ontvanger in.
• Zender en ontvanger zijn nu weer bedrijfsklaar.
17