Inhoudsopgave
Advertenties
WERKING
BEDIENINGSCONTROLES - BEGINSCHERM (VERVOLG)
(10) Vasthoudperiode
Toont de vasthoudperiode (0 - 99 seconden) die bij de instelling is
ingegeven. Druk op de toets "Vasthoudperiode" om de vasthoudperiode
in te geven en geef vervolgens de gewenste vasthoudperiode in met
behulp van het numerieke toetsenbord. Druk op de "Return"-pijltoets om
de wijzigingen te aanvaarden.
OPMERKING: Tijdens de tractiebehandelingssessie kan de
vasthoudperiode worden gewijzigd door op de toets
"Vasthoudperiode" te drukken en vervolgens de pijltoets
omhoog of omlaag te gebruiken om de wijzigingen aan
te brengen. Druk op de "Return"-pijltoets om de
wijzigingen te aanvaarden.
(11) Minimumniveau
Toont de tijdens de instelling ingegeven minimale tractiespanning. Druk
op de toets "Min. niveau" om de minimale tractiespanning in te geven en
geef vervolgens de gewenste minimuminstelling in met behulp van het
numerieke toetsenbord. Druk op de "Return"-pijltoets om de wijzigingen
te aanvaarden.
OPMERKING: Tijdens de tractiebehandelingssessie kan de minimale
tractiespanning worden gewijzigd door op de toets "Min.
niveau" te drukken en vervolgens de pijltoets omhoog of
omlaag te gebruiken om de wijzigingen met stappen
van 1kg (1 lb of 5 N) aan te brengen. Druk op de "Return"-
pijltoets om de wijzigingen te aanvaarden.
(12) Maximumniveau
Toont de tijdens de instelling ingegeven maximale tractiespanning. Druk
op de toets "Max. niveau" om de maximale tractiespanning in te geven
en geef vervolgens de gewenste maximuminstelling in met behulp
van het numerieke toetsenbord. Druk op de "Return"-pijltoets om de
wijzigingen te aanvaarden.
Als het maximumniveau van de tractiespanning meer dan
17 kg (39 lb. of 166 N) bedraagt, verschijnt de boodschap "Cervicale
tractie mag niet worden toegepast bij een spanning van meer dan
17 kg (39 lb. of 166 N); duid het uit te voeren tractietype aan". Er moet
op de lumbale toets worden gedrukt om een behandeling te starten, of
druk op de cervicale toets en geef nogmaals het maximumniveau van
de tractiespanning in die minder dan 18 kg (40 lb. of 176 N) bedraagt.
OPMERKING: Tijdens de tractiebehandelingssessie kan de maximale
tractiespanning worden gewijzigd door op de toets "Max.
niveau" te drukken en vervolgens de pijltoets omhoog of
omlaag te gebruiken om de wijzigingen met stappen van
1 kg (1 lb of 5 N) aan te brengen. Druk op de "Return"-
pijltoets om de wijzigingen te aanvaarden.
(13) Klinische bronnen
Met deze toets zijn de volgende functies mogelijk op het tractietoestel:
(zie Patiëntgegevenskaart en Gebruikersprotocollen in het hoofdstuk
"Werking" voor meer informatie).
• Patiëntkaart
• Patiëntkaart (naam patiënt)
• De in te stellen behandeling aanpassen
• Patiëntkaart wissen
• Protocollen
• Protocol zoeken
• Protocol opslaan
• Mogelijkheden
• Instellingen van het toestel (zie pagina 18 - 19 voor meer
informatie)
25
Tru-Trac® tractietoestel
Advertenties
Inhoudsopgave
