Voorwoord / Overzicht van het hybridesysteem
AC-lader
6. Sluit de laadplug aan op de elektrische
aansluiting van een AC-laadpunt om
te beginnen met laden.
Type A
ONX4EPHQ011002L
7. Controleer of het laadindicatielampje
voor de hoogspanningsbatterij op het
instrumentenpaneel AAN gaat. Als het
laadindicatielampje UIT is, wordt de
hoogspanningsbatterij niet geladen.
Als de laadstekker en de laadplug
niet goed op elkaar aangesloten zijn,
dan moet de laadkabel nogmaals
aangesloten worden om te beginnen
met laden.
24
OLFP0Q5007K
Type B
ONX4EPHQ011003L
Informatie
Om de temperatuur van de
hoogspanningsbatterij te regelen tijdens
het laden of wanneer de batterij een
hoge temperatuur heeft, wordt de
airconditioning gebruikt om de batterij af
te koelen. Hierdoor kan geluid hoorbaar
zijn door de werking van de compressor
en koelventilator van de airconditioning,
maar dit is normaal wanneer de
hoogspanningsbatterij wordt geladen. Ook
kan de airconditioning in de zomer minder
goed presteren ten gevolge van de werking
van het koelsysteem voor het opladen
van de hoogspanningsbatterij. Dit is een
normaal verschijnsel.
Informatie
Hoewel opladen ook kan terwijl het
contactslot in de stand ON/START,
is het veiliger om met opladen te
beginnen terwijl het contactslot in de
stand LOCK/OFF staat en het voertuig
in de stand P (Parkeren). Nadat het
laden begonnen is, kunt u elektrische
systemen zoals de radio gebruiken door
het contactslot in de stand ACC of ON
te zetten.
Tijdens AC-laden kan de radio-
ontvangst slecht zijn.
Als u de selectiehendel van P
(Parkeren) naar R (Achteruit)/N
(Neutraal)/D (Rijden) beweegt, stopt
het laadproces.
Om opnieuw te beginnen met laden,
beweegt u de selectiehendel naar P
(Parkeren), zet u het contactslot in
de stand LOCK/OFF en verwijdert
u de laadkabel. Sluit vervolgens de
laadkabel aan.