• Verontreinigend.
• Argon (Ar) 5,0 ppm.
• Kooldioxide (CO
• Koolmonoxide (CO) 1,0 ppm.
• Waterstof (H
) 0,5 ppm.
2
• Methaan 0,5 dpm.
• Zuurstof (O
) 0,5 ppm.
2
• Water (H
0) 0,5 ppm.
2
35.3 CO
-gasdrukcontrole
2
De MIRI
II-12 IVF incubator met meerdere kamers vereist een druk van 0,4 – 0,6 bar
®
(5,80 – 8,70 PSI) op de ingaande CO
worden gehouden.
Voor de veiligheid heeft deze unit een ingebouwde digitale gasdruksensor die de
inkomende gasdruk bewaakt en de gebruiker waarschuwt als er een daling wordt
gedetecteerd.
Verwijder de gasinlaatleiding voor het CO
gasdrukmeetapparaat.
GESLAAGD: De waarde moet 0,4 – 0,6 bar zijn.
Raadpleeg de secties van de gebruikershandleiding voor meer informatie.
35.4 N
-gasdrukcontrole
2
De MIRI
II-12 IVF incubator met meerdere kamers vereist een druk van 0,4 – 0,6 bar
®
(5,80 – 8,70 PSI) op de ingaande N
worden gehouden.
Voor de veiligheid heeft deze unit een ingebouwde digitale gasdruksensor die de
inkomende gasdruk bewaakt en de gebruiker waarschuwt als er een daling wordt
gedetecteerd.
Verwijder de gasinlaatleiding voor het N
gasdrukmeetapparaat.
GESLAAGD: De waarde moet 0,4 – 0,6 bar zijn.
Raadpleeg de secties van de gebruikershandleiding voor meer informatie.
MIRI
II-12 IVF incubatoren met meerdere kamers gebruikershandleiding rev. 4.0
®
) 1,0 ppm.
2
-gasleiding. Deze gasdruk moet te allen tijde stabiel
2
-gasleiding. Deze gasdruk moet te allen tijde stabiel
2
-gas. Sluit de gasleiding aan op het
2
-gas. Sluit de gasleiding aan op het
2
68