Belangrijke veiligheidsinstructies Installatie Elektrische aansluiting Hantering Onderhoud en inspecties Verbruiksartikelen Basishandelingen Onderdelen en de bijbehorende functies Voorzijde Achterzijde Binnenzijde Sleuf voor handmatige invoer Multifunctionele lade Bedieningspaneel Printerstatusvenster De stroom in- en uitschakelen Stroom besparen Slaapstand instellen Instelling automatisch uitschakelen Papier plaatsen Papier in de multifunctionele lade plaatsen Papier laden in de sleuf voor handmatige invoer Enveloppen plaatsen...
Pagina 3
IPv4-adres instellen IPv6-adres instellen Netwerkinstellingen weergeven Configurering voor afdrukken van een computer Afdrukprotocollen en webservices configureren Printerpoorten configureren De machine configureren voor uw netwerkomgeving Ethernet-instellingen configureren De maximale verzendeenheid wijzigen Een wachttijd instellen voor verbinding met een netwerk DNS configureren WINS configureren NetBIOS configureren SNTP configureren...
Pagina 4
Tonercartridges vervangen Afdrukinstellingenlijsten Aantal afdrukken weergeven Instellingen terugzetten op de standaardwaarden Instellingen terugzetten op de standaardwaarden Instellingen voor systeembeheer initialiseren Sleutel- en certificaatinstellingen De machine verplaatsen Bijlage Handige functies Milieubesparing levert geld op Efficiënter werken Ongekende mogelijkheden Technische specificaties Apparaatspecificaties Specificaties draadloos LAN Papier Verbruiksartikelen...
U mag alleen handelingen uitvoeren die in deze handleiding worden beschreven. Canon kan niet aansprakelijk worden gesteld voor eventuele schade die het gevolg is van het gebruiken van het apparaat op een manier die niet wordt beschreven in deze handleiding, onjuist gebruik of reparaties/aanpassingen die niet zijn uitgevoerd door Canon of een hiervoor door Canon aangewezen partij.
Gebruik het apparaat niet in de buurt van medische apparatuur. Door dit apparaat gegenereerde radiogolven kunnen medische apparatuur verstoren, wat zeer ernstige gevolgen kan hebben. Als vreemde voorwerpen in het apparaat vallen, haalt u de stekker uit het stopcontact en neemt u contact op met uw Canon- dealer.
Dit apparaat genereert bij normaal gebruik een hele kleine hoeveelheid ozon en andere gassen. Deze emissies zijn niet schadelijk voor de gezondheid. Maar de aanwezigheid van de gassen kan merkbaar zijn bij langer gebruik of tijdens lange productieruns, met name in slecht geventileerde ruimtes. Het is raadzaam dat de ruimte waarin het apparaat wordt gebruikt, afdoende wordt geventileerd voor het in stand houden van een comfortabele werkomgeving.
0L1Y-002 Elektrische aansluiting Dit apparaat kan worden gebruikt met een spanning tussen 220 en 240 V en een elektrische frequentie van 50/60 Hz. Gebruik alleen een voeding die voldoet aan de aangegeven spanningsvereisten. Als u dat niet doet, kan dit brand of een elektrische schok tot gevolg hebben.
0L1Y-003 Hantering Haal direct de stekker uit het stopcontact en neem contact op met een erkend Canon- dealer als het apparaat vreemde geluiden maakt, rook of een vreemde geur verspreidt of extreem heet wordt. Als u het apparaat onder die omstandigheden blijft gebruiken, kan dit brand of een elektrische schok tot gevolg hebben.
Bij het transporteren van het apparaat Voer de volgende stappen uit om te voorkomen dat het apparaat tijdens het vervoer wordt beschadigd. Verwijder de tonercartridge. Gebruik de originele doos met verpakkingsmaterialen om het apparaat goed in te pakken. Overige voorzorgsmaatregelen Volg de instructies die staan vermeld op het waarschuwingsetiket dat op het apparaat is bevestigd.
0L1Y-004 Onderhoud en inspecties Reinig het apparaat regelmatig. Als er sprake is van stofvorming, werkt de machine mogelijk niet goed. Let op de volgende punten als u de machine gaat reinigen. Zie Problemen oplossen als er tijdens gebruik een probleem optreedt. Zie Wanneer een probleem niet kan worden opgelost als u het probleem niet kunt oplossen of wanneer u van mening bent dat de machine moet worden geïnspecteerd.
0L1Y-005 Verbruiksartikelen Gooi lege tonercartridges niet in open vuur. Bewaar tonercartridges of papier niet op een plek die wordt blootgesteld aan open vuur. Hierdoor kan de toner ontbranden, met brandwonden of brand als gevolg. Als u per ongeluk toner morst, veeg het tonerpoeder dan op met een zachte, vochtige doek zonder het in te ademen. Gebruik nooit een stofzuiger zonder bescherming tegen stofexplosies om de gemorste toner op te ruimen.
Houd er rekening mee dat er Canon-namaaktonercartridges in omloop zijn. Het gebruik van imitatie-tonercartridges kan resulteren in slechte afdrukkwaliteit of prestatie van het apparaat. Canon is niet verantwoordelijk voor eventuele storingen, ongelukken of schade als gevolg van het gebruik van imitatie-tonercartridges.
0L1Y-006 Basishandelingen In dit hoofdstuk worden de onderdelen van het apparaat en basishandelingen beschreven, zoals het plaatsen van het papier. Onderdelen en de bijbehorende functies In dit hoofdstuk worden de namen en functies van de onderdelen aan de buitenkant en de binnenkant van het apparaat. Onderdelen en de bijbehorende functies Printerstatusvenster...
0L1Y-007 Onderdelen en de bijbehorende functies In dit hoofdstuk wordt de onderdelen van het apparaat beschreven (buitenkant, voor- en achterkant en binnenkant) en hoe ze werken. Ook worden de onderdelen beschreven voor onderdelen van de machine die nodig zijn voor het uitvoeren van basishandelingen zoals het plaatsen van papier en het vervangen van tonercartridges.
0L1Y-008 Voorzijde Bedieningspaneel Het bedieningspaneel is uitgerust met toetsen en lampjes zodat u de machinestatus kunt controleren en bedieningen kunt uitvoeren. Bedieningspaneel (Wi-Fi) indicatielampje Dit lampje brandt wanneer de machine is verbonden met een draadloos LAN. (Wi-Fi) toets Gebruik deze toets voor het instellen van een draadloos LAN-verbinding met de WPS-drukknopmethode. Hoofdschakelaar De stroom in- en uitschakelen.
0L1Y-009 Achterzijde Ventilatieopeningen Warme lucht wordt door deze openingen afgevoerd om de binnenzijde van de machine af te koelen. Een goede ventilatie is niet mogelijk als u voorwerpen voor de ventilatieopeningen plaatst. Installatie Klep aan de achterzijde Openen om het vastgelopen papier te verwijderen. Papierstoringen oplossen Etiket stroomverbruik Dit etiket vermeldt onder andere het serienummer.
0L1Y-00C Sleuf voor handmatige invoer Papiergeleiders Stel de papiergeleiders exact af op de breedte van het geladen papier, zodat het papier mooi recht in de machine wordt gevoerd. KOPPELINGEN Papier laden in de sleuf voor handmatige invoer...
0L1Y-00E Multifunctionele lade Papiergeleiders Stel de papiergeleiders exact af op het formaat van het geladen papier, zodat het papier mooi recht in de machine wordt gevoerd. KOPPELINGEN Papier in de multifunctionele lade plaatsen...
0L1Y-00F Bedieningspaneel (Stroom) indicatielampje Gaat branden als het apparaat aan staat. (Alarm) indicatielampje Brandt of knippert als er een papierstoring of een andere fout optreedt. Los het probleem op aan de hand van het bericht dat in het Printerstatusvenster wordt weergegeven. Er wordt een foutbericht weergegeven (Opdracht) indicatielampje Gaat branden als er afdrukgegevens zijn die worden afgedrukt of wachten om te worden afgedrukt.
0L1Y-00H Printerstatusvenster Het printerstatusvenster is een functie waarmee u de status van de machine kunt controleren, fotomeldingen kunt bekijken en instellingen kunt doorvoeren voor het apparaat zoals stroombesparende instellingen. U kunt het ook gebruiken voor taken zoals u annuleren van een afdruktaak of het afdrukken van een lijst met apparaatinstellingen. Het printerstatusvenster wordt automatisch op uw computer geïnstalleerd als u het printerstuurprogramma installeert (Installatiehandleiding van printerstuurprogramma).
Pagina 23
[Opdracht] menu Hiermee kunt u documenten controleren die worden afgedrukt of in de wachtrij staan. U kunt ook documenten selecteren en afdrukken annuleren. [Opties] menu Hiermee kunt u de onderhoudsfuncties uitvoeren zoals instellingenlijsten afdrukken of reiniging van de fixeereenheid en om apparaatinstellingen door te voeren zoals stroombesparende instellingen.
Pagina 24
Selecteer als u klikt op [Verbruikseenheden aanschaffen] uw land of regio en klik op [OK]. Er wordt een websitepagina van Canon weergegeven waar u informatie kunt vinden over de aanschaf van verbruikseenheden. Statusbalk Geeft de bestemming van de verbinding (pportnaam) weer van het printerstatusvenster.
0L1Y-00J De stroom in- en uitschakelen Gebruik de stroomschakelaar aan de voorkant van het apparaat om de stroom in en uit te schakelen. Zet het apparaat uit en wacht minimaal 10 seconden en zet het apparaat dan weer aan om het apparaat opnieuw te starten. De stroom inschakelen De stroom uitschakelen De stroom inschakelen...
0L1Y-00K Stroom besparen U kunt stroom besparen door het apparaat in te stellen om automatisch naar de slaapstand te gaan of uit te schakelen nadat het apparaat een bepaalde tijd niet is gebruikt. Slaapstand instellen Instelling automatisch uitschakelen...
0L1Y-00L Slaapstand instellen In de slaapstand wordt het stroomverbruik verlaagd door sommige interne bewerkingen tijdelijk te stoppen. U kunt het apparaat instellen om automatisch naar de slaapstand te gaan of uit te schakelen nadat het apparaat een bepaalde tijd niet is gebruikt. De standaardfabrieksinstelling voor de tijdsduur voordat het apparaat naar de slaapstand gaat is 1 minuut.
0L1Y-00R Instelling automatisch uitschakelen U kunt het apparaat instellen om automatisch uit te schakelen nadat het apparaat een bepaalde tijd niet gebruikt is. Dit voorkomt stroomverspilling doordat het apparaat niet wordt uitgeschakeld. De standaardfabrieksinstelling voor de tijd die moet verstrijken voordat de stroom wordt uitgeschakeld bedraagt 4 uur.
0L1Y-00S Papier plaatsen U kunt papier laden in de multifunctionele lade en de sleuf voor handmatige invoer. Plaats papier dat veel gebruikt wordt in de multifunctionele lade. Dit is handig omdat u dan een groot aantal velen kunt laden. Laad papier in de sleuf voor handmatige invoer als u gedurende een bepaalde tijd papier gebruikt dat niet is geplaatst in de multifunctionele lade.
Pagina 30
met grote verschillen in temperatuur of luchtvochtigheid. Als u gaat afdrukken op papier dat vochtig is geworden Er kan stoom vrijkomen in het uitvoergebied van het apparaat of er kunnen zich waterdruppels vormen op de achterzijde van het bedieningspaneel of in het uitvoergebied. Dit is geen storing. Het vocht in het papier verdampt op het moment dat er warmte wordt gegeneerd tijdens het fixeren van de toner (dit gebeurt meestal als de omgevingstemperatuur laag is).
0L1Y-00U Papier in de multifunctionele lade plaatsen Plaats veelgebruikt papier in de multifunctionele lade. Als u wilt afdrukken op papier dat niet is geplaatst in de multifunctionele lade, laad het papier dan in de de sleuf voor handmatige invoer. Papier laden in de sleuf voor handmatige invoer Plaats het papier altijd in staande richting.
Pagina 32
Zorg ervoor dat de papierstapel niet hoger is dan de markeringen voor de invoerlimiet. Zorg ervoor dat de stapel papier niet hoger is dan de markering voor het maximale aantal vellen ( ). Als u te veel papier plaatst, kan dit papierstoringen veroorzaken. Zie voor het plaatsen van enveloppen of voorbedrukt papier Enveloppen plaatsen of Voorbedrukt papier plaatsen.
Pagina 33
Na het opnieuw plaatsen van papier dat eruit is gekomen tijdens het afdrukken of het opnieuw plaatsen van papier na een foutmelding, drukt u op de toets (Papier) om het afdrukken opnieuw te starten. Afdrukken op de achterzijde van bedrukt papier (handmatig dubbelzijdig afdrukken) U kunt afdrukken op de achterzijde van bedrukt papier.
0L1Y-00W Papier laden in de sleuf voor handmatige invoer Als u wilt afdrukken op papier dat niet geladen is in de multifunctionele lade, plaats het papier dan in de sleuf voor handmatige invoer. Plaats papier dat veel gebruikt wordt in de multifunctionele lade. Papier in de multifunctionele lade plaatsen Plaats het papier altijd in staande richting.
Pagina 35
Zie voor het plaatsen van enveloppen of voorbedrukt papier Enveloppen plaatsen of Voorbedrukt papier plaatsen. Schuif de papiergeleiders tegen de randen van het papier. Schuif de papiergeleiders naar binnen totdat ze stevig tegen de randen van het papier zitten. Stel de papiergeleiders af op de breedte van het papier. Als de papiergeleiders te los of te strak zitten, kan het papier verkeerd worden ingevoerd of kunnen er papierstoringen ontstaan.
0L1Y-00X Enveloppen plaatsen Strijk de enveloppen glad voordat u ze gaat laden. Let ook op de invoerrichting van de enveloppen en welke kant naar boven wijst. Voordat u enveloppen gaat laden Enveloppen in de multifunctionele lade en de sleuf voor handmatige invoer plaatsen In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u enveloppen in de gewenste richting laadt.
Enveloppen in de multifunctionele lade en de sleuf voor handmatige invoer plaatsen Laad enveloppen van het formaat Monarch, Nr. 10 (COM10), DL of C5 met de korte zijde naar voren en met de kant zonder lijm (de voorzijde) naar boven. U kunt niet afdrukken op de achterzijde van enveloppen. Bij plaatsing in de sleuf voor handmatige invoer kan maar één envelop per keer worden geladen.
