3
Plaats de batterij en geheugenkaart.
Controleer eerst of de hoofdschakelaar in de OFF (UIT)-positie
staat alvorens de batterij of geheugenkaarten te plaatsen of te
verwijderen. Plaats de batterij in de getoonde richting door met
de batterij de oranje batterijvergrendeling naar één zijde
ingedrukt te houden. De vergrendeling vergrendelt de batterij
op zijn plaats zodra de batterij volledig is geplaatst.
Plaats de geheugenkaart in sleuf 1 als u slechts één
geheugenkaart gebruikt (0 31). Schuif de geheugenkaart naar
binnen totdat deze op zijn plaats klikt.
A
De batterij en lader
Lees en volg de waarschuwingen en voorzorgsmaatregelen op pagina xiii–xvi
en 457–459 van deze handleiding.
26
Batterijvergrendeling