Configureren van instellingen op het beeldscherm
U kunt de display informatie in- en uitschakelen door te drukken op [8] (DISP). U
kunt afzonderlijke instellingen configureren voor de OPNAME en WEERGAVE modi.
Tonen
Toont informatie betreffende de beeldinstellingen, enz.
Schakelt het tonen van de camera instelling en
andere indicators in, samen met een histogram
+Histogram
(pagina 134).
Verbergen
Geen informatie wordt getoond
Gebruiken van het histogram op het scherm om de belichting
te controleren (+Histogram)
Geeft een histogram weer op het beeldscherm dat u
kunt gebruiken om de belichting te controleren van een
beeld voordat u het opneemt. U kunt ook het histogram
tijdens de WEERGAVE modus tonen voor informatie
over de belichtingsniveau's van de beelden.
• U kunt d.m.v. toetsaanpassing (pagina 64) de [4] en
[6] toetsen configureren zodat ze de instelling van de
EV verschuiving (pagina 41) regelen en EV
verschuiving uitvoeren terwijl u de resultaten op het
histogram op het scherm bekijkt.
LET OP
• Een op het midden geconcentreerd histogram is geen garantie voor een optimale
belichting. Het opgenomen beeld kan over- of onderbelicht zijn zelfs als het
histogram op het midden geconcentreerd is.
• U kunt mogelijk geen optimale histogramconfiguratie verkrijgen door de
beperkingen van de belichtingscompensatie.
• Het gebruik van de flitser alsmede bepaalde omstandigheden tijdens het opnemen
kunnen er de oorzaak van zijn dat het histogram een belichting aangeeft die afwijkt
van de feitelijke belichting van het beeld ten tijde van de opname.
• Het histogram kan niet worden weergegeven tijdens gezichtsherkenning (pagina
32).
Configureren van instellingen op het beeldscherm
133
Histogram
Histogram