Pagina 1
BEDIENINGSHANDLEIDING Zoeken op basis Zoeken op basis Zoeken met de Zoeken met de van wat u wilt doen van wat u wilt doen inhoudsopgave inhoudsopgave VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT KOPIEERMACHINE PRINTER EEN KOPIE MAKEN EEN DOCUMENT EEN FAX VERZENDEN AFDRUKKEN SCANNER / INTERNETFAX DOCUMENTARCHIVERING...
EEN KOPIE MAKEN Besparen Kopieerfouten Een kopie van dit type Een kopie op dit verminderen originelen maken type papier maken Datum of De uitvoer paginanummers samenvoegen tot toevoegen een brochure Andere handige functies...
Pagina 3
Besparen Meerdere pagina's op één Op beide zijden van papier zijde van een vel papier kopiëren kopiëren Op voor- en achterzijde van een kaart kopiëren...
Een kopie van dit soort originelen maken Meer originelen dan in één Originelen met zowel kleur als zwart-wit keer geladen kunnen worden Originelen van verschillend Dikke originelen (aan de randen formaat verschijnen schaduwen) Boek of brochure Gebonden origineel zoals een (tegenoverliggende boek (een pagina per keer) pagina's kopiëren)
De uitvoer samenvoegen tot een brochure Een geniete brochure Geniete uitvoer maken Een blanco marge voor Perforaties in uitvoer perforeren creëren maken...
Andere handige functies Functies voor specifieke doeleinden Een kopie van gerangschikte foto's maken Een grote poster maken Een gespiegelde kopie maken Op midden van papier kopiëren Een negatieve kopie maken Handige functies Twee machines tegelijk gebruiken Prioriteit geven aan een kopieeropdracht Status van een opdracht in de wachtrij controleren Omslagbladen/inlegvellen invoegen in kopieeruitvoer Een dun origineel kopiëren...
EEN DOCUMENT AFDRUKKEN De uitvoer Besparen Afdrukken Aantrekkelijke samenvoegen tot zonder computer uitvoer afdrukken een brochure Afdrukken op dit Tekst of een type papier afbeelding toevoegen Andere handige functies...
Pagina 11
Besparen Op beide zijden van papier Meerdere pagina's op één afdrukken papierzijde afdrukken...
Afdrukken zonder computer F T P Een FTP-bestand afdrukken Een bestand op een USB-geheugenapparaat afdrukken Een bestand in een Een bestand dat in de machine netwerkmap afdrukken is opgeslagen afdrukken...
Aantrekkelijke uitvoer afdrukken Afdruk aan papierformaat Helderheid en contrast aanpassen aanpassen Afdrukken met kleurinstellingen Vage tekst en regels die geschikt zijn voor de gegevens verscherpen De afdrukmodus selecteren...
Pagina 14
De uitvoer samenvoegen tot een brochure Een geniete brochure Geniete uitvoer maken Een blanco marge voor Perforaties in uitvoer perforeren creëren maken Bepaalde pagina's op voorzijde van papier afdrukken...
Tekst of een afbeelding toevoegen Een watermerk aan de Een afbeelding over de afdrukgegevens toevoegen afdrukgegevens plakken Een vaste vorm over de afdrukgegevens plakken...
Andere handige functies Formaat of afdrukstand van de afdrukgegevens corrigeren Afdrukbeeld vergroten of verkleinen Een gespiegelde afbeelding afdrukken Veiligheid is van belang Vertrouwelijk afdrukken Een versleuteld PDF-bestand afdrukken Functies voor specifieke doeleinden Een 'kopiefactuur' afdrukken Een grote poster maken Handige functies Prioriteit geven aan een afdrukopdracht Twee machines tegelijk gebruiken Veel gebruikte afdrukinstellingen opslaan...
EEN FAX VERZENDEN Besparen Dit type document Verzending naar de verkeerde Zend een duidelijk verzenden bestemming voorkomen document Werk besparen Veiligheid is van belang Andere handige functies...
Pagina 19
Besparen Stuur twee originelen als Verzend als het laagste tarief geldt één pagina Geef een verzending door via een bijkantoor...
Pagina 20
Dit type document verzenden Dikke originelen (aan de randen Gebonden origineel zoals een verschijnen schaduwen) boek (een pagina per keer) Meer originelen dan in één Originelen van verschillend keer geladen kunnen worden formaat Aan beide zijden bedrukt Identiteitskaart of andere origineel kaart...
Verzending naar de verkeerde bestemming voorkomen Controleer de bestemming Controleer het resultaat nogmaals voor verzending van de verzending Controleer het logboek van Bestempel gescande vorige verzendingen originelen...
Zend een duidelijk document Pas de belichting aan Pas de kwaliteit van de afbeelding aan Geef het formaat op vóór Zonder schaduwen aan de verzending randen verzenden...
Werk besparen Veel gebruikte instellingen Naar meerdere opslaan bestemmingen verzenden X X X X - 6 7 8 9 X X X X - 6 7 8 9 X X X X - 9 8 7 4 X X X X - 9 8 7 4 Het verzendlogboek Gemakkelijk een adres X X X X - 4 5 6 7...
Veiligheid is van belang Controleer de bestemming Vertrouwelijk verzenden nogmaals voor verzending Ontvangst van een Afdrukbeveiligde document van een ontvangstgegevens zendende machine starten Een document op verzoek van een andere machine verzenden...
Andere handige functies Handige beheerfuncties Een ontvangen fax naar een netwerkadres doorsturen Een adressenlijst afdrukken Handige functies Een dun origineel verzenden Een verzendbestemming selecteren uit een globaal adresboek Prioriteit geven aan een verzending Een telefoontoestel gebruiken...
EEN AFBEELDING SCANNEN / EEN INTERNETFAX VERZENDEN Een duidelijke Dit type document Verzending naar de verkeerde Een kleiner afbeelding verzenden verzenden bestemming voorkomen bestand verzenden Werk besparen Scannen van computer Andere handige functies...
Een duidelijke afbeelding verzenden Het contrast of de De resolutie aanpassen beeldkwaliteit aanpassen vóór verzending Zonder schaduwen aan de De achtergrond van een verzonden randen verzenden document onderdrukken...
Pagina 28
Dit type document verzenden Dikke originelen (aan de randen Gebonden origineel zoals een verschijnen schaduwen) boek (een pagina per keer) Meer originelen dan in één Originelen van verschillend keer geladen kunnen worden formaat Aan beide zijden bedrukt Origineel met achtergrond origineel...
Pagina 29
Verzending naar de verkeerde bestemming voorkomen Controleer het resultaat Controleer het logboek van van de verzending vorige verzendingen Bestempel gescande originelen...
Een kleiner bestand verzenden Met een lagere resolutie Een bestand comprimeren verzenden vóór verzending Een afbeelding verkleinen Een afbeelding in zwart-wit vóór verzending verzenden Stuur twee originelen als Identiteitskaart of andere één pagina kaart...
Werk besparen Veel gebruikte instellingen Naar meerdere opslaan bestemmingen verzenden a a a @ a a . a a . c a a a @ a a . a a . c o b b b @ b b . b b . b b b @ b b .
Pagina 32
Andere handige functies Handige beheerfuncties Een ontvangen fax naar een netwerkadres doorsturen Een lijst verzendbestemmingen afdrukken Handige functies Een dun origineel scannen Een verzendbestemming selecteren uit een globaal adresboek Op een specifiek tijdstip verzenden Prioriteit geven aan een verzending In USB-geheugenmodus verzenden...
EEN OPDRACHT OPSLAAN EN LATER OPNIEUW GEBRUIKEN Een bestand Mijn bestanden Een belangrijk Een groep bestanden zoeken ordenen document opslaan afdrukken...
DE MACHINE ONDERHOUDEN De machine Een tonercartridge De nietcartridge De nietcartridge schoonmaken vervangen vervangen vervangen De afvaltonerbak Perforatorafval vervangen opruimen...
De machine schoonmaken De glasplaat en de automatische documentinvoereenheid De hoofdlader van de schoonmaken fotogeleidende drum schoonmaken De aanvoerrol van de De aanvoerrol van de originelen schoonmaken handinvoer schoonmaken De lasereenheid schoonmaken...
Pagina 38
OVER DE BEDIENINGSHANDLEIDING U kunt op twee manieren naar een onderwerp zoeken in deze handleiding: u kunt een menu "Ik wil..." gebruiken, of de normale inhoudsopgave. Bij de volgende uitleg wordt uitgegaan van het gebruik van Adobe Reader 8.0. (Sommige knoppen worden niet weergegeven in de standaardstatus.) Terug naar de eerste pagina ( Terug naar de laatst weergegeven pagina (...
Pagina 39
DE HANDLEIDING GEBRUIKEN Klik op een van onderstaande knoppen om naar de pagina te gaan die u wil weergeven. (1) (2) (3) Terug naar eerste pagina knop Adobe Reader Help knop Als een bewerking niet verloopt als verwacht, klik dan op Opent Adobe Reader Help.
Pagina 40
MET HET APPARAAT MEEGELEVERDE HANDLEIDINGEN Handleidingen in PDF-indeling (deze handleiding) De handleidingen in PDF-indeling bieden uitgebreide beschrijvingen van procedures voor gebruik van de machine in elke modus. Bekijk de PDF-handleidingen door ze te downloaden van de harde schijf van de machine. De procedure voor het downloaden van de handleidingen wordt beschreven in "Hoe u de PDF-handleidingen downloadt"...
• Behoudens voorzover wettelijk vereist kan SHARP niet aansprakelijk worden gesteld voor defecten die optreden gedurende het gebruik van het product of zijn opties, of defecten die het gevolg zijn van een onjuiste bediening van het product en zijn opties, of andere defecten, of voor enige schade die voortkomt uit het gebruik van het product.
VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT Dit hoofdstuk biedt basisinformatie over het apparaat. Lees dit hoofdstuk zorgvuldig door voordat u het apparaat in gebruik neemt. ONDERDELEN EN FUNCTIES BUITENZIJDE (2) (3) Wanneer een afwerkingeenheid is geïnstalleerd Automatische origineelinvoer Uitvoerlade (rechterlade) Deze laadt en scant automatisch meerdere originelen.
Pagina 45
VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT (10) (11) Papierlade 1 (10) Papierlade 4 (als een onderkast/2 x 500 vel papierlade is geïnstalleerd)* Hierin wordt papier geplaatst. ☞ PAPIERLADE-INSTELLINGEN VOOR Hierin wordt papier geplaatst. ☞ PAPIERLADE 1 TOT 4 (pagina 1-26) PAPIERLADE-INSTELLINGEN VOOR PAPIERLADE 1 TOT 4 (pagina 1-26) Papierlade 2...
VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT BINNENZIJDE (12) (13) (14) (15) (16) (17) (18) (19) (20) (21) (22) (23) (24) (12) Tonercartridges (18) Hoofdvoedingsschakelaar Deze bevat toner voor het afdrukken. Wanneer de toner Deze wordt gebruikt om het apparaat in te schakelen. in de cartridge opraakt, dient de cartridge van de kleur Laat deze schakelaar in de stand "Aan"...
VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT AUTOMATISCHE ORIGINEELINVOER EN GLASPLAAT Papierinvoerrol Scangedeelte Deze rol draait zodat het origineel automatisch wordt Hier worden originelen gescand die in de automatische ingevoerd. origineelinvoer zijn geplaatst. ☞ REGELMATIG ONDERHOUD (pagina 1-43) Klep origineelinvoergedeelte Detector origineelformaat Open deze klep om een vastgelopen origineel te verwijderen of de papierinvoerrol te reinigen.
VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT ZIJDE EN ACHTER USB-aansluiting (A-type) Aansluiting extra telefoon Ondersteunt USB 2.0 (Hi-Speed). Wanneer de faxfunctie van de machine wordt gebruikt, Deze wordt gebruikt om een USB-toestel of een kan een extra telefoon op deze stekerbus worden USB-geheugen op het apparaat aan te sluiten.
Deze knippert wanneer afdrukgegevens worden passen om het apparaat gebruiksvriendelijker te maken. ontvangen en brandt voortdurend wanneer wordt afgedrukt. Functietoets Voor het gebruik van de Sharp OSA functie, deze toets indrukken om over te schakelen naar de Sharp OSA modus. Inhoudsopgave...
Pagina 50
VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT (10) (11) AFDRUKKEN DOCUMENT GEREED ARCHIVERING DATA LIJN BEELD VERZENDEN DATA KOPIE SYSTEEM OPDRACHT STATUS INSTELLINGEN LOGOUT (12) (13) (14)(15) (16) (17) (18) (10) Toets [STARTEN ZWART-WIT] (15) Toets [STOP] ( Druk op deze toets om een origineel te kopiëren of Druk op deze toets om een kopieer- of scanopdracht te scannen in zwart-wit.
VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT AANRAAKSCHERM Dit gedeelte legt het gebruik van het aanraakpaneel uit. Zie voor het invoeren van tekst "TEKST INVOEREN" (pagina 1-60). Het aanraakscherm gebruiken Voorbeeld 1 Spool Opdrachtwachtrij Sets / Voortgang Status Opdr.Wachtr Kopieren 020 / 001 Kopieren Voltooid Kopieren...
Pagina 52
VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT Voorbeeld 4 Gereed voor scannen kopie. Functieoverzicht Meerkleuren Origineel Dubbelz. Kopie Schuiven:Rechts Kleurmodus Kantlijn Voor:10mm/Achter:10mm Uitvoer Verschuiving Opdrachteig. Normaal instellingen Rand:10mm Wissen Spec. Functies Midden:10mm Auto 1 / 2 Belichting Voor:Dubbelzijdig/Achter:Invoegen Bestand Kaften/ Invoegsel A:10pagina/B:10pagina Insteekv 100% Snelbestand...
VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT DE VOEDING IN- EN UITSCHAKELEN Het apparaat is voorzien van twee voedingsschakelaars. De hoofdvoedingsschakelaar bevindt zich linksonder achter de voorklep. De andere voedingsschakelaar is de toets [AAN] ( ) rechtsboven op het bedieningspaneel. Hoofdvoedingsschakelaar Toets [AAN] Als de hoofdvoedingsschakelaar is ingeschakeld, brandt de hoofdvoedingsindicator op het bedieningspaneel.
VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT ENERGIEBESPARENDE FUNCTIES Dit product is voorzien van de volgende twee energiebesparende functies die voldoen aan Energy Star-richtlijnen om te helpen bij de instandhouding van onze natuurlijke energiebronnen en het terugdringen van de milieuvervuiling. Voorverwarmingsmodus (Verminderd energieverbruik) Deze functie verlaagt automatisch de temperatuur van de fuser voor een verminderd stroomverbruik wanneer het apparaat gedurende een onder "Instelling Voorverwarmingsfunctie"...
VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT GEBRUIKERSAUTHENTICATIE Met gebruikersauthenticatie wordt het gebruik van de machine beperkt tot gebruikers die geregistreerd zijn. De functies die iedere gebruiker mag gebruiken, kunnen worden opgegeven, zodat de machine kan worden aangepast aan de behoeften van uw werkplek. Wanneer de beheerder van de machine de gebruikersauthenticatie heeft inschakeld, moet elke gebruiker inloggen om de machine te gebruiken.
Pagina 56
VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT Als u klaar bent met het gebruiken van het apparaat en wilt uitloggen, drukt u op de toets [LOGOUT] ( LOGOUT • Let er echter op dat de toets [LOGOUT] ( ) niet kan worden gebruikt om uit te loggen als er een faxnummer in faxmodus wordt ingevoerd, omdat de toets wordt gebruikt voor de invoer van faxnummers.
VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT AUTHENTICATIE OP BASIS VAN LOGINNAAM / WACHTWOORD Volg de onderstaande procedure om in te loggen met een van de beheerder van het apparaat of de beheerder van de LDAP-server ontvangen loginnaam of wachtwoord. Please enter your login name / password.
Pagina 58
VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT Druk op de toets [Wachtwoord]. Voer uw loginnaam/-wachtwoord in. Er verschijnt een tekstinvoerscherm voor het invoeren van het Gebruikersauthenticatie Gebruikersnaam wachtwoord. Gebruik.Naam User 0001 Voer uw wachtwoord in zoals opgeslagen onder Wachtwoord "Gebruikersregistratie" in de systeeminstellingen (beheerder). Auth.
Pagina 59
VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT Als u klaar bent met het gebruiken van het apparaat en wilt uitloggen, drukt u op de toets [LOGOUT] ( LOGOUT • Let er echter op dat de toets [LOGOUT] ( ) niet kan worden gebruikt om uit te loggen als er een faxnummer in faxmodus wordt ingevoerd, omdat de toets wordt gebruikt voor de invoer van faxnummers.
VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT EXTERNE BEDIENING VAN DE MACHINE Met de functie externe bediening kunt u de machine vanuit uw computer bedienen. Als deze functie is toegevoegd, verschijnt hetzelfde scherm als het bedieningspaneelscherm op uw computer. Daarmee kunt u de machine vanaf uw computer op dezelfde manier bedienen alsof u voor de machine staat.
VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT OPGESLAGEN ITEMS IN HET OPDRACHTLOGBOEK De machine slaat de uitgevoerde opdrachten op in het opdrachtlogboek. De belangrijkste informatie die wordt opgeslagen in het opdrachtlogboek wordt hieronder beschreven. • Om het tellen van de totale gebruiksaantallen van apparaten met een verschillende configuratie te vereenvoudigen, worden de in het opdrachtlogboek opgeslagen items vastgelegd, ongeacht geïnstalleerde randapparatuur en de reden van de opslag.
Pagina 62
VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT Itemnaam Beschrijving Belangrijkste items Aantal gereserveerde Aantal opgegeven sets voor gereserveerde bestemmingen. sets Aantal voltooide sets Aantal voltooide sets of aantal bestemmingen waarnaar de verzending met succes is voltooid. Aantal gereserveerde Aantal gereserveerde origineelpagina's van een kopieeropdracht, pagina's afdrukopdracht, scanopdracht of andere opdracht.
Pagina 63
VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT Itemnaam Beschrijving Gedetailleerde items Formaat Origineel Formaat van een gescand origineel. Voor een afdrukopdracht met document archiveren is dit het papierformaat van het bestand. Origineeltype Origineeltype (tekst, afgedrukte foto enz.) dat is ingesteld in het scherm met belichtingsinstellingen.
VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT PAPIER LADEN BELANGRIJKE OPMERKINGEN OVER PAPIER Dit hoofdstuk bevat informatie waarmee u vertrouwd moet zijn voordat u papier in de papierladen laadt. Lees dit hoofdstuk zorgvuldig door voordat u papier laadt. NAAM EN PLAATS VAN DE LADEN De benaming van de laden is als volgt: Handinvoerlade Papierlade 1...
• SHARP standaard normaal papier (80 g/m (21 lbs.)). Raadpleeg de specificaties in de Veiligheidshandleiding voor papierspecificaties. • Ander normaal papier dan SHARP standaard papier (60 g/m tot 105 g/m (16 lbs. tot 28 lbs.)) Gerecycled paper, gekleurd paper, reeds geperforeerd paper, voorbedrukt papier en briefpapier moeten voldoen aan dezelfde specificaties als normaal papier.
• De beeldkwaliteit en geschiktheid voor fusing van het papier wisselt mogelijk naargelang de omgeving, bedrijfssituatie en papiereigenschappen. De afbeeldingkwaliteit is dan minder dan u zou verkrijgen op SHARP standaardpapier. Neem contact op met uw dealer of de dichtstbijzijnde erkende servicevertegenwoordiger als u advies wilt over het gebruik van deze soorten papier.
VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT PAPIERLADE-INSTELLINGEN VOOR PAPIERLADE 1 TOT 4 PAPIER LADEN EN PAPIERFORMAAT WIJZIGEN Er kunnen maximaal 500 vellen papier van formaat A5R tot A3 (5-1/2" x 8-1/2"R tot formaat 11" x 17") in lade 1 en 2 worden geladen.
Pagina 68
VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT Duw de papierlade rustig terug in het apparaat. Druk stevig tegen de lade totdat deze volledig in het apparaat zit. Als u een ander type of formaat papier hebt geladen dan ervoor, vergeet dan niet de "Papierlade-Instellingen" in de systeeminstellingen te wijzigen.
VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT PAPIER LADEN IN DE HANDINVOERLADE De handinvoer kan worden gebruikt voor het afdrukken op gewoon papier, enveloppen, etikettenvellen, tabpapier en andere speciale media. Er kunnen maximaal 100 vellen papier worden geladen (maximaal 40 vellen zwaar papier) voor ononderbroken afdrukken zoals met de andere laden.
BELANGRIJKE WENKEN VOOR HET GEBRUIK VAN DE HANDINVOERLADE • Bij het gebruik van ander gewoon papier dan het SHARP-standaardpapier of andere speciale media dan de door SHARP aanbevolen transparanten, of wanneer u afdrukt op de achterkant van eerder gebruikt papier, moet het papier met één vel tegelijk worden geladen.
• In sommige bedieningsomgevingen kunnen smeren, strepen, vastlopen van het papier, slechte tonerfusing of apparaatstoringen optreden. Voor sommige typen enveloppen gelden beperkingen. Neem voor meer informatie contact op met een SHARP-onderhoudstechnicus. Belangrijke wenken voor het laden van enveloppen • Gebruik nooit de volgende typen enveloppen:...
VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT ORIGINELEN In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u originelen in de automatische origineelinvoer en op de glasplaat plaatst. HET ORIGINEEL PLAATSEN ORIGINELEN IN DE AUTOMATISCHE ORIGINEELINVOER PLAATSEN In deze paragraaf wordt uitgelegd hoe u originelen in de automatische origineelinvoer plaatst. Toegestane formaten voor originelen Minimaal formaat origineel Maximaal formaat origineel...
Pagina 73
VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT Stel de origineelgeleiders af op de breedte van de originelen. Plaats het origineel. Let erop dat de randen van de originelen gelijk liggen. Markeerstreep Plaats de originelen met de bedrukte zijde naar boven helemaal in de lade van de origineelinvoer. Plaats een aantal originelen in de origineelinvoer, zodat de stapel niet boven de indicatorlijn uit komt.
VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT HET ORIGINEEL OP DE GLASPLAAT PLAATSEN In deze paragraaf wordt uitgelegd hoe u een origineel op de glasplaat plaatst. Toegestane formaten voor originelen Als het origineel van niet-standaardformaat is, zie dan Maximaal formaat origineel de betreffende onderstaande uitleg voor de door u gebruikte functie.
VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT Sluit de automatische origineelinvoer. Nadat u het origineel op zijn plaats hebt gelegd, moet u de automatische origineelinvoer sluiten. Als die open blijft, zullen de delen die buiten het origineel vallen zwart worden gekopieerd, waardoor te veel toner zou worden verbruikt. Een dik boek plaatsen Wanneer u een dik boek of een ander dik origineel plaatst, volgt u onderstaande stappen om het boek plat te drukken.
VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT RANDAPPARATUUR In dit gedeelte wordt de randapparatuur beschreven die samen met het apparaat kan worden gebruikt en wordt het gebruik uitgelegd van de afwerkingeenheid, de zadelsteek afwerkingseenheid en de Sharp OSA (applicatie-communicatiemodule en module voor externe accounts). RANDAPPARATUUR Het apparaat kan worden voorzien van randapparatuur voor extra functionaliteit.
Pagina 77
VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT Productnaam Productnummer Beschrijving Sharpdesk 1 LICENTIEKIT MX-USX1 Deze software maakt geïntegreerd beheer van documenten en computerbestanden mogelijk. Sharpdesk 5 LICENTIEKIT MX-USX5 Sharpdesk 10 LICENTIEKIT MX-US10 Sharpdesk 50 LICENTIEKIT MX-US50 Sharpdesk 100 LICENTIEKIT MX-USA0 Hiermee wordt elke pagina van het origineel na het scannen in Stempeleenheid AR-SU1 de verzendmodus gestempeld.
VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT AFWERKINGEENHEID De afwerkingeenheid is voorzien van de staffelfunctie, die elke nieuwe uitvoer los van de vorige set neerlegt. Daarnaast kan iedere set gesorteerde uitvoer worden geniet. Er kan ook een optionele perforatiemodule worden geïnstalleerd om uitvoer te perforeren. ONDERDEELNAMEN Als de afwerkingmodule openstaat, hebt u toegang tot de volgende onderdelen.
VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT ONDERHOUD VAN DE AFWERKINGEENHEID Als de nietjespatroon leeg raakt, verschijnt een melding op het bedieningspaneel. Volg de onderstaande procedure om de nietjespatroon te vervangen. De nietjespatroon vervangen Open de klep. Druk de hendel naar links en schuif de afwerkingeenheid naar links totdat deze niet meer verdergaat.
Pagina 80
VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT Plaats het nietjesmagazijn terug. Duw het nietjesmagazijn naar binnen totdat dit vast klikt. Schuif de afwerkingeenheid terug naar rechts. Schuif de afwerkingeenheid terug naar rechts totdat deze op zijn oorspronkelijke plaats vastklikt. Sluit de klep. Maak een testafdruk in de modus nietsorteren om te controleren of het apparaat correct niet.
VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT PERFORATIEMODULE Er kan een perforatiemodule worden geïnstalleerd om uitvoer te perforeren. Voor de installatie van een perforatiemodule is een afwerkingeenheid vereist. PERFORATIEAFVAL VERWIJDEREN Perforatieafval van de perforatiegaatjes wordt verzameld in de opvangbak voor perforatieafval. Volg de stappen hieronder voor het verwijderen van perforatieafval. Open de klep.
VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT SHARP OSA Sharp OSA (Open Systems Architecture) is een standaard die het mogelijk maakt om informatie te delen en te distribueren op een dusdanig geavanceerde wijze zoals voorheen niet mogelijk was op een digitale multifunctionele machine zelf.
Wanneer het selectievakje [Authenticatie door externe server inschakelen] wordt geselecteerd in "Instellingen extern account" van "Sharp OSA-instellingen" in de systeeminstellingen (beheerder), gaat de machine de externe authenticatiemodus in. Als de machine wordt aangezet in externe authenticatiemodus, opent de machine de externe account-applicatie en verschijnt het inlogscherm. Het inlogscherm verschijnt ook als op de toets [OPROEP] wordt gedrukt om een voltooide opdracht uit het opdrachtstatusscherm uit te voeren.
VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT ONDERHOUD In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u het apparaat reinigt en hoe u de tonercartridges of toneropvangbak vervangt. REGELMATIG ONDERHOUD Om te waarborgen dat het apparaat optimale prestaties levert, moet het regelmatig worden gereinigd. Waarschuwing Gebruik geen ontvlambare sprays voor het reinigen van het apparaat.
Pagina 85
VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT Scangedeelte Als er gekleurde of witte lijnen zichtbaar worden in afbeeldingen die zijn gescand met de automatische origineelinvoer, reinig dan het scangedeelte (de dunne, lange glasplaat naast de grote glasplaat). Gebruik voor het reinigen van dit gedeelte het glasreinigingsmiddel dat wordt bewaard in de automatische origineelinvoer.
VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT DE CORONA VAN DE LICHTGEVOELIGE TROMMEL RENIGEN Als er nog steeds zwarte of gekleurde lijnen verschijnen nadat u de glasplaat en de automatische origineelinvoer hebt gereinigd, gebruik dan de coronareinigers om de corona's naar de lichtgevoelige trommel te reinigen. Open de voorklep.
Pagina 87
VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT Herhaal stap 4 met alle andere corona's. Er dienen in totaal 4 kanalen te worden gereinigd zoals aangegeven. Corona's Plaats de coronareiniger op zijn oorspronkelijke positie terug. Druk de toneropvangbak in het apparaat. Duw de toneropvangbak stevig naar binnen totdat deze vastklikt.
VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT DE INVOERROL VAN DE HANDINVOERLADE REINIGEN Als het papier vaak vastloopt bij het laden van enveloppen of zwaar papier via de handinvoer, veeg dan het oppervlak van de invoerrol schoon met een schone zachte doek die is bevochtigd met water of een mild reinigingsmiddel. DE INVOERROL VAN DE AUTOMATISCHE DOCUMENTINVOER REINIGEN Als er bij gebruik van de automatische documentinvoer lijnen of vuil op het gescande origineel verschijnen, veeg het...
VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT DE LASERUNIT REINIGEN Wanneer de laserunit in het apparaat vuil wordt, vertoont de afdruk mogelijk streepachtige onregelmatigheden (gekleurde lijnen). Kenmerkende lijnen (gekleurde lijnen) door een vuile laserunit • Gekleurde lijnen steeds op dezelfde plek. (De lijnen zijn nooit zwart.) •...
Pagina 90
VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT Haal de vuile reinigingstop uit het reinigingsgereedschap. (1) Pak het gereedschap stevig vast in de buurt van de bevestiging van de reinigingstop. (2) Druk met uw andere hand op de haak die de reinigingstop op zijn plaats houdt en verwijder de reinigingstop.
Pagina 91
VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT Reinig de laserunit. (1) Wijs met de reinigingstop naar beneden en steek deze langzaam in het gat dat u wilt reinigen. Let op dat de reinigingstop omlaag wijst. Labels vergelijkbaar met (A) zijn bevestigd op delen die schoongemaakt moeten worden.
Pagina 92
VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT Vervang het reinigingsgereedschap. (1) Wijs met de reinigingstop omhoog en haak het uiteinde van het reinigingsgereedschap (het uiteinde zonder de reinigingstop) op de houder rechts. (2) Houd de houder tegenover het gat in het midden van het reinigingsgereedschap en druk deze langzaam omhoog.
VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT DE TONERCARTRIDGES VERVANGEN Let erop dat u de tonercartridge vervangt zodra de melding "Vervang de tonercartridge." verschijnt. In kopieermodus Gereed voor scannen kopie. Als de melding verschijnt in het berichtscherm vervangt u de tonercartridge van de aangegeven kleur. Gereed voor scannen kopie.
Pagina 94
VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT Open de voorklep. Plaats van de kleurentonercartridges (A): Geel (B): Magenta (C): Cyaan (D): Zwart Trek de tonercartridge naar u toe. Duw de hendel van de tonercartridge omhoog en trek deze zachtjes horizontaal naar u toe. Als u de tonercartridge uittrekt, moet u dit zachtjes doen.
Pagina 95
• Als een tonercartridge rechtop wordt bewaard, kan de toner hard worden en is hij niet langer bruikbaar. Bewaar tonercartridges altijd liggend op hun zijkant. • Als u een andere tonercartridge gebruikt dan door SHARP aanbevolen, krijgt u misschien geen optimale kwaliteit, terwijl het apparaat mogelijk wordt beschadigd. Gebruik een door SHARP aanbevolen tonercartridge.
VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT DE TONEROPVANGBAK VERVANGEN In de tonerinzamelcontainer wordt de overtollige toner opgevangen die bij het printen wordt geproduceerd. Als de tonerinzamelcontainer vol raakt, verschijnt "Vervang opvangbak gebruikte toner." Volg de onderstaande procedure om de tonerinzamelcontainer te vervangen. Open de voorklep.
Pagina 97
VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT Leg de toneropvangbak op een vlakke ondergrond. Leg op deze ondergrond een oude krant voordat u de toneropvangbak erop plaatst. Zorg dat de gaatjes niet naar onder wijzen, want dan lekt de verbruikte toner uit de toneropvangbak. Verwijder de zegels rond de gaatjes.
Pagina 98
VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT Druk de toneropvangbak in het apparaat. Druk de toneropvangbak aan totdat deze vast klikt. Sluit de voorklep. Let op • Werp de tonerinzamelcontainer niet in een vuur. De toner kan in het rond vliegen en brandwonden veroorzaken. •...
VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT DE STEMPELCASSETTE VERVANGEN Wanneer een stempeleenheid op de automatische origineelinvoer (AR-SU1) is geïnstalleerd en de stempel wordt vaag, vervang dan de stempelcassette (AR-SV1). Verbruiksgoederen Stempelcassette (2 per pak) AR-SV1 Open de automatische origineelinvoer. Open de houders op de automatische origineelinvoer die het drukvel van de originelen vast houden.
Pagina 100
VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT Installeer een nieuwe stempelcassette. Duw de stempeleenheid weer naar binnen. Druk de stempeleenheid naar binnen totdat deze vastklikt. Plaats het drukvel voor de originelen terug. Druk de houders in totdat deze vast klikken. Sluit de automatische origineelinvoer. 1-59 Inhoudsopgave...
VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT TEKST INVOEREN In dit gedeelte wordt de werking van het tekstinvoerscherm uitgelegd. FUNCTIES VAN DE BELANGRIJKSTE TOETSEN Toets Beschrijving Hiermee wordt het tekstinvoerscherm gewisseld van het scherm voor kleine letters naar het scherm voor Caps hoofdletters.
De toetsindeling in het tekstinvoerscherm op het aanraakscherm verschilt enigszins van de toetsindeling op het externe toetsenbord. Gebruik een door SHARP aanbevolen extern toetsenbord. Neem voor de aanbevolen toetsenborden contact op met uw dealer of de dichtstbijzijnde erkende servicevertegenwoordiger.
Pagina 103
HOOFDSTUK 2 KOPIEERMACHINE In dit hoofdstuk vindt u uitgebreide uitleg over de procedures voor het gebruik van de kopieerfunctie. UITVOER ....... . 2-34 VOORDAT U DE MACHINE ALS •...
Pagina 104
KOPIEERMACHINE BEIDE ZIJDEN VAN EEN KAART KOPIËREN HANDIGE KOPIEERFUNCTIES OP ÉÉN VEL PAPIER (Kaart Formaat) ..2-80 EEN KOPIEERSESSIE ONDERBREKEN DE DATUM OF EEN STEMPEL AFDRUKKEN (kopiëren onderbreken) ....2-132 OP KOPIEËN (Stempel) .
KOPIEERMACHINE VOORDAT U DE MACHINE ALS KOPIEERMACHINE GEBRUIKT Deze sectie bevat informatie waarmee u vertrouwd moet zijn voordat u de machine als een kopieermachine gebruikt. BASISSCHERM VAN DE KOPIEERFUNCTIE Wanneer u op de toets [KOPIE] van het bedieningspaneel drukt, verschijnt het basisscherm van de kopieerfunctie. Het basisscherm geeft berichten en toetsen aan voor het kopiëren en instellingen die zijn geselecteerd.
Pagina 106
KOPIEERMACHINE Origineelinvoerweergave (12) Toets [Uitvoer] Deze verschijnt wanneer u een origineel in de Druk op deze toets om een uitvoerfunctie zoals sorteren, automatische documentinvoer hebt geplaatst. groeperen, staffelen, nieten-sorteren of perforeren te selecteren. ☞ UITVOER (pagina 2-34) Origineelformaatweergave (13) Aangepaste toetsen Deze geeft het formaat van het origineel aan.
KOPIEERMACHINE Aangepaste toetsen tonen Speciale functietoetsen en andere toetsen kunnen worden weergegeven in het basisscherm. Door vaak gebruikte functies aan deze toetsen toe te kennen, beschikt u met één druk op de toets over deze functies. U kunt "Toetsinstelling aanpassen" op de webpagina's gebruiken om de functie die aan een toets is toegekend te veranderen. Wanneer "Spec.
KOPIEERMACHINE KOPIEERPROCEDURE Deze sectie legt de basisprocedure uit voor het kopiëren. Selecteer instellingen in de onderstaande volgorde, zodat het kopiëren soepel verloopt. Zie de uitleg over elke instelling in dit hoofdstuk voor uitgebreide procedures voor het selecteren van instellingen. Plaats het origineel. Plaats het origineel in de invoerlade van de automatische documentinvoer of op de glasplaat.
KOPIEERMACHINE Uitvoerinstellingen Selecteer de kopieeruitvoerinstellingen. Uitvoer Staffel- Rechter lade De hoofdinstellingen zijn de volgende: Lade Sorteren ☞ • Sorteerfunctie Sorteerfunctie (pagina 2-35) ☞ Sorteren • Groepeerfunctie Groepeerfunctie (pagina 2-35) Nieten ☞ Perfor. • Staffelfunctie Staffelfunctie (pagina 2-35) ☞ Groep Staffel •...
Pagina 110
KOPIEERMACHINE • Indien een of meer speciale functies zijn geselecteerd, verschijnt de toets in het basisscherm. Druk op de toets om een lijst van de geselecteerde speciale functies weer te geven. Zo kunt u controleren welke speciale functies zijn geselecteerd en welke instellingen daarvoor gelden. ☞...
KOPIEERMACHINE ORIGINELEN FORMAAT ORIGINEEL CONTROLEREN Wanneer [Auto] verschijnt in de toets [Origineel] die getoond wordt wanneer op de toets [Opdrachteig. instellingen] wordt gedrukt, wordt het formaat van het geplaatste origineel automatisch herkend. Bij plaatsing van het origineel wordt het formaat automatisch door de machine waargenomen en wordt het formaat weergegeven in de toets [Origineel] op het basisscherm.
KOPIEERMACHINE Standaard richting om het origineel te plaatsen Plaats originelen zo in de origineelinvoerlade of op het documentglas dat de boven- en onderrand van het origineel liggen als aangegeven in de illustratie. In geval het origineel niet op de juiste manier is geplaatst en er een functie zoals nieten is geselecteerd, kan het zijn dat de nietposities niet correct zijn.
KOPIEERMACHINE PAPIERLADEN De machine is ingesteld om automatisch een lade te selecteren die hetzelfde papierformaat heeft als het formaat van het geplaatste origineel (automatische papierladeselectie). U kunt de papierlade handmatig selecteren als het juiste papierformaat niet is geselecteerd of als u het papierformaat wilt wijzigen. Open het scherm voor papierinstellingen.
KOPIEERMACHINE BASISPROCEDURE OM KOPIEËN TE MAKEN In dit gedeelte worden de basisprocedures uitgelegd voor het maken van kopieën, inclusief de keuze van de kopieerfactor en andere kopieerinstellingen. KOPIEËN MAKEN KOPIEËN MAKEN MET DE AUTOMATISCHE DOCUMENTINVOEREENHEID In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u kopieën maakt (1-zijdige kopieën van 1-zijdige originelen) met de automatische documentinvoer.
Pagina 115
KOPIEERMACHINE Stel het aantal kopieën (aantal sets) in met de cijfertoetsen. Dubbelz. Kopie • U kunt maximaal 999 kopieën (sets) instellen. • U kunt één kopie maken, ook al verschijnt "0" voor het aantal kopieën. Als het aantal kopieën niet juist is ingesteld... Druk op de toets [WISSEN] ( ) en voer het juiste aantal in.
KOPIEERMACHINE EEN KOPIE MAKEN MET DE GLASPLAAT Als u een kopie wilt maken van een boek of ander dik origineel dat niet met de automatische documentinvoer gescand kan worden, opent u de automatische documentinvoer en plaatst u het origineel op de glasplaat. In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u een kopie maakt (1-zijdige kopieën van 1-zijdige originelen) met de glasplaat.
Pagina 117
KOPIEERMACHINE Stel het aantal kopieën (aantal sets) in met de cijfertoetsen. Dubbelz. Kopie • U kunt maximaal 999 kopieën (sets) instellen. • U kunt één kopie maken, ook al verschijnt "0" voor het aantal kopieën. Als het aantal kopieën niet juist is ingesteld... Druk op de toets [WISSEN] ( ) en voer het juiste aantal in.
KOPIEERMACHINE AUTOMATISCH 2-ZIJDIG KOPIËREN 2-ZIJDIGE KOPIEËN MAKEN MET DE AUTOMATISCHE DOCUMENTINVOEREENHEID Originelen Kopieën Originelen Originelen Kopieën Kopieën Automatisch 2-zijdig kopiëren van Automatisch 2-zijdig kopiëren van 1-zijdig kopiëren van 2-zijdige 1-zijdige originelen 2-zijdige originelen originelen Plaats de originelen met de kopiezijde naar boven in de origineelinvoerlade met Markeerstreep de vellen gelijkmatig verdeeld.
KOPIEERMACHINE Controleer het te gebruiken papier en de Gereed voor scannen kopie. kleurmodus. Meerkleuren Origineel Dubbelz. Kopie Kleurmodus Uitvoer Zorg ervoor dat het gewenste papier (en papierlade) en Opdrachteig. Normaal instellingen kleurmodus zijn geselecteerd. Spec. Functies Auto • Druk voor het wijzigen van het papier (de papierlade) op de Belichting Bestand toets [Opdrachteig.
KOPIEERMACHINE AUTOMATISCH 2-ZIJDIG KOPIËREN MET DE GLASPLAAT Originelen Kopieë Automatisch 2-zijdig kopiëren van 1-zijdige originelen Open de automatische documentinvoer, plaats het origineel met de bovenzijde Detector origineelformaat naar beneden op de glasplaat en sluit de origineelinvoer voorzichtig. Schaalaanduiding van de glasplaat Schaalaanduiding van de glasplaat merkteken merkteken...
Pagina 121
KOPIEERMACHINE Selecteer de modus 2-zijdig kopiëren. 2-Zijdige Kopie (1) Druk op de toets [1-zijdig naar 2-zijdig]. Inbinden Veranderen (2) Druk op de toets [OK]. U kunt de toetsen [2-zijdig naar 2-zijdig] en [2-zijdig naar 1-zijdig] niet gebruiken wanneer u kopieert vanaf de glasplaat. Controleer het te gebruiken papier en de Gereed voor scannen kopie.
Pagina 122
KOPIEERMACHINE Druk op [Lezen Klaar]. Plaats volgend origineel. Druk op [Start]. Druk op [Lezen klaar] indien gereed. Lezen Klaar Als u het scannen van het origineel en het kopiëren wilt annuleren... Druk op de toets [STOP] ( Systeeminstellingen (Beheerder): Instellingen Oorspronkelijke Status (2-Zijdige Kopie) De standaard 2-zijdig kopieerfunctie kan worden gewijzigd.
KOPIEERMACHINE KLEURKOPIEERFUNCTIES De kleurmodus van de toets [STARTEN KLEUR] is normaal gezien ingesteld op [Meerkleuren], zodat het kopiëren plaatsvindt in de full colour-modus als de toets [STARTEN KLEUR] wordt ingedrukt. Stel de kleurmodus in op [Automatisch] als originelen in kleur zijn samengevoegd met originelen in zwart-wit om de kleurmodus voor elk origineel op de juiste manier te wijzigen.
KOPIEERMACHINE Kopiëren in enkele kleur selecteren Wanneer u [Enkele Kleur] hebt geselecteerd als kleurenmodus verschijnt het volgende scherm. Druk op de gewenste kleur en druk vervolgens op [OK]. Kleurmodus Enkele Kleur R (rood) G (groen) B (blauw) C (cyaan) M (magenta) G (geel) Kopiëren in twee kleuren selecteren Wanneer u [2 kleuren] hebt geselecteerd als kleurenmodus verschijnt het volgende scherm.
KOPIEERMACHINE DE BELICHTING EN TYPE ORIGINEEL BEELD WIJZIGEN U kunt het belichtingsniveau en het type origineel beeld selecteren, zodat u een duidelijke kopie krijgt. BELICHTING EN TYPE ORIGINEEL BEELD AUTOMATISCH AANPASSEN Standaard worden het belichtingsniveau en het origineeltype automatisch aangepast aan het origineel dat u kopieert. ("Auto"...
KOPIEERMACHINE DE BELICHTINGSMODUS SELECTEREN EN HET ORIGINEELTYPE HANDMATIG AANPASSEN Druk op [Belichting] in het basisscherm van de kopieermodus en volg de onderstaande stappen als u het origineeltype wilt selecteren of de belichting handmatig wilt aanpassen. Selecteer het beeldtype van het Belichting origineel.
Pagina 127
KOPIEERMACHINE Pas het belichtingsniveau aan. Belichting Kopie van kopie Druk op de toets om de kopie donkerder te maken. Auto Tekst Kleur Druk op de toets om de kopie lichter te maken. Verbetering Tekst/ Handmatig Tekst/Foto Afged.Foto • Een kopie of afgedrukte pagina als origineel gebruiken Afgedrukte Wanneer u een kopie of op het apparaat afgedrukte pagina Foto...
KOPIEERMACHINE VERGROTEN/VERKLEINEN/ZOOM KOPIEERFACTOR AUTOMATISCH SELECTEREN (Auto Image) In dit gedeelte wordt de functie kopieerfactor automatisch selecteren (Auto Image) uitgelegd. Hiermee wordt automatisch de kopieerfactor geselecteerd die overeenkomt met het papierformaat. De toets [Auto Image] verschijnt in het basisscherm van de kopieermodus als de papierlade handmatig wordt verwisseld.
KOPIEERMACHINE KOPIEERFACTOR HANDMATIG SELECTEREN (Vaste kopieerfactor/Zoom) Druk op [Kopieerfactor] in het basisscherm van de kopieermodus om een van de vijf vooraf ingestelde vergrootfactoren of vijf vooraf ingestelde verkleiningsfactoren (maximum 400%, minimum 25%) te selecteren. Bovendien kunt u met de zoomtoetsen elke kopieerfactor tussen 25% en 400% selecteren in stappen van 1%. Stel de kopieerfactor in.
Pagina 130
KOPIEERMACHINE Wanneer u de automatische documentinvoer gebruikt, ligt het bereik zowel voor de verticale als voor de horizontale kopieerfactor tussen 25% en 200%. Als u de kopieerfactor wilt terugzetten op 100%... Als u de kopieerfactor wilt terugzetten op 100%, drukt u op de toets [Kopieerfactor] om het kopieerfactormenu weer te geven. Vervolgens drukt u op de toets [100%].
KOPIEERMACHINE DE LENGTE EN BREEDTE AFZONDERLIJK VERGROTEN/VERKLEINEN (X-y zoom) Met de functie X-y zoom kunt u de horizontale en verticale kopieerfactor afzonderlijk wijzigen. Zowel de horizontale als de verticale kopieerfactor kunt u in stappen van 1% instellen tussen 25% en 400%. Druk op [Kopieerfactor] in het basisscherm van de kopieermodus en volg de onderstaande stappen.
KOPIEERMACHINE FORMATEN ORIGINEEL FORMAAT ORIGINEEL OPGEVEN Als het origineel geen standaardformaat heeft of niet juist wordt gedetecteerd, geeft u het formaat van het origineel handmatig op. Druk op de toets [Origineel] die getoond wordt wanneer op de toets [Opdrachteig. instellingen] wordt gedrukt in het basisscherm van de kopieermodus en volg de onderstaande stappen.
KOPIEERMACHINE Voer het formaat van het origineel in. (1) Geef de X (horizontale) afmeting van het Origineel OK OK origineel op. Auto Druk op de cijferweergavetoets voor X (breedte) om een (25 432) Handm. cijferinvoerscherm te openen. Voer de breedte van het (25 297) Aangepast origineel met de cijfertoetsen in, en druk op [OK] in het...
Pagina 134
KOPIEERMACHINE Sla het formaat van het origineel op. Origineel OK OK X254 Y210mm Auto (1) Druk op de tab [Opslaan/Verwijderen]. Handm. (2) Druk op een toets om een aangepast Aangepast Formaat formaat op te slaan. Oproepen Opslaan/Verwijderen Druk op een toets die geen formaat aangeeft Als u een eerder opgeslagen toets wilt bewerken of wissen...
KOPIEERMACHINE Een opgeslagen origineelformaat oproepen Druk op de toets [Origineel] die getoond wordt wanneer op de toets [Opdrachteig. instellingen] wordt gedrukt in het basisscherm van de kopieermodus en volg de onderstaande stappen om een opgeslagen origineelformaat op te roepen. Druk op de toets [Aangepast Form]. Origineel Inch OK OK...
KOPIEERMACHINE UITVOER Als u uitvoerfuncties en de uitvoerlade wilt selecteren, drukt u op de toets [Uitvoer] in het basisscherm van de kopieermodus. Uitvoerfuncties die u kunt selecteren zijn: sorteren, groeperen, staffelen, nieten-sorteren en perforeren. Bij de uitleg van onderstaande instellingen wordt ervan uit gegaan dat er een afwerkingeenheid is geinstalleerd. Uitvoer Staffel- Rechter lade...
KOPIEERMACHINE UITVOERFUNCTIES In dit gedeelte worden alle uitvoerfuncties uitgelegd. Sorteerfunctie Groepeerfunctie Hiermee sorteert u uitvoer tot sets. Met deze functie groepeert u kopieën per pagina. Voorbeeld: De uitvoer sorteren in 5 sets Voorbeeld: Groepen van 5 kopieën van elke pagina Originelen Uitvoer Originelen...
KOPIEERMACHINE Functie Nietsorteren Met de nietsorteerfunctie wordt de uitvoer gesorteerd tot sets en elke set wordt geniet en naar de lade gezonden. Hieronder ziet u een overzicht van het verband tussen nietpositie, papierstand, toegestane papierformaten om te nieten en het aantal vellen dat kan worden geniet. Voor de plaatsingsrichting van originelen, zie "Plaatsingsrichting origineel (voor de functies nietsorteren en perforeren)"...
KOPIEERMACHINE Perforatiefunctie Als een optionele perforatiemodule is geïnstalleerd, kunt u de uitvoer perforeren. Papierformaten die geperforeerd kunnen worden zijn B5R tot A3 (7-1/4" x 10-1/2" tot 11" x 17"). Papier van het formaat A3W (12" x 18") en speciale media zoals transparanten en tabpapier kunnen niet worden gebruikt. [Voorbeelden] [Origineel 1] [Perforatieposities]...
KOPIEERMACHINE KOPIEËN MAKEN MET DE HANDINVOER Naast normaal papier kunt u met de handinvoer ook kopieën maken op transparanten, enveloppen, tabpapier en andere speciale media. Zie voor meer informatie over papier dat in de handinvoerlade kan worden geplaatst, "BELANGRIJKE OPMERKINGEN OVER PAPIER"...
Pagina 141
KOPIEERMACHINE Selecteer de papiersoort die u gebruikt Type/Formaatinstelling Handinvoer Annuleren Selecteer papiersoort. in de handinvoerlade. Normaal papier Voorbedrukt Recycled Briefpapier Selecteer het papiertype dat u gaat gebruiken. Geperforeerd Kleur Dun papier Etiketten Transparant Zwaar papier 1 Zwaar papier 2 Tabpapier Stel het papierformaat in.
Pagina 142
KOPIEERMACHINE Druk op de toets papierformaat van de handinvoerlade. Als u op de toets [Extra Formaat] drukt, verschijnt het invoerscherm voor het papierformaat. Druk op de cijferweergavetoets voor X (breedte) om een Type/Formaatinstelling Handinvoer Type cijferinvoerscherm te openen. Voer de breedte van het Type Oproepen papier met de cijfertoetsen in, en druk op de toets [OK]...
KOPIEERMACHINE SPECIALE FUNCTIES Dit hoofdstuk geeft uitleg over Kantlijn Verschuiving, Wissen, Dubbelz. kopie en andere speciale functies. SPECIALE FUNCTIES Het menuscherm voor speciale functies verschijnt wanneer de toets [Spec. Functies] wordt ingedrukt die getoond wordt wanneer in het basisscherm de toets [Opdrachteig. instellingen] wordt ingedrukt. Het menu van speciale functies bestaat uit vier schermen.
KOPIEERMACHINE MARGES TOEVOEGEN (kantlijnverschuiving) Met deze functie verschuift u de gekopieerde afbeelding naar rechts, links, omhoog of omlaag om de kantlijn aan te passen. Dit is handig wanneer u de kopieën wilt binden met een touwtje of in een band. Door de afbeelding naar rechts te verschuiven kunt u de kopieën aan de linkerrand binden met een touwtje.
Pagina 147
KOPIEERMACHINE Druk op de toets [STARTEN KLEUR] of [STARTEN ZWART-WIT]. Het kopiëren begint. Als u de glasplaat gebruikt om meerdere originelen te kopiëren, vindt het kopiëren plaats terwijl u elk origineel scant. Vervang de originelen en druk op [START] wanneer u de sorteerfunctie heeft geselecteerd. Herhaal dit tot alle pagina's zijn gescand en druk dan op [Lezen Klaar].
KOPIEERMACHINE RANDSCHADUWEN WISSEN (wissen) De functie Wissen wordt gebruikt om schaduwen te voorkomen die aan de randen van afbeeldingen kunnen optreden bij het kopiëren van dikke originelen of boeken. Als u een dik boek kopieert... Zonder de wisfunctie Met de wisfunctie Hier vormen zich schaduwranden Er verschijnen Er verschijnen geen...
KOPIEERMACHINE Selecteer de wisinstellingen. (1) Druk op de gewenste wisfunctie. Spec. Functies Selecteer een van de vier posities. Annuleren Druk op de toets [Zijkant wissen] om het volgende scherm te openen. Wissen Rand Midden Rand+Midden Rand Wissen Wissen Annuleren (0 20) (0 20) Zijkant wissen Wis positie voor...
KOPIEERMACHINE NAAST ELKAAR LIGGENDE PAGINA'S VAN EEN INGEBONDEN DOCUMENT KOPIËREN (dubbelzijdige kopie) Met de functie dubbelzijdige kopie krijgt u afzonderlijke kopieën van twee documentpagina's die u naast elkaar op de glasplaat plaatst. Deze functie is nuttig wanneer u kopieën maakt van de naast elkaar liggende pagina's van een boek of ander ingebonden document.
Pagina 151
KOPIEERMACHINE Selecteer Dubbelz. Kopie. Spec. Functies (1) Druk op de toets [Opdrachteig.instellingen]. Kantlijn Dubbelz. Wissen Verschuiving Kopie (2) Druk op de toets [Spec. Functies]. Inbindkopie Opdracht Tandem- ☞ Samenstel. Kopie SPECIALE FUNCTIES (pagina 2-41) (3) Druk op de toets [Dubbelz. Kopie] zodat (3) (4) deze wordt gemarkeerd.
KOPIEERMACHINE KOPIEËN MAKEN VOOR BOEKJE (Inbindkopie) Met deze functie kopieert u twee origineelpagina's op de voorkant en twee origineelpagina's op de achterkant van elk vel papier, zodat u de kopieën op de middellijn kunt vouwen tot een boekje. Deze functie is handig om kopieën te combineren tot een aantrekkelijk boekje of brochure. Inbindkopie met acht origineelpagina's Originelen Als boekje...
KOPIEERMACHINE Selecteer de inbindkopie Spec. Functies kopieerinstellingen. Annuleren Inbindkopie Origineel (1) Druk op de toets [1-Zijdig] als het origineel 1-Zijdig 2-Zijdig Links Rechts Kaftinst. 1-zijdig is. Druk op de toets [2-Zijdig] als het origineel 2-zijdig is. (2) Selecteer de inbindrand ([Rug Links] of [Rug Rechts]).
Pagina 154
KOPIEERMACHINE Druk op de toets [STARTEN KLEUR] of [STARTEN ZWART-WIT]. Het kopiëren begint. Als u de glasplaat gebruikt om meerdere originelen te kopiëren, vindt het kopiëren plaats terwijl u elk origineel scant. Vervang de originelen en druk op [START] wanneer u de sorteerfunctie heeft geselecteerd. Herhaal dit tot alle pagina's zijn gescand en druk dan op [Lezen Klaar].
KOPIEERMACHINE EEN GROOT AANTAL ORIGINELEN TEGELIJK KOPIËREN (opdracht samenstellen) Als u een groot aantal originelen kopieert, kunt u met deze functie de originelen in sets verdelen om vervolgens elke set afzonderlijk in de automatische documentinvoerlade te plaatsen. Gebruik deze functie wanneer u alle originelen in één bestand wilt kopiëren, terwijl het aantal originelen groter is dan het maximale aantal dat in de invoerlade past.
Pagina 156
KOPIEERMACHINE Druk op [STARTEN KLEUR] of [STARTEN ZWART-WIT] om de eerste set originelen te scannen. Het scannen begint. Om het scannen te annuleren... Druk op de toets [STOP] ( Plaats de volgende set originelen en druk op de toets [STARTEN KLEUR] of [STARTEN ZWART-WIT].
KOPIEERMACHINE EEN GROOT AANTAL KOPIEËN MAKEN MET TWEE MACHINES (tandemkopie) Een grote kopieeropdracht kunt u verdelen over twee apparaten die zijn aangesloten op hetzelfde netwerk. Op elk apparaat wordt de helft van de kopieën afgedrukt, zodat minder tijd nodig is voor de opdracht. Master-apparaat en slave-apparaat In de volgende uitleg is het master-apparaat het apparaat waarmee de originelen worden gescand.
Pagina 158
KOPIEERMACHINE Stel het aantal kopieën (aantal sets) in met de cijfertoetsen. U kunt maximaal 999 kopieen (sets) instellen. Wanneer u drukt op de toets [STARTEN KLEUR] of [STARTEN ZWART-WIT] worden de kopieen automatisch verdeeld tussen de master- en slave-apparaten. Als u een oneven aantal kopieën instelt, wordt de extra set afgedrukt door het master-apparaat.
Pagina 159
KOPIEERMACHINE In deze situatie... Een perforatiemodule is geïnstalleerd op het master-apparaat, maar niet op het slave-apparaat. • Kopiëren zonder perforeren: tandem-kopie is mogelijk. • Kopiëren met perforeren: tandem-kopie is niet mogelijk. Als tandem-kopie wordt uitgevoerd met een functie die niet beschikbaar is op het slave-apparaat, verschijnt een boodschap. Als u wilt zorgen dat het master-apparaat alle kopieën maakt, drukt u op [OK].
KOPIEERMACHINE ANDER SOORT PAPIER GEBRUIKEN VOOR OMSLAGEN (Kaften/Insteekvellen) Als u de automatische documentinvoer gebruikt, kunt u andere soorten papier invoegen als voor- en achterkaft van een kopieeropdracht. Ook kunt u een ander soort papier toevoegen als insteekvel op gespecificeerde pagina's. Voorbeeld van het toevoegen van kaften Voorbeeld van het toevoegen van insteekvellen Originelen...
KOPIEERMACHINE KAFTEN INVOEGEN IN KOPIEN (kaftinstellingen) U kunt een ander soort papier invoegen op plaatsen die overeenkomen met de voorkaft en de achterkaft van een kopieeropdracht. Dit is nuttig om documenten in aantrekkelijke vorm te ordenen en om een ander soort papier te gebruiken als kaft op een ramingspagina of een vergelijkbaar document.
