Grasbreedzaaicombinaties AMAZONE GBK
8.3
Grasbreedzaaicombinatie met rotoreg
8.3.1
Instellen van de werkdiepte
8.3.2
Afstellen van de zijdelingse grenskouter
66
De werkdiepte van de rotoreg wordt ingesteld via de zijdelingse
steunen. Voor het verstellen van de werkdiepte moet de pen in de
gewenste boring worden gestoken en geborgd (afb. 8.3.1). De
steunen links en rechts moeten op dezelfde werkdiepte
worden ingesteld.
De grenskouters voorkomen dat er links en rechts van het bewerkte
oppervlak een grondrug wordt gevormd. Ze moeten zodanig worden
afgesteld, dat ze makkelijk (± 1 cm) in de grond dringen.
De afstelling van de grenskouters wordt als volgt uitgevoerd:
·
Zet de rotoreg in de werkstand.
·
Draai de vleugelmoeren los.
·
Zet de grenskouter in de gewenste stand.
·
Draai de vleugelmoer vast.
GBK / GNK / HR BAF0004.0 02.09