10
Sanitaire inrichting
10.2
10.2.1
10.2.2
Openen:
Sluiten:
168
Watertank
Vulhoeveelheden
De vulhoeveelheden van de watertank zijn al naargelang het model verschil-
lend. Bij modellen zonder tandem-as past in de watertank 120 l, bij modellen
met tandem-as 130 l.
Bij watertanks met een volume van 120 l is de vulhoeveelheid echter om
veiligheidsredenen tot 60 l beperkt (geïnstalleerde overloop). Het paneel is
niet op deze vulhoeveelheid aangepast. De vulpeilindicatie op het paneel
toont het daadwerkelijk vulpeil van de watertank.
Indien nodig resp. als de resterende bijlading groot genoeg is, kan de
watertank tot zijn daadwerkelijke volume worden gevuld. Daarvoor de
overloop sluiten. De draaigreep bevindt zich op de watertank of aan de zij-
kant van de watertank.
Drinkwatervulopening met deksel
Afb. 177 Afsluitdeksel voor drinkwater-
vulopening
De drinkwatervulopening is al naargelang de uitvoering van het model aange-
bracht aan de linker- of rechterkant van het voertuig.
De drinkwatervulopening is gekenmerkt met het opschrift "WASSER" (water)
(Afb. 177,1) of het symbool "
sleutel voor de sloten van de serviceluiken aan de buitenkant geopend en
gesloten.
Sleutel in cilinderslot (Afb. 177,2 resp. Afb. 178,2) steken en een kwartslag
tegen de klok in draaien.
Afsluitdeksel verwijderen.
Afsluitdeksel weer op de drinkwatervulopening plaatsen.
Sleutel een kwartslag met de klok mee draaien.
De sleutel eruit trekken.
Controleren, of het afsluitdeksel vast in de drinkwatervulopening zit.
Afb. 178 Afsluitdeksel voor drinkwater-
vulopening (alternatief)
" (Afb. 178,1). De afsluitdeksel wordt met de
A-Modell - 11/12 - Ausgabe 09/11 - 2096088 - BUE-0005-10NL