0L1Y-00Y Voorbedrukt papier plaatsen Als u papier gebruikt waarop vooraf een logo of andere informatie is afgedrukt, moet u bij het plaatsen op de invoerrichting van het papier letten. Plaats het papier overeenkomstig de lay-out en afdrukmethode zodat het document wordt afgedrukt aan de kant met het logo in de juiste richting.
Pagina 39
Bij plaatsing in de sleuf voor handmatige invoer kan maar één vel per keer worden geladen. Afdrukken op papier met een logo in de afdrukrichting Staand Afdrukken op papier met een logo in de afdrukrichting Liggend...
0L1Y-010 Afdrukken Documenten die u met een programma op uw computer hebt gemaakt, kunt u afdrukken via het printerstuurprogramma. Het printerstuurprogramma heeft een aantal handige instellingen, zoals vergroten/verkleinen en posters afdrukken, waarmee u uw documenten op verschillende manieren kunt afdrukken. U kunt de afdrukfunctie van de machine pas gebruiken nadat u enkele procedures hebt doorlopen, zoals het installeren van het printerstuurprogramma op uw computer.
Pagina 41
Schakel het selectievakje [Afdrukken in stille modus] in en klik op [OK]. Afdrukken in de stille modus alleen voor specifieke afdruktaken Geef de stille modus op in het printerstuurprogramma bij het maken van afdrukinstellingen. Zie voor het maken van basisafdrukken met het printerstuurprogramma Basisbewerkingen met de printer.
0L1Y-011 Basisbewerkingen met de printer In dit gedeelte wordt beschreven hoe u een document op uw computer afdrukt via het printerstuurprogramma. Open een document in een programma en geef het afdrukvenster weer. De manier waarop u het afdrukvenster weergeeft, kan per programma verschillen. Raadpleeg voor meer informatie de Help van het programma dat u gebruikt.
Pagina 43
Op deze manier hoeft u niet steeds dezelfde instellingen op te geven als u gaat afdrukken. Combinaties van veelgebruikte afdrukinstellingen opslaan Klik op [OK]. Klik op [Afdrukken] of [OK]. Het afdrukken wordt gestart. In sommige programma's verschijnt het onderstaande scherm. Indien er een scherm zoals hierboven verschijnt, kunt u het afdrukken annuleren door op [Annuleren] te drukken.
0L1Y-012 Een afdruktaak annuleren Er zijn twee manieren om het afdrukken te annuleren: via de computer en via het bedieningspaneel van de printer. Via de computer Vanaf het bedieningspaneel Via de computer U kunt afdruktaken annuleren met behulp van het printerstatusvenster. Selecteer het apparaat door te klikken op in de systeemlade.
Klik op [OK]. Het afdrukken van het geselecteerde document wordt geannuleerd. Het is mogelijk dat er nog enkele pagina's worden uitgevoerd nadat u het afdrukken hebt geannuleerd. TIPS Annuleren vanuit de Remote UI U kunt het afdrukken annuleren vanuit de pagina [Job Status] van de Remote UI. De huidige status van afdruktaken controleren Annuleren vanuit een programma In sommige programma's verschijnt het onderstaande scherm.
0L1Y-013 De printerstatus controleren U kunt de huidige printstatus controleren in het printerstatusvenster. Dit is handig als u al lang wacht op het afdrukken van uw document en als u een lijst wilt zien van de documenten die wachten om te worden afgedrukt. Selecteer het apparaat door te klikken op in de systeemlade.
0L1Y-014 Verschillende afdrukinstellingen Er zijn verschillende afdrukinstellingen die u kunt gebruiken, zoals vergroot/verkleind afdrukken en poster afdrukken. Selecteer de instellingen die u nodig heeft voor het document dat u moet afdrukken. Vergroten of verkleinen Schakelen tussen enkelzijdig en Afdrukken sorteren per pagina dubbelzijdig afdrukken Meerdere pagina's op één vel Posters afdrukken...
0L1Y-015 Vergroten of verkleinen U kunt afdrukken vergroten of verkleinen door een vooraf ingesteld zoompercentage voor afdrukken te selecteren, zoals A5 naar A4. U kunt ook zelf een aangepast zoompercentage kiezen, dat u kunt verhogen of verlagen in stappen van 1%. Het zoompercentage voor afdrukken instellen door het formaat van het origineel en het papier op te geven (vaste schaal) Het zoompercentage voor afdrukken wordt automatisch ingesteld op basis van het formaat van het origineel en van het papier dat u...
Pagina 49
Dit kan zich uiten in grote lege vlakken op de afdruk of delen van het document die ontbreken. De instellingen voor vergroten/verkleinen in bepaalde programma's hebben prioriteit boven de desbetreffende instellingen in het printerstuurprogramma. KOPPELINGEN Basisbewerkingen met de printer...
0L1Y-016 Schakelen tussen enkelzijdig en dubbelzijdig afdrukken Deze machine kan zowel enkelzijdig als dubbelzijdig afdrukken. De standaardinstelling is [Dubbelzijdig afdrukken]. Pas de instelling desgewenst aan. Dubbelzijdig afdrukken is mogelijk niet voor alle formaten en soorten papier beschikbaar. Papier Tabblad [Algemene instellingen] selecteer [Enkelzijdig afdrukken] of [Dubbelzijdig afdrukken] bij [Enkelzijdig/Dubbelzijdig/Boekje afdrukken] selecteer de inbindpositie bij [Inbindlocatie]...
Pagina 51
Hiermee wordt het document zo afgedrukt dat de afgedrukte pagina's horizontaal worden geopend nadat ze zijn ingebonden aan de korte zijde. [Korte zijde [links]] [Rugmarge] Kies deze optie om een bindmarge op te geven. KOPPELINGEN Basisbewerkingen met de printer Meerdere pagina's op één vel afdrukken Boekje afdrukken...
0L1Y-017 Afdrukken sorteren per pagina Als u afdrukken wilt maken van documenten met meerdere pagina's, selecteert u [Sorteren] om complete sets op volgorde af te drukken. Deze functie is handig bij het voorbereiden van hand-outs voor vergaderingen of presentaties. tabblad [Algemene instellingen] selecteer [Sorteren] of [Groeperen] bij [Afwerking] [OK] [Afwerking]...
0L1Y-018 Meerdere pagina's op één vel afdrukken U kunt meerdere pagina's afdrukken op één vel papier. Zo kunt u vier of negen pagina's afdrukken op één vel door [4 op 1] of [9 op 1] te gebruiken. Gebruik deze functie als u papier wilt besparen of een document wilt bekijken als miniaturen.
0L1Y-019 Posters afdrukken U kunt delen van één document afdrukken verspreid over meerdere pagina's en die combineren tot een poster. Bijvoorbeeld als u een A4-pagina verdeeld over negen delen, print elk deel dan negen keer groter af en combineer de delen. U krijgt dan een poster zo groot als negen A4-pagina's. Het tabblad [Algemene instellingen] in [Pagina-opmaak], selecteer een posterformaat door het aantal delen te specificeren om af te drukken, bijvoorbeeld [Poster [3 x 3]]...
0L1Y-01A Boekje afdrukken U kunt twee pagina's van een document op beide zijden van één vel papier afdrukken en dan de bedrukte pagina's dubbelvouwen om een boekje te maken. Het printerstuurprogramma regelt de afdrukvolgorde, zodat de paginanummers kloppen. Een boekje afdrukken is mogelijk niet voor alle formaten en soorten papier beschikbaar. Papier Tabblad [Algemene instellingen] selecteer [Boekje afdrukken] bij [Enkelzijdig/Dubbelzijdig/Boekje afdrukken]...
Pagina 56
[Geef Rugmarge boekje op] Als u een nietmachine of een ander inbindgereedschap gebruikt, geeft u de breedte van de rugmarge op voor het inbinden van het boekje. Schakel het selectievakje [Geef Rugmarge boekje op] in en geef de breedte van de marge op bij [Rugmarge boekje].
0L1Y-01C Randen afdrukken U kunt randen, zoals stippellijnen of dubbele ononderbroken lijnen, toevoegen aan de marges van afdrukken. tabblad [Pagina-instelling] klik op [Pagina opties] selecteer het type rand bij [Kader] [OK] [OK] [Kader] Selecteert het randtype om aan het document toe te voegen. Voorbeeld Hier ziet u een voorbeeld met de geselecteerde rand.
0L1Y-01E Datums en paginanummers afdrukken U kunt de informatie zoals datums of paginanummers afdrukken. Daarnaast kunt u aangeven waar in het document u deze informatie wilt afdrukken (linksboven, rechtsonder, enzovoort). Tabblad [Pagina-instelling] klik op [Pagina opties] selecteer de afdrukpositie van de afdrukdatum, de gebruikersnaam of het paginanummer [OK] [OK]...
0L1Y-01F Afdrukken met watermerk U kunt een watermerk zoals "KOPIE" of "VERTROUWELIJK" afdrukken over het document. U kunt nieuwe watermerken maken of vooraf geregistreerde watermerken gebruiken. Tabblad [Pagina-instelling] schakel het selectievakje [Watermerk] in selecteer een watermerk in [Watermerknaam] [OK] [Watermerk]/[Watermerknaam] Schakel het selectievakje [Watermerk] in om de beschikbare watermerken weer te geven in de vervolgkeuzelijst [Watermerknaam].
Pagina 60
Randen afdrukken Datums en paginanummers afdrukken...
0L1Y-01H Afdrukken volgens het documenttype U kunt het type document opgeven om zo een optimale beeldkwaliteit te garanderen. Er zijn verschillende instellingen voor fotodocumenten, documenten met grafieken en tabellen, en documenten met CAD-tekeningen met zeer dunne lijntjes. tabblad [Kwaliteit] selecteer het type document bij [Doel] [OK] [Doel] Selecteer een optie die het best past bij het type document of het doel van de afdruk.
0L1Y-01J Toner besparen U kunt in het printerstuurprogramma instellen dat documenten met minder toner worden afgedrukt. Als de tonerspaarstand is ingeschakeld, bestaat de kans dat dunne lijnen en delen met een lichtere afdrukdichtheid vaag worden. tabblad [Kwaliteit] selecteer het type document bij [Doel] klik op [Geavanceerde instellingen] selecteer [Tonerspaarstand] op het scherm [Geavanceerde instellingen]...
0L1Y-01K Meerdere documenten combineren en afdrukken Met behulp van Canon PageComposer kunt u meerdere documenten samenvoegen tot één afdruktaak en de taak afdrukken met de opgegeven afdrukinstellingen. Op deze manier kunt u bijvoorbeeld documenten combineren die met verschillende programma's zijn gemaakt en alle pagina's op hetzelfde papierformaat afdrukken.
Pagina 64
Klik op het tabblad [Afdrukinstellingen] om een scherm weer te geven voor het opgeven van afdrukinstellingen zoals het aantal exemplaren. De instellingen in dit scherm worden voor de volledige afdruktaak gebruikt. Klik voor meer informatie op [Help] in Canon PageComposer. [Details] Hiermee geeft u het scherm met afdrukinstellingen van het printerstuurprogramma weer.
Pagina 65
Het afdrukken wordt gestart. Zie om het afdrukken te annuleren Een afdruktaak annuleren KOPPELINGEN Basisbewerkingen met de printer Meerdere pagina's op één vel afdrukken...
0L1Y-01L De gewenste afdrukinstellingen configureren U kunt combinaties van instellingen opslaan als "Profielen" om te voldoen aan uw diverse afdrukbehoeften. U kunt de instellingen die u vaak gebruikt ook opslaan als de standaardinstelling. Zodra de standaardinstelling is ingesteld, worden de opgeslagen instellingen automatisch weergegeven op het scherm van het printerstuurprogramma en kunt u de handelingen overslaan om de afdrukinstellingen op te geven en kunt u onmiddellijk afdrukken.
0L1Y-01R Combinaties van veelgebruikte afdrukinstellingen opslaan Als u bij elke afdruktaak instellingen moet opgeven om bijvoorbeeld "enkelzijdig af te drukken op A4-papier in de afdrukstand Liggend", kan dit nogal tijdrovend en vervelend worden. Als u deze veelgebruikte combinaties van afdrukinstellingen echter opslaat als een "profiel", kunt u de gewenste afdrukinstellingen eenvoudig opgeven door het bijbehorende profiel te laden.
Pagina 68
De instellingen van het geselecteerde profiel wijzigen U kunt de instellingen van een profiel wijzigen. Desgewenst kunt u de gewijzigde instellingen opslaan als een ander profiel. KOPPELINGEN Basisbewerkingen met de printer De standaardinstellingen wijzigen...
0L1Y-01S De standaardinstellingen wijzigen De standaardinstellingen zijn de instellingen die worden weergegeven als u het scherm met afdrukinstellingen van het printerstuurprogramma opent. U kunt deze instellingen echter wijzigen naar instellingen die u vaak gebruikt. Als u bijvoorbeeld 2 documentpagina's wilt afdrukken op elke afdruk, stel dan [2 op 1] in als de standaardpagina-opmaak. De volgende keer dat u het printerstuurprogrammascherm gebruikt, is de instelling [2 op 1] zodat u niet steeds dezelfde instellingen hoeft op te geven als u gaat afdrukken.
0L1Y-01U Netwerk Dit apparaat is ontworpen voor flexibel gebruik binnen verschillende omgevingen. Dit betekent dat de machine naast verschillende standaardfuncties voor netwerkgebruik, ook geavanceerde technologieën ondersteunt. Gelukkig hoeft u geen netwerkexpert te zijn om deze functies te kunnen gebruiken, bij het ontwerpen van de machine is immers ook rekening is gehouden met het gebruiksgemak. Voer de configuratiestappen voor de netwerkfuncties één voor één uit door de instructies zorgvuldig op te volgen.
0L1Y-01W Verbinding maken met een netwerk U kunt de machine aansluiten op een netwerk door middel van een draadloze of bedrade LAN-verbinding. Gebruik in elk geval een uniek IP-adres in het netwerk. Selecteer de verbindingsmethode die het beste bij uw communicatie-omgeving en apparaten past. Als u specifieke vragen hebt over de instellingen van het IP-adres van het apparaat, neemt u contact op met uw internetprovider of de netwerkbeheerder.
0L1Y-01X Verbinding maken met een bekabeld LAN Sluit de machine via een router aan op een computer. Sluit de machine met een LAN-kabel aan op de router. Er wordt geen LAN-kabel of router bij het apparaat geleverd. U moet zelf zorgen voor deze onderdelen. Gebruik een twisted- pair-kabel van categorie 5 of hoger voor het LAN.
