Tabel 12-6
Fouten die optreden tijdens het afdrukken (vervolg)
330
Hoofdstuk 12
Kleurverbleking in alle
kleuren
●
Controleer of er aan de
vereisten met betrekking
tot de werking en de
locatie van de MFP is
voldaan.
●
Kalibreer de MFP.
Vingerafdrukken en
deukjes in het
afdrukmateriaal
●
Gebruik ondersteund
afdrukmateriaal.
●
Controleer of het
gebruikte
afdrukmateriaal geen
kreukels of deukjes heeft
van het oppakken en dat
het afdrukmateriaal niet
is bevlekt met zichtbare
vingerafdrukken of
andere substanties.
●
Druk de pagina's voor
het oplossen van
problemen met de
afdrukkwaliteit af (zie
MFP
kalibreren) en voer
de diagnostische
procedure uit die op de
eerste pagina wordt
beschreven om te
bepalen in welke
component het
probleem is opgetreden.
Problemen oplossen
De
Kleurverbleking in één
kleur
●
Controleer of er aan de
vereisten met betrekking
tot de werking en de
locatie van de MFP is
voldaan.
●
Kalibreer de MFP.
●
Druk de pagina's voor
het oplossen van
problemen met de
afdrukkwaliteit af (zie
De
MFP
kalibreren) en voer
de diagnostische
procedure uit die op de
eerste pagina wordt
beschreven om te
bepalen in welke
component het
probleem is opgetreden.
Losse toner
●
Controleer of er aan de
vereisten met betrekking
tot de werking en de
locatie van de MFP is
voldaan.
●
Gebruik ondersteund
afdrukmateriaal.
●
Controleer of het soort
en formaat
afdrukmateriaal voor de
lade juist zijn ingesteld
op het bedieningspaneel
voor het afdrukmateriaal
dat u gebruikt.
●
Controleer of het
afdrukmateriaal correct
is geplaatst en de
formaatgeleiders tegen
de raden van de stapel
materiaal rusten.
Controleer of het
gebruikte
afdrukmateriaal geen
kreukels of deukjes heeft
van het oppakken en dat
het afdrukmateriaal niet
is bevlekt met zichtbare
vingerafdrukken of
andere substanties.
NLWW