Pagina 162
KOPIEERMACHINE Selecteer de instellingen voor de kaft. Annuleren Instelling Voorkaft Papierlade (1) Als u wilt kopiëren op de kaft, drukt u op de Afdrukken op voorkaft Handinvoer toets [Ja]. Druk anders op de toets [Nee]. 1-Zijdig 2-Zijdig Als de toets [Nee] wordt ingedrukt, wordt alleen het Normaal papier invoegen van een voor-/achterblad uitgevoerd.
Pagina 163
KOPIEERMACHINE Druk op de toets [STARTEN KLEUR] of [STARTEN ZWART-WIT]. Het kopiëren van de originelen in de origineelinvoer begint. Als u scannen en kopiëren wilt annuleren... Druk op de toets [STOP] ( • U kunt de glasplaat niet gebruiken. • U kunt geen kaftinstellingen selecteren als het invoegen van kaften en insteekvellen is uitgeschakeld in de systeeminstellingen (beheerder).
KOPIEERMACHINE INSTEEKVELLEN INVOEGEN IN KOPIEËN (invoeginstellingen) U kunt op opgegeven pagina's van kopieën automatisch een ander soort papier invoegen. U kunt twee soorten papier gebruiken als insteekvellen, en de insteekposities voor beide afzonderlijk opgeven. U kunt kaften gebruiken in combinatie met insteekvellen. Voorbeeld: Insteekvel A na pagina 3 en insteekvel B na pagina 5.
Pagina 165
KOPIEERMACHINE Selecteer de instellingen voor invoegen. Instellingen Invoegtype A Papierlade (1) Druk op [Ja] als u op het insteekvel wilt Afdruk op insteekvellen Handinvoer kopiëren. Druk anders op de toets [Nee]. 1-Zijdig 2-Zijdig Als de toets [Nee] is ingedrukt, wordt alleen het invoeren Normaal papier van een insteekvel uitgevoerd.
Pagina 166
KOPIEERMACHINE Geef de pagina's op waar insteekvellen A en B worden ingevoegd. Invoeginstellingen (1) Druk op de toets [Invoegtype A] of de toets Insteekpagina Invoeg- Invoegtype Type A [Invoegtype B]. Invoeging Lade 1 Handinvoer Tot.:4 Geef de pagina op waar het gemarkeerde insteekvel Invoeren Normaal papier Normaal papier...
Pagina 167
KOPIEERMACHINE Druk op de toets [STARTEN KLEUR] of [STARTEN ZWART-WIT]. Het kopiëren van de originelen in de origineelinvoer begint. Als u scannen en kopiëren wilt annuleren... Druk op de toets [STOP] ( • Gebruik hetzelfde formaat papier voor insteekvellen als voor de kopieën. •...
Pagina 168
KOPIEERMACHINE KAFT/INSTEEKVELINSTELLINGEN WIJZIGEN (paginaopmaak) U kunt kaft- en insteekvelinstellingen combineren. In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u instellingen voor voltooide kaften en insteekvellen controleert, en insteekvellen wijzigt of wist. Insteekvel A wijzigen van pagina 4 tot pagina 5 Pagina 4, insteekvel A Pagina 5, insteekvel A Pagina 7, insteekvel B Pagina 7, insteekvel B...
KOPIEERMACHINE Voorbeeld: Druk op insteekvel A op pagina 4. Druk op de toets voor de pagina die u wilt wissen of wijzigen. Paginaopmaak Als u de instelling niet hoeft te wijzigen, druk dan op [OK] en ga verder met stap 6. Invoeg- Invoeg- Invoeg-...
Pagina 170
KOPIEERMACHINE Druk op de toets [OK]. Spec. Functies U keert terug naar het basisscherm van de kopieerfunctie. Annuleren Kaften/Insteekvellen Instelling Voorkaft Lade-Instel. Invoegtype A Invoeginstellin Instelling Achterkaft Paginaopmaak Invoegtype B 2-68 Inhoudsopgave...
KOPIEERMACHINE INSTEEKVELLEN INVOEGEN BIJ HET KOPIREN OP TRANSPARANTEN (Transparant-Insteekvellen) Wanneer u kopieert op transparanten, blijven de vellen mogelijk aan elkaar plakken door de statische elektriciteit. Met de functie transparant-insteekvellen kunt u automatisch een vel papier invoegen tussen elk vel transparant, zodat u de transparanten gemakkelijk kunt pakken.
Pagina 172
KOPIEERMACHINE Selecteer de instellingen voor invoegen. (1) Selecteer of er wordt gekopieerd op het Spec. Functies insteekpapier: ([Ja] of [Nee]). Annuleren Transparant-Insteekvellen Afdruk op insteekvellen Invoegvel (2) Druk op de toets [OK]. Lade 1 U keert terug naar het basisscherm van de kopieerfunctie. Normaal papier Uitleg van (A) Wanneer transparanten worden geselecteerd als...
KOPIEERMACHINE MEERDERE ORIGINELEN OP ÉÉN VEL KOPIËREN (Multishot) U kunt meerdere origineelpagina's in één uniforme lay-out kopiëren op één vel papier. Selecteer 2-in-1 als u twee origineelpagina's wilt kopiëren op één vel, of 4-in-1 om vier origineelpagina's te kopiëren op één vel. Deze functie is handig als u meerdere pagina's compact wilt presenteren of een overzicht wilt geven van alle pagina's in een document.
Pagina 174
KOPIEERMACHINE Selecteer het aantal originelen dat u wilt Spec. Functies kopiëren op één vel papier, de lay-out en Multishot Annuleren Lay-out Rand de rand. 2-in-1 4-in-1 (1) Druk op de toets [2-in-1] of [4-in-1]. Zo nodig worden de afbeeldingen gedraaid. (2) Selecteer de lay-out.
KOPIEERMACHINE EEN BOEKJE KOPIËREN (boekkopie) Met deze functie maakt u een kopie van de twee naast elkaar liggende pagina's van een open boek of ander ingebonden document. Met deze functie maakt u kopieën die u op de middellijn kunt vouwen om een boekje te maken. Deze functie is handig om kopieën te combineren tot een aantrekkelijk boekje of brochure.
KOPIEERMACHINE Selecteer de inbindkopie kopieerinstellingen. Spec. Functies (1) Selecteer de inbindpositie ([Rug Links] of Annuleren Boekkopie [Rug Rechts]). Links Rechts Kaftinst. (2) Druk op de toets [Kaftinstelling] om een kaft in te voegen. Als u geen kaft toevoegt, gaat u door met stap 4. U kunt geen kaftinstellingen selecteren als het invoegen van kaften en insteekvellen is uitgeschakeld in de systeeminstellingen (beheerder).
Pagina 177
KOPIEERMACHINE Plaats het origineel met de voorzijde naar onderen op de glasplaat. Plaats de geopende voor- en achterkaft met de bedrukte zijde omlaag. Druk op [STARTEN KLEUR] of [STARTEN ZWART-WIT] om het eerste origineel te scannen. Het scannen begint. Scan de resterende origineelpagina's in onderstaande volgorde: Geopende binnenkant van voorkaft en eerste pagina Geopende tweede en derde pagina ·...
Pagina 178
KOPIEERMACHINE Druk op [Lezen Klaar]. Plaats volgend origineel. Druk op [Start]. Druk op [Lezen klaar] Het kopiëren begint. indien gereed. Lezen Klaar Als u scannen en kopiëren wilt annuleren... Druk op de toets [STOP] ( • Er worden vier origineelpagina's gekopieerd op elk vel papier. Als het totaal aantal originelen geen veelvoud van vier is, worden aan het eind automatisch blanco pagina's toegevoegd.
KOPIEERMACHINE OPSCHRIFTEN KOPIËREN OP TABBLADEN (tabkopie) U kunt opschriften kopiëren op de tabs van tabbladen. Maak de juiste originelen voor de opschriften. Tabkopie is mogelijk via de handinvoerlade. Maak originelen die overeenkomen De afbeelding wordt verschoven met de posities van de tabs. door de breedte van de tab VERHOUDING TUSSEN ORIGINELEN EN HET TABPAPIER...
KOPIEERMACHINE Tabkopie maken met rug rechts Originelen De originelen plaatsen Tabpapier laden • Lade origineelinvoer Originelen Plaats de originelen zo dat de kant zonder tab eerst wordt ingevoerd. • Glasplaat Achterkant Eindafbeelding Laad het tabpapier zo dat de tab van het eerste vel van u af wijst.
Pagina 181
KOPIEERMACHINE Tabpapier laden. Plaats het papier met de afdrukzijde naar beneden als u de Achterkant handinvoer gebruikt. Plaats het papier zo dat de kanten met de tabs het laatst worden ingevoerd. Configureer na het laden van het tabpapier de instellingen voor handinvoer zoals wordt uitgelegd in "KOPIEËN MAKEN MET HANDINVOER"...
KOPIEERMACHINE BEIDE ZIJDEN VAN EEN KAART KOPIËREN OP ÉÉN VEL PAPIER (Kaart Formaat) Wanneer u een kaart kopieert, kunt u met deze functie de voor- en achterkant samen kopiëren op één vel papier. Deze functie is handig om kopieën te maken ter identificatie en om papier te sparen. Kopieën Originelen Voorzijde...
Pagina 183
KOPIEERMACHINE Selecteer instellingen Kaart Formaat. (1) Voer het formaat van het origineel in. Spec. Functies Terwijl de toets [X] is gemarkeerd, voert u de horizontale Annuleren Kaart Formaat afmeting (X) van het origineel in met de toetsen Formaat (25 210) Herstellen Druk op de toets [Y] en voer de verticale afmeting (Y) van Passend...
Pagina 184
KOPIEERMACHINE • U moet het origineel op de glasplaat plaatsen. • U kunt alleen kopiëren op papier van standaardformaat. • X-y zoom kunt u niet gebruiken wanneer u deze functie gebruikt. • U kunt de afbeelding niet draaien wanneer u deze functie gebruikt. Kaart Formaat annuleren...
KOPIEERMACHINE DE DATUM OF EEN STEMPEL AFDRUKKEN OP KOPIEËN (Stempel) Met deze functie drukt u de datum, een stempel, het paginanummer of tekst af op kopieën. Er zijn zes afdrukposities beschikbaar: linksboven, middenboven, rechtsboven, linksonder, middenonder en rechtsonder. De afdrukposities worden gescheiden in gebieden voor de datum, het paginanummer en tekst (A hieronder) en gebieden die worden gebruikt voor een stempel (B hieronder).
KOPIEERMACHINE ALGEMENE PROCEDURE VOOR HET GEBRUIK VAN DE STEMPEL Volg de onderstaande stappen om stempelinstellingen te selecteren. Plaats het origineel. Leg het origineel met de bedrukte zijde omhoog in de invoerlade of met de bedrukte zijde omlaag op de glasplaat. Speciale functies selecteren.
KOPIEERMACHINE Selecteer Stempel. Opmaak Annuleren Stempel Lees de volgende secties voor meer gedetailleerde informatie Datum Stempel over alle stempelitems: Datum: DATUM TOEVOEGEN AAN KOPIEËN (Datum) Pagina- Tekst Nummering (pagina 2-87) Stempel: KOPIEËN STEMPELEN (Stempel) (pagina 2-89) Pagina-Nummering: PAGINANUMMERS AFDRUKKEN OP KOPIEËN (Paginanummering) (pagina 2-91) Tekst:...
Pagina 188
KOPIEERMACHINE Druk op de toets [STARTEN KLEUR] of [STARTEN ZWART-WIT]. Het kopiëren begint. Als u de glasplaat gebruikt om meerdere originelen te kopiëren, vindt het kopiëren plaats terwijl u elk origineel scant. Vervang de originelen en druk op [START] wanneer u de sorteerfunctie heeft geselecteerd. Herhaal dit tot alle pagina's zijn gescand en druk dan op [Lezen Klaar].
KOPIEERMACHINE DATUM TOEVOEGEN AAN KOPIEËN (Datum) U kunt de datum afdrukken op kopieen. U kunt de positie van de datum, de kleur, de notatie en pagina (alleen eerste pagina of alle pagina's) selecteren. Voorbeeld: 4 april 2010 in de rechterbovenhoek van het papier afdrukken. 04/APR/2010 Druk de toets [Datum] keuzescherm voor de stempel.
KOPIEERMACHINE Controleer de weergegeven datum. Als u Eerste Pag. Bk (zwart) JJJJ/MM/DD Afdrukkleur de datum moet wijzigen, drukt u op de MM/DD/JJJJ /2010 Alle Pag.'s DD/MM/JJJJ toets [Datumwijziging]. Datumwijziging MM DD, JJJJ Stel de gewenste datum in en druk op [OK]. Datumwijziging Jaar Maand...
KOPIEERMACHINE KOPIEËN STEMPELEN (Stempel) Een tekst als "VERTROUWELIJK" kunt u wit afdrukken op een donkere achtergrond als "stempel" op kopieën. Voor een stempel kunt u de positie, de kleur, het formaat, de dichtheid en pagina's (alleen eerste pagina of alle pagina's) selecteren.
Pagina 192
KOPIEERMACHINE Druk op de toets [Afdrukkleur] en Annuleren Stempel selecteer de kleur en dichtheid. Eerste Pag. VERTROUWELIJK PRIORITEIT Bk (zwart) Selecteer de kleur die u wilt gebruiken. Formaat TER INFORMATIE NIET KOPIËREN Alle Pag.'s Als u de geselecteerde kleur donkerder wilt maken, drukt u op Groter DRINGEND PROEFDRUK...
KOPIEERMACHINE PAGINANUMMERS AFDRUKKEN OP KOPIEËN (Paginanummering) U kunt paginanummers afdrukken op kopieën. U kunt de positie, de kleur, de notatie en een paginanummer selecteren voor paginanummering. Paginanummer afdrukken middenonder op het papier. Druk de toets [Paginanummering] keuzescherm voor de stempel. Zie stappen 1 tot 4 van "ALGEMENE PROCEDURE VOOR HET GEBRUIK VAN DE STEMPEL"...
Pagina 194
KOPIEERMACHINE Druk op de toets [Afdrukkleur]. Selecteer de kleur die u wilt gebruiken. Annuleren Als u klaar bent met het selecteren, drukt u op [OK]. Paginanummering Formaat Voor Paginanummering Bk (zwart) Afdrukkleur 1,2,3.. (1),(2),(3).. Totaal Pag.'s -1-,-2-,-3-.. P.1,P.2,P.3.. Auto Afdrukkleur Paginanummer <1>,<2>,<3>..
Pagina 195
KOPIEERMACHINE Als u kaften/insteekvellen invoegt, drukt CG Omega u op de toets [Omsl./Invoeg. Tellen] als u Eerste Nummer Laatste Nummer Auto Omsl./Invoeg. Auto de kaften/insteekvellen wilt meetellen in Tellen Afdrukken start vanaf blad Handm. de paginanummers en deze wilt afdrukken op de kaften/insteekvellen. Druk op elk item dat u wilt meetellen in Omslagen/Invoegsels Tellen de paginanummers, zodat een vinkje...
KOPIEERMACHINE • Als Paginanummering is geselecteerd, kunt u niet kopiëren met de groepfunctie. De functie verandert automatisch in sorteerfunctie. • Als de afdrukpositie van het paginanummer is ingesteld op de rechts of links, en u gebruikt inbindkopie of boekkopie, wordt de afdrukpositie gewijzigd, zodat de paginanummers altijd verschijnen op de buitenkant van elke geopende pagina (de linker- en rechterkant van de geopende pagina's).
KOPIEERMACHINE TEKST AFDRUKKEN OP KOPIEËN (Tekst) U kunt ingevoerde tekst afdrukken op kopieën. U kunt maximaal 30 veel gebruikte tekstreeksen opslaan. Voorbeeld: "April 2010 Planningbespreking" afdrukken linksboven op het papier April 2010 Planningbespreking Druk de toets [Tekst] keuzescherm voor de stempel. Zie stappen 1 tot 4 van "ALGEMENE PROCEDURE VOOR HET GEBRUIK VAN DE STEMPEL"...
KOPIEERMACHINE Druk op de toets [Afdrukkleur]. Selecteer de kleur die u wilt gebruiken. Als u klaar bent met het Annuleren Tekst selecteren, drukt u op [OK]. Eerste Pag. AAA AAA Vooringesteld Alle Pag.'s Bk (zwart) Opslaan/ Oproepen/invr. Verwijderen Afdrukkleur Afdrukkleur Bk (zwart) R (rood) C (cyaan)
KOPIEERMACHINE Tekstreeksen opslaan, bewerken en wissen Druk de toets [Tekst] keuzescherm voor de stempel. Zie stappen 1 tot 4 van "ALGEMENE PROCEDURE VOOR HET GEBRUIK VAN DE STEMPEL" (pagina 2-84). Druk op de toets [Opslaan/Verwijderen]. Annuleren Tekst Eerste Pag. Vooringesteld Alle Pag.'s Bk (zwart) Opslaan/...
KOPIEERMACHINE STEMPELLAY-OUT CONTROLEREN (Lay-out) Nadat de stempelitems zijn geselecteerd kunt u de afdruklay-out controleren, de afdrukpositie wijzigen en stempelitems wissen. Druk op de toets [Opmaak]. Opmaak Annuleren Stempel Datum Stempel Pagina- Tekst Nummering U kunt alleen op de toets [Opmaak] drukken als stempelitems zijn geselecteerd. Is de lay-out juist, dan drukt u op [OK].
Pagina 201
KOPIEERMACHINE Druk op de toets van de gewenste Verplaatsen doelpositie. Selecteer locatie om gesel. item naartoe te verplaatsen. De positietoets waarop u hebt gedrukt, wordt gemarkeerd en de afdrukpositie verandert. De toetsen die de afdrukposities aangeven, verschijnen als volgt naargelang de instellingen. Niet geselecteerd, stempelinstelling is niet geselecteerd.
KOPIEERMACHINE TOETS [Beeld bewerken] Wanneer u op de toets [Beeld bewerken] in het 3de menuscherm voor speciale functies drukt, wordt het menuscherm voor beeldbewerken geopend. Menuscherm Beeld bewerken Beeld bewerken Spec. Functies Spiegel- Vergrot. over Foto herhalen Beeld meerdere pag. Kleur- Stempel Beeld bewerken...
KOPIEERMACHINE FOTO'S HERHALEN OP EEN KOPIE (Foto herhalen) Met Foto herhalen maakt u herhaalde afbeeldingen van een origineel van fotoformaat (130 mm x 90 mm, 100 mm x 150 mm, 70 mm x 100 mm, 65 mm x 70 mm of 57 mm x 100 mm (3" x 5", 5" x 7" formaat, 2-1/2" x 4", 2-1/2"...
KOPIEERMACHINE Speciale functies selecteren. (1) Druk op de toets [Opdrachteig.instellingen]. (2) Druk op de toets [Spec. Functies]. (3) Druk op de toetsen om tussen de schermen te wisselen. (4) Druk op de toets [Beeld bewerken]. (5) Druk op de toets [Foto herhalen]. ☞...
Pagina 205
KOPIEERMACHINE EEN GROTE POSTER MAKEN (Vergrot. over meerdere pag.) Met deze functie vergroot u een origineelafbeelding en drukt u deze als samengestelde afbeelding af op meerdere vellen papier. Origineel (A4 (8-1/2" x 11") Kopie (vergrote afbeelding op acht vellen A3 (11" x 17") papier) Speciale functies selecteren.
Pagina 206
KOPIEERMACHINE Stel het vergrotingformaat en het origineelformaat in. Gebruiksklaar. De kopieën zullen in 2 delen wordt uitgevoerd. (1) Selecteer het formaatsysteem dat u wilt Beeld bewerken gebruiken voor de vergrote afbeelding op Rand afdruk. Annuleren Multipg. vergr meerdere pagina's. Vergrotingsformaat Origineelformaat- (A-formaat) en stand...
Pagina 207
KOPIEERMACHINE Druk op de toets [OK]. Gebruiksklaar. De kopieën zullen in 2 delen wordt uitgevoerd. U keert terug naar het scherm Speciale Functies. Druk op [OK] Beeld bewerken om naar het basisscherm van de kopieermodus terug te keren. Multipg. vergr Rand afdruk.
KOPIEERMACHINE DE AFBEELDING SPIEGELEN (Spiegel-Beeld) Met deze functie maakt u op de kopie een spiegelbeeld van het origineel. Origineel Gespiegelde kopie Plaats het origineel. Leg het origineel met de bedrukte zijde omhoog in de invoerlade of met de bedrukte zijde omlaag op de glasplaat. Speciale functies selecteren.
KOPIEERMACHINE ORIGINEELFORMAAT A3 (11" x 17") KOPIËREN ZONDER DE RANDEN AF TE SNIJDEN (A3 (11" x 17") Volbeeld) Met deze toets kopieert u een geheel origineel formaat A3 (11" x 17") op volledige grootte zonder de randen van de afbeelding af te snijden. Papierformaat A3W (12"...
Pagina 210
KOPIEERMACHINE Druk op de toets [STARTEN KLEUR] of [STARTEN ZWART-WIT]. Het kopiëren begint. Vervang de originelen en druk op [START] wanneer u de sorteerfunctie heeft geselecteerd. Herhaal dit tot alle pagina's zijn gescand en druk dan op [Lezen Klaar]. (Gebruik dezelfde [START]-toets die u voor het eerste origineel gebruikte ook voor het tweede origineel en alle volgende originelen.) Als u scannen en kopiëren wilt annuleren...
KOPIEERMACHINE KOPIËREN IN HET MIDDEN VAN HET PAPIER (Centreren) Met deze toets centreert u de gekopieerde afbeelding op het papier. Hiermee kunt u de afbeelding midden in het papier plaatsen wanneer het origineelformaat kleiner is dan het papierformaat of wanneer u de afbeelding verkleint. Zonder de centreerfunctie Met de centreerfunctie Plaats het origineel.
Pagina 212
KOPIEERMACHINE • U kunt de afbeelding verkleinen wanneer u de functie centreren gebruikt, maar niet vergroten. • Wanneer het origineelformaat of het papierformaat wordt weergegeven als speciaal formaat, kunt u deze functie niet gebruiken. Als u het Centreren wilt annuleren... Druk op [Centreren] in het scherm van stap 3, zodat de toets niet wordt gemarkeerd.
KOPIEERMACHINE WIT EN ZWART OMDRAAIEN OP DE KOPIE (Z/W Omgekeerd) Met deze functie keert u zwart en wit om op de kopie, zodat een negatieve afbeelding ontstaat. Originelen met grote zwarte vlakken (waarvoor veel toner nodig is) kunt u kopiëren met Z/W Omgekeerd, zodat u minder toner verbruikt.
Pagina 214
KOPIEERMACHINE • Wanneer u deze functie selecteert, verandert de "Type Origineel Beeld"-instelling voor het belichtingsniveau automatisch naar "Tekst". • In sommige landen en regio's is deze functie niet beschikbaar. Als u Z/W Omgekeerd wilt annuleren... Druk op de toets [Z/W Omgekeerd] in het scherm van stap 3 zodat de toets niet wordt gemarkeerd. 2-112 Inhoudsopgave...
KOPIEERMACHINE TOETS [Kleur-Instellingen] Wanneer u op de toets [Kleur-Instellingen] in het derde menuscherm voor speciale functies drukt, wordt het menuscherm voor kleurbijstellingen geopend. Menuscherm Kleur-Instellingen Kleur- Instellingen Spec. Functies Achtergrond- RGB-instelling Scherpte Onderdrukking Kleur- Stempel Beeld bewerken Instellingen Kleurbalans Helderheid Intensiteit Bestand Snelbestand...
KOPIEERMACHINE ROOD/GROEN/BLAUW AANPASSEN IN KOPIEËN (RGB aanpassen) Met deze toets versterkt of verzwakt u een van de drie kleurcomponenten rood (R), groen (G), of blauw (B). R (Rood)+ G (Groen)+ B (Blauw)+ Plaats het origineel. Leg het origineel met de bedrukte zijde omhoog in de invoerlade of met de bedrukte zijde omlaag op de glasplaat. Speciale functies selecteren.
KOPIEERMACHINE DE SCHERPTE VAN EEN AFBEELDING AANPASSEN (Scherpte) Met deze toets maakt u een afbeelding scherper of zachter. Zacht Scherp Plaats het origineel. Leg het origineel met de bedrukte zijde omhoog in de invoerlade of met de bedrukte zijde omlaag op de glasplaat. Speciale functies selecteren.
KOPIEERMACHINE VAGE KLEUREN IN KOPIEËN WIT MAKEN (Achtergrond-Onderdrukking) Met deze functie worden lichte achtergronden onderdrukt. Niveau [+] De helderheid waarbij onderdrukking wordt uitgevoerd, kan worden aangepast. Lichte gebieden worden onderdrukt. Niveau [-] Plaats het origineel. Leg het origineel met de bedrukte zijde omhoog in de invoerlade of met de bedrukte zijde omlaag op de glasplaat. Speciale functies selecteren.
Pagina 219
KOPIEERMACHINE Druk op de toets [STARTEN KLEUR]. Het kopiëren begint. Als u de glasplaat gebruikt om meerdere originelen te kopiëren, vindt het kopiëren plaats terwijl u elk origineel scant. Vervang de originelen en druk op de toets [STARTEN KLEUR] wanneer u de sorteerfunctie heeft geselecteerd. Herhaal dit tot alle pagina's zijn gescand en druk dan op [Lezen Klaar].
KOPIEERMACHINE DE KLEUR AANPASSEN (Kleurbalans Instellen) Met deze toets kunt u de kleur, tint en dichtheid van kleurkopieën instellen. De kleuren geel, cyaan, magenta en zwart worden Licht Donker verdeeld in acht gradaties, van licht naar donker. U kunt de gemiddelde dichtheid van elke gradatie aanpassen of u kunt alle acht gradaties in één keer aanpassen.
Pagina 221
KOPIEERMACHINE Stel de kleurbalans in. (1) Selecteer de te gebruiken kleur. Kleur- Instellingen Selecteer [Y] (geel), [M] (magenta), [C] (cyaan) of [Bk] Colour Balance Kleurbalans Instellen Annuleren (zwart). Alle Als alleen de rechthoek rond de letter in een toets is gemarkeerd, zijn de fabrieksinstellingen gewijzigd.
KOPIEERMACHINE DE HELDERHEID VAN EEN KOPIE AANPASSEN (Helderheid) U kunt de helderheid van kleurenafbeeldingen aanpassen. Donkerder Origineel Lichter Plaats het origineel. Leg het origineel met de bedrukte zijde omhoog in de invoerlade of met de bedrukte zijde omlaag op de glasplaat. Speciale functies selecteren.
KOPIEERMACHINE DE INTENSITEIT VAN EEN KOPIE AANPASSEN (Intensiteit) Met deze toets kunt u de intensiteit (verzadiging) van kleurenafbeeldingen instellen. De intensiteit Origineel De intensiteit afzwakken. versterken. Plaats het origineel. Leg het origineel met de bedrukte zijde omhoog in de invoerlade of met de bedrukte zijde omlaag op de glasplaat. Speciale functies selecteren.
KOPIEERMACHINE KOPIEËN CONTROLEREN ALVORENS U AFDRUKT (Proefafdruk) Met deze functie drukt u slechts één set kopieën af, ongeacht het aantal sets dat u hebt opgegeven. Wanneer de eerste set is gecontroleerd op fouten, kunt u de overige sets afdrukken. Voorheen moest u het origineel opnieuw scannen telkens wanneer wijzigingen van de instellingen nodig waren.
Pagina 225
KOPIEERMACHINE Stel het aantal kopieën (aantal sets) in met de cijfertoetsen. Als u de glasplaat gaat gebruiken om meerdere originelen de kopiëren, schakel dan na deze stap over op de sorteerfunctie. ☞ Sorteerfunctie (pagina 2-35) Dubbelz. Kopie U kunt maximaal 999 kopieën (sets) instellen. Als het aantal kopieën niet juist is ingesteld...
Pagina 226
KOPIEERMACHINE Druk op de toets [STARTEN KLEUR] of [STARTEN ZWART-WIT]. Eén set kopieën wordt opnieuw afgedrukt met de aangepaste instellingen. Controleer de resultaten. Herhaal stappen 6 tot 8 als er meer aanpassingen nodig zijn. (Het herhalen van Proefafdruk vermindert het overige aantal af te drukken sets niet.) Druk op de toets [Einde].
KOPIEERMACHINE HET AANTAL INGESCANDE ORIGINELE VELLEN CONTROLEREN ALVORENS TE KOPIËREN (Aantal originelen) Het aantal ingescande originele vellen kan worden geteld en weergegeven voordat wordt gestart met kopiëren. Aangezien u het aantal ingescande originele vellen kunt controleren, zullen er minder kopieerfouten optreden. Steek de originelen met de voorzijde naar boven in de lade van de Markeerstreep...
Pagina 228
KOPIEERMACHINE Controleer na het inscannen het aantal Er zijn 130 pagina's van het origineel gescand. originelen dat werd ingescand en druk Gescande gegevens kopiëren? op [OK]. Annuleren Het kopiëren begint. • Wanneer de functie opdracht samenstellen wordt gebruikt, verschijnt het aantal ingescande vellen wanneer op de toets [Lezen klaar] wordt gedrukt.
KOPIEERMACHINE ORIGINELEN VAN VERSCHILLENDE FORMATEN KOPIËREN (Origineel gem. form.) Zelfs wanneer B4 (8-1/2" x 14") originelen gemengd worden met A3 (11" x 17") originelen, kunnen alle originelen in een keer worden afgedrukt. Wanneer u de originelen scant, detecteert het apparaat automatisch het formaat van elk origineel en kiest daarbij het geschikte papierformaat.
Pagina 230
KOPIEERMACHINE Steek de originelen met de voorzijde naar boven in de lade van de origineelinvoer. ● Wanneer u "Zelfde breedte" gebruikt Plaatst u de originelen met de zijden van dezelfde lengte links uitgelijnd. A3 (11" x 17") A4 (8-1/2" x 11") Plaatst u de zijden met dezelfde lengte links uitgelijnd.
Pagina 231
KOPIEERMACHINE Druk op de toets [STARTEN KLEUR] of [STARTEN ZWART-WIT]. Het kopiëren begint. Als u scannen en kopiëren wilt annuleren... Druk op de toets [STOP] ( • Wanneer u [Afwijkende breedte] heeft geselecteerd, kunt u de functie tweezijdig kopiëren niet gebruiken. •...
KOPIEERMACHINE KOPIËREN VAN DUNNE ORIGINELEN (Langzame scanmodus) Druk op deze toets wanneer u dunne originelen wilt scannen met behulp van de automatische documentinvoerlade. Deze functie helpt voorkomen dat dunne originelen in het apparaat vastlopen. Steek de originelen met de voorzijde naar boven in de lade van de Markeerstreep origineelinvoer.
Pagina 233
KOPIEERMACHINE U kunt de functies "2-zijdig naar 2-zijdig" en "2-zijdig naar 1-zijdig" van automatisch 2-zijdig kopiëren niet gebruiken. Als u de functie Langzame scanmodus wilt annuleren... Druk op [Langzame scanmodus] in het scherm van stap 2 zodat de toets wordt gemarkeerd. Systeeminstellingen (Beheerder): Invoermodus origineel Hiermee wordt altijd op langzame snelheid gescand.
KOPIEERMACHINE HANDIGE KOPIEERFUNCTIES In dit gedeelte worden handige kopieerfuncties uitgelegd, zoals het onderbreken van een kopieersessie, het wijzigen van de volgorde van gereserveerde kopieeropdrachten en het opslaan van kopieerinstellingen in een programma. EEN KOPIEERSESSIE ONDERBREKEN (kopiëren onderbreken) Wanneer u dringend een kopie moet maken terwijl een lange kopieersessie of andere opdracht aan de gang is, kunt u de functie Kopiëren onderbreken gebruiken.
Pagina 235
KOPIEERMACHINE • Als gebruikersauthenticatie is ingeschakeld, verschijnt het loginscherm wanneer u op de toets [Onderbreken] drukt. Geef uw gebruikersnaam en wachtwoord op om in te loggen. Het aantal kopieën dat u maakt wordt opgeteld bij dat van de gebruiker die heeft ingelogd. •...
KOPIEERMACHINE OPDRACHTSTATUSSCHERM Het scherm opdrachtstatus verschijnt wanneer u op de toets [OPDRACHT STATUS] op het bedieningspaneel drukt. Het opdrachtstatusscherm geeft de status van opdrachten per modus weer. Als u op de toets [OPDRACHT STATUS] drukt, wordt het opdrachtstatusscherm weergegeven van de modus die u gebruikte voordat u op de toets drukte. Voorbeeld: Drukken op de toets in kopieerfunctie Opdrachtwachtrij Sets / Voortgang...
KOPIEERMACHINE SCHERM OPDRACHTWACHTRIJ EN SCHERM UITGEVOERDE OPDRACHTEN Het opdrachtstatusscherm omvat het scherm opdrachtwachtrij (waarin wordt aangegeven welke kopieer- en afdrukopdrachten wachten om te worden afgedrukt, en de opdracht die momenteel wordt uitgevoerd), het scherm uitgevoerde opdrachten (waarin de uitgevoerde opdrachten worden aangegeven, en het spool-scherm (met opdrachten die zijn gespoold) en versleutelde PDF-opdrachten die wachten op de invoer van een wachtwoord.
KOPIEERMACHINE Weergave opdrachttoetsen Elke opdrachttoets geeft de positie van de opdracht in de opdrachtwachtrij en de huidige status van de opdracht weer. Kopieren 020 / 000 Wachten (1) (2) Geeft het nummer (de positie) van de opdracht in de Status wachtrij aan.
KOPIEERMACHINE EEN OPDRACHT IN DE WACHTRIJ ANNULEREN Een kopieeropdracht die op afdrukken wacht, kan worden geannuleerd. Druk op de toets [OPDRACHT STATUS]. OPDRACHT STATUS Annuleer de opdracht. (1) Druk op [Afdrukopdr.]. Spool Opdrachtwachtrij Sets / Voortgang Status Opdr.Wachtr Computer01 020 / 001 Afdrukken Voltooid (2) Wijzig de status van de afdrukopdracht in...
KOPIEERMACHINE EEN OPDRACHT IN DE WACHTRIJ PRIORITEIT GEVEN Als er met een kopieeropdracht wordt begonnen terwijl zich reeds meerdere opdrachten in de wachtrij bevinden, verschijnt de kopieeropdracht aan het eind van de wachtrij. Hebt u echter een dringende opdracht, dan kunt u deze prioriteit geven zodat hij eerst wordt uitgevoerd.
KOPIEERMACHINE INFORMATIE CONTROLEREN OVER EEN KOPIEEROPDRACHT IN DE WACHTRIJ U kunt uitvoerige informatie weergeven over een kopieeropdracht in de wachtrij. Druk op de toets [OPDRACHT STATUS]. OPDRACHT STATUS Opdrachtgegevens controleren (1) Druk op [Afdrukopdr.]. Spool Opdrachtwachtrij Sets / Voortgang Status Opdr.Wachtr Computer01 020 / 001...
KOPIEERMACHINE KOPIEERBEWERKINGEN OPSLAAN (opdrachtprogramma's) Een opdrachtprogramma is een groep kopieerinstellingen die u samen opslaat. Als u kopieerinstellingen opslaat in een opdrachtprogramma, kunt u met een eenvoudige handeling de instellingen oproepen en gebruiken voor een kopieeropdracht. Stel dat u CAD-tekeningen van formaat A3 (11" x 17") eenmaal per maand voor het archief kopieert met de volgende instellingen: CAD-tekeningen van A3 (11"...
KOPIEERMACHINE OPDRACHTPROGRAMMA OPSLAAN (BEWERKEN/WISSEN) Hieronder wordt uitgelegd hoe u kopieerinstellingen in een opdrachtprogramma opslaat en hoe u een opdrachtprogramma wist. Druk op de toets [#/P] ( LOGOUT Druk op de tab [Opslaan/Wissen]. Werkprogramma's Verlaten Druk op programmanummer. Opslaan/Wissen Oproepen Druk op een cijfertoets. Verlaten Werkprogramma's Cijfertoetsen waarin al opdrachtprogramma's zijn opgeslagen,...
KOPIEERMACHINE Selecteer de kopieerinstellingen die u Maak selecties. Druk op [OK] om op te Annuleren slaan en op [Annuleren] om te wissen. wilt opslaan in het opdrachtprogramma Meerkleuren Dubbelz. Kopie Kleurmodus en druk op de toets [OK]. Uitvoer Opdrachteig. Normaal instellingen Als u een naam wilt toekennen aan het programma, drukt u op Auto...
KOPIEERMACHINE BIJLAGE Voorbeelden van kaften en insteekvellen Op de volgende pagina's ziet u de verhouding tussen de originelen en kopieën wanneer kaften en insteekvellen worden ingevoegd. Kaften • 1-zijdig kopiëren van 1-zijdige originelen • 2-zijdig kopiëren van 1-zijdige originelen • 1-zijdig kopiëren van 2-zijdige originelen •...
Pagina 246
KOPIEERMACHINE Kaften (1-zijdig kopiëren van 1-zijdige originelen) U maakt 1-zijdige kopieën van de volgende 1-zijdige originelen. Eerste Tweede Derde Vierde Vijfde Zesde pagina pagina pagina pagina pagina pagina Kaftkopieersituatie Resulterende kopieën Voorkaft Achterkaft Niet kopiëren Niet kopiëren 1-zijdig Niet kopiëren kopiëren 2-zijdig Niet kopiëren...
Pagina 247
KOPIEERMACHINE Kaften (2-zijdig kopiëren van 1-zijdige originelen) 2-zijdige kopieën worden van de volgende 1-zijdige originelen gemaakt. Eerste Tweede Derde Vierde Vijfde Zesde pagina pagina pagina pagina pagina pagina Kaftkopieersituatie Resulterende kopieën Voorkaft Achterkaft Niet kopiëren Niet kopiëren 1-zijdig Niet kopiëren kopiëren 2-zijdig Niet kopiëren...
Pagina 248
KOPIEERMACHINE Kaften (1-zijdig kopiëren van 2-zijdige originelen) U maakt 1-zijdige kopieën van de volgende 2-zijdige originelen. Eerste Tweede Derde pagina pagina pagina Kaftkopieersituatie Resulterende kopieën Voorkaft Achterkaft Niet kopiëren Niet kopiëren 1-zijdig Niet kopiëren kopiëren 2-zijdig Niet kopiëren kopiëren 1-zijdig Niet kopiëren kopiëren 2-zijdig...