Na omzetten van de verbindingsmethode van draadloos LAN naar bedraad LAN U moet het huidig geïnstalleerde printerstuurprogramma deïnstalleren, de bedrade LAN-verbinding configureren en vervolgens het printerstuurprogramma opnieuw installeren (Installatiehandleiding van printerstuurprogramma). Selecteer bij het configureren van de bedrade LAN-verbinding [Aangepaste installatie] als configuratiemethode. KOPPELINGEN Verbinding maken met een netwerk...
0L1Y-01Y Verbinding maken met een Draadloos LAN Als u een draadloze router (of een toegangspunt) gebruikt, loopt de verbinding tussen de machine en een computer via radiogolven. Als uw draadloze router ondersteuning biedt voor Wi-Fi Protected Setup (WPS), kunt u het netwerk automatisch en dus eenvoudig configureren.
Als het bovenstaande scherm niet wordt weergegeven Het scherm [Installatie via cd-rom/dvd-rom] weergeven Indien [Automatisch afspelen] wordt weergegeven, klik op [Uitvoeren Mlnst.exe]. Klik op [Starten] voor [MF/LBP Network Setup Tool]. Volg de instructies op het scherm om de draadloze LAN-instellingen te configureren. Als er iets is dat u niet begrijpt Klik op [Nuttige tips] linksonder in het scherm om de tips voor probleemoplossing te bekijken.
0L1Y-020 IP-adressen instellen Als u de machine wilt gebruiken in een netwerk, hebt u een uniek IP-adres nodig. Er zijn twee versies van IP-adressen beschikbaar: IPv4 en IPv6. Configureer het IP-adres afhankelijk van de netwerkomgeving. Als u IPv6-adressen wilt gebruiken, moet u de IPv4- adresinstellingen op de juiste manier configureren.
0L1Y-021 IPv4-adres instellen Het IPv4-adres van het apparaat kan automatisch worden toegewezen via een speciaal protocol zoals DHCP of het kan handmatig worden ingevoerd. Als u het apparaat verbindt met een bekabeld LAN, zorg er dan voor dat de stekker van de LAN-kabel stevig in de aansluiting zit ( Verbinding maken met een bekabeld LAN).
Automatisch een IP-adres toewijzen In de lijst [Select Protocol], selecteer [DHCP], [BOOTP] of [RARP]. Als u DHCP/BOOTP/RARP niet wilt gebruiken om automatisch een IP-adres toe te wijzen Selecteer [Off]. Als u de [DHCP], [BOOTP] of [RARP] protocol als deze diensten onbeschikbaar zijn, dan verspilt het apparaat tijd en communicatiemiddelen door op het netwerk te zoeken naar deze diensten.
0L1Y-022 IPv6-adres instellen Gebruik de Remote UI om IPv6-adressen in te stellen. Zorg er voor het instellen van de IPv6-adressen voor dat het IPv4-adres goed is ingesteld ( Netwerkinstellingen weergeven). U kunt maximal negen van de volgende IPv6-adressen registreren. Maximumaantal Type Beschrijving beschikbaar...
Pagina 80
Schakel het selectievakje [Use IPv6] in en configureer de vereiste instellingen. [Use IPv6] Schakel het selectievakje in als u IPv6 wilt gebruiken. Als u IPv6 niet wilt gebruiken, schakelt u het selectievakje uit. [Stateless Address] Aanvinken om stateless adressen te gebruiken. Schakel het selectievakje uit als u geen stateless adressen wilt gebruiken. [Use Manual Address] Als u handmatig een IPv6-adres wilt invoeren, vink dan het selectievakje aan en voer waarden in bij het [IP Address], [Prefix Length] en [Default Router Address].
Pagina 81
Controleren of de instellingen juist zijn Controleer of het scherm Remote UI kan worden weergegeven op uw computer door het IPv6-adres van het apparaat te gebruiken. De Remote UI starten Als u IP-adressen wijzigt na installeren van het printerstuurprogramma U moet een nieuwe poort toevoegen. Printerpoorten configureren KOPPELINGEN IPv4-adres instellen...
0L1Y-023 Netwerkinstellingen weergeven Druk op de toets (Papier) van dit apparaat en houd de toets 3 seconden ingedrukt voor een gedeeltelijke lijst met netwerkinstellingen. Hiermee kunt u de IPv4-instellingen, het MAC-adres en de draadloze/bedrade LAN-instellingen controleren. De instellingenlijst is geformatteerd om af te drukken op A4-formaat. Laad voor het afdrukken het formaat A4 papier in de multifunctionele lade of de sleuf voor handmatige invoer.
Pagina 83
Geeft weer of het IP-adres automatisch wordt toegewezen door een protocol zoals DHCP. "On" wordt weergegeven als automatische adressering is ingeschakeld. Select Protocol Geeft het protocol weer gebruikt om het IP-adres automatisch toe te wijzen. Auto IP Geeft weer of Auto IP is in- of uitgeschakeld. IP Address Geeft het IP-adres weer.
0L1Y-024 Configurering voor afdrukken van een computer Bij gebruik van het apparaat als een netwerkprinter, kunt u de protocollen en poorten gebruikt voor afdrukken configureren. Zorg er voordat u begint voor dat u alle basisvoorbereidingen voor het afdrukken heeft voltooid (Installatiehandleiding van printerstuurprogramma).
0L1Y-025 Afdrukprotocollen en webservices configureren Hieronder wordt uitgelegd hoe afdrukprotocollen geconfigureerd kunnen worden om documenten af te drukken vanaf computers. De protocollen ondersteund door het apparaat zijn LPD, RAW en WSD (Web Services on Devices). De poortnummers van protocollen wijzigen Poortnummers wijzigen Start de Remote UI en meld u in de systeembeheerdersmodus aan.
[Use LPD Printing] Selecteer het selectievakje om af te drukken met LPD. Haal het vinkje weg als u geen LPD wilt gebruiken. [Use RAW Printing] Selecteer het selectievakje om af te drukken met RAW. Haal het vinkje weg als u geen RAW wilt gebruiken. Klik op [OK].
Pagina 87
Installeer het printerstuurprogramma volgens de procedure die WSD-poorten gebruikt beschreven in de Installatiehandleiding van printerstuurprogramma. KOPPELINGEN Printerpoorten configureren...
U kunt alleen een MFNP-poort toevoegen als u het printerstuurprogramma hebt geïnstalleerd met de CD- ROM/DVD-ROM met gebruikersoftware of als u het printerstuurprogramma hebt gedownload en geïnstalleerd via de website van Canon. Dit is een standaard Windows-poort. Als u dit type poort gebruikt, moet u elke keer dat het IP-adres van Standaard de machine verandert een nieuwe poort toevoegen.
Pagina 89
Klik op [Poort toevoegen]. Selecteer [Canon MFNP Port] bij [Beschikbare poorttypen] en klik op [Nieuwe poort]. Selecteer [Automatisch detecteren] en selecteer de machine als deze is gevonden en klik op [Volgende]. Als de machine niet wordt gedetecteerd Klik op [Vernieuwen]. Als het probleem blijft optreden, klikt u op [IP-adres] of [MAC-adres] en voert u het IP- adres of MAC-adres van de machine Netwerkinstellingen weergeven in en klikt u op [Volgende].
Pagina 90
Volg de instructies op het scherm als het volgende scherm wordt weergegeven. Selecteer [Canon Network Printing Device with P9100] bij [Apparaattype] onder [Standaard]. Klik op [Voltooien]. Klik op [Sluiten]. Het poorttype of -nummer wijzigen Als het afdrukprotocol (LPD of RAW) is gewijzigd aan de kant van het apparaat (...
0L1Y-027 De machine configureren voor uw netwerkomgeving De configuratie van een netwerk varieert naargelang de functie van het netwerk. De machine is ontworpen voor compatibiliteit met zo veel mogelijk netwerkconfiguraties en ondersteunt om die reden verschillende technologieën. Overleg met de netwerkbeheerder en kies voor een configuratie die aansluit bij uw netwerkomgeving.
0L1Y-028 Ethernet-instellingen configureren Ethernet is een standaard voor het uitwisselen van gegevens in een lokaal netwerk (LAN). U kunt de communicatiemodus (Half duplex/Full duplex) en het type Ethernet (10BASE-T/100BASE-TX) instellen. De standaardfabrieksinstelling, de communicatiemodus en het ethernettype worden automatisch gedetecteerd. Over het algemeen kunnen de ethernetinstellingen gebruikt worden zonder dat u de standaardinstellingen hoeft te wijzigen, maar u kunt de volgende procedure gebruiken om de instellingen handmatig te wijzigen om deze beter af te stemmen op uw netwerkomgeving.
Pagina 94
[Auto Detect] Haal het vinkje weg om de ethernetinstellingen handmatig te configureren. Selecteer het selectievakje om de ethernetinstellingen automatisch te detecteren. [Communication Mode] Selecteer de ethernetcommunicatiemodus. In deze modus worden er afwisselend gegevens verzonden en ontvangen. Selecteer deze modus als het [Half Duplex] apparaat is aangesloten op een netwerkapparaat dat half duplex gebruikt.
0L1Y-029 De maximale verzendeenheid wijzigen In de meeste Ethernet-netwerken is 1500 bytes de maximale grootte van een gegevenspakket dat kan worden verzonden. Een pakket is het blok met gegevens waarin de oorspronkelijke gegevens worden opgedeeld voordat ze worden verzonden. De maximale verzendeenheid (MTU) kan per netwerk verschillen.
Pagina 96
Start de machine opnieuw op. Zet de machine uit, wacht minimaal 10 seconden en zet de machine weer aan. KOPPELINGEN Ethernet-instellingen configureren Een wachttijd instellen voor verbinding met een netwerk...
0L1Y-02A Een wachttijd instellen voor verbinding met een netwerk Als in een netwerk redundante connectiviteit wordt aangeboden door de aanwezigheid van verschillende switching hubs of bridges, moet er een mechanisme zijn om te voorkomen dat pakketten in een oneindige lus terechtkomen. Een efficiënte oplossing is dus om voor elke switch-poort een bepaalde rol te definiëren.
Pagina 98
KOPPELINGEN Ethernet-instellingen configureren De maximale verzendeenheid wijzigen...
0L1Y-02C DNS configureren DNS (Domain Name System) is een service voor naamomzetting waarmee de naam van een host (of domein) wordt gekoppeld aan een IP-adres. Configureer de benodigde instellingen voor DNS, mDNS of DHCP. De procedures voor het configureren van DNS zijn verschillend voor IPv4 en IPv6.
[DNS Settings] [Primary DNS Server Address] Voer het IP-adres van de DNS-server in. [Secondary DNS Server Address] Voer bij een secundaire DNS-server het IP-adres in. [Host Name] Typ hier maximaal 47 alfanumerieke tekens voor de hostnaam van het apparaat dat u wilt registreren op de DNS- server.
Pagina 101
Configureer de DNS-instellingen van IPv6. Het selectievakje [Use IPv6] moet zijn ingeschakeld om de instellingen te configureren. IPv6-adres instellen [DNS Settings] [Primary DNS Server Address] Voer het IP-adres in van de DNS-server. U kunt geen adressen invoeren die beginnen met "ff" (multicast-adressen) en geen loopback-adres (::1).
Pagina 102
Start de machine opnieuw op. Zet de machine uit, wacht minimaal 10 seconden en zet de machine weer aan. KOPPELINGEN IPv4-adres instellen IPv6-adres instellen Netwerkinstellingen weergeven...
0L1Y-02E WINS configureren WINS (Windows Internet Name Service) is een service voor naamomzetting waarmee een NetBIOS-naam (de naam van een computer of printer in een SMB-netwerk) wordt gekoppeld aan een IP-adres. U moet de WINS-server opgeven om WINS in te schakelen. Om dit apparaat te registreren met een WINS-server, moet een NetBIOS-naam en werkgroepnaam worden ingesteld.
Pagina 104
[WINS Resolution] Schakel dit selectievakje in als u WINS wilt gebruiken voor naamomzetting. Als u WINS niet gebruikt, schakelt u het selectievakje uit. [WINS Server Address] Voer het IP-adres (IPv4) van de WINS-server in. Als het IP-adres van de WINS-server wordt verkregen van een DHCP-server, heeft het verkregen IP-adres prioriteit boven het IP- adres dat is ingevoerd in het vak [WINS Server Address].
0L1Y-02F NetBIOS configureren Om dit apparaat te registreren met een WINS-server, moet een NetBIOS-naam en werkgroepnaam worden ingesteld. Start de Remote UI en meld u in de systeembeheerdersmodus aan. De Remote UI starten Klik op [Settings/Registration]. Klik op [Network Settings] [TCP/IP Settings].
Pagina 106
NetBIOS-namen of werkgroepnamen die beginnen met een sterretje (*) kunnen niet worden geregistreerd op een WINS-server. Klik op [OK]. Start de machine opnieuw op. Zet de machine uit, wacht minimaal 10 seconden en zet de machine weer aan. KOPPELINGEN WINS configureren...
0L1Y-02H SNTP configureren Met SNTP (Simple Network Time Protocol) kunt u de systeemklok synchroniseren met de tijdserver in het netwerk. Als u SNTP gebruikt, controleert het systeem de timerserver periodiek zodat de systeemklok altijd klopt. De tijd wordt aangepast op basis van UTC (Coordinated Universal Time). Het is dus belangrijk om de juiste tijdzone op te geven voordat u SNTP gaat configureren ( Timer Settings).
[Use SNTP] Selecteer het selectievakje om SNTP te gebruiken voor synchronisatie. Haal het vinkje weg als u deze functie niet wilt gebruiken. [NTP Server Name] Voer het IP-adres van de NTP- of de SNTP-server in. Als DNS beschikbaar is in het netwerk, kunt u "<hostnaam>.<domeinnaam>"...
0L1Y-02J De machine bewaken en bedienen met SNMP SNMP (Simple Network Management Protocol) is een protocol voor het bewaken en aansturen van communicatieapparaten in een netwerk dat werkt met MIB (Management Information Base). De machine ondersteunt SNMPv1 en SNMPv3 met extra beveiliging. U kunt de status van de machine controleren vanaf een computer wanneer u documenten afdrukt of de Remote UI gebruikt.
Pagina 111
Hiermee kunnen de waarden van MIB-objecten alleen worden weergegeven. [Dedicated Community Settings] De speciale community is een vooraf gedefinieerde community die uitsluitend is bedoeld voor beheerders die met Canon-software werken, zoals imageWARE Enterprise Management Console. Selecteer [Off], [Read/Write] of [Read Only] voor toegangsprivileges voor MIB-objecten.
