6.10.1
Openen:
Sluiten:
Ventilatiestand
A-Modell - 11/12 - Ausgabe 09/11 - 2096088 - BUE-0005-10NL
Al naargelang het weer de dakluiken zo ver sluiten, dat er geen vocht kan
binnendringen.
Niet op de dakluiken gaan staan.
Voor het begin van de rit de dakluiken sluiten.
Voor het begin van de rit de vergrendeling van de dakluiken controleren.
Bij het verlaten van het voertuig altijd de dakluiken sluiten.
Heki-dakluik (mini en midi) (gedeeltelijk speciale uitvoering)
Afb. 77
Vergrendelingsknop aan het
Heki-dakluik
Het Heki-dakluik wordt aan één kant omhoog gezet.
De vergrendelingsknop (Afb. 77,2) indrukken en de beugel (Afb. 77,1) met
beide handen naar beneden trekken.
De beugel (Afb. 78,1) in de geleidingen (Afb. 78,2) tot in de achterste
positie (Afb. 78,3) trekken.
De beugel (Afb. 78,1) met beide handen licht naar boven drukken.
De beugel in de geleidingen terugschuiven.
De beugel met beide handen naar boven drukken, tot de beugel boven de
vergrendelingsknop (Afb. 77,2) ligt.
Afb. 79
Heki-dakluik in ventilatiestand
Het Heki-dakluik kan in twee ventilatiestanden worden gezet: Stand voor
slecht weer (Afb. 79,1) en middelste stand (Afb. 79,2). Al naargelang het
model kan het dakluik in de middelste stand met de grendel (Afb. 80,1) ver-
grendeld worden.
Wonen
Afb. 78
Heki-dakluik, geleiding
Afb. 80
Vergrendeling ventilatiestand
6
77