Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Canon XC10 Gebruiksaanwijzing pagina 124

Inhoudsopgave

Advertenties

Draadloze verbindingen met behulp van Wi-Fi
4 Selecteer het gewenste toegangspunt.
• Als het gewenste toegangspunt niet wordt weergegeven,
kunt u [Í] of [Î] aanraken om de lijst met gevonden
toegangspunten te doorlopen. U kunt ook [Opnieuw
zoeken] aanraken om de camcorder nogmaals naar
124
toegangspunten te laten zoeken.
• Wanneer de netwerknaam (SSID) van het gewenste
toegangspunt verschijnt, raakt u [OK] aan.
• Als het toegangspunt versleuteld is (C), voert u de
versleutelingscode (wachtwoord) in aan de hand van de
volgende procedure. Anders gaat u naar stap 7 van
Handmatig instellen (A 125) en voert u de rest van
die procedure uit.
Versleutelde toegangspunten
1 Selecteer indien nodig de WEP-indexsleutel.
• Deze stap is alleen nodig als de verificatiemethode van het Wi-Fi-netwerk is ingesteld op [WPA] of als de
versleutelingsmethode is ingesteld op [WEP].
2 Om [Versleutelingscode] (wachtwoord) in te vullen, raakt u [Niet geconfigureerd] aan.
• Voer het wachtwoord in van het geselecteerde Wi-Fi-netwerk met behulp van het toetsenbord op het
scherm (A 124).
3 Raak [OK] aan als het bevestigingsscherm verschijnt.
OPMERKINGEN
• Geldige versleutelingscodes variëren, afhankelijk van de versleutelingsmethode.
64-bits WEP-versleuteling:
128-bits WEP-versleuteling: 13 ASCII-tekens of 26 hexadecimale tekens.
AES/TKIP-versleuteling:
* Opmerking: ASCII-tekens zijn de cijfers 0 tot en met 9, de letters a tot en met z en A tot en met Z, en een aantal
interpunctietekens en speciale symbolen. Hexadecimale tekens zijn de cijfers 0 tot en met 9 en de letters a tot met f en A tot
en met F.
Het virtuele toetsenbord gebruiken
Het virtuele toetsenbord wordt op het scherm weergegeven. In de onderstaande afbeelding ziet u een
overzicht van de diverse toetsen die u kunt gebruiken.
1 Raak de gewenste toetsen aan om het bijbehorende teken te typen.
• Raak [Ï]/[Ð] aan om de positie van de cursor te wijzigen.
• Raak [123] aan om te wisselen tussen letters en cijfers/speciale karakters.
• Raak [
] aan om het karakter links van de cursor te verwijderen.
• Raak [A/a] aan om Caps Lock in te schakelen. Wanneer het numerieke toetsenbord wordt weergegeven,
dan kunt u voor gebruik van speciale karakters met [#%?] afwisselend een keuze maken voor set 1 en set 2.
2 Raak [OK] aan nadat u de gewenste tekst hebt ingevoerd.
3 Als u bent teruggekeerd naar het oorspronkelijke scherm, raakt u [Volgende] of [OK] aan om door
te gaan.
Inhoudsopgave
5 ASCII-tekens of 10 hexadecimale tekens.
8 tot 63 ASCII-tekens of 64 hexadecimale tekens.
Menu's
Versleuteld toegangspunt
Netwerknaam (SSID)
Huidig toegangspunt/
Totale aantal gevonden
toegangspunten
Index

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave