6. DAGELIJKS GEBRUIK
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken Veiligheid.
6.1 Instellen: Verwarmingsfuncties
Stap 1
Schakel de oven in. In het display verschijnt de standaard verwarmingsfunctie.
Stap 2
Druk op het symbool van de verwarmingsfunctie om het submenu te openen.
Stap 3
Selecteer de verwarmingsfunctie en druk op:
instellingen.
Stap 4
Stel de temperatuur in en druk op:
Stap 5
Druk op:
Voedselsensor - u kunt de sensor op elk gewenst moment voor of tijdens het koken
aansluiten.
- druk hierop om de verwarmingsfunctie uit te schakelen.
Stap 6
Schakel de oven uit.
Gebruik een snelkoppeling!
6.2 Waterlade
F
M
A
X
E
D
.
.
A
B
C
. Het display toont de temperatuur‐
A. Deksel
B. Golfbreker
C. Lade
D. Watervulopening
E. Schaal
F. Voorkap
19/64