Pagina 112
[Read Only] Hiermee kan de speciale community de MIB-objecten alleen bekijken. Geef instellingen voor SNMPv3 op. Als u de SNMPv3-instellingen niet hoeft te wijzigen, gaat u verder met de volgende stap. [Use SNMPv3] Schakel dit selectievakje in om SNMPv3 in te schakelen. De overige instellingen voor SNMPv3 kunt u alleen opgeven als dit selectievakje is ingeschakeld.
Pagina 113
[Acquire Printer Management Information from Host] []Schakel het selectievakje in om via SNMP de gegevens voor printerbeheer van het apparaat te bewaken. Als u geen printerbeheerinformatie wilt bewaken, schakelt u het selectievakje uit. Klik op [OK]. Start de machine opnieuw op. Zet de machine uit, wacht minimaal 10 seconden en zet de machine weer aan.
SLP (Service Location Protocol) om het apparaat te zoeken in het netwerk en informatie over het apparaat te verzamelen, waaronder de status van de stroomvoorziening. SLP-instellingen kunt u opgeven via de Remote UI. Neem voor meer informatie over imageWARE contact op met uw Canon-dealer. Het wijzigen van het SLP-poortnummer Poortnummers wijzigen Start de Remote UI en meld u in de systeembeheerdersmodus aan.
Pagina 115
Schakel het selectievakje [Respond to Discovery] en voer de vereiste informatie in. [Respond to Discovery] Schakel het selectievakje in als het apparaat moet reageren op pakketten voor Multicast Discovery van imageWARE en u bewaking door imageWARE wilt inschakelen. [Scope Name] Als u het apparaat wilt toevoegen aan een bepaald bereik, typt u hier maximaal 32 tekens voor de naam van het bereik.
0L1Y-02L Beveiliging De realiteit is dat overal en altijd vertrouwelijke gegevens worden verwerkt door informatieapparaten, waaronder computers en printers. Het vervelende is dat elk van deze apparaten het doelwit kan worden van kwaadwillende derden. Aanvallers kunnen ongeoorloofde toegang krijgen tot uw apparaten of indirect voordeel halen uit slordigheid. Hoe het ook zij, u kunt geconfronteerd worden met onverwachte verliezen als uw vertrouwelijke gegevens worden onderschept.
0L1Y-02R De machine beschermen tegen ongeoorloofde toegang Voorkom dat onbevoegden toegang krijgen tot de machine en deze kunnen gebruiken. U kunt verschillende beveiligingsmaatregelen treffen, zoals het beheren van toegangsmachtigingen, het instellen van firewalls en het aanpassen van poortnummers.
0L1Y-02S Wachtwoorden van systeembeheerder instellen Er zijn beheerderstoegangsrechten nodig om de apparaatinstellingen te wijzigen van de Remote UI. Gebruik nadat u bent ingelogd als beheerder de volgende procedure om de PIN-code in te stellen (wachtwoord systeembeheerder). Het wachtwoord van de systeembeheerder is belangrijk voor de veiligheid van het apparaat.
Pagina 119
[System Manager Name] Gebruik maximaal 32 alfanumerieke tekens voor de naam van de systeembeheerder. [Contact Information] Gebruik maximaal 32 alfanumerieke tekens voor de contactinformatie van de systeembeheerder. [E-Mail Address] Gebruik maximaal 64 alfanumerieke tekens voor het e-mailadres van de systeembeheerder. [System Manager Comment] Gebruik maximaal 32 alfanumerieke tekens voor een opmerking over de systeembeheerder.
0L1Y-02U Communicatie beperken door firewalls in te stellen Zonder goede beveiliging kunnen onbevoegden toegang krijgen tot computers en andere communicatieapparaten die op een netwerk zijn aangesloten. Om deze ongewenste toegang te voorkomen, kunt u instellingen opgeven voor het filteren van gegevenspakketten. Op deze manier wordt de communicatie beperkt tot apparaten met bepaalde IP-adressen of MAC-adressen.
0L1Y-02W IP-adressen opgeven voor firewallregels U kunt communicatie toestaan met apparaten met specifieke IP-adressen en communicatie met andere apparaten afwijzen. U kunt ook instellingen opgeven om alleen communicatie af te wijzen met apparaten die specifieke specific IP-adressen hebben en andere communicatie toestaan.
Pagina 122
Beperk data verstuurd van het apparaat naar een apparaat door een IPv6-adres op te geven. [IPv6 Address: Inbound Filter] Beperk data ontvangen door het apparaat van een apparaat door een IPv6-adres op te geven. Geef de instellingen voor filtering op. Selecteer volgens de beleidsvoorwaarden een standaardbeleid om de communicatie van andere apparaten met het apparaat toe te staan of te weigeren en geef vervolgens IP-adressen op voor uitzonderingen.
Pagina 123
Klik op [OK]. Start de machine opnieuw op. Zet de machine uit, wacht minimaal 10 seconden en zet de machine weer aan. KOPPELINGEN MAC-adressen opgeven voor firewallregels...
0L1Y-02X MAC-adressen opgeven voor firewallregels U kunt communicatie toestaan met apparaten met specifieke MAC-adressen en communicatie met andere apparaten afwijzen. U kunt ook instellingen opgeven om alleen communicatie af te wijzen met apparaten die specifieke specific MAC-adressen hebben en andere communicatie toestaan.
Pagina 125
Selecteer het selectievakje [Use Filter] en selecteer een beleid met [Default Policy]. [Use Filter] Schakel het selectievakje in om de communicatie te beperken. Schakel het selectievakje uit om te communiceren zonder beperkingen op te heffen. [Default Policy] Selecteer de voorwaarde om de communicatie van andere apparaten met het apparaat toe te staan of te weigeren. Selecteer deze optie om communicatie toe te staan als de verstuurde of ontvangen gegevens van [Reject] apparaten afkomstig zijn waarvan de MAC-adressen zijn opgegeven in [Exception Addresses].
0L1Y-02Y Poortnummers wijzigen Poorten vormen het eindpunt van het communicatietraject tussen apparaten. Belangrijke protocollen maken meestal gebruik van standaardpoortnummers. Een nadeel hiervan is dat apparaten met deze poortnummers kwetsbaar zijn voor aanvallen, iedereen weet de poortnummers namelijk. De netwerkbeheerder kan de beveiliging verder verbeteren door andere poortnummers te gebruiken. Als u een poortnummer hebt gewijzigd, moet u het nieuwe nummer doorgeven aan de communicerende apparaten, zoals computers en servers.
Pagina 127
[LPD]/[RAW] Wijzig de poort gebruikt voor LPD-afdrukken of RAW-afdrukken. Zie voor details over elk protocol Afdrukprotocollen en webservices configureren. [HTTP] Wijzig de poort gebruikt door HTTP. HTTP wordt gebruikt voor communicatie via het netwerk, zoals wanneer u toegang heeft tot het apparaat via Remote UI.
0L1Y-030 Met SSL gecodeerde communicatie inschakelen voor de Remote UI Bevoegde gebruikers kunnen worden benadeeld door aanvallen van kwaadwillende personen, bijvoorbeeld door sniffing, spoofing en het manipuleren van gegevens die over een netwerk worden verzonden. U kunt met behulp van SSL (Secure Sockets Layer) de communicatie coderen die plaatsvindt tussen het apparaat en een webbrowser op de computer.
Pagina 129
Selecteer de te gebruiken sleutel uit de lijst met sleutels en certificaten en klik op [Register Default Key]. Details weergeven van een sleutelpaar of certificaat U kunt de details van het certificaat controleren of het certificaat verifiëren door op de gewenste tekstkoppeling onder [Key Name] te klikken of op het pictogram van het certificaat.
[Use SSL] Schakel het selectievakje in om SSL te gebruiken voor communicatie met de Remote UI. Haal het vinkje weg als u SSL niet wilt gebruiken. Start de machine opnieuw op. Zet de machine uit, wacht minimaal 10 seconden en zet de machine weer aan. De Remote UI starten met SSL ingeschakeld Als u probeert de Remote UI te starten terwijl SSL is ingeschakeld, kan er een waarschuwing worden weergegeven met betrekking tot het beveiligingscertificaat.
0L1Y-031 Instellingen configureren voor sleutelparen en digitale certificaten Om de communicatie te coderen met een extern apparaat, moet vooraf een coderingssleutel worden verzonden en ontvangen via een onbeveiligd netwerk. Dit probleem wordt opgelost door cryptografie met openbare sleutels. Cryptografie met openbare sleutels garandeert een veilige uitwisseling door belangrijke en waardevolle gegevens te beschermen tegen aanvallen, zoals sniffing, spoofing en het manipuleren van gegevens die over een netwerk worden verzonden.
0L1Y-032 Sleutelparen genereren U kunt een sleutelpaar genereren met de machine als dit nodig is voor gecodeerde communicatie via SSL (Secure Sockets Layer). U kunt SSL gebruiken wanneer u de machine gebruikt via de Remote UI. U kunt maximaal vijf sleutelparen opslaan op de machine. Start de Remote UI en meld u in de systeembeheerdersmodus aan.
Pagina 133
[Key Settings] [Key Name] Gebruik maximaal 24 alfanumerieke tekens voor de naam van het sleutelpaar. Kies een naam die u eenvoudig kunt terugvinden in lijsten. [Signature Algorithm] Selecteer het algoritme voor de handtekening in de vervolgkeuzelijst. [Key Algorithm] Het algoritme gebruikt om sleutels aan te maken is RSA. Selecteer de sleutellengte in de vervolgkeuzelijst. Hoe groter het aantal is voor de sleutellengte, hoe trager de communicatie verloopt.
0L1Y-033 Door een CA uitgegeven sleutelparen en digitale certificaten gebruiken Sleutelparen en digitale certificaten voor gebruik met de machine zijn verkrijgbaar bij een certificeringsinstantie. Nadat u ze heeft gekregen van een CA, kunt u sleutelparen en CA-certificaatbestanden installeren en registreren via de Remote UI. Zorg ervoor dat het sleutelpaar en het certificaat voldoen aan de vereisten van de machine ( Vereisten voor sleutels en certificaten).
U kunt maar één bestand installeren op dit apparaat. Klik als een ander bestand al is geïnstalleerd op [Delete] [OK] om het eerder geïnstalleerde bestand te verwijderen. Klik op [Browse], selecteer het bestand dat u wilt installeren en klik op [Start Installation]. Het sleutelpaar of CA-certificaat van de computer is geïnstalleerd op het apparaat.
Gebruik maximaal 24 alfanumerieke tekens voor het wachtwoord van de geheime sleutel die is ingesteld in het te registreren bestand. Een CA-certificaat registreren Klik op [Register] naast het CA-certificaat dat u wilt opslaan. KOPPELINGEN Sleutelparen genereren Sleutelparen en CA-certificaten verifiëren Met SSL gecodeerde communicatie inschakelen voor de Remote UI...
0L1Y-034 Sleutelparen en CA-certificaten verifiëren Als u sleutelparen en CA-certificaten hebt geregistreerd, kunt u de gegevens van deze onderdelen bekijken of hun geldigheid en handtekening controleren. Start de Remote UI en meld u in de systeembeheerdersmodus aan. De Remote UI starten Klik op [Settings/Registration].
Pagina 138
Het resultaat van het verifiëren van het certificaat wordt zoals hieronder weergegeven. KOPPELINGEN Sleutelparen genereren Door een CA uitgegeven sleutelparen en digitale certificaten gebruiken...
0L1Y-035 Werken met de Remote UI Als u een webbrowser gebruikt om het apparaat op afstand te bedienen, kunt u de documenten die wachten om te worden afgedrukt, of de status van het apparaat controleren. U kunt ook netwerkinstellingen of andere instellingen uitvoeren. De Remote UI start als u het IP- adres van het apparaat invoert in uw webbrowser.
0L1Y-036 De Remote UI starten Start om de machine op afstand te bedien de Remote UI door het IP-adres van de machine in te voeren in uw internetbrowser. Controleer voor het starten het IP-adres dat is toegewezen aan de machine ( Netwerkinstellingen weergeven).
Pagina 141
Als u het IP-adres van de machine niet weet, kunt u de Remote UI starten vanuit het printerstatusvenster. Selecteer het apparaat door te klikken op in de systeemlade. Klik op Uw internetbrowser start en de inlogpagina van de Remote UI verschijnt. Als er een waarschuwing wordt weergegeven Er kan een waarschuwing worden weergegeven als de communicatie van de Remote UI gecodeerd is ( Met SSL...
0L1Y-037 Schermen van de Remote UI In dit gedeelte worden de hoofdschermen van de Remote UI beschreven. Portaalpagina (hoofdpagina) [Status Monitor/Cancel] Pagina [Settings/Registration] Pagina Portaalpagina (hoofdpagina) [Log Out] Logt uit uit de Remote UI en keert terug naar de inlogpagina. [Mail to System Manager] Hiermee opent u een venster waarmee u een e-mail kunt opstellen voor de systeembeheerder.
Pagina 143
Menu Klik op een item om de inhoud weer te geven op de pagina rechts. Documenten beheren en de status van de machine controleren Navigatiepad De reeks van pagina's die u hebt geopend om bij de huidige pagina te komen. U kunt hier zien welke pagina wordt weergegeven. Pictogram Vernieuwen Vernieuwt de huidige pagina.
0L1Y-038 Documenten beheren en de status van de machine controleren De huidige status van afdruktaken controleren De geschiedenis van afgedrukte documenten controleren Foutgegevens controleren De maximum afdruksnelheid controleren Gegevens van systeembeheerder controleren Aantal afdrukken weergeven De naam van de toepassing die afdrukken heeft aangevraagd, kan worden toegevoegd aan de bestandsnaam van afgedrukte documenten.
Foutgegevens controleren Als er een fout optreedt, kunt u deze pagina weergeven door op de portaalpagina (de hoofdpagina ) Portaalpagina (hoofdpagina) op het bericht te klikken onder [Error Information]. Meld u aan bij de Remote UI ( De Remote UI starten) [Status Monitor/Cancel] [Error Information] De maximum afdruksnelheid controleren...
Pagina 146
Meld u aan bij de Remote UI ( De Remote UI starten) [Status Monitor/Cancel] [Device Information] Aantal afdrukken weergeven Op deze pagina wordt het totale aantal pagina's weergegeven van de afgedrukte documenten. Meld u aan bij de Remote UI ( De Remote UI starten) [Status Monitor/Cancel] [Check Counter]...
0L1Y-039 De apparaatinstellingen wijzigen U kunt verschillende apparaatinstellingen veranderen met uw computer door de Remote UI te gebruiken. U kunt bijvoorbeeld netwerk- en veiligheidsinstellingen wijzigen. Maar om instellingen te wijzigen onder [System Management Settings], moet u inloggen in de modus Systeembeheerder. Start de Remote UI De Remote UI starten Klik op [Settings/Registration].
0L1Y-03A Overzicht van menuopties In dit deel worden de menu-items beschreven die kunnen worden ingesteld met de Remote UI. De standaardinstellingen zijn gemarkeerd met een dolksymbool ( ). [Preferences] Menu Display Settings Timer Settings [Adjustment/Maintenance] Menu Utility Menu [System Management Settings] Menu System Management Security Settings Network Settings...
Pagina 149
Use Daylight Saving Time Start January t/m March t/m December 1st t/m Last Monday t/m Sunday January t/m October t/m December 1st t/m Last Monday t/m Sunday Auto Sleep Time After 1 minute After 5 minutes After 10 minutes After 15 minutes After 30 minutes After 60 minutes After 90 minutes...
Utility Menu U kunt de fixeereenheid in het apparaat reinigen. Cleaning Reinig de fixeereenheid als de afdrukken zwarte strepen bevattens. U kunt de fixeereenheid niet reinigen als de wachtrij van het apparaat documenten bevat die nog moeten worden afgedrukt. Voor het reinigen van de fixeereenheid heeft u normaal A4-formaat papier nodig.
[System Manager Information] Geef de PIN-code en andere systeembeheerdersinformatie op. Wachtwoorden van systeembeheerder instellen [Device Information] [Device Name] Gebruik maximaal 32 alfanumerieke tekens voor de naam van het apparaat. [Location] Gebruik maximaal 32 alfanumerieke tekens voor de locatie van het apparaat. [Support Link] Voer een koppeling in naar informatie over het apparaat.
Pagina 152
Het apparaat niet toestaan gegevens te versturen naar een apparaat met een opgegeven IPv4-adres. IP-adressen opgeven voor firewallregels Use Filter Default Policy Reject Allow IPv4 Address: Inbound Filter Weiger gegevens ontvangen door het apparaat van een computer met een opgegeven IPv4-adres. IP-adressen opgeven voor firewallregels Use Filter...
Network Settings Voer instellingen in voor de netwerkfuncties. TCP/IP Settings Hiermee kunt u instellingen opgeven om de machine te gebruiken in een TCP/IP-netwerk, zoals instellingen voor het IP-adres. IPv4 Settings Geef instellingen op om het apparaat te gebruiken in een IPv4-netwerk. IPv4-adres instellen DNS configureren IP Address Settings...
Pagina 154
Domain Name DNS Dynamic Update Register Manual Address Register Stateful Address Register Stateless Address DNS Dynamic Update Interval: 0 tot 24 tot 48 (uur) mDNS Settings Use mDNS Use Same mDNS Name as IPv4 mDNS Name WINS Settings Hiermee kunt u instellingen opgeven voor WINS (Windows Internet Name Service), het protocol dat in een netwerkomgeving met zowel NetBIOS als TCP/IP een NetBIOS-naam levert voor de omzetting naar een IP-adres.
Pagina 155
Multicast Discovery Settings Geef op of het apparaat moet reageren op Discovery-pakketten als Multicast Discovery wordt uitgevoerd op het netwerk met Service Location Protocol (SLP). SLP-communicatie met imageWARE configureren Respond to Discovery Scope Name Port Number Settings Kies deze optie om de standaardpoortnummers voor protocollen te wijzigen voor uw netwerkomgeving. Poortnummers wijzigen 1 t/m 515 t/m 65535...
Printer Management Information Acquisition Settings Acquire Printer Management Information from Host Dedicated Port Settings Hiermee kunt u de speciale poort in- of uitschakelen. De speciale poort wordt gebruikt bij het gebruik van het printerstatusvenster om apparaatinstellingen te maken en informatie op te halen over het apparaat. Use Dedicated Port Meld u in de systeembeheerdersmodus aan bij de Remote UI ( De Remote UI starten)
U kunt draadloze LAN-instellingen en statusinformatie controleren. Draadloze LAN-instellingen kunnen niet worden gewijzigd met de Remote UI. Maak draadloze LAN-instellingen van de computer met de MF/LBP Network Setup Tool. ( Verbinding maken met een Draadloos LAN) Meld u in de systeembeheerdersmodus aan bij de Remote UI ( De Remote UI starten) [Settings/Registration] [Network Settings]...
Pagina 158
Zet de sleutel- en certificaatinstellingen terug naar de standaardfabrieksinstellingen. Sleutel- en certificaatinstellingen...
Zie als er een foutbericht in het printerstatusvenster wordt weergegeven Er wordt een foutbericht weergegeven. Veelvoorkomende problemen Als u denkt dat het apparaat niet goed werkt, raadpleegt u de volgende gedeeltes voordat u contact opneemt met Canon. Veelvoorkomende problemen Problemen met installatie/instellingen...
Trek het vastgelopen document of papier niet hardhandig uit het apparaat. Hierdoor kunnen inwendige onderdelen beschadigd raken. Als u het papier niet kunt verwijderen, neemt u contact op met uw Canon-dealer of met de Canon-helpdesk. Wanneer een probleem niet kan worden opgelost Als u op [Gegevens voor probleemoplossing] klikt, kunt u dezelfde methoden weergeven om problemen op te lossen als beschreven worden in deze handleiding.
Als het vastgelopen papier niet gemakkelijk kan worden verwijderd, trek het er dan niet uit maar volg de procedure voor een andere plaats van de papierstoring die in het bericht wordt weergegeven. Open de achterklep. Trek het papier voorzichtig uit het apparaat. Sluit de achterklep.
Pagina 162
Verwijder de tonercartridge. Controleer of er papier is vastgelopen bij de papieruitvoergeleiding. Open de papieruitvoergeleider. Houd de groene knop ingedrukt en trek de papieruitvoergeleider naar u toe. Trek het papier voorzichtig uit het apparaat. Sluit de papieruitvoergeleider. Zorg ervoor dat zowel de linker- als de rechterkant van de geleiding goed is gesloten. Trek het papier voorzichtig uit het apparaat.
Pagina 163
Sluit de bovenklep. De melding papierstoring verdwijnt en de printer is gereed voor gebruik.
0L1Y-03F Er wordt een foutbericht weergegeven Er verschijnt een foutmelding in het printerstatusvenster als er een probleem is met het afdrukken, als het apparaat niet kan communiceren of als er een ander probleem is dat normale werking verhindert. Zie de volgende lijst voor meer informatie over foutmeldingen.
Papier laden in de sleuf voor handmatige invoer Controleer afdrukken Het papierformaat opgegeven in het printerstuurprogramma is anders dan het daadwerkelijk geladen papierformaat. Laad papier van het opgegeven formaat en druk op de toets (Papier) op het apparaat. Papier in de multifunctionele lade plaatsen Papier laden in de sleuf voor handmatige invoer Het document wordt mogelijk niet normaal afgedrukt.
Als u niet weet hoe u een USB-verbinding tot stand moet brengen, zie dan Installatiehandleiding van printerstuurprogramma. Verkeerde poort Het apparaat is aangesloten op een poort die niet wordt ondersteund. Controleer de poort. De printerpoort controleren Als de poort die u nodig heeft niet beschikbaar is Configureer de poort als u een netwerkverbinding gebruikt.
Als de melding weer verschijnt nadat u de stroom weer heeft ingeschakeld, zet de stroom dan uit, haal de stekker uit het stopcontact en neem contact op met uw plaatselijke, erkende Canon-dealer. Noteer de weergegeven foutcode en houd het bij de hand als u contact opneemt met uw Canon-dealer.
Als er problemen ontstaan tijdens het gebruiken van de machine, controleer dan de tips in dit gedeelte voordat u contact met ons opneemt. Als u een probleem niet zelf kunt oplossen, neem dan contact op met uw Canon-dealer of met de Canon-helpdesk.
0L1Y-03J Problemen met installatie/instellingen Zie samen met dit deel Veelvoorkomende problemen. Problemen met de draadloze/bedrade LAN-verbinding Problemen met de USB-verbinding Problemen via de afdrukserver Problemen met de draadloze/bedrade LAN-verbinding Bedrade LAN en draadloze LAN kunnen niet tegelijkertijd worden gebruikt. Bedrade LAN en draadloze LAN kunnen niet tegelijkertijd worden gebruikt. U kunt de USB en draadloze LAN of de USB en bedrade LAN tegelijkertijd gebruiken.
Controleer of het apparaat is ingeschakeld. Het lampje (Stroom) gaat niet branden als het apparaat wordt ingeschakeld. Als het apparaat is ingeschakeld, schakelt u het uit en vervolgens weer in. Controleer de plek van de installatie van het apparaat en de draadloze router. Bevindt het apparaat zich te ver van de draadloze router? Zijn er obstakels zoals muren tussen het apparaat en de draadloze router? Zijn er toestellen zoals magnetrons of digitale draadloze telefoons die radiogolven uitzenden in de buurt van...
Pagina 171
Loopt de printserver? Heeft u gebruikersrechten voor verbinding met de printserver? Vraag bij twijfel de beheerder van de printserver om hulp. Is [Netwerk detecteren] ingeschakeld? (Windows Vista/7/8/Server 2008/Server 2012) Inschakelen [Netwerk detecteren] U kunt geen verbinding maken met een gedeelde printer. Verschijnt de printer op het netwerk tussen de printers van de printserver? Zo niet, neem contact op met de beheerder van het netwerk of de server.
Installatiehandleiding van printerstuurprogramma Kunt u afdrukken vanaf andere computers op het netwerk? Als u niet kunt afdrukken vanaf andere computers, neem dan contact op met uw plaatselijke, erkende Canon-dealer of Canon-helpdesk. Bekabelde LAN-verbinding Heeft u de juiste poort geselecteerd? Maak een poort als er geen poort te gebruiken is.
Pagina 173
Installatiehandleiding van printerstuurprogramma Kunt u afdrukken vanaf andere USB-aansluiting naar een andere computer? Als u niet kunt afdrukken vanaf andere computers, neem dan contact op met uw plaatselijke, erkende Canon-dealer of Canon-helpdesk. Via printserver Kunt u afdrukken vanaf de printserver? Als u kunt afdrukken vanaf de printserver, controleer dan de verbinding tussen uw computer en de printserver.
Probeer de volgende oplossingen als het afdrukresultaat te wensen overlaat, of als het papier gekreukeld is of omkrult. Als u een probleem niet zelf kunt oplossen, neem dan contact op met uw Canon-dealer of met de Canon-helpdesk. Vlekken aan de onderzijde van...
0L1Y-03R Het afdrukresultaat is niet goed Als het apparaat van binnen vies is, kan dit gevolgen hebben voor het afdrukresultaat. Reinig het apparaat zorgvuldig. Het apparaat reinigen Vlekken aan de onderzijde van afdrukken Heeft u data afgedrukt zonder mares, helemaal tot aan de rand van de pagina? Dit symptoom doet zich voor als een marge is ingesteld op Geen in het printerstuurprogramma.
Gebruikt u geschikt papier? Controleer het papier dat u kunt gebruiken en druk af met geschikt papier. Papier Schakel in het printerstatusvenster [Tonervlekken rond tekst reduceren] in. Het printerstatusvenster weergeven [Opties] [Apparaatinstellingen] [Assistentie bij afdrukinstellingen] Selecteer het selectievakje [Tonervlekken rond tekst reduceren] Als u dit selectievakje selecteert, dan kan de afdrukkwaliteit lager worden voor sommige papiersoorten (met name dun papier) en sommige afdrukomgevingen (met name omgevingen met een hoge vochtigheidsgraad).
Een deel van de pagina wordt niet afgedrukt/Afdrukpositie is verkeerd Heeft u data afgedrukt zonder marges, helemaal tot aan de rand van de pagina? Dit symptoom doet zich voor als een marge is ingesteld op Geen in het printerstuurprogramma. Het bereik dat kan worden afgedrukt met dit apparaat is het bereik binnen een marge van 5 mm rond de rand van het papier of een marge van 10 mm rond de rand van de enveloppen.
Tonercartridges vervangen Drukt u een document af met een groot contrast tussen licht en donker en verschijnt het wit rond tekst of randen in een afbeelding? Stel in de printerdriver [Modus Speciaal afdrukken] in op [Speciale instellingen 2]. Tabblad [Afwerking] [Geavanceerde instellingen] [Modus Speciaal afdrukken] [Speciale...
Pagina 179
Probeert u een kleine streepjescode te lezen of één met dikke lijnen? Vergroot de streepjescode. Stel in de printerdriver [Modus Speciaal afdrukken] in op [Speciale instellingen 1]. Tabblad [Afwerking] [Geavanceerde instellingen] [Modus Speciaal afdrukken] [Speciale instellingen 1] Als u [Speciale instellingen 1] opgeeft, kunnen de afdrukken vaag zijn.
0L1Y-03S Het papier krult om of is gekreukeld Het papier kreukt Is het papier goed geladen? Het papier kan kreuken als de stapel papier hoger is dan de markering voor het maximale aantal vellen of schuin in de lade ligt. Papier in de multifunctionele lade plaatsen Papier laden in de sleuf voor handmatige invoer Gebruikt u papier dat vochtig is geweest?
Pagina 181
Als u een groter verbeteringseffect selecteert, kan de afdruksnelheid afnemen. Gebruikt u geschikt papier? Controleer het papier dat u kunt gebruiken en druk af met geschikt papier. Papier...
0L1Y-03U Papier wordt niet goed ingevoerd Papier wordt niet ingevoerd of twee of meer vellen tegelijk Is het papier goed geladen? Waaier de papierstapel goed uit, zodat de vellen niet aan elkaar blijven plakken. Controleer of het papier goed is geplaatst. Papier in de multifunctionele lade plaatsen Papier laden in de sleuf voor handmatige invoer Controleer of het aantal vellen papier dat is geladen, geschikt is en of het juiste papier wordt gebruikt.
0L1Y-03W Wanneer een probleem niet kan worden opgelost Als een probleem niet kan worden opgelost, neem dan contact op met u op plaatselijke erkende Canon-dealer of de Canon-helpdesk. Het is niet toegestaan het apparaat zelf te demonteren of te repareren.
0L1Y-03X Onderhoud In dit hoofdstuk wordt het onderhoud van de machine beschreven, inclusief het reinigen van de machine en het afdrukken van instellingenlijsten. Basisonderhoud Het apparaat reinigen Het apparaat wordt vuil Behuizing Vlekken op afdrukken Fixeereenheid Tonercartridges vervangen Tonercartridges vervangen Als u alle toner wilt gebruiken Alle toner gebruiken Tonercartridges vervangen...
