Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Bedieningscontroles - Beginscherm (Vervolg) - Chattanooga TRU-TRAC 4779 Gebruikershandleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

WERKING

BEDIENINGSCONTROLES - BEGINSCHERM (VERVOLG)

(5) Progressief
Bij het progressieve deel kunnen er twee toetsen worden gebruikt. Met
de eerste toets kunt u uit statische of intermitterende tractiemodus
kiezen om tijdens de progressieve fase van de tractiebehandelingssessie
te gebruiken. Met de tweede toets kunt u het tijdens de progressieve
fase van de tractiebe-handelingssessie gewenste stapnummer (1 - 9)
ingeven.
OPMERKING: Het derde vakje in het progressieve deel is een niet-
actieve toets die bij benadering de tijdspanne (in
minuten) weergeeft die voor de progressieve fase van het
tractieprogramma is gekozen.
(6) TX (tractie)
Bij het TX deel kunnen er twee toetsen worden gebruikt. Met de eerste
toets kunt u uit statische, intermitterende of cyclische tractiemodus
kiezen om tijdens de tractiefase van de tractiebehandelingssessie te
gebruiken. Met de tweede toets kunt u de tijdens de tractiefase van de
tractiebehandelingssessie gewenste duur in minuten (1 - 99) ingeven.
OPMERKING: Tijdens de behandeling kan de TX duur worden
gewijzigd. Druk op de toets "TX duur" en gebruik de
pijltoets omhoog of omlaag om de duur met stappen van
één minuut te wijzigen. Druk op de "Return"-pijltoets om
de wijzigingen te aanvaarden.
(7) Regressief
Bij het regressieve deel kunnen er twee toetsen worden gebruikt. Met
de eerste toets kunt u uit statische of intermitterende tractiemodus
kiezen om tijdens de regressieve fase van de tractiebehandelingssessie
te gebruiken. Met de tweede toets kunt u het tijdens de regressieve
fase van de tractiebehande-lingssessie gewenste stapnummer (1 - 9)
ingeven.
OPMERKING: Het derde vakje in het regressieve deel is een niet-actieve
toets die bij benadering de tijdspanne (in minuten)
weergeeft die voor de regressieve fase van het
tractieprogramma is gekozen.
(8) Touw loslaten
Laat het tractiesnoer los zodat dit gemakkelijk uit het toestel kan worden
getrokken om in te stellen. Om het snoer los te laten moet u ofwel aan
het tractiesnoer trekken zodat het loslaat en uit het toestel komt, of
de toets "Touw loslaten" ingedrukt houden en het tractiesnoer uit het
toestel trekken.
OPMERKING: Als er een spanning is van meer dan 2 kg (5 lb. of 19 N), is
de toets "Touw loslaten" gedeactiveerd.
• In geval van een stroomuitval van het toestel of als er snel een
vermindering van de tractiespanning noodzakelijk is, mag deze enkel
worden verminderd door de verstelbare riemen van het harnas van
de patiënt geleidelijk aan losser te maken. Als de tractie op de riem is
verminderd, kunt u de verstelbare riemen van het harnas losmaken.
(9) Rustperiode
Toont de rustperiode (0 - 99 seconden) die bij de instelling is ingegeven.
Druk op de toets "Rustperiode" om de rustperiode in te geven en geef
vervolgens de gewenste rustperiode in met behulp van het numerieke
toetsenbord. Druk op de "Return"-pijltoets om de wijzigingen te
aanvaarden.
OPMERKING: Tijdens de tractiebehandelingssessie kan de rustperiode
worden gewijzigd door op de toets "Rustperiode" te
drukken en vervolgens de pijltoets omhoog of omlaag te
gebruiken om de wijzigingen aan te brengen. Druk op de
"Return"- pijltoets om de wijzigingen te aanvaarden.
24
Tru-Trac® tractietoestel

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave