6 Aanpassingen aan steken
Persvoetdruk
De naaivoetdruk voor naaien in normale omstandigheden
moet worden ingesteld op "N" (A). Aanpassingen kunnen
nodig zijn vanwege het type stof en de dikte. Verhoog of
verlaag de druk totdat u tevreden bent met het resultaat.
Maak altijd eerst een proeflapje van uw stof voordat u op uw
kledingstuk gaat naaien.
Minder druk: Verlaag de druk door de afstelknop naar links
te draaien, op een waarde tussen N en 1.
Meer druk: Verhoog de druk door de afstelknop naar rechts
te draaien, op een waarde tussen N en 7.
Terug naar de standaardinstelling: Draai de afstelknop
totdat het teken op de knop op N staat.
Steekbreedte aanpassen
De steekbreedte kan worden vergroot of verkleind door de
naaldpositie te veranderen of met de snijbreedteknop.
Aanpassen met naaldpositie
Wanneer alleen de linkernaald of beide naalden worden
gebruikt, is de steekbreedte 6 mm (A).
Wanneer alleen de rechternaald wordt gebruikt, is de
steekbreedte 4 mm (B).
Bij gebruik van de kettingsteeknaald bedraagt de steekbreedte
9 mm (C).
Aanpassing met de steekbreedteknop
De snijbreedte kan nauwkeurig worden afgesteld door aan de
snijbreedteknop (A) te draaien. De ingestelde waarde moet
overeenkomen met de markering op de machine (B).
Hierdoor kunnen de positie van het bovenmes en de
snijbreedte binnen het onderstaande bereik worden aangepast.
Wanneer alleen de linkernaald wordt gebruikt: 5,5 - 7,5 mm
Wanneer alleen de rechternaald wordt gebruikt: 3,5 - 5,5 mm
Bij gebruik van de kettingsteeknaald: 8,5 - 10,5 mm
Voor de standaardinstelling moet de knop worden ingesteld
op 6.5.
Tip: Gebruik het Nauwkeurige draadregelingssysteem om de vorming
van steken te verfijnen, zodat de lussen zich netjes rondom de stofrand
vormen (zie pagina 55 en pagina 17).
54
A
A
6mm
A
B
6 Aanpassingen aan steken
B
C
4mm
9mm