Parameter
Omschrijving
P-25
Analoge uitgang
functiekeuze
P-26
Toerentalsprong
P-27
Sprongmidden
P-28
V/f-karakteristiek
aanpassings-
spanning
P-29
V/f-karakteristiek
aanpassings-
frequentie
P-30
Klemmenbedrijf
functie voor
nieuwe start
P-31
Programmeer-
apparaatmodus
functie voor
nieuwe start
P-32
Gelijkstroom-
remmen vrij-
gave/duur
1)
P-33
Vangfunctie
P-34
Activering
remchopper
Technische handleiding – MOVITRAC
Bereik
0 Aandrijving vrijgegeven
(digitaal)
1 Aandrijving in orde
(digitaal)
2 Motor werkt met doelsnel-
heid (digitaal)
3 Aandrijving uitgeschakeld
(digitaal)
4 Motortoerental Ã
grenswaarde (digitaal)
5 Motorstroom Ã
grenswaarde (digitaal)
6 Motortoerental <
grenswaarde (digitaal)
7 Motorstroom <
grenswaarde (digitaal)
8 Motortoerental (analoog)
9 Motorstroom (analoog)
0 ... P-01
P-02 (min.) ... P-01 (max.)
0 ... P-07
0 ... P-09
Edge-r, Auto-0 ... Auto-5
0 Minimumtoerental
1 Laatst aanwezige toerental
2 Minimumtoerental
(auto-run)
3 Laatst aanwezige toerental
(auto-run)
0 ... 25 s
0 Gedeactiveerd
1 Geactiveerd
0 Gedeactiveerd
1 Geactiveerd, met s/w-
beveiliging alleen voor
BWLT 050 002
2 Geactiveerd, voor andere
BWxxxx met een externe
beveiliging
®
LTE-B
Parameters
Uitgebreide parameters
Stan-
Toelichting
daard
8
Binaire uitgangsmodus
•
Opties 0 ... 7: selectie van een digitaal spannings-
uitgangssignaal
–
Gedeactiveerd: 0 V
–
Geactiveerd: +24 V, (20 mA grenswaarde)
•
Opties 4 ... 7: digitale uitgang geactiveerd met in
P-19 ingestelde waarde
Analoge uitgangsmodus
•
Optie 8: signaalbereik motortoerental
0 ... 10 V = 0 ... 100% van P-01
•
Optie 9: signaalbereik motorstroom
0 ... 10 V = 0 ... 200% van P-08
0.0 Hz
Toerental blijft aan de bovenste of onderste sprongfre-
quentiegrens totdat de desbetreffende andere sprong-
frequentiegrens aan de ingang wordt bereikt.
Toerental doorloopt de sprongband met een in P-03
en P-04 ingestelde snelheid.
0 Hz
Sprongbandsetpoint
0 V
Past de aanwezige motorspanning aan deze waarde
aan met de in P-29 ingestelde frequentie.
0 Hz
Stelt de frequentie in waarmee de in P-28 ingestelde
V/f-aanpassingsspanningfrequentie wordt aangelegd.
Auto-0
Aantal automatische resets
1
Als op 0 of 1 ingesteld, moet de toets Start gebruikt
worden.
Bij de instelling 2 of 3 wordt de aandrijving vrijgegeven
als het vrijgavesignaal voor de aandrijfhardware
aanwezig is. Vervolgens kan het toerental worden
gewijzigd met het programmeerapparaat.
0,0 s
Bij > 0 wordt gelijkstroomremmen geactiveerd, zodra
toerental nul bereikt is bij aanwezig stopsignaal.
Alleen bij blokkering (stop) actief, niet bij vrijgave.
Hiervoor wordt de in P-11 ingestelde waarde gebruikt.
0
Bij activering start de aandrijving vanuit het geregis-
treerde rotortoerental. Korte deceleratie mogelijk,
indien rotor stilstaat.
Bij aandrijvingen in bouwgrootte 1 kan met P-33 = 1
gelijkstroomremmen bij vrijgave worden geactiveerd.
Duur en niveau worden met P-32 en P-11 ingesteld.
0
Alle remweerstanden moeten door middel van externe
veiligheidsvoorzieningen beschermd worden.
P6..
9
P60.
P600
39