Pagina 249
KOPIEERMACHINE Kaften (2-zijdig kopiëren van 2-zijdige originelen) 2-zijdige kopieën worden van de volgende 2-zijdige originelen gemaakt. Eerste Tweede Derde pagina pagina pagina Kaftkopieersituatie Resulterende kopieën Voorkaft Achterkaft Niet kopiëren Niet kopiëren 1-zijdig Niet kopiëren kopiëren 2-zijdig Niet kopiëren kopiëren 1-zijdig Niet kopiëren kopiëren 2-zijdig...
KOPIEERMACHINE Insteekvellen (kopiëren van 1-zijdige originelen) 1-zijdig en 2-zijdig kopiëren van de volgende 1-zijdige originelen. Er wordt een voorbeeld gegeven van het toevoegen van een insteekvel op het derde vel. (Wanneer "Insteekpagina" is ingesteld op "3" in de insteekvelinstellingen van de insteekinstellingen in de speciale functies.) Eerste Tweede...
Pagina 251
HOOFDSTUK 3 PRINTER In dit hoofdstuk vindt u uitgebreide uitleg over de procedures voor het gebruik van de printerfunctie. PRINTERFUNCTIE VAN DE MACHINE ....3-3 HANDIGE AFDRUKFUNCTIES AFDRUKKEN VANUIT WINDOWS HANDIGE FUNCTIES VOOR HET MAKEN VAN BOEKJES EN POSTERS .
Pagina 252
PRINTER AFDRUKFUNCTIES VOOR SPECIALE DE AFDRUKSTATUS CONTROLEREN DOELEINDEN ....... . . 3-48 OPDRACHTSTATUSSCHERM .
PRINTER PRINTERFUNCTIE VAN DE MACHINE De machine is standaard uitgerust met een full colour printerfunctie. Om te kunnen afdrukken vanuit uw computer moet een printerdriver zijn geïnstalleerd. Stel met behulp van de onderstaande tabel vast welke printerdriver bij uw omgeving past. Omgeving Type printerdriver Opmerkingen...
PRINTER AFDRUKKEN VANUIT WINDOWS BASISPROCEDURE VOOR AFDRUKKEN In het volgende voorbeeld wordt uitgelegd hoe u een document kunt afdrukken vanuit "WordPad", een standaardonderdeel van Windows. Selecteer [Afdrukken] in het menu [Bestand] van WordPad. Het menu om af te drukken varieert mogelijk naargelang de softwareapplicatie. Open het instelvenster van de printerdriver.
Pagina 255
PRINTER Selecteer de afdrukinstellingen. (1) Klik op het tabblad [Papier]. (2) Selecteer het papierformaat. Als u instellingen op andere tabbladen wilt wijzigen, klikt u op het gewenste tabblad en kiest u vervolgens de instellingen. (3) Klik op [OK]. • Zorg dat het papierformaat gelijk is aan het ingestelde papierformaat in de softwareapplicatie. •...
PRINTER HET PAPIER SELECTEREN In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u de instelling "Papierkeuze" configureert op het tabblad [Papier] van het instelvenster van de printerdriver. Controleer voordat u gaat afdrukken het papiertype en -formaat en de aanwezige hoeveelheid papier in de laden van het apparaat. Als u de meest actuele informatie over de lades wilt bekijken, klikt u op de knop [Ladestatus].
PRINTER AFDRUKKEN OP ENVELOPPEN Met de handinvoerlade kunt u op speciale media zoals enveloppen afdrukken. De procedure voor het afdrukken op een envelop vanuit het eigenschappenscherm van de printerdriver wordt hieronder beschreven. Voor de soorten papier die in de handinvoerlade kunnen worden gebruikt, zie "BELANGRIJKE OPMERKINGEN OVER PAPIER"...
PRINTER AFDRUKKEN ALS DE GEBRUIKERSAUTHENTICATIEFUNCTIE IS INGESCHAKELD Als de functie gebruikersauthenticatie is ingeschakeld in de systeeminstellingen van het apparaat (beheerder), moet u uw gebruikersinformatie (loginnaam, wachtwoord etc.) invoeren in het eigenschappenvenster van de printerdriver voordat u kunt afdrukken. De in te voeren informatie varieert naargelang de gebruikte authenticatiemethode, dus neem contact op met de beheerder van het apparaat voordat u gaat afdrukken.
Pagina 259
PRINTER Voer uw loginnaam en wachtwoord in. (1) Klik op het tabblad [Taakverwerking]. (2) Voer uw gebruikersinformatie in. • Als de authenticatie plaatsvindt via loginnaam/wachtwoord Schakel de selectievakjes [Loginnaam] en [Wachtwoord] in zodat er vinkjes in verschijnen en voer uw loginnaam en wachtwoord in.
PRINTER DE HELP-FUNCTIE VAN DE PRINTERDRIVER WEERGEVEN Wanneer u de instellingen voor de printerdriver configureert, kunt u de Help-functie weergeven voor uitleg over de verschillende opties. Open het eigenschappenvenster voor de printerdriver vanuit het afdrukvenster van de softwaretoepassing. (1) Selecteer de printerdriver van het apparaat.
PRINTER VEELGEBRUIKTE AFDRUKINSTELLINGEN OPSLAAN Instellingen die bij het afdrukken op alle tabbladen zijn geconfigureerd kunnen als gebruikersinstellingen worden opgeslagen. Regelmatig opslaan van veelgebruikte instellingen of ingewikkelde kleureninstellingen onder een toegewezen naam vereenvoudigt de configuratie van dergelijke instellingen wanneer u ze weer nodig hebt. INSTELLINGEN OPSLAAN TIJDENS HET AFDRUKKEN U kunt instellingen opslaan vanaf elk tabblad van het instelvenster van de printerdriver.
PRINTER Controleer de instellingen en sla deze (1) Controleer de weergegeven instellingen. (2) Voer een naam voor de instellingen in (maximaal 20 tekens). (3) Klik op de toets [OK]. Klik op de toets [OK]. Begin met afdrukken. • Er kunnen maximaal 30 sets gebruikersinstellingen worden opgeslagen. •...
PRINTER OPGESLAGEN INSTELLINGEN GEBRUIKEN Open het eigenschappenvenster voor de printerdriver vanuit het afdrukvenster van de softwaretoepassing. (1) Selecteer de printerdriver van het apparaat. (2) Klik op de knop [Voorkeursinstellingen]. De knop die wordt gebruikt om het instelvenster van de printerdriver te openen (meestal [Eigenschappen] of [Voorkeursinstellingen]) kan variëren naargelang de gebruikte software.
PRINTER DE STANDAARDINSTELLINGEN VAN DE PRINTERDRIVER WIJZIGEN U kunt de standaardinstellingen van de printerdriver wijzigen volgens de onderstaande procedure. De hier geselecteerde instellingen worden opgeslagen en als standaardinstellingen gebruikt wanneer met het apparaat wordt afgedrukt vanuit een softwaretoepassing. (Instellingen die u in het instelvenster van de printerdriver hebt geselecteerd bij het afdrukken vanuit een softwaretoepassing blijven geldig zolang de toepassing wordt gebruikt.) Klik op de toets [Start] ( ) en selecteer [Configuratiescherm] en dan [Printer].
Pagina 265
PRINTER Configureer de instellingen en klik op [OK]. Zie voor meer informatie over de instellingen de Help van de printerdriver. 3-15 Inhoudsopgave...
PRINTER AFDRUKKEN VANAF EEN MACINTOSH-COMPUTER BASISPROCEDURE VOOR AFDRUKKEN In het onderstaande voorbeeld wordt uitgelegd hoe u een document kunt afdrukken vanuit "TextEdit", een standaardonderdeel van Mac OS X ("SimpleText" in Mac OS 9). Om het apparaat te gebruiken als een printer voor de Macintosh, moet de PS3 uitbreidingskit in het apparaat geïnstalleerd zijn en zijn aangesloten op een netwerk.
PRINTER AFDRUKKEN Selecteer [Druk af] in het menu [Archief] van TextEdit. Selecteer in Mac OS 9 [Druk af##] in het menu [Archief##] van SimpleText. Het menu om af te drukken varieert mogelijk naargelang de softwareapplicatie. Controleer of de juiste printer is geselecteerd.
Pagina 268
PRINTER Klik op de knop [Druk af]. Het afdrukken begint. 3-18 Inhoudsopgave...
PRINTER HET PAPIER SELECTEREN In dit gedeelte wordt het instellen van de [Papierinvoer] ("Papierinvoer" onder [Algemeen] in Mac OS 9) in het venster met afdrukinstellingen uitgelegd. • Als [Automatische keuze] is geselecteerd Een lade met normaal of gerecycled papier (standaard fabrieksinstelling is alleen normaal papier) van het formaat dat is opgegeven in "Papierformaat"...
PRINTER AFDRUKKEN OP ENVELOPPEN Met de handinvoerlade kunt u op speciale media zoals enveloppen afdrukken. De procedure voor het afdrukken op een envelop vanuit het eigenschappenscherm van de printerdriver wordt hieronder beschreven. Voor de soorten papier die in de handinvoerlade kunnen worden gebruikt, zie "BELANGRIJKE OPMERKINGEN OVER PAPIER"...
PRINTER AFDRUKKEN ALS DE GEBRUIKERSAUTHENTICATIEFUNCTIE IS INGESCHAKELD Als de functie gebruikersauthenticatie is ingeschakeld in de systeeminstellingen van het apparaat (beheerder) moet u uw gebruikersinformatie (loginnaam, wachtwoord etc.) invoeren voordat u kunt afdrukken. De in te voeren informatie varieert naargelang de gebruikte authenticatiemethode, dus neem contact op met de beheerder van het apparaat voordat u gaat afdrukken.
Pagina 272
PRINTER Begin met afdrukken. (1) Voer uw gebruikersinformatie in. • Als de authenticatie plaatsvindt via loginnaam/wachtwoord Voer uw gebruikersnaam in bij "Loginnaam" en uw wachtwoord bij "Wachtwoord" (1 tot 32 tekens). • Als de authenticatie plaatsvindt op gebruikersnummer Voer uw gebruikersnummer (5 tot 8 cijfers) in bij "Gebruikersnummer".
PRINTER VEEL GEBRUIKTE FUNCTIES In dit gedeelte worden veel gebruikte functies uitgelegd. • KLEURENMODUS SELECTEREN • MEERDERE PAGINA'S OP ÉÉN PAGINA AFDRUKKEN • 2-ZIJDIG AFDRUKKEN (pagina 3-26) (pagina 3-29) • DE AFBEELDING AANPASSEN AAN HET PAPIER • AFDRUKKEN NIETEN/PERFOREREN (pagina 3-31) (pagina 3-28) Deze uitleg veronderstelt dat het papierformaat en ander basisinstellingen al zijn geselecteerd.
PRINTER ZWART-WIT AFDRUKKEN U kunt [Zwart/wit] selecteren op het tabblad [Algemeen] en op het tabblad [Kleur]. Klik op het selectievakje [Zwart/wit-afdruk] op het tabblad [Algemeen] zodat er een vinkje verschijnt. Het selectievakje [Zwart/wit-afdruk] op het tabblad [Algemeen] en de instelling "Kleurfunctie" op het tabblad [Kleur] zijn gekoppeld.
PRINTER EEN INSTELLING VOOR DE AFDRUKMODUS SELECTEREN In dit gedeelte wordt de procedure voor het selecteren van selecteren van een afdrukmodusinstelling uitgelegd. De "Instellingen afdrukmodus" bestaan uit de volgende drie items: Normaal: Deze modus is geschikt voor het afdrukken van gewone tekst of tabellen. Hoge kwaliteit: De afdrukkwaliteit van kleurenfoto's en tekst is hoog.
PRINTER 2-ZIJDIG AFDRUKKEN Het apparaat kan op beide zijden van het papier afdrukken. Deze functie komt bij veel afdruktaken van pas en is vooral handig wanneer u een eenvoudig boekje wilt afdrukken. 2-zijdig afdrukken bespaart bovendien papier. Papierstand Afdrukresultaten Windows Macintosh Windows Macintosh...
Pagina 277
PRINTER Macintosh (1) Selecteer [Lay-out]. (2) Selecteer [Lange kant binden] of [Korte kant binden]. • Selecteer in Mac OS X v10.2.8 de instellingen in [Geavanceerd]. • Selecteer in Mac OS 9 [Uitvoer/Documenttype] en vervolgens [Omslaan langs lange zijde] of [Omslaan langs korte zijde]. 3-27 Inhoudsopgave...
PRINTER DE AFBEELDING AANPASSEN AAN HET PAPIER Deze functie wordt gebruikt om de grootte van de afbeelding automatisch aan te passen aan het formaat van het in het apparaat geladen papier. Dit is handig als u bijvoorbeeld een document van het formaat A4 of letterformaat wilt vergroten tot het formaat A3 of Ledgerformaat om dit eenvoudiger leesbaar te maken of toch afdrukken wilt maken als er geen papier van het juiste formaat in het apparaat is geladen.
PRINTER MEERDERE PAGINA'S OP ÉÉN PAGINA AFDRUKKEN Met deze functie kunt u de afdrukafbeelding verkleinen en meerdere pagina's afdrukken op één vel papier. Dit is handig als u meerdere afbeeldingen zoals foto's op één pagina wilt afdrukken of als u papier wilt besparen. Deze functie kan ook worden gecombineerd met 2-zijdig afdrukken voor een maximale papierbesparing.
Pagina 280
PRINTER Windows (1) Configureer de instellingen op het tabblad [Algemeen]. (2) Selecteer het aantal pagina's per vel. (3) Als u randen wilt afdrukken, schakel dan het selectievakje [Rand] in zodat er een vinkje in verschijnt. (4) Selecteer de volgorde van de pagina's. (2) (3) Macintosh (1) Selecteer [Lay-out].
PRINTER AFDRUKKEN NIETEN/PERFOREREN Nietfunctie De nietfunctie kan worden gebruikt om afdrukken te nieten. Deze functie biedt een aanzienlijke tijdsbesparing bij het maken van handouts voor een vergadering of ander geniet materiaal. De nietfunctie kan ook worden gecombineerd met 2-zijdig afdrukken voor het maken van verzorgd ogende materialen. De nietposities en het aantal nietjes kunnen worden geselecteerd voor het verkrijgen van de onderstaande nietresultaten.
Pagina 282
PRINTER Windows (1) Configureer de instellingen op het tabblad [Algemeen]. (2) Selecteer de "Zijde voor inbinden". (3) Selecteer de nietfunctie of de perforatiefunctie. • Selecteer bij gebruik van de nietfunctie het aantal nietjes in het menu "Nieten". • Schakel om de perforatiefunctie te gebruiken het selectievakje [Perforatie] in zodat er een vinkje verschijnt.
PRINTER HANDIGE AFDRUKFUNCTIES In dit gedeelte worden handige functies voor specifieke afdrukdoeleinden uitgelegd. • HANDIGE FUNCTIES VOOR HET MAKEN VAN • FUNCTIES VOOR HET COMBINEREN VAN TEKST BOEKJES EN POSTERS EN AFBEELDINGEN (pagina 3-45) • FUNCTIES VOOR HET AANPASSEN VAN HET •...
Pagina 284
PRINTER Macintosh (1) Selecteer [Printerfuncties]. (2) Selecteer de "Zijde voor inbinden". (3) Selecteer [Pamfletten naast elkaar] of [Twee op één pamflet]. • Selecteer in Mac OS X v10.2.8 uit de menu's " Zijde voor inbinden" en "2-zijdig afdrukken" menu's in [Geavanceerd].
PRINTER DE MARGE VERGROTEN (Margeverschuiving) Deze functie wordt gebruikt om de afbeelding te verschuiven zodat de marge rechts, links of boven aan het vel wordt vergroot. Dit is handig wanneer u de afdrukken wilt nieten of perforeren, maar de inbindstrook de tekst overlapt.
PRINTER EEN POSTER MAKEN (Poster afdrukken) (Deze functie is alleen beschikbaar in Windows.) U kunt een pagina met afdrukgegevens vergroten en afdrukken door meerdere vellen papier te gebruiken (4 vellen (2x2), 9 vellen (3x3) of 16 vellen (4x4)). De vellen kunnen dan samengevoegd worden om een grotere poster te maken.
PRINTER FUNCTIES VOOR HET AANPASSEN VAN HET FORMAAT EN DE STAND VAN DE AFBEELDING HET AFDRUKBEELD 180 GRADEN DRAAIEN (180 graden draaien) Met deze functie kunt u de afbeelding 180 graden draaien zodat deze correct kan worden afgedrukt op papier dat maar in één richting kan worden geladen (zoals enveloppen ABCD of geperforeerde vellen).
PRINTER HET AFDRUKBEELD VERGROTEN/VERKLEINEN (Zoom/XY-zoom) Deze functie wordt gebruikt om de afbeelding met een geselecteerd percentage te vergroten of verkleinen. Zo kunt u een kleine afbeelding vergroten of marges toevoegen aan het papier door het beeld enigszins te verkleinen. Als u de PS-printerdriver (Windows) van het apparaat gebruikt, kunt u de breedte- en lengtepercentages afzonderlijk instellen om de verhoudingen van de afbeelding te wijzigen.
PRINTER LIJNDIKTE AANPASSEN BIJ HET AFDRUKKEN (Lijndikte-instellingen) (Deze functie is alleen beschikbaar in Windows.) Wanneer lijnen niet goed worden afgedrukt in speciale applicaties zoals CAD, kunt u met deze instelling de lijndikte aanpassen en bijvoorbeeld alle lijndiktes breder maken. (Deze instelling werkt alleen bij vectorgegevens; rastergegevens zoals bitmapafbeeldingen kunnen niet worden aangepast.) Als de gegevens lijnen van verschillende dikte bevat, kunt u ook alle lijnen op de...
PRINTER DE AFBEELDING SPIEGELEN (Spiegelbeeld) De afbeelding kan zodanig worden gedraaid dat een spiegelbeeld ontstaat. Deze functie kan worden gebruikt om een sjabloon te maken voor houtbewerking of een ander afdrukmedium. Windows (Voor deze functie is de PS-printerdriver vereist.) (1) Klik op het tabblad [Geavanceerd]. (2) Selecteer de instelling voor een gespiegelde afbeelding.
PRINTER INSTELFUNCTIE VOOR KLEURENMODUS HELDERHEID EN CONTRAST VAN DE AFBEELDING INSTELLEN (Kleurafstelling) Bij het afdrukken van een foto of andere afbeelding kunnen de helderheid en het contrast worden ingesteld in de afdrukinstellingen. Deze instellingen kunnen worden gebruikt voor eenvoudige correcties wanneer er geen beeldbewerkingssoftware op uw computer is geïnstalleerd. Windows (1) Klik op het tabblad [Kleur].
PRINTER ONDUIDELIJKE TEKST EN LIJNEN IN ZWART AFDRUKKEN (Tekst naar zwart/Vector naar zwart) (Deze functie is alleen beschikbaar in Windows.) Bij het afdrukken van een afbeelding in grijstinten ABCD ABCD kunnen kleurentekst en vage lijnen worden afgedrukt in zwart. (Rastergegevens zoals bitmapafbeeldingen kunnen niet worden aangepast.) Hierdoor kunt u kleurentekst en vage lijnen die bij afdrukken in grijstinten moeilijk te zien zijn naar voren halen.
PRINTER KLEURENINSTELLINGEN AFSTEMMEN OP HET AFBEELDINGSTYPE (Geavanceerde kleuren) De printerdriver biedt diverse standaard kleurinstellingen voor verschillende toepassingen. Hierdoor kunt u afdrukken met de meest geschikte kleurinstellingen voor het type kleurenafbeelding. De geavanceerde kleurinstellingen kunt u ook zo configureren dat ze bij het doel van de kleurenafbeelding passen, zoals kleurenbeheerinstellingen en de filterinstellingen waarmee de weergave van tinten wordt aangepast.
