De deksteeknaalden inrijgen
Let op: Rijg de naalden in de volgende volgorde: links (C), midden (D), rechts (E)
De linker deksteeknaald inrijgen (C)
Gele inrijgroute
A B
Naald C
C
D E
Let op: Breng de naaivoet omhoog om de spanningsschijven vrij te
maken.
Let op: Breng de uitschuifbare garenstandaard tot de hoogste stand (op
de afbeelding staat een "bijgesneden" garenstandaard).
1. Schuif een klosje garen op de linker garenpen. Trek de
draad door de linker draadgeleider van achteren naar
voren.
2. Schuif de draad voorzichtig onder de
voorspanningsdraadgeleider van rechts naar links.
3. Trek de draad langs de inrijggleuf. Breng de draad met
uw beide handen aan tussen de spanningsschijven.
4. Trek de draad omlaag door de gleuf en breng deze naar
links door de inrijgroute.
5. Trek de draad in de achterste sleuf op de draadgeleider.
6. Ga verder met het inrijgen in de sleuf op de
draadhefboom.
7. Trek de draad dan in de eerste sleuf op de volgende
draadgeleider.
8. Breng de draad aan in de eerste sleuf op de draadgeleider
boven de naaldklem.
Rijg de draad door het oog van de naald. Gebruik de
draadinsteker (zie pagina 32) om de draad makkelijker
door het oog van de naald te krijgen. Trek ongeveer 10
cm draad door het oog van de naald en laat dat vrij
hangen.
Breng de draad naar de achterkant, onder de naaivoet.
Sluit de voorklep en breng de naaivoet omlaag om te
beginnen met naaien.
1
6
7
1
2
6
7
8
4 Draad inrijgen
2
3
5
4
8
3
5
4
29