●
Als u de printernaam invoert, kunt u meerdere printers die compatibel zijn met AirPrint gemakkelijker
identificeren.
◼
Instelling van beschikbare functies in AirPrint wijzigen
Als u ongebruikte functies in AirPrint wilt uitschakelen of als u de communicatie wilt versleutelen, configureert u de
desbetreffende instelling met behulp van het bedieningspaneel.
Afdrukinstellingen veranderen
Bij het afdrukken met AirPrint wordt gebruikgemaakt van het IPP-protocol.
De functie in-/uitschakelen (Aan/Uit)
U kunt opgeven of AirPrint gebruikt moet worden voor het afdrukken. De standaard fabrieksinstelling is
<Aan>.
Model aanraakscherm
Model zwart-wit LCD
De instelling voor TLS wijzigen
U kunt opgeven of de communicatie versleuteld moet worden met TLS als u met AirPrint afdrukt. De standaard
fabrieksinstelling is <Uit>.
Model aanraakscherm
Model zwart-wit LCD
Koppelen aan mobiele apparaten
<Menu>
<Voorkeuren>
afdrukken>
Stel <Gebruik IPP-afdrukken> in op <Uit> of <Aan>
<Menu>
<Voorkeuren>
afdrukken>
<Gebruik IPP-afdrukken> Selecteer <Uit> of <Aan>
<Menu>
<Voorkeuren>
afdrukken>
Stel <IPP-afdrk alln toestn bij TLS> in op <Uit> of <Aan>
<Menu>
<Voorkeuren>
afdrukken>
<IPP-afdrukkn alln toestaan bij gebr. TLS> Selecteer <Uit> of <Aan>
<Netwerk>
<TCP/IP-instellingen>
<Netwerk>
<TCP/IP-instellingen>
<Netwerk>
<TCP/IP-instellingen>
<Netwerk>
<TCP/IP-instellingen>
204
<Instellingen IPP-
<Toepassen>
<Instellingen IPP-
<Instellingen IPP-
<Toepassen>
<Instellingen IPP-