<Externe interface>
Alle instellingen voor de USB verschijnen in een lijst met korte toelichting. Standaardinstellingen worden aangegeven
met een dolksymbool ( ).
<USB-instellingen>
Geef op of het gebruik van de USB-poort of een USB-geheugenapparaat moet worden in- of uitgeschakeld.
<Gebruik als USB-apparaat>
Hiermee kunt u de USB-poort in- of uitschakelen waarmee de machine kan worden verbonden met een
computer.
Beperkingen instellen voor de USB-verbinding met een computer(P. 267)
<Uit>
<Aan>
<Gebruik USB-opslagapparaat>
Geef op of een USB-geheugenapparaat moet worden gebruikt.
<Uit>
<Aan>
Model aanraakscherm
<Menu>
<Gebruik USB-opslagapparaat>
Model zwart-wit LCD
<Menu>
opslagapparaat>
Overzicht van menuopties
<Voorkeuren>
<Externe interface>
<Toepassen>
<Voorkeuren>
<Externe interface>
Selecteer <Uit> of <Aan>
<USB-instellingen>
<OK>
Start het apparaat opnieuw op
<USB-instellingen>
Start het apparaat opnieuw op
336
5YJL-05H
Selecteer <Uit> of <Aan> in
<Gebruik USB-