9.2.2 De draaikrans smeren
De draaikrans van de hoogwerker moet elke maand volgens het onderhoudsschema worden
gesmeerd. Het is belangrijk om op te merken dat de draaikrans vier (4) aparte smeerpunten
heeft (afbeelding 15) die allemaal afzonderlijk moeten worden gesmeerd. Er zitten 3
smeernippels op de achterkant van de draaikrans, die verbonden zijn met de versnelling en zijn
lagers. Eén (1) smeernippel bovenop de draaikrans (en gat door de console) is verbonden met
de kogellagers van de draaikrans. Als er vet op deze smeernippel wordt aangebracht, is het
belangrijk om het rondom het lager wordt aangebracht: draai na het aanbrengen van het vet de
draaikrans ongeveer 20 graden en breng dan opnieuw vet aan. Herhaal dit totdat de draaikrans
een volledige cirkel rond is gegaan (360 graden).
Afbeelding 15: Smering van de draaikrans
9.2.3 De kettingschijf van de telescopische arm smeren en de ketting inspecteren
Er wordt een koppel schalmkettingen gebruikt voor de beweging van de telescopische arm. Er
zijn 3 schijven die moeten worden gesmeerd. De schijven worden elke maand gesmeerd.
Afbeelding 16 Smeernippel
telescopische kettingschijf
Afbeelding 17: Smeerpunten van de
schalmkettingschijf aan de voorkant van de
bovenste arm.
41