Naslaginformatie
Luisteren naar de vooraf ingestelde songs
Dit instrument bevat uiteenlopende vooraf ingestelde pianosongs. U kunt gewoon naar deze songs luisteren.
1
1
Activeer de modus voor vooraf ingestelde songs.
Houd de [DEMO/SONG]-knop ingedrukt en druk op de
[+] of [-] knop tot '
2
Selecteer een vooraf ingestelde song.
Druk op de [+] of [-] knop om een song te selecteren.
P01
P10
•
–
P. A L
•
................ Speel alle vooraf ingestelde songs achtereenvolgens af.
P. r d
•
................ Speel alle vooraf ingestelde songs continu in willekeurige
3
Start het afspelen.
Druk op de [PLAY/STOP]-knop om het afspelen te starten.
Terwijl een vooraf ingestelde pianosong wordt afgespeeld, drukt u op de [+]
of [-] knop om de volgende of vorige pianosong te selecteren en af te spelen.
4
Stop het afspelen.
Druk op de [PLAY/STOP]-knop om het afspelen te stoppen.
2
3, 4
P01
' op de display verschijnt.
..... Selecteer het nummer van een vooraf ingestelde song en
speel alleen de geselecteerde song af.
volgorde af.
Song:
In deze handleiding worden speeldata een
P01
'song' genoemd. Hierbij gaat het onder
andere om vooraf ingestelde songs en
demosongs.
Modus:
Een modus is een status waaronder een
bepaalde functie kan worden uitgevoerd. In
de modus voor vooraf ingestelde songs
kunt u een vooraf ingestelde song
selecteren.
Willekeurige volgorde:
De songs worden in willekeurige volgorde
door het instrument geselecteerd en
afgespeeld (ongeveer zoals bij het
schudden van speelkaarten) als u op de
[PLAY/STOP]-knop drukt.
U kunt op het toetsenbord meespelen met
de vooraf ingestelde song.
Houd tijdens het afspelen van een vooraf
ingestelde pianosong de [METRONOME]-
knop ingedrukt en druk op de [+] of [-]
knop om het tempo van de song te wijzigen.
Als u de metronoom gebruikt (pagina 17)
tijdens het afspelen van een vooraf
ingestelde song, drukt u op de [+] of [-]
knop om het tempo van de song te wijzigen.
U kunt ook op toetsen drukken om het
tempo te wijzigen.
De vooraf ingestelde songs worden niet via
de MIDI-aansluitingen verzonden.
N1
Gebruikershandleiding
• 13