Bijlage: Menuopties – Overzicht
• Gebruik van scherpstelhulp heeft geen invloed op de opnamen.
De scherpstelhulp wordt automatisch geannuleerd na 4 seconden
of wanneer u begint met opnemen.
• Deze functie is alleen beschikbaar wanneer de filmmodus is ingesteld
, †, ƒ of '.
op
• Deze functie is alleen beschikbaar voor het opnemen van films.
[Autom. achtergr.verl.corr.]: als deze instelling op [i Aan] is
ingesteld, corrigeert de camcorder automatisch het tegenlicht bij het
opnemen van onderwerpen met een sterke lichtbron op de achtergrond.
• Deze functie is alleen beschikbaar wanneer de filmmodus is ingesteld
op †, ƒ of '. Deze functie is echter niet beschikbaar in de
volgende situaties.
- Als de filmmodus is ingesteld op † en een ander
cinematografisch filter dan [Cinemastandaard] is geselecteerd.
- Als de filmmodus is ingesteld op ƒ en de speciale scènestand
is ingesteld op [J Nachtscène], [K Sneeuw], [L Strand],
[M Zonsonderg.] of [O Spotlight].
[Auto Langz.Sluiter]: de camcorder gebruikt op plaatsen met
onvoldoende verlichting automatisch lange sluitertijden om heldere
opnamen te maken.
• Snelste sluitertijd die wordt gebruikt: 1/25, 1/12 wanneer de
beeldsnelheid is ingesteld op PF25 of 25P.
• Deze functie is niet beschikbaar wanneer de filmmodus is ingesteld
op ƒ.
• Als u bewegende onderwerpen opneemt, zet u de langzame
sluitertijd op [j Uit] indien er een nabeeld met sporen verschijnt.
[Knipperreductie]: als het scherm gaat flikkeren als u onder TL-verlichting
films opneemt, wijzig dan de instelling om het effect te reduceren.
• Deze functie is alleen beschikbaar wanneer de filmmodus is ingesteld
, † of '.
op
219