0L1Y-03Y Het apparaat reinigen Maak de machine regelmatig schoon om te voorkomen dat de afdrukkwaliteit afneemt en om de machine veilig en prettig te kunnen gebruiken. Lees eerst de veiligheidsinstructies door voordat u aan de slag gaat. Onderhoud en inspecties Onderdelen die u moet reinigen Behuizing van het apparaat en de ventilatieopeningen Behuizing...
Selecteer [Opties] [Hulpprogramma] [Reinigen]. Klik op [OK]. Het papier wordt langzaam in de printer gevoerd en de printer begint met het reinigen. De reiniging is voltooid als het papier helemaal is uitgevoerd. Als de reiniging is gestart, kan het niet worden geannuleerd. Wacht tot het klaar is (ongeveer 90 seconden). Reinigen vanuit de Remote UI U kunt ook de fixeereenheid reinigen van de [Utility Menu] pagina van de Remote UI.
0L1Y-040 Tonercartridges vervangen Er verschijnt geen waarschuwing, ook niet als de tonercartridge bijna leeg is. Gebruik de onderstaande verschijnselen als een richtlijn voor het vervangen van de tonercartridges. Tonercartridges vervangen Witte strepen Vaag Ongelijke dichtheid Het lege gebied bevat zogenaamde nabeelden. Witte strepen Als, van de bovenstaande symptomen, "Witte strepen", "Vaag"...
Pagina 188
U kunt blijven afdrukken als dit bericht wordt weergegeven, maar de afdrukkwaliteit neemt dan waarschijnlijk wel af. Gebruik ook als deze melding niet wordt weergegeven de verschijnselen bovenaan deze pagina als richtlijn om tonercartridges te vervangen. Vervang de tonercartridge als een verschijnsel ontstaat. KOPPELINGEN Verbruiksartikelen...
0L1Y-041 Alle toner gebruiken De volgende verschijnselen doen zich voor als de toner bijna op is. Witte strepen Vaag Ongelijke dichtheid Neem de volgende stappen als deze verschijnselen zich voordoen. Zo kunt u alle toner in de tonercartridge gebruiken. U kunt nog enige tijd afdrukken voordat de tonercartridge helemaal leeg is.
0L1Y-042 Tonercartridges vervangen Lees voordat u een tonercartridge vervangt de waarschuwingen in Onderhoud en inspecties en Verbruiksartikelen. Sluit de aanvullende lade en open de bovenklep. Verwijder de tonercartridge. Haal de nieuwe tonercartridge uit de beschermende verpakking. Schud de tonercartridge 5 of 6 keer heen en weer zoals hieronder aangegeven om de toner in de cartridge gelijkmatig te verdelen.
Pagina 192
Bij het verwijderen van de afdichtingstape Afdichtingstape die in de tonercassette achterblijft, kan leiden tot een afname van de afdrukkwaliteit. Trek de tape recht naar buiten en niet onder een hoek. Als de tape scheurt, kunt u misschien niet meer alle tape verwijderen. Als de tape vast komt te zitten tijdens het verwijderen, blijf dan trekken aan de tape tot deze volledig is verwijderd.
0L1Y-043 Afdrukinstellingenlijsten U kunt de lijsten met instellingen afdrukken vanuit het printerstatusvenster. Dat is handig als u een lijst met netwerkinstellingen wilt afdrukken of een lijst met energiebesparing en andere configuratie-instellingen voor het apparaat. De instellingenlijsten zijn geformatteerd om af te drukken op papier van A4 -formaat. Laad voordat u begint papier van A4-formaat in de multifunctionele lade.
Pagina 194
U kunt ook de toets (Papier) van het apparaat gebruiken om een lijst te bekijken met de IPv4-instellingen, MAC-adres, draadloze/bekabelde LAN-instellingen en versie-informatie. Netwerkinstellingen weergeven...
0L1Y-044 Aantal afdrukken weergeven U kunt het totale aantal pagina's bekijken dat de printer heeft afgedrukt met behulp van de paginateller in het printerstatusvenster. Selecteer het apparaat door te klikken op in de systeemlade. Selecteer [Opties] [Tellergegevens]. Het totale aantal afgedrukte pagina's wordt weergegeven.
0L1Y-045 Instellingen terugzetten op de standaardwaarden U kunt de instellingen van het apparaat terugzetten naar de standaardfabrieksinstellingen. Instellingen terugzetten op de standaardwaarden Instellingen voor systeembeheer initialiseren Sleutel- en certificaatinstellingen...
0L1Y-046 Instellingen terugzetten op de standaardwaarden U kunt de instellingen van de Remote UI initialiseren [Preferences] menu ( Overzicht van menuopties) om ze terug te zetten op de standaardwaarden. Start de Remote UI en meld u in de systeembeheerdersmodus aan. De Remote UI starten Klik op [Settings/Registration].
0L1Y-047 Instellingen voor systeembeheer initialiseren U kunt de instellingen van de Remote UI initialiseren [System Management Settings] menu ( Overzicht van menuopties) om ze terug te zetten op de standaardwaarden. Voor het initialiseren [Key and Certificate Settings] en [CA Certificate Settings] in [Security Settings], zie Sleutel- en certificaatinstellingen.
U heeft de netwerkinstellingen geïnitialiseerd en start het apparaat opnieuw. Zet de machine uit, wacht minimaal 10 seconden en zet de machine weer aan. Initialiseren met de Reset-knop U kunt de resettoets aan de achterkant van het apparaat gebruiken om de systeembeheerinstellingen van het apparaat te initialiseren.
0L1Y-048 Sleutel- en certificaatinstellingen U kunt de instellingen herstellen van de sleutelparen 9sleutel- en certificaatinstellingen) en CA-certificaten terugzetten naar de standaardfabrieksinstellingen. Sleutelparen en CA-certifcaten die zijn opgeslagen op de machine worden door de initialisering verwijderd (behalve de vooraf geïnstalleerde CA-certificaten). Als u deze initialisatie uitvoert is SSL gecodeerde communicatie waarvoor een sleutelpaar nodig is niet mogelijk.
Pagina 201
KOPPELINGEN Instellingen configureren voor sleutelparen en digitale certificaten...
0L1Y-049 De machine verplaatsen De machine is zwaar. Volg altijd de onderstaande procedures als u de machine gaat verplaatsen om lichamelijk letsel te voorkomen. Lees ook altijd de veiligheidsvoorschriften voordat u aan de slag gaat. Belangrijke veiligheidsinstructies Schakel het apparaat en de computer uit. Als u de machine uitschakelt, worden gegevens in de wachtrij verwijderd.
0L1Y-04A Bijlage Dit hoofdstuk bevat de technische specificaties van dit apparaat, instructies voor het gebruik van de e-Handleiding, disclaimers, auteursrechtinformatie en andere belangrijke informatie voor u. Raadpleeg de informatie indien nodig.
0L1Y-04C Handige functies Het is zeker de moeite waard om de functies uit te proberen die in dit hoofdstuk worden beschreven. De functies zijn onderverdeeld in vier categorieën: "Milieubesparing levert geld op", "Efficiënter werken" en "Ongekende mogelijkheden".
0L1Y-04E Milieubesparing levert geld op Meerdere pagina's op één vel papier afdrukken Als een document veel pagina's telt, kan de afdruk onhandig groot zijn - moeilijk om te hanteren en op te slaan en ook moeilijk te lezen. Er is echter een oplossing. Meerdere pagina's afdrukken op één vel! Zo bespaart u papier en zijn uw documenten kleiner en gemakkelijker te hanteren.
Tijd besparen met snelkoppelingen Als u een aantal documenten moet afdrukken, dan is het handig om ze allemaal af te drukken met éém handeling. met Canon PageComposer kunt u meerdere documenten combineren en ze allemaal tegelijk afdrukken. Het is een...
Pagina 207
gemakkelijke manier om tijd te besparen en efficiënter te werken. Meerdere documenten combineren en afdrukken voor meer informatie over deze functie.
0L1Y-04H Ongekende mogelijkheden Afdrukken beveiligen Voor persoonlijke informatie en vertrouwelijke documenten die u privé wilt houden, kunt u watermerken afdrukken zoals 'VERTROUWELIJK' of 'STRENG GEHEIM'. Naast deze standaardwatermerken, kunt u ook uw eigen watermerken ontwerpen. Afdrukken met watermerk voor meer informatie over deze functie. Draadloos werken Geen kabels, snelle installatie, eenvoudig onderhoud.
daarom heel eenvoudig boekjes maken. Het printerstuurprogramma zorgt voor de positionering van de pagina's. U hoeft de pagina's alleen maar te vouwen en in het midden te nieten. Boekje afdrukken voor meer informatie over deze functie. Automatisch hand-outs voor vergaderingen sorteren Wanneer u meerdere exemplaren van een document bestaande uit meerdere pagina afdrukt, kunt u de sorteerfunctie gebruiken om een exemplaar per keer af te drukken met alle pagina's in de juiste volgorde.
0L1Y-04J Technische specificaties Vanwege voortdurende productverbeteringen kunnen de specificaties van dit apparaat veranderen zonder voorafgaande kennisgeving. Apparaatspecificaties Specificaties draadloos LAN Papier...
Tonercartridge: ong. 0,6 kg Gewicht Benodigdheden Tonercartridge (Canon Cartridge 726): ong. 0,6 kg De afdruksnelheid kan afnemen afhankelijk van de uitvoeromzetting, papierformaat, papiersoort, invoerrichting en aantal exemplaren. Kan variëren al naar gelang de gebruiksvoorwaarden (installatie-omgeving, etc.). Kan variëren al naar gelang de uitvoeromgeving.
0L1Y-04R Papier Ondersteunde papierformaten Papierformaten die in de multifunctionele lade en de sleuf voor handmatige invoer geladen kunnen worden, worden hieronder weergegeven. A4 (210,0 mm x 297,0 mm) B5 (182,0 mm x 257,0 mm) A5 (148,5 mm x 210,0 mm) Legal (215,9 mm x 355,6 mm) Letter (215,9 mm x 279,4 mm) Executive (184,2 mm x 266,7 mm)
Pagina 215
Het afdrukgebied wordt grijs weergegeven. Voor enveloppen is een 10 mm marge nodig aan de bovenkant, onderkant, links en rechts.
0L1Y-04S Verbruiksartikelen Het volgende is een handleiding voor de geschatte vervanging van de verbruiksartikelen gebruikt in dit apparaat, Schaf verbruiksartikelen aan via uw plaatselijke, erkende Canon-dealer. Let op veiligheid- en gezondheidswaarschuwingen bij het gebruiken en opslaan van verbruiksartikelen ( Verbruiksartikelen).
0L1Y-04U Meegeleverde documentatie Het apparaat wordt geleverd met de volgende handleidingen. Raadpleeg deze handleidingen als u iets niet weet. Lees deze handleiding eerst. Het bevat eenvoudig te begrijpen uitleg over alles wat u doen om de machine in te stellen, van het verwijderen van het verpakkingsmateriaal tot aan het configureren van de instellingen.
0L1Y-04W Gebruik van deze elektronische handleiding De e-Handleiding is een handleiding die u op uw computer kunt bekijken en die alle functies van het apparaat beschrijft. U kunt zoeken op basis van uw bedoeld gebruik of een trefwoord invoeren om snel de pagina te vinden die u zoekt. U kunt de e-Handleiding gebruiken door deze op uw computer te installeren of door de e-Handleiding rechtstreeks vanaf de cd-rom/dvd te starten.
0L1Y-04X De elektronische handleiding installeren Installeer de e-Handleiding op uw computer vanaf de cd-rom/dvd die bij de machine is geleverd. Plaats de meegeleverde cd-rom/dvd User Software in het cd-romstation van uw computer. Klik op [Aangepaste installatie]. Als het bovenstaande scherm niet wordt weergegeven Het scherm [Installatie via cd-rom/dvd-rom] weergeven Indien [Automatisch afspelen] wordt weergegeven, klik op [Uitvoeren Mlnst.exe].
Pagina 220
Als u de installatiebestemming wilt wijzigen, klikt u op [Bladeren] en selecteert u de gewenste locatie. De installatie wordt gestart. Klik op [Afsluiten]. Klik op [Volgende] [Afsluiten]. De e-Handleiding weergeven Dubbelklik op het pictogram van de snelkoppeling voor de e-Handleiding op het bureaublad.
Pagina 221
Als er een beveiligingswaarschuwing wordt weergegeven Klik op [Geblokkeerde inhoud toestaan]. De e-Handleiding bekijken vanaf de cd-rom/dvd Plaats de meegeleverde cd-rom/dvd User Software in het cd-romstation van uw computer. Als het scherm [Installatie via cd-rom/dvd-rom] niet wordt weergegeven Het scherm [Installatie via cd- rom/dvd-rom] weergeven Indien [AutoPlay] wordt weergegeven, klik op [Run Mlnst.exe].
0L1Y-04Y De elektronische handleiding verwijderen U kunt de e-Handleiding desgewenst van de computer verwijderen. Plaats de meegeleverde cd-rom/dvd User Software in het cd-romstation van uw computer. Klik op [Softwareprogramma's starten]. Als het bovenstaande scherm niet wordt weergegeven Het scherm [Installatie via cd-rom/dvd-rom] weergeven Indien [Automatisch afspelen] wordt weergegeven, klik op [Uitvoeren Mlnst.exe].
De e-Handleiding is opgesplitst in verschillende schermen en de inhoud van elk scherm varieert. Bovenste pagina Deze pagina wordt weergegeven als u de e-Handleiding start. Canon Klik hierop om naar de beginpagina van de handleiding te gaan vanaf een andere pagina. Tabblad [Inhoudsopgave]/Tabblad [Zoeken] Klik hierop om te schakelen tussen het tabblad [Inhoudsopgave] en het tabblad [Zoeken].
Pagina 225
het beeld stoppen door de aanwijzer erop te zetten. Handige functies [Beknopte Help]/[Problemen oplossen]/[Onderhoud] Klik hierop als er onverwachts problemen zijn met het apparaat of als u dit wilt reinigen. [Voor Mac OS-gebruikers] Klik om voorzorgsmaatregelen te bekijken bij gebruik van Mac OS. [Kennisgeving] Klik hierop om belangrijke informatie weer te geven waarmee u bekend moet zijn voordat u het apparaat gaat gebruiken.
