. Gebruiken van de snelsluiter
Bij volledig indrukken van de sluitertoets zonder te wachten tot autofocus gaat
werken, wordt opgenomen d.m.v. de snelsluiter (pagina 78).
• Met de snelsluiter stelt de camera sneller scherp dan met de normale autofocus
hetgeen betekent dat u snel bewegende actie gemakkelijker kunt opnemen. Merk
echter op dat sommige beelden onscherp kunnen zijn wanneer de snelsluiter wordt
gebruikt.
• Als het maar even mogelijk is, kunt u beter een beetje extra tijd gebruiken om de
sluitertoets halverwege in te drukken voor een juiste scherpstelling.
. Als niet op het beeld kan worden scherpgesteld...
Als het scherpstelkader rood blijft en de achterindicator groen gaat knipperen,
betekent dit dat niet scherpgesteld is op het beeld (omdat het onderwerp te dichtbij is,
enz.). Richt de camera opnieuw op het onderwerp en probeer opnieuw scherp te
stellen.
. Als het onderwerp zich niet in het midden van het kader bevindt...
"Scherpstelvergrendeling" (pagina 68) is de naam van een techniek die u kunt
gebruiken wanneer u een beeld wilt opnemen waarbij het onderwerp waarop
scherpgesteld moeten worden zich niet bevindt in het scherpstelkader in het midden
van het beeldscherm.
. Traceren van de bewegingen van een bewegend onderwerp
Druk de sluitertoets halverwege in om een bewegend onderwerp automatisch te
volgen en er op scherp te stellen. Zie "Ë Traceren" (pagina 39) voor meer
informatie.
27
Snelstartgids