¡ Het apparaat mag alleen met de meegeleverde aan-
sluitkabel worden aangesloten.
¡ De aansluitkabel moet op de achterzijde worden in-
gestoken tot een klik hoorbaar is. Een 3 m lange
aansluitkabel is bij de service verkrijgbaar.
¡ De aansluitkabel mag alleen worden vervangen
door een originele kabel. Die is bij de service ver-
krijgbaar.
¡ De bescherming tegen aanraking dient door de in-
bouw te zijn gewaarborgd.
Apparaat met geaarde stekker elektrisch
aansluiten
Opmerking: Het apparaat mag alleen op een geaarde
contactdoos worden aangesloten die volgens de voor-
schriften is geïnstalleerd.
Steek de stekker in het stopcontact met randaarde.
▶
Wanneer het apparaat is ingebouwd moet de stek-
ker van de aansluiting op het net vrij toegankelijk
zijn. Als de vrije toegang neer de netstekker niet
mogelijk is, moet in de vast geplaatste elektrische
installatie een alpolige scheidingsinrichting volgens
de installatievoorschriften worden ingebouwd.
Apparaat zonder geaarde stekker elektrisch
aansluiten
Opmerking: Alleen een daartoe bevoegd vakman mag
het apparaat aansluiten. Bij schade door een verkeerde
aansluiting kunt u geen aanspraak maken op garantie.
In de vast geplaatste elektrische installatie moet een al-
polige scheidingsinrichting volgens de installatievoor-
schriften worden ingebouwd.
Fase- en neutraal- ("nul-") leider in het stopcontact
1.
identificeren.
Bij een verkeerde aansluiting kan het apparaat wor-
den beschadigd.
Volgens het aansluitschema aansluiten.
2.
Zie voor de spanning het typeplaatje.
De aders van de elektrische aansluitleiding dienen
3.
overeenkomstig de kleurcodering te worden aange-
sloten:
groen-geel = aarddraad
‒
blauw = neutraal- ("nul-") leiding
‒
bruin = fase (buitendraad)
‒
26.9 Apparaat inbouwen
Opmerking: De panelen niet met een accuschroeven-
draaier bevestigen. De panelen kunnen beschadigd ra-
ken.
Het apparaat helemaal inschuiven.
1.
Zorg ervoor dat het aansluitsnoer hierbij niet knikt,
wordt ingeklemd of over scherpe randen wordt ge-
leid.
Het apparaat gecentreerd uitlijnen.
2.
Tussen het apparaat en de aangrenzende meubel-
fronten dient een luchtspleet van minstens 4 mm
aanwezig te zijn.
De apparaatdeur openen en de panelen links en
3.
rechts losschroeven.
Sluit de apparaatdeur.
4.
Het apparaat vastschroeven.
5.
Montagehandleiding nl
51