Het tabblad [Inhoudsopgave] kan breder of smaller worden gemaakt. [Alles uitvouwen]/[Alles samenvouwen] Klik op [Alles uitvouwen] om alle subgedeelten van alle onderwerpen weer te geven. Klik op [Alles samenvouwen] om alle subgedeelten van alle onderwerpen te sluiten. Hoofdstukpictogrammen Klik op een hoofdstukpictogram om naar het begin van het overeenkomstige hoofdstuk te navigeren. Onderwerpen Geeft de onderwerpen van het geselecteerde hoofdstuk weer.
Pagina 227
Resultatenlijst Geeft de zoekresultaten weer van de pagina's die de opgegeven trefwoorden bevatten. Zoek in de resultaten naar de gewenste pagina en klik op de onderwerptitel van de pagina. Als de resultaten niet op één pagina passen, klikt u op of een paginanummer om de resultaten op de overeenkomstige pagina weer te geven.
0L1Y-051 De e-Handleiding weergeven Markeringen Waarschuwingen met betrekking tot veiligheid, beperkingen en waarschuwingen met betrekking tot de bediening van het apparaat, nuttige tips en andere informatie worden weergegeven met behulp van de onderstaande markeringen. Hiermee wordt een waarschuwing aangeduid voor handelingen die de dood of persoonlijk letsel tot gevolg kunnen hebben als ze niet juist worden uitgevoerd.
0L1Y-052 Overige In deze bijlage worden basisbewerkingen van Windows beschreven. De bijlage bevat verder disclaimers, auteursrechtinformatie en andere belangrijke informatie.
0L1Y-053 Basisbewerkingen in Windows Het onderdeel [Computer] of [Mijn computer] weergeven De printermap weergeven Inschakelen [Netwerk detecteren] Printers weergeven die worden gedeeld op de printserver Het scherm [Installatie via cd-rom/dvd-rom] weergeven Een testpagina afdrukken in Windows De bitarchitectuur controleren De printerpoort controleren Bidirectionele communicatie controleren De SSID controleren waarop uw computer is aangesloten Het onderdeel [Computer] of [Mijn computer] weergeven...
Printers weergeven die worden gedeeld op de printserver Open [Windows Verkenner] of [Verkenner]. Windows XP/Vista/7/Server 2003/Server 2008 [Starten] selecteer [Alle programma's] of [Programma's] [Accessories] [Windows Verkenner]. Windows 8/Server 2012 Klik met de rechtermuisknop in de linkerbenedenhoek van het scherm selecteer [Verkenner]. Selecteer een afdrukserver uit [Netwerk] of [Mijn netwerklocaties].
Pagina 232
Klik met de rechtermuisknop op het pictogram van het apparaat en klik op [Eigenschappen van printer] of [Eigenschappen]. Klik op [Testpagina afdrukken] op het tabblad [Algemeen]. Windows drukt de testpagina af. De bitarchitectuur controleren Als u niet zeker weet of op uw computer de 32-bits of 64-bits versie van Windows wordt uitgevoerd, volgt u de onderstaande procedure. Open het onderdeel [Configuratiescherm].
Als u een netwerkverbinding gebruikt en het IP-adres van het apparaat heeft veranderd Als de [Beschrijving] van de geselecteerde poort [Canon MFNP Port] is en de machine en de computer zitten op hetzelfde subnet, dan blijft de verbinding gehandhaafd. U hoeft geen nieuwe poort toe te voegen. Als het [Standard TCP/IP Port] is, dan moet u een nieuwe poort toevoegen.
De printermap weergeven. De printermap weergeven Klik met de rechtermuisknop op het pictogram van het apparaat en klik op [Eigenschappen van printer] of [Eigenschappen]. Controleer of het selectievakje [Ondersteuning in twee richtingen inschakelen] is ingeschakeld op het tabblad [Poorten]. De SSID controleren waarop uw computer is aangesloten Als uw computer is aangesloten op een draadloos LAN-netwerk, klik dan op in de systeemlade om de SSID weer te geven van de aangesloten draadloze LAN-router.
Uw machine is wellicht geleverd zonder een stuurprogramma voor Mac OS afhankelijk van wanneer u de machine gekocht heeft. U vindt de stuurprogramma's indien nodig op de website van Canon. Controleer het besturingssysteem van uw computer en download het juiste besturingsprogramma van de website van Canon.
Veiligheidsvoorschriften vereisen dat de naam van het product wordt geregistreerd. In sommige regio's waar dit product wordt verkocht kunnen in plaats daarvan de volgende naam/namen tussen () zijn geregistreerd. LBP6230dw (F166500) EMC-voorwaarden van EU-richtlijn Dit apparaat voldoet aan de essentiële EMC-voorwaarden van de EU-richtlijn. Wij verklaren dat dit product voldoet aan de EMC- voorwaarden van de EU-richtlijn bij een nominale netspanning van 230 V, 50 Hz hoewel de nominale spanning van dit product 220-240 V, 50/60 Hz is.
Internationaal ENERGY STAR-programma ® Als partner van het ENERGY STAR -programma heeft Canon Inc. vastgesteld dat dit product voldoet aan het ENERGY STAR-programma voor energiebesparing. Het International ENERGY STAR Office Equipment Program is een internationaal programma ter bevordering van energiebesparing bij computers en andere kantoorapparatuur.
Hereby, CANON INC., declares that AW-NM383 is in compliance with the essential requirements and other English relevant provisions of Directive 1999/5/EC. Español Por medio de la presente CANON INC. declara que el AW-NM383 cumple con los requisitos esenciales y [Spanish] cualesquiera otras disposiciones aplicables o exigibles de la Directiva 1999/5/CE. &$121 ,1&...
Pagina 239
$:10 [Bulgarian] Íslenska Hér með lýsir CANON INC. því yfir að AW-NM383 sé í samræmi við grunnkröfur og aðrar kröfur, sem gerðar eru [Icelandic] í tilskipun 1999/5/EC. Norsk CANON INC. erklærer herved at utstyret AW-NM383 er i samsvar med de grunnleggende krav og øvrige [Norwegian] relevante krav i direktiv 1999/5/EF.
ZOALS HIERIN GEBODEN, INCLUSIEF, EN ZONDER BEPERKINGEN DAARVAN, GARANTIES OP HET GEBIED VAN VERKOOPBAARHEID, GESCHIKTHEID VOOR EEN BEPAALD DOEL OF HET INBREUK MAKEN OP ENIG RECHT. CANON INC. IS NIET AANSPRAKELIJK VOOR ENIGE DIRECTE, INCIDENTELE OF SECUNDAIRE SCHADE VAN WELKE AARD DAN OOK, NOCH VOOR VERLIEZEN OF UITGAVEN ALS RESULTAAT VAN HET GEBRUIK VAN DIT MATERIAAL.
30-2, Shimomaruko 3-chome, Ohta-ku, Tokyo 146-8501, Japan CANON MARKETING JAPAN INC. 16-6, Konan 2-chome, Minato-ku, Tokyo 108-8011, Japan CANON U.S.A., INC. One Canon Park, Melville, NY 11747, U.S.A. CANON EUROPA N.V. Bovenkerkerweg 59, 1185 XB Amstelveen, The Netherlands CANON CHINA CO. LTD.
Pagina 243
Introductie Systeemvereisten Installeren Installeren vanaf de meegeleverde CD-ROM/DVD-ROM Installeren na downloaden van de Canon website Installatie om WSD te gebruiken Een afdrukserver instellen Instellingen op de afdrukservercomputer configureren Stuurprogramma's installeren via de afdrukserver (Cliëntinstellingen) Bijwerken en verwijderen Bijwerken Verwijderen Problemen oplossen...
0L1F-000 Introductie In deze Installatiehandleiding wordt hoofdzakelijk uitgelegd hoe een printerstuurprogramma kan worden geïnstalleerd en hoe een afdrukserver kan worden ingesteld. Systeemvereisten voor installatie van printerstuurprogramma's Systeemvereisten Installeren In dit hoofdstuk wordt uitgelegd hoe een printerstuurprogramma wordt geïnstalleerd en hoe een printer kan worden ingesteld voor afdrukken.
Windows Server 2012 (alleen 64-bits versie) Windows Server 2012 R2 (alleen 64-bits versie) Computer Een computer waarop een van de bovengenoemde besturingssystemen kan worden uitgevoerd Ga naar de website van Canon voor informatie over ondersteuning van de laatste besturingssystemen en service packs (http://www.canon.com/).
CD-ROM/DVD-ROM Installeren na downloaden van de Canon website De nieuwste versies van het printerstuurprogramma kunnen gedownload worden op de website van Canon. Download een printerstuurprogramma als de printerstuurprogramma's op de CD-ROM/DVD-ROM bijvoorbeeld het besturingssysteem van uw computer niet ondersteunen.
0L1F-003 Installeren vanaf de meegeleverde CD-ROM/DVD-ROM De volgorde voor de handelingen bij een 'Eenvoudige installatie' is 'Netwerkinstellingen configureren' 'Het printerstuurprogramma installeren' 'De e-Handleiding installeren'. Als u de printer en een computer via draadloze of bekabelde LAN aansluit, lees dan Zaken die u moet controleren voordat u begint (Bekabeld LAN) of Zaken die u moet controleren voordat u begint (Draadloos LAN) voor het starten.
Lees de licentieovereenkomst en klik op [Ja] om akkoord te gaan. De netwerkinstellingen configureren. Bekabelde LAN of Draadloze LAN-verbinding Selecteer [Bekabelde LAN-verbinding] of [Draadloze LAN-verbinding]en klik op [Volgende]. Volg de instructies op het scherm om de netwerkinstellingen te configureren. Als er iets is dat u niet begrijpt Klik op [Nuttige tips] linksonder in het scherm om de tips voor probleemoplossing te bekijken.
Als u niet weet hoe u een LAN-verbinding tot stand brengt (bekabelde LAN-verbinding) Zie de "e-Handleiding" meegeleverd bij uw printer voor de verbindingsmethode voor de printer en de router of raadpleeg de probleemoplossing van de kabelaansluiting. USB-verbinding Selecteer [USB-verbinding] en klik op [Volgende]. Klik op [Volgende].
Pagina 251
Als het tabblad [IPv6-apparaten] niet wordt weergegeven Keer terug naar het vorige scherm en klik op [Gedetailleerde instellingen] selecteer [Standaard TCP/IP-poort]. Als de printer die u wilt niet wordt weergegeven in de [Lijst met printers] Problemen met de draadloze/bedrade LAN-verbinding Schakel het selectievakje [Printerinformatie instellen] in en klik op [Volgende].
Pagina 252
USB-verbinding Selecteer [USB-verbinding] en klik op [Volgende]. Klik op [Ja]. Sluit als het volgende scherm verschijnt de computer en de printer aan met een USB-kabel Verbinding maken via USB), en zet de printer aan. De installatie van het printerstuurprogramma wordt gestart. Als de installatie niet start Problemen met de USB-verbinding Installeer de e-Handleiding.
Het programma voor het verzamelen van feedback over de machine is een programma dat basisinformatie over de installatie en gebruik van de printer 10 jaar lang elke maand naar Canon stuurt. Er wordt geen andere informatie verstuurd, zoals persoonlijke gegevens. U kunt het programma op elk gewenst moment verwijderen.
Pagina 254
Als de e-Handleiding goed is geïnstalleerd, verschijnt er een pictogram op het bureaublad voor de snelkoopeling naar de e-Handleiding. Het pictogram wordt echter niet weergegeven als u [Aangepaste installatie] hebt geselecteerd. Als het pictogram niet wordt weergegeven Verwijder het printerstuurprogramma ( Printerstuurprogramma's verwijderen) en herhaal de instelling vanaf het begin.
0L1F-004 Installeren na downloaden van de Canon website Installeer het printerstuurprogramma na het downloaden van de nieuwste versie van de Canon website. Meld u bij de computer aan met een administratoraccount. Download het printerstuurprogramma van de website van Canon (http://www.canon.com/).
Pagina 257
Selecteer [Standaard], selecteer het selectievakje [Printers in de slaapstand activeren en zoeken] en klik op [Volgende]. Klik als u de printer in een IPv6-omgeving gebruikt op [Gedetailleerde instellingen] , selecteer [Standaard TCP/IP-poort] en klik op [OK]. Over [Gedetailleerde instellingen] U kunt het poorttype selecteren. [MFNP-poort] (alleen voor IPv4-omgeving) Met deze poort kan het IP-adres van de machine automatisch worden gedetecteerd.
Pagina 258
Stel de printerinformatie in zo nodig en klik op [Volgende]. [Printernaam] Wijzig de printernaam zo nodig. [Als standaard instellen] Schakel dit selectievakje in als u deze printer als de standaardprinter wilt gebruiken. [Gebruiken als gedeelde printer] Schakel dit selectievakje in als u de printer wilt delen (door de computer waarop u de installatie uitvoert als een afdrukserver te gebruiken).
Pagina 259
Sluit als het volgende scherm verschijnt de computer en de printer aan met een USB-kabel Verbinding maken via USB), en zet de printer aan. De installatie van het printerstuurprogramma wordt gestart. Als de installatie niet start Problemen met de USB-verbinding Schakel het selectievakje [Computer nu opnieuw opstarten] in en klik op [Opnieuw opstarten].
0L1F-005 Installatie om WSD te gebruiken Als u Windows Vista/7/8/Server 2008/Server 2012 gebruikt, kunt u afdrukken door het protocol WSD (Web Services on Devices) te gebruiken. Installeer als u WSD wilt gebruiken eerst het printerstuurprogramma en voeg dan een netwerkprinter toe. Een printerstuurprogramma installeren Een netwerkprinter toevoegen Een printerstuurprogramma installeren...
Pagina 261
Klik op [Bladeren]. Geef de map op waarin het printerstuurprogramma is opgenomen, selecteer het Inf-bestand en klik op [Openen]. Geef de map op waarin het printerstuurprogramma als volgt is opgenomen. 32-bit besturingssysteem Geef [UFRII] op [dutch] [32BIT] [Driver] mappen van de CD-ROM/DVD-ROM of gedownloade bestand. 64-bit besturingssysteem Geef [UFRII] op [dutch]...
Pagina 262
Wijzig de printernaam zo nodig en klik op [Volgende]. De installatie wordt gestart. Selecteer [Deze printer niet delen] en klik op [Volgende]. Als u de printer wilt delen, voer dan deelinstellingen voor de printer uit met Een netwerkprinter toevoegen. ( Instellingen op de afdrukservercomputer configureren) Klik op [Voltooien].