Pagina 294
PRINTER Macintosh (1) Selecteer [Kleur]. (2) Selecteer de kleurenafdrukinstellingen. Selecteer het selectievakje [ColorSync] om de kleurbeheerfunctie van Mac OS te gebruiken. Als dit is gedaan, kan "Afbeeldingstype" niet meer geselecteerd worden. (3) Selecteer het type kleurenafbeelding. In het vervolgkeuzemenu kunt u een afbeeldingstype selecteren dat past bij de gegevens die u wilt afdrukken.
PRINTER FUNCTIES VOOR HET COMBINEREN VAN TEKST EN AFBEELDINGEN EEN WATERMERK TOEVOEGEN AAN AFDRUKKEN (Watermerk) U kunt lichte, schaduwachtige tekst toevoegen aan de achtergrond van de afgedrukte afbeelding, als een watermerk. Het formaat, de kleur, de dichtheid en de hoek van de tekst van het watermerk kunnen worden ingesteld.
PRINTER EEN AFBEELDING OVER DE AFDRUKGEGEVENS AFDRUKKEN (Afbeeldingsstempel) (Deze functie is alleen beschikbaar in Windows.) U kunt een op uw computer opgeslagen bitmap- of JPEG-afbeelding afdrukken over de afdrukgegevens. Het formaat, de positie en de hoek van de afbeelding kunnen worden ingesteld. Deze functie kan worden gebruikt om de afdrukgegevens te "merken"...
PRINTER OVERLAYS MAKEN VOOR AFDRUKGEGEVENS (Overlays) (Deze functie is alleen beschikbaar in Windows.) U kunt afdrukgegevens afdrukken in een eerder XXXX XXXX gemaakte overlay. Door tabellijnen of een decoratieve rand te maken in een andere toepassing dan het 1 100 1 100 XXXX 10 150...
PRINTER AFDRUKFUNCTIES VOOR SPECIALE DOELEINDEN GESPECIFICEERDE PAGINA'S OP ANDER PAPIER AFDRUKKEN (Ander papier) • Deze functie in een Windows-omgeving gebruiken wanneer u alleen de voorkaft en de laatste pagina op De voor- en achterkaft en bepaalde pagina's van een zwaar papier wilt afdrukken. document kunnen op ander papier worden gedrukt dan de andere pagina's.
Pagina 299
PRINTER Macintosh (Deze functie kan alleen in Mac OS 9, Mac OS X v10.4.11 en v10.5 tot 10.5.6 worden gebruikt.) (1) Selecteer [Printerfuncties]. (2) Selecteer [Ander papier]. (3) Selecteer de instellingen voor het invoegen van kaften. Selecteer de afdrukinstelling, papierlade en papiersoort voor de kaftpagina en de laatste pagina.
PRINTER INVOEGVELLEN TOEVOEGEN BIJ HET AFDRUKKEN OP TRANSPARANTEN (Transparant-insteekvellen) Bij het afdrukken op transparanten voorkomt deze functie dat de transparanten aan elkaar plakken door een vel papier tussen elke twee transparanten te voegen. Het is ook mogelijk om de inhoud van elk transparant af te drukken op het bijbehorende invoegvel.
PRINTER EEN CARBONAFDRUK MAKEN (Carbonafdruk) (Deze functie is alleen beschikbaar in Windows.) Deze functie wordt gebruikt om een extra afdruk van de afbeelding te maken op papier van hetzelfde formaat maar uit een andere papierlade. Als u bijvoorbeeld carbonafdruk selecteert wanneer standaardpapier is geladen in papierlade 1 en gekleurd papier in papierlade 2, kan een op een carbondoorslag gelijkend afdrukresultaat worden verkregen door slechts...
PRINTER TEKST AFDRUKKEN OP TABS VAN TABPAPIER (Afdrukken op tabpapier/Tabpapierinstellingen) (Deze functie is alleen beschikbaar in Windows.) Deze functie wordt gebruikt om tekst af te drukken op de tabs van tabpapier. Afdrukken op tabpapier (alleen PCL6) Het is mogelijk om op elk vel tabpapier af te drukken dat u op de gewenste paginapositie invoegt.
PRINTER Windows Afdrukken op tabpapier (alleen PCL6) Open de gegevens die u op het tabpapier wilt afdrukken en selecteer dan de instellingen. (1) Klik op het tabblad [Speciale modus]. (2) Selecteer [Afdrukken op tabpapier] en klik op de knop [Instellingen]. (3) Selecteer de tabpositie-instellingen.
PRINTER Tabpapierinstellingen Als u klaar bent met het voorbereiden van de gegevens die op de tabs moeten worden afgedrukt in de softwaretoepassing, selecteert u de volgende instellingen: (1) Klik op het tabblad [Geavanceerd]. (2) Klik op de knop [Tabpapierinstellingen]. (3) Selecteer de tabpapierinstellingen. Om het beeld te verschuiven, voert u rechtstreeks een getal in of klikt u op de toets (4) Selecteer de papierinvoerbron en -soort als...
PRINTER TWEEZIJDIG AFDRUKKEN WAARBIJ BEPAALDE PAGINA'S OP DE VOORZIJDE WORDEN AFGEDRUKT (Hoofdstukinvoegingen) (Deze functie is alleen beschikbaar in Windows.) U kunt bepaalde pagina's op de voorzijde van het papier Voorbeeld: laten afdrukken. Wanneer pagina's 4 en 8 als pagina-instellingen bepaald zijn. Wanneer een pagina (bijvoorbeeld de eerste pagina van een hoofdstuk) wordt opgegeven als voorzijdepagina, wordt de pagina op de voorzijde van het papier...
PRINTER HANDIGE PRINTERFUNCTIES TWEE MACHINES GEBRUIKEN OM EEN GROTE AFDRUKTAAK UIT TE VOEREN (Tandemafdruk) Voor het gebruik van deze functie zijn twee machines vereist. Voorbeeld: 4 sets kopieën afdrukken Tandemafdruk stelt u in staat om een grote afdruktaak te laten uitvoeren door twee machines die op uw netwerk zijn aangesloten.
PRINTER AFDRUKBESTANDEN OPSLAAN EN GEBRUIKEN (Vasthouden/Documentarchivering) Deze functie wordt gebruikt om een afdruktaak als bestand op te slaan op de harde schijf van het apparaat, zodat de taak wanneer nodig kan worden afgedrukt via het bedieningspaneel. U kunt een locatie selecteren voor het opslaan van een bestand om te voorkomen dat het bestand wordt samengevoegd bij de bestanden van andere gebruikers.
Pagina 308
PRINTER Macintosh (1) Selecteer [Taakverwerking]. (2) Selecteer de instelling voor vasthouden. Schakel het selectievakje [Vasthouden] in . Selecteer de methode van vasthouden in "Vasthouden instellingen". Om de handeling te vereenvoudigen wanneer u de volgende keer hetzelfde wachtwoord instelt, kunt u op de toets (vergrendelen) klikken nadat u het wachtwoord hebt ingevoerd (5 tot 8 cijfers).
PRINTER Automatisch alle opgeslagen gegevens afdrukken Wanneer gebruikersauthenticatie in de systeeminstellingen (beheerder) is ingeschakeld, kunnen alle vastgehouden afdruktaken van een gebruiker die inlogt op moment van inloggen automatisch worden afgedrukt. Nadat alle opdrachten zijn afgedrukt, worden de bestanden gewist. Om de functie alles afdrukken te gebruiken, zijn de volgende stappen vereist: •...
PRINTER AFDRUKKEN ZONDER DE PRINTERDRIVER Wanneer de printerdriver niet is geïnstalleerd op uw computer, of wanneer de applicatie om een af te drukken bestand te openen niet beschikbaar is, kunt u direct op het apparaat afdrukken zonder de printerdriver. Hieronder ziet u de bestandstypen (en overeenkomstige extensies) die u direct kunt afdrukken. Bestands- PDF/ TIFF...
PRINTER DIRECT AFDRUKKEN VAN EEN BESTAND OP EEN FTP-SERVER Wanneer een FTP-server is gekoppeld aan de webpagina's van het apparaat, kunt u een bestand op de FTP-server specificeren en afdrukken via het bedieningspaneel van het apparaat. Hierdoor hoeft u het bestand niet meer te downloaden en af te drukken vanaf een computer.
PRINTER Druk het geselecteerde bestand af. Annuleren Afdrukken (1) Selecteer afdrukvoorwaarden. file-01.tiff Als u in stap 5 een bestand (PCL of PS) hebt Aantal afdrukken Auto Z/W-afdruk Papierformaat geselecteerd met afdrukinstellingen, worden deze (1 999) Uitvoer Passend maken instellingen toegepast. 2-Zijdig Afdrukken Snelbestand...
Pagina 313
PRINTER Druk op de toets [USB-geheugen]. Vorige Externe gegevenstoegang Netwerkmap USB-geheugen Druk op de toets voor het bestand dat u USB-geheugen wilt afdrukken. Bestands- of mapnaam file-01.tiff • Het pictogram verschijnt aan de linkerzijde van de file-02.tiff toetsen voor bestanden die kunnen worden afgedrukt. file-03.tiff •...
PRINTER EEN BESTAND IN EEN NETWERKMAP DIRECT AFDRUKKEN Met het bedieningspaneel van de machine kunt u een bestand selecteren en afdrukken dat zich bevindt op een server of in een gedeelde map van iemands computer op hetzelfde netwerk als de machine. Druk op de toets [DOCUMENT DOCUMENT ARCHIVERING...
Pagina 315
PRINTER Open de netwerkmap. (1) Druk op de toets van de werkgroep die u Werkgroepnaam Zoeken Work 1 wilt openen. Work 2 Work 3 Work 4 (2) Druk op de toets van de server of Work 1 werkgroep die u wilt openen. Servernaam Zoeken Als een scherm wordt weergegeven waarin u wordt...
Pagina 316
PRINTER Druk het geselecteerde bestand af. Annuleren Afdrukken (1) Selecteer afdrukvoorwaarden. file-01.tiff Als u in stap 5 een bestand (PCL of PS) hebt Aantal afdrukken Auto Z/W-afdruk Papierformaat geselecteerd met afdrukinstellingen, worden deze (1 999) Passend maken Uitvoer instellingen toegepast. 2-Zijdig Afdrukken Snelbestand...
PRINTER DIRECT AFDRUKKEN VANAF EEN COMPUTER U kunt instellingen configureren op de webpagina's van het apparaat zodat u direct vanaf de computer kunt afdrukken zonder gebruik van de printerdriver. Raadpleeg de Verkorte installatiehandleiding voor de procedure om de webpagina's te openen. AFDRUKTAAK INDIENEN Het is mogelijk om direct een bestand op te geven om te laten afdrukken, zonder de printerdriver te gebruiken.
PRINTER E-MAIL AFDRUKKEN U kunt een e-mail account configureren in het apparaat, zodat het apparaat uw mailserver periodiek controleert, en automatisch ontvangen e-mailbijlagen afdrukt zonder de printerdriver te gebruiken. • Instellingen configureren Als u de functie e-mail afdrukken wilt gebruiken, moet u op het apparaat een e-mailaccount configureren. Als u een account wilt configureren, klikt u op [Toepassingsinstellingen] en vervolgens op [Instellingen voor e-mail afdrukken] in het menu van de webpagina.
PRINTER DE AFDRUKSTATUS CONTROLEREN OPDRACHTSTATUSSCHERM Het scherm opdrachtstatus verschijnt wanneer u op de toets [OPDRACHT STATUS] op het bedieningspaneel drukt. Het opdrachtstatusscherm geeft de status van opdrachten per modus weer. Als u op de toets [OPDRACHT STATUS] drukt, wordt het opdrachtstatusscherm weergegeven van de modus die u gebruikte voordat u op de toets drukte. Spool Opdrachtwachtrij Sets / Voortgang...
PRINTER SPOOL SCHERM/SCHERM OPDRACHTEN IN DE WACHTRIJ/SCHERM UITGEVOERDE OPDRACHTEN Het opdrachtstatusscherm omvat het scherm opdrachtwachtrij (waarin wordt aangegeven welke kopieer- en afdrukopdrachten wachten om te worden afgedrukt, en de opdracht die momenteel wordt uitgevoerd), en het scherm uitgevoerde opdrachten (waarin de uitgevoerde opdracht worden aangegeven, het spool scherm (met opdrachten die zijn gespoold) en encrypted PDF-opdrachten die wachten op de invoer van een wachtwoord.
Pagina 321
PRINTER Weergave opdrachttoetsen Elke opdrachttoets geeft de positie van de opdracht in de opdrachtwachtrij en de huidige status van de opdracht weer. Computer01 020 / 000 Wachten (1) (2) Geeft het nummer (de positie) van de opdracht in de Status wachtrij aan.
PRINTER EEN VERSLEUTELD PDF-BESTAND AFDRUKKEN Het versleuteld PDF-formaat wordt gebruikt om PDF-bestanden te beveiligen door er een wachtwoord aan toe te kennen. Voor het rechtstreeks afdrukken van een versleuteld PDF-bestand op een FTP-server of van een USB-geheugenapparaat of iets dergelijks die op de machine is aangesloten, volg onderstaande stappen om het wachtwoord in te voeren en te gaan afdrukken.
PRINTER VOORRANG GEVEN AAN EEN AFDRUKTAAK/EEN AFDRUKTAAK ANNULEREN VOORRANG GEVEN AAN EEN AFDRUKTAAK Als het apparaat bezig is met kopiëren of het afdrukken van een ontvangen fax of andere taak, kunt u voorrang geven aan een afdruktaak die prioriteit heeft en deze eerder afdrukken dan de andere taken. Druk op de toets [OPDRACHT STATUS].
PRINTER EEN AFDRUKTAAK ANNULEREN U kunt een taak die wordt afgedrukt, wordt gespoold of in een wachtrij staat annuleren. Druk op de toets [OPDRACHT STATUS]. OPDRACHT STATUS Annuleer de taak. Spool Opdrachtwachtrij Sets / Voortgang Status Opdr.Wachtr Kopieren 020 / 001 Kopieren (1) Druk op de toets [Afdrukopdr.].
PRINTER OVERSTAPPEN OP EEN ANDER PAPIERFORMAAT ALS HET PAPIER OPRAAKT Als het afdrukken wordt gestopt omdat het papier op is of het in de printerdriver geselecteerde papierformaat niet in het apparaat is geladen, verschijnt een melding op het aanraakscherm. Het afdrukken wordt automatisch hervat wanneer papier in het apparaat wordt geladen en op de toets [OK] wordt gedrukt.
PRINTER BIJLAGE SPECIFICATIELIJST PRINTERDRIVER De beschikbare functies en uitvoerresultaten kunnen per gebruikte soort printerdriver variëren. Functie PCL6 Windows PPD Macintosh PPD Veelgebruikte Kopieën 1-999 1-999 1-999 1-999 functies Afdrukstand X pagina's Aantal 2,4,6,8,9,16 2,4,6,8,9,16 2,4,6,9,16 2,4,6,9,16 op 1 vel pagina's Volgorde Selecteerbaar Selecteerbaar...
Pagina 327
PRINTER Functie PCL6 Windows PPD Macintosh PPD Functies voor het Watermerk combineren van tekst Afbeeldingsstempel en afbeeldingen Overlay Beeldkwaliteit Afdrukmodus Normaal/Hoge Normaal/Hoge Normaal/Hoge Normaal/Hoge kwaliteit kwaliteit kwaliteit kwaliteit Grafische functie selectie Tonerbesparingsfunctie* Lettertype Eigen lettertypen 80 lettertypen 136 lettertypen 136 lettertypen 35 lettertypen Selecteerbare lettertypen bitmap,...
Pagina 328
HOOFDSTUK 4 Dit hoofdstuk biedt uitgebreide uitleg van de procedures voor het gebruik van de faxfunctie. BASISMETHODEN VOOR VERZENDEN VOORDAT U DE MACHINE ALS FAXMACHINE GEBRUIKT VERZENDMETHODEN..... . 4-25 •...
Pagina 329
EEN FAXMACHINE OPROEPEN EN FAXONTVANGST ONTVANGST INITIALISEREN (Navragen) ..4-88 • EEN NAVRAAG-ONTVANGST FAXBERICHTEN ONTVANGEN ....4-52 HANDMATIG INITIALISEREN ... . . 4-90 •...
Pagina 330
EEN EXTRA TELEFOON GEBRUIKEN EEN EXTRA TELEFOON AANSLUITEN EN GEBRUIKEN (Aansluiting extra telefoon) ..4-111 • EEN FAX ONTVANGEN NA BEANTWOORDING VAN EEN GESPREK VIA DE EXTRA TELEFOON (ontvangst op afstand)......4-112 •...
VOORDAT U DE MACHINE ALS FAXMACHINE GEBRUIKT Deze sectie bevat informatie waarmee u vertrouwd moet zijn voordat u de machine als een faxmachine gebruikt. VOORBEREIDINGEN VOOR DE FAX Om de machine als fax te kunnen gebruiken, moet de telefoonlijn zijn aangesloten en het soort telefoonlijn ingesteld. VERBINDING MET DE TELEFOONLIJN Gebruik alleen de meegeleverde telefoonkabel "LIJN"...
ZORG DAT DE HOOFDSTROOMSCHAKELAAR OP "AAN" STAAT Als de hoofdschakelaar is ingeschakeld, brandt de hoofdvoedingsindicator op het bedieningspaneel. Als de indicator van de hoofdschakelaar niet oplicht, staat de stroom "uit". Schakel de hoofdschakelaar "aan" en druk op de [AAN]-toets ( ) op het bedieningspaneel.
DATUM EN TIJD CONTROLEREN Controleer of de correcte datum en tijd in de machine zijn ingesteld. Datum en tijd worden ingesteld in de systeeminstellingen van de machine. Wanneer u op de toets [SYSTEEMINSTELLINGEN]-toets drukt, verschijnt het scherm systeeminstellingen in het aanraakscherm. Selecteer [Standaard Instellingen], [Klok], en [Klok aanpassen], en stel jaar, maand, dag, uur en minuten in.
BASISSCHERM VAN DE FAXFUNCTIE De faxfunctie kunt u gebruiken door de instellingen en handelingen te selecteren in het basisscherm van de faxfunctie. Om het basisscherm van de faxfunctie te zien, drukt u de [BEELD VERZENDEN]-toets en daarna de [Modus Wijzigen]-toets om de faxfunctie te selecteren.p AFDRUKKEN DOCUMENT GEREED...
Pagina 335
BASISSCHERM VAN DE FAXFUNCTIE Dit scherm kunt u gebruiken om de instellingen en handelingen van de faxfunctie te selecteren. Gereed voor verzenden. Luidspreker Opn. verzenden Faxen Adresboek (10) Modus Wijzigen Opdrachteig. Subadres (11) instellingen Geheugen TX Spec. Functies Direct TX Bestand (12) Automat.
Pagina 336
Aangepaste toetsen tonen Speciale functietoetsen en andere toetsen kunnen worden weergegeven in het basisscherm. Door vaak gebruikte functies aan deze toetsen toe te kennen, beschikt u met één druk op de toets over deze functies. U kunt "Toetsinstelling aanpassen" op de webpagina's gebruiken om de functie die aan een toets is toegekend te veranderen. De volgende toetsen verschijnen standaard als fabrieksinstelling: •...
