Instellingen
Opmerkingen bij de strooischijven OM 10-12 en OM 10-16
8.9.4
OM
10-16 bedraagt de werpafstand W ca.
Bij de
36 m. Dit kan bij het grensstrooien nadelig zijn
bij:
een werkbreedte AB van 10 of 12 m, en
•
•
het eerste rijpad aan de veldrand
(gebruik van grensstrooischerm),
of
een werkbreedte AB van 10 m, en
•
•
het eerste rijpad op halve werkbreedte
Limiter M
(gebruik van
OM
Hierbij werpen de
10-16 bij de rit over het
tweede rijpad een aanzienlijke hoeveelheid mest
over de grens (zie Afb. 76).
In deze gevallen is het grensstrooien volgens de
mestrichtlijnen alleen mogelijk met gebruik van
OM
de
10-12 (zie Afb. 77).
104
TS
of
5-9).
Afb. 75
Afb. 76
ZA-M BAG0233.3 09.22