Een netwerkprinter toevoegen Open de netwerkmap. Windows Vista/Server 2008 [Starten] selecteer [Netwerk]. Windows 7/Server 2008 R2 [Starten] [Computer] selecteer [Netwerk]. Windows 8/Server 2012 Klik met de rechtermuisknop in de linkerbenedenhoek van het scherm [Verkenner] selecteer [Netwerk]. Klik met de rechtermuisknop op het nieuw toegevoegde printerpictogram en klik op [Installeren]. De installatie voor het gebruiken van WSD is voltooid als een pictogram voor de printer wordt toegevoegd aan de printermap.
0L1F-006 Een afdrukserver instellen U kunt de belasting van computers die moeten kunnen afdrukken verlichten door een afdrukserver in te stellen. U kunt de afdrukserver ook gebruiken om printerstuurprogramma's te installeren op andere computers, zodat de gebruikers van die computers het printerstuurprogramma niet hoeven te installeren van de CD-ROM/DVD-ROM.
0L1F-007 Instellingen op de afdrukservercomputer configureren De instellingen voor het delen van de printer configureren op de computer die u wilt gebruiken als de afdrukserver. De volgende procedure gaat er vanuit dat u het printerstuurprogramma al geïnstalleerd heeft op de computer die u wilt gebruiken als de afdrukserver. Als u het printerstuurprogramma nog niet geïnstalleerd hebt, zie dan Een afdrukserver instellen tijdens installatie van het printerstuurprogramma.
Pagina 267
De bitarchitectuur controleren. Plaats de gebruikerssoftware CD-ROM/DVD-ROM in het cd-romstation van uw computer. Als u printerstuurprogramma's wilt gebruiken die u heeft gedownload van de website van Canon, download dan de extra stuurprogramma's (printerstuurprograma's voor andere processorversies dan die van de afdrukserver).
Pagina 268
Als de afdrukserver 64-bit besturingssysteem gebruikt Specificeer dan [UFRII] [dutch] [32BIT] [Driver] mappen van de CD-ROM/DVD-ROM of gedownload bestand. Klik op [OK]. De installatie van het extra printerstuurprogramma wordt gestart. Wacht totdat u wordt teruggeleid naar het tabblad [Delen]. Klik op [OK]. Een afdrukserver instellen tijdens installatie van het printerstuurprogramma Als u een printer gebruikt aangesloten door een draadloze of bekabelde LAN, dan kunt u een afdrukserver instellen als u het printerstuurprogramma installeert.
0L1F-008 Stuurprogramma's installeren via de afdrukserver (Cliëntinstellingen) U kunt de afdrukserver gebruiken om printerstuurprogamma's te installeren op andere computers (clients) op hetzelfde netwerk. Omdat de printerstuurprogramma's geïnstalleerd zijn via de afdrukserver, hoeven gebruikers van de andere computers de CD-ROM/DVD-ROM van de printer niet te gebruiken. Meld u bij de computer aan met een administratoraccount.
0L1F-009 Bijwerken en verwijderen In dit hoofdstuk wordt uitgelegd hoe printerstuurprogramma's kunnen worden bijgewerkt en verwijderd. Het legt ook uit hoe het programma voor het verzamelen van feedback over de machine moet worden geïnstalleerd. Bijwerken U kunt geïnstalleerde printerstuurprogramma's bijwerken naar de nieuwste versie. Bijwerken Verwijderen Als u de geïnstalleerde printerstuurprogramma's of het uitgebreid onderzoeksprogramma product niet meer nodig heeft, dan kunt u ze...
0L1F-00A Bijwerken Ga als volgt te werk om de het nieuwste printerstuurprogramma te downloaden van de website van Canon website en het printerstuurprogramma geïnstalleerd op uw computer bij te werken. Meld u bij de computer aan met een administratoraccount. Download het printerstuurprogramma van de website van Canon (http://www.canon.com/).
Pagina 272
Controleer de printerinformatie in [Lijst met printers voor stuurprogramma-installatie], en klik op [Starten]. Het bijwerken van het printerstuurprogramma wordt gestart. Schakel het selectievakje [Computer nu opnieuw opstarten] in en klik op [Opnieuw opstarten].
0L1F-00C Verwijderen Als u de geïnstalleerde printerstuurprogramma's of het uitgebreid onderzoeksprogramma product niet meer nodig heeft, dan kunt u ze van uw computer verwijderen. Printerstuurprogramma's verwijderen Het uitgebreid onderzoeksprogramma product verwijderen Printerstuurprogramma's verwijderen Meld u bij de computer aan met een administratoraccount. Geef [Programma's en onderdelen] of [Programma's installeren of verwijderen] weer.
Selecteer de printer die u wilt verwijderen en klik op [Verwijderen]. Als u op [Opschonen] klikt worden alle bestanden, directory-informatie en andere data gerelateerd aan alle printers verwijderd, niet alleen voor de geselecteerde printer maar voor alle printers in de lijst. Normaal moet u [Verwijderen] gebruiken om printerstuurprogramma's te verwijderen.
Pagina 275
[Programma's en onderdelen] of [Programma's installeren of verwijderen]. Selecteer [Canon Laser Printer/Scanner/Fax Extended Survey Program] en klik op [Verwijderen]. Klik op [OK].
0L1F-00E Problemen oplossen Als u problemen tegenkomt tijdens installatie van het printerstuurprogramma, raadpleeg dan de volgende gedeeltes voordat u contact opneemt met Canon. Problemen met de draadloze/bedrade LAN-verbinding Problemen met de USB-verbinding Problemen via de afdrukserver Problemen met de draadloze/bedrade LAN-verbinding Als de printer die u wilt niet wordt weergegeven in de [Lijst met printers].
Pagina 277
Stel de instellingen van het draadloze LAN opnieuw in. Instellingen draadloze LAN-verbinding configureren Als u de verbinding handmatig moet instellen Als de draadloze router is ingesteld zoals hieronder beschreven, voer de vereiste informatie dan handmatig in. De stealth-functie is ingeschakeld. ELKE verbindingsweigering wordt geactiveerd.
Pagina 278
Problemen via de afdrukserver U kunt de afdrukserver niet vinden om verbinding mee te maken. Zijn de printserver en computer goed aangesloten? Loopt de printserver? Heeft u gebruikersrechten voor verbinding met de printserver? Vraag bij twijfel de beheerder van de printserver om hulp. Is [Netwerk detecteren] ingeschakeld? (Windows Vista/7/8/Server 2008/Server 2012) Inschakelen [Netwerk detecteren]...
0L1F-00F Het USB-stuurprogramma verwijderen Verwijder het USB-stuurprogramma als het printerstuurprogramma niet goed geïnstalleerd kan worden met een USB-aansluiting. Zelfs als het USB-stuurprogramma verwijdert, wordt het weer automatisch opnieuw geïnstalleerd aks u de printer en uw computer aansluit met een USB-kabel. Sluit de printer en uw computer aan met een USB-kabel ( ) en zet de printer aan.
Pagina 280
KOPPELINGEN Verbinding maken via USB...
0L1F-00H Bijlage In de Bijlage staat belangrijke informatie over het aansluiten van de printer op uw computer, het gebruik van de Installation Guide, disclaimers en auteursrechtelijke informatie. Er wordt ook uitgelegd hoe de MF/LBP Network Setup Tool handmatig kan worden gestart. Raadplegen indien nodig.
0L1F-00J De printer aansluiten op een computer Er zijn drie manieren om de printer aan te sluiten op een computer: via bekabelde LAN, via draadloze LAN en via een USB-kabel. Selecteer de verbindingsmethode die het beste bij uw communicatie-omgeving en apparaten past. Verbinding maken via een bekabeld LAN Sluit de printer met een LAN-kabel aan op een router.
0L1F-00K Verbinding maken via een bekabeld LAN Sluit de printer via een bekabelde router aan op een computer. Sluit de printer met een LAN-kabel aan op de router. Zaken die u moet controleren voordat u begint (Draadloos LAN) Instellingen draadloze LAN-verbinding configureren Zaken die u moet controleren voordat u begint (Bekabeld LAN) Is de draadloze verbinding tussen de computer en de router goed ingesteld via een LAN-kabel? Raadpleeg voor meer informatie de handleidingen van de apparaten die u gebruikt of neem...
Pagina 284
Volg de instructies op het scherm om de bedrade LAN-instellingen te configureren. Als er iets is dat u niet begrijpt Klik op [Nuttige tips] linksonder in het scherm om de tips voor probleemoplossing te bekijken. Als u niet weet hoe u een LAN-verbinding tot stand brengt Zie de "e-Handleiding"...
0L1F-00L Verbinding maken via Draadloos LAN Sluit de printer aan op een computer via een draadloze router. De printer en de router worden draadloos verbonden (via radiogolven), dus u heeft geen LAN-kabel nodig. Gebruik om draadloze LAN-instellingen te gebruiken de MF/LBP Network Setup Tool van uw computer. Zaken die u moet controleren voordat u begint (Draadloos LAN) Instellingen draadloze LAN-verbinding configureren Zaken die u moet controleren voordat u begint (Draadloos LAN)
Pagina 286
Als er iets is dat u niet begrijpt Klik op [Nuttige tips] linksonder in het scherm om de tips voor probleemoplossing te bekijken. Na omzetten van de verbindingsmethode van bedraad LAN naar draadloos LAN U moet het huidig geïnstalleerde printerstuurprogramma deïnstalleren en opnieuw installeren.
0L1F-00R Verbinding maken via USB Sluit de printer en uw computer aan met een USB-kabel. Sluit de platte aansluiting van de USB-kabel ( ) aan op de computer en sluit de vierkante aansluiting ( ) aan op de printer. Als er geen USB-kabel bij uw printer is geleverd, dan moet u zelf een USB-kabel kopen. Gebruik alleen een USB-kabel met het volgende symbool.
De Tool start automatisch als u een printerstuurprogramma installeert van de gebruikssoftware op de CD-ROM/DVD- ROM. Als u het handmatig wilt starten, dan kunt u het starten met de gebruikerssoftware op de CD-ROM/DVD-ROM of direct starten vanaf een bestand gedownload van de website van Canon. Starten vanaf de CD-ROM/DVD-ROM...
De MF/LBP Network Setup Tool is één van de bestanden die u downloadt om een printerstuurprogramma te installeren. Begin met het downloaden van het printerstuurprogrammabestand, dat het printerstuurprogramma en de bijbehorende bestanden bevat, op de website van Canon (http://www.canon.com/). Unzip het gedownloade bestand.
0L1F-00U De installatiehandleiding gebruiken De installatiehandleiding kunt u bekijken op uw computer. De handleiding bevat informatie over de installatie van de printerstuurprogramma's. U kunt snel pagina's vinden door te zoeken naar wat u wilt doen of door trefwoorden in te voeren. De gewenste informatie opzoeken U kunt zoeken naar de gewenste pagina door de volgende drie methoden te gebruiken.
De installatiehandleiding is opgesplitst in verschillende schermen en de inhoud van elk scherm varieert. Bovenste pagina Deze pagina wordt weergegeven als u de installatiehandleiding start. Canon-logo Klik hierop om naar de beginpagina van de handleiding te gaan vanaf een andere pagina. Tabblad [Inhoudsopgave]/Tabblad [Zoeken] Klik hierop om te schakelen tussen het tabblad [Inhoudsopgave] en het tabblad [Zoeken].
Pagina 292
[Inhoudsopgave] Hoofdstukpictogrammen en onderwerptitels worden weergegeven op dit tabblad. Het tabblad [Inhoudsopgave] kan breder of smaller worden gemaakt. [Alles uitvouwen]/[Alles samenvouwen] Klik op [Alles uitvouwen] om alle subgedeelten van alle onderwerpen weer te geven. Klik op [Alles samenvouwen] om alle subgedeelten van alle onderwerpen te sluiten.
Pagina 293
[Voer hier trefwoord(en) in] Voer één of meerdere trefwoorden in en klik op om de zoekresultaten weer te geven in een resultatenlijst. U kunt een zin invoeren om pagina's te zoeken die alle woorden van de zin bevatten. Zet de zin tussen aanhalingstekens om de exacte zin te vinden.
0L1F-00X De installatiehandleiding bekijken Markeringen Beperkingen en waarschuwingen met betrekking tot de bediening van het apparaat, nuttige tips en andere informatie worden weergegeven met behulp van de onderstaande markeringen. Hiermee worden bedieningsvereisten en -beperkingen aangeduid. Lees deze punten zorgvuldig door voor een juiste bediening van de printer en om schade aan de printer of eigendom te voorkomen.
0L1F-00Y Overige In deze bijlage worden basisbewerkingen van Windows beschreven. De bijlage bevat verder disclaimers, auteursrechtinformatie en andere belangrijke informatie.
0L1F-010 Basisbewerkingen in Windows De printermap weergeven Inschakelen [Netwerk detecteren] Het scherm [Installatie via cd-rom/dvd-rom] weergeven De bitarchitectuur controleren Weergave [Programma's en onderdelen] of [Programma's installeren of verwijderen]. Weergave [Apparaatbeheer] De printermap weergeven Windows XP Professional/Server 2003 [Starten] selecteer [Printers en faxapparaten]. Windows XP Home Edition [Starten] selecteer [Configuratiescherm]...
Pagina 297
De bitarchitectuur controleren Als u niet zeker weet of op uw computer de 32-bits of 64-bits versie van Windows wordt uitgevoerd, volgt u de onderstaande procedure. Open het onderdeel [Configuratiescherm]. Windows Vista/7/Server 2008 [Starten] selecteer [Configuratiescherm]. Windows 8/Server 2012 Klik met de rechtermuisknop in de linkerbenedenhoek van het scherm selecteer [Configuratiescherm].
Pagina 298
Windows Server 2003 [Starten] [Configuratiescherm] [Systeem] [Hardware] selecteer [Apparaatbeheer]. Windows Server 2008 [Starten] selecteer [Configuratiescherm] dubbelklik op [Apparaatbeheer].
ZOALS HIERIN GEBODEN, INCLUSIEF, EN ZONDER BEPERKINGEN DAARVAN, GARANTIES OP HET GEBIED VAN VERKOOPBAARHEID, GESCHIKTHEID VOOR EEN BEPAALD DOEL OF HET INBREUK MAKEN OP ENIG RECHT. CANON INC. IS NIET AANSPRAKELIJK VOOR ENIGE DIRECTE, INCIDENTELE OF SECUNDAIRE SCHADE VAN WELKE AARD DAN OOK, NOCH VOOR VERLIEZEN OF UITGAVEN ALS RESULTAAT VAN HET GEBRUIK VAN DIT MATERIAAL.