Pagina 337
Controleren welke speciale functies zijn geselecteerd De toets verschijnt in het basisscherm als u een speciale functie of 2-zijdig scannen selecteert. Door te drukken op de toets worden de geselecteerde speciale functies weergegeven. Sluit het scherm door op [OK] te drukken.
ADRESBOEKSCHERM Dit scherm wordt gebruikt om uit een lijst van opgeslagen bestemmingen een bestemming te kiezen. Gereed voor verzenden. Voorwaarde- Instellingen AAA AAA BBB BBB Adresoverzicht CCC CCC DDD DDD Algemeen Subadres EEE EEE FFF FFF Freq. ABCD EFGHI JKLMN OPQRST UVWXYZ etc.
Bij gebruik van de netwerkscannerfunctie of de internetfaxfunctie wordt een ander pictogram in de sneltoetsweergave weergegeven wanneer een niet-faxbestemming (adres) wordt opgeslagen. ☞ EEN FAXNUMMER OPROEPEN VANUIT HET ADRESBOEK (pagina 4-17) • Systeeminstellingen: Adresbeheer (pagina 7-137) Dit wordt gebruikt om faxnummers op te slaan onder sneltoetsen. •...
Pagina 340
Indexweergave Indexen vergemakkelijken het zoeken naar een bestemming (sneltoets). Bestemmingen zijn gerangschikt op alfabetische indextabs met hun initialen. Klik op de betreffende indextab om een opgeslagen bestemming weer te geven. Het is handig om veelgebruikte bestemmingen op te slaan in de index [Freq.]. Geef bij het opslaan van een bestemming op of de bestemming moet worden weergegeven in de index [Freq.].
VOLGORDE VAN FAXVERZENDING Deze sectie legt de basisprocedure uit voor het verzenden van een fax. Plaats het origineel. Plaats het origineel in de invoerlade van de automatische documentinvoer of op de glasplaat. Voer het faxnummer van de bestemming in • Toets [Adresboek]: Selecteer een bestemming die in het adresboek is opgeslagen Luidspreker Opn.
Pagina 342
Instellingen speciale functies Druk op de toets [Opdrachteig. instellingen] en vervolgens op Faxen Auto Adresboek de toets [Spec. Functies] om speciale functies te selecteren, Modus Wijzigen Belichting Opdrachteig. zoals timer verzending en de wisfunctie. Subadres instellingen Standaard Resolutie Geheugen TX Spec.
BESTEMMINGEN INVOEREN In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u faxnummers van bestemmingen kunt invoeren. U kunt faxnummers van bestemmingen invoeren met de cijfertoetsen of door een eerder opgeslagen faxnummer op te roepen met het adresboek of een zoeknummer. EEN FAXNUMMER INVOEREN MET DE CIJFERTOETSEN Voer het faxnummer van een bestemming in met de cijfertoetsen.
EEN FAXNUMMER OPROEPEN VANUIT HET ADRESBOEK Het scherm adresboek geeft opgeslagen bestemmingen weer als sneltoetsen. Een faxnummer van een bestemming roept u op door eenvoudigweg op de one-touch-toets van die bestemming te drukken. Dit wordt "one-touch-bellen" genoemd. Het is ook mogelijk om meerdere faxnummers onder een one-touch-toets op te slaan.
OPROEPEN VAN EEN OPGESLAGEN BESTEMMING Een faxnummer van een bestemming roept u op door eenvoudigweg op de sneltoets van die bestemming te drukken. Druk op [Adresboek]. Gereed voor verzenden. Luidspreker Opn. verzenden Scannen Zenden Faxen Adresboek Modus Wijzigen Auto Opdrachteig. Subadres instellingen Geheugen TX...
INGEVOERDE BESTEMMINGEN CONTROLEREN EN WISSEN Wanneer u meerdere bestemmingen hebt ingevoerd, kunt u ze weergeven en controleren. Ook is het mogelijk om een bestemming te wissen (selectie van bestemming annuleren). Druk op [Adresoverzicht]. Voorwaarde- Instellingen Adresoverzicht AAA AAA BBB BBB Algemeen CCC CCC DDD DDD...
BESTEMMING OPROEPEN MET EEN ZOEKNUMMER Een bestemming die in het Adresboek is opgeslagen, kan met de toets worden opgeroepen. Dit kan vanuit het basisscherm van alle modi of vanuit het scherm Adresboek. Druk op de toets Gereed voor verzenden. Luidspreker Opn.
EEN BESTEMMING OPROEPEN UIT EEN GLOBAAL ADRESBOEK Als een LDAP-server in de webpagina's is opgeslagen, kunt u de bestemming van een faxnummer opzoeken in een globaal adresboek. Open het scherm Globaal Adres Zoeken. Voorwaarde- Instellingen (1) Druk op [Adresboek] in het basisscherm. AAA AAA Adresoverzicht BBB BBB...
Pagina 349
Selecteer de bestemming. (1) Druk op de toets van de gewenste Voorwaarde- Instellingen bestemming. Details Adresoverzicht Als er geen namen worden gevonden die overeenkomen XXX AAA 0123456789 Opnieuw Zoeken met de zoekletters, krijgt u een melding. Druk op [OK] om XXX BBB 9876543210 het bericht te sluiten en druk op [Opnieuw Zoeken] om...
OPNIEUW VERZENDEN De bestemmingen van de meest recente 8 verzendingen van fax, scannen naar e-mail en/of internetfax (inclusief Direct SMTP-adressen) worden opgeslagen. Een van deze 8 kan geselecteerd worden opnieuw naar de bestemming verzonden te worden. Druk op [Opn. verzenden]. Gereed voor verzenden.
KETTINGKIEZEN Nummerreeksen die u met cijfertoetsen en/of sneltoetsen hebt ingevoerd, kunnen met elkaar verbonden worden door onderbrekingen en kunnen als een enkel nummer worden gebeld. Gebruik kettingkiezen om een lang nummer te bellen (zoals een internationaal nummer) wanneer de landcode en/of netnummer afzonderlijk onder sneltoetsen zijn opgeslagen.
BASISMETHODEN VOOR VERZENDEN Deze sectie legt de basisprocedures voor het verzenden van een fax uit. VERZENDMETHODEN Hieronder vindt u een uitleg van de methoden voor het verzenden van een fax vanaf de machine. Selecteer de methode die u wenst. Gebruik de automatische documentinvoer om een grote hoeveelheid originelen te faxen.
Pagina 353
Gebruik de glasplaat om dikke originelen of pagina's van een boek te faxen. ☞ DE GLASPLAAT GEBRUIKEN VOOR HET VERZENDEN (pagina 4-33) Verzending Wanneer de glasplaat wordt gebruikt voor verzending, zal de snelle online-verzending niet werken. Gebruik de functie direct verzenden als u een fax wil verzenden voor de al eerder gereserveerde faxverzendingen.
STANDEN VOOR DE PLAATSING VAN HET ORGINEEL Wanneer een origineel met formaat A4 (8-1/2" x 11") in verticale richting wordt geplaatst ( ), wordt het beeld automatisch 90 graden gedraaid en verstuurd in horizontale richting ( ) (Beelddraaiing). Als het origineel in horizontale richting is geplaatst ( ), wordt het in die richting verzonden ( ) zonder te worden gedraaid.
VERZENDBARE ORIGINEELFORMATEN De volgende origineelformaten kunnen verzonden worden. Minimaal formaat origineel Maximaal formaat origineel Met de automatische 131 mm (hoogte) x 140 mm (breedte) 297 mm (hoogte) x 1000 mm* (breedte) documentinvoer (5-1/8" (hoogte) x 5-1/2" (breedte) (11-5/8" (hoogte) x 39-3/8" (breedte) Met de glasplaat 297 mm (hoogte) x 432 mm (breedte) –...
ALS DE LIJN BEZET IS Als de lijn bezet is wanneer u een fax verzendt, zal er na een standaardinterval automatisch opnieuw een poging tot verzenden plaatsvinden. Dit werkt alleen in de functie geheugenverzending. In de functie direct verzenden of in de functie handmatig verzenden zal de verzending geannuleerd worden.
MODUS FAXBESTEMMINGSBEVESTIGING In de modus faxbestemmingsbevestiging wordt een bestemmingsbevestigingsbericht weergegeven wanneer een faxverzending wordt uitgevoerd, om te vermijden dat per ongeluk naar de verkeerde bestemming wordt verzonden. Deze functie wordt ingeschakeld in de systeeminstellingen (beheerder). Wanneer deze functie ingeschakeld staat, zal een bericht verschijnen om de bestemming te bevestigen wanneer op de toets [STARTEN ZWART-WIT] wordt gedrukt om met de faxverzending te starten.
HET GEBRUIK VAN DE AUTOMATISCHE DOCUMENTINVOER VOOR VERZENDING Deze sectie geeft uitleg over het gebruik van de automatische documentinvoereenheid om een fax te versturen. Plaats de originelen met de kopiezijde naar boven in de documentinvoerlade Markeerstreep met de vellen gelijkmatig verdeeld. Steek de originelen helemaal in de lade van de documentinvoer.
DE AUTOMATISCHE DOCUMENTINVOER GEBRUIKEN OM EEN FAX TE VERZENDEN MET DE FUNCTIE DIRECT VERZENDEN Plaats de originelen met de kopiezijde naar boven in de documentinvoerlade Markeerstreep met de vellen gelijkmatig verdeeld. Steek de originelen helemaal in de lade van de documentinvoer.
DE GLASPLAAT GEBRUIKEN VOOR HET VERZENDEN Als u een dik origineel of een origineel dat niet via de automatische documentinvoer kan worden ingevoerd wilt faxen, open dan de automatische documentinvoer en plaats het origineel op de glasplaat. Open de documentinvoer, plaats het Detector origineelformaat origineel met de bovenzijde naar...
Pagina 361
Wanneer u een andere pagina wilt scannen, vervangt u de pagina's en drukt u op de toets [STARTEN ZWART-WIT]. Herhaal dit tot alle originelen zijn gescand. Als er gedurende één minuut geen handeling plaatsvindt, stopt het scannen automatisch en wordt de verzending gereserveerd.
DE GLASPLAAT GEBRUIKEN OM EEN FAX TE VERZENDEN MET DE FUNCTIE DIRECT VERZENDEN Wanneer u vanaf de glasplaat een fax verstuurd met de functie directe verzending, kunt u maar één pagina verzenden. Open de documentinvoer, plaats het Detector origineelformaat origineel met de bovenzijde naar beneden op de glasplaat en sluit voorzichtig de documentinvoer.
Pagina 363
Druk op de toets [STARTEN ZWART-WIT]. De verzending wordt gestart. Het verzenden annuleren... Als het bericht "Bezig met inbellen. Druk op [ ]] om te annuleren." verschijnt in de display, druk op de toets [STOP] • De volgende functies kunnen niet samen met de functie directe verzending worden gebruikt: Programma, Timer-verzending, 2-in-1, Kaart Formaat, Opdracht Samenstellen, Navraaggeheugen, Aantal originelen, Bestand, Snelbestand, Geheugenvak, 2-zijdig scannen van originelen, Globaal Adres zoeken •...
VERZENDINGEN MET DE LUIDSPREKER Wanneer u de luidspreker gebruikt om te bellen, wordt de fax verstuurd nadat het nummer is gebeld en de verbinding is gemaakt. Als iemand antwoordt, zult u zijn of haar stem horen, maar u zult zelf niet kunnen spreken. Plaats het origineel.
DEZELFDE FAX VERSTUREN NAAR MEERDERE BESTEMMINGEN (Distributie verzendopdracht) Deze functie is handig als u dezelfde fax naar meerdere bestemmingen moet versturen, zoals u een verslag verzenden naar filialen in verschillende regio's. U kunt tot maximaal 500 bestemmingen in een distributiebewerking versturen. Verzending Originelen Het kan handig zijn om de bestemmingen waar u regelmatig faxen naar toestuurt via distributie verzendopdrachten op...
Pagina 366
Voer het faxnummer van de bestemming CCC CCC Onderbreking Volgend Adres 0123456789 Voorwaarde- (1) Druk op [Adresboek] in het basisscherm. Instellingen Adresoverzicht AAA AAA BBB BBB (2) Druk op de sneltoets van de gewenste Algemeen CCC CCC DDD DDD bestemming. Subadres EEE EEE FFF FFF...
Controleer de bestemmingen en druk op Adresoverzicht de toets [OK]. 001 CCC CCC GGG GGG HHH HHH III III JJJ JJJ KKK KKK Een opgegeven bestemming annuleren… Druk op de toets van de bestemming die u wilt annuleren. Er verschijnt een melding ter bevestiging van het wissen. Druk op de toets [Ja].
Opnieuw verzenden naar rondzendbestemmingen De resultaten van een uitgevoerde rondzendopdracht (distributie) kunnen worden gecontroleerd in het scherm opdrachtstatus. Als een verzending naar één of meerdere van de bestemmingen is mislukt, kunt u de fax opnieuw versturen naar deze bestemmingen. Druk op de toets [OPDRACHT STATUS]. OPDRACHT STATUS Druk op de toets [Voltooid].
Pagina 369
Stuur de fax opnieuw naar Details van Rondzenden0003 bestemmingen waarbij de verbinding is Adres Starttijd Status Nogmaals mislukt. DDD DDD 10:01 04/04 NG000000 1/ 1 EEE EEE 10:10 04/04 NG000000 (1) Druk op de tab [Mislukt]. (2) Druk op de toets [Nogmaals]. Bestand Mislukt Alle Bestemm.
FAXBERICHT RECHTSTREEKS VANUIT EEN COMPUTER VERZENDEN (PC-Fax) U kunt een document in een computer via de machine versturen als fax. De procedure voor het faxen via de functie PC-Fax is hetzelfde als de procedure voor het afdrukken van documenten. Selecteer het stuurprogramma van de PC-Fax als stuurprogramma voor het afdrukken en selecteer dan de opdracht Afdrukken in de softwaretoepassing.
OPDRACHTEIG. INSTELLINGEN Wanneer de [Opdrachteig. instellingen]-toets wordt ingedrukt, verschijnen de toetsen voor beeldinstellingen. Ook de [Spec. Functies]-toets verschijnt om het selecteren van speciale functies mogelijk te maken. De huidige geconfigureerde instelling wordt bovenaan de [Belichting]-toets, [Resolutie]-toets en de [Origineel]-toets weergegeven. (1) (2) Faxen Auto...
AUTOMATISCH BEIDE ZIJDEN VAN EEN DUBBELZIJDIG ORIGINEEL SCANNEN (2-zijdig origineel) De automatische documentinvoer zal automatisch beide zijden van het document scannen. Verzending 2-zijdig origineel De voor- en achterkant worden als twee afzonderlijke pagina's verzonden Open het scherm origineelinstellingen. (1) Druk op de [Opdrachteig. instellingen]-toets. (2) Druk op de [Origineel] toets.
SCANFORMAAT EN VERZENDFORMAAT OPGEVEN (vergroten/verkleinen) Bij plaatsing van het origineel wordt het formaat automatisch waargenomen en weergegeven op het basisscherm. Het formaat van het geplaatste origineel wordt aangegeven als het scanformaat, en het te verzenden formaat wordt aangegeven als het verzendformaat. Gereed voor verzenden.
Het scanformaat van het origineel opgeven (Opgeven in standaardformaat) Als het origineel geen standaardformaat heeft of als u het scanformaat wilt wijzigen, druk dan op [Origineel] om het formaat van het origineel handmatig op te geven. Plaats het origineel in de lade van de automatische documentinvoer of op de glasplaat en volg onderstaande stappen.
Het scanformaat van het origineel opgeven (met numerieke waarden) Als u een origineel scant dat geen standaardformaat heeft, zoals een ansichtkaart of kaart, volg dan deze stappen om het formaat van het origineel op te geven. De breedte kan variëren van 25 mm tot 432 mm (1" tot 17"), en de hoogte kan variëren van 25 mm tot 297 mm (1"...
Het verzendformaat van het origineel opgeven Geef het verzendformaat op als een papierformaat. Als het verzendformaat groter is dan het geselecteerde scanformaat, wordt de afbeelding vergroot. Als het verzendformaat kleiner is dan het geselecteerde scanformaat, wordt de afbeelding verkleind. Het verzendformaat kan niet worden opgegeven als [Lang Form.] als scanformaat is geselecteerd of als het formaat in getalswaarden is opgegeven.
BELICHTING WIJZIGEN De belichting kan worden aangepast aan de helderheid van het origineel. Selecteer de juiste instellingen aan de hand van de volgende tabel. Belichtingsinstellingen: Belichting Toepassing Auto Bij deze instelling wordt de belichting automatisch aangepast aan lichtere en donkerdere delen van het origineel.
RESOLUTIE WIJZIGEN De resolutie kan zo gekozen worden dat deze overeenkomt met de eigenschappen van het origineel, zoals tekst of foto, het formaat van de tekst en de lichtsterkte van de afbeelding. Selecteer de juiste instellingen aan de hand van de volgende tabel. Resolutie-instellingen Resolutie Toepassing...
FAXONTVANGST In dit gedeelte worden de basisprocedures voor het ontvangen van faxberichten uitgelegd. FAXBERICHTEN ONTVANGEN Als de ontvangstfunctie ingesteld is op "Automat. Faxgeheugen", ontvangt en drukt de machine automatisch faxberichten af. De functie faxontvangst verschijnt in het basisscherm. Gereed voor verzenden. Luidspreker Opn.
FAXBERICHT ONTVANGEN Wanneer er een fax is verzonden naar de machine, zal de machine de fax automatisch ontvangen en afdrukken. De machine belt en de faxontvangst begint automatisch. Pieptoon Er klinkt een pieptoon wanneer de ontvangst klaar is. • Systeeminstellingen (Beheerder): Luidsprekerinstellingen Dit wordt gebruikt om het volume en de toon van het ontvangstgeluid aan te passen.
FAXBERICHT HANDMATIG ONTVANGEN U kunt een faxbericht handmatig ontvangen via het aanraakscherm. Als de machine belt, drukt u op de toets [Luidspreker] in het basisscherm en daarna op de toets [Fax Ontv.]. Telefoonmodus. Luidspreker Opn. verzenden Scannen Zenden Faxen Adresboek Modus Wijzigen Auto Opdrachteig.
EEN FAX MET WACHTWOORDBEVEILIGING AFDRUKKEN (Instelling vasthouden ontvangen afdrukgegevens) De optie "Instelling vasthouden ontvangen afdrukgegevens" in de systeeminstellingen (beheerder) kan worden ingeschakeld om faxen in het geheugen te ontvangen zonder ze af te drukken. Om faxen af te drukken moet een wachtwoord worden ingevoerd.
ONTVANGEN FAXEN DOORSTUREN (Doorsturen Faxdata) Wanneer de machine niet kan afdrukken omdat er geen papier of inkt meer aanwezig is, kunnen ontvangen faxen worden doorgestuurd naar een andere, vooraf ingestelde faxmachine. Deze functie is handig voor het gebruik in een kantoor of andersoortige werkruimte met twee extra telefoonlijnen en waar een tweede faxmachine aangesloten is op een andere telefoonlijn.
ONTVANGEN FAXEN NAAR EEN NETWERKADRES DOORSTUREN (Instelling voor inkomende routing) U kunt ontvangen faxen automatisch naar een e-mailadres, bestandserveradres, desktopadres, of netwerkadres doorsturen. Deze functie kan worden gebruikt om ontvangen faxen naar een bepaald adres door te sturen, zonder deze af te drukken. De machine Doorzenden Ontvangen fax...
Pagina 385
Afzenderadressen opslaan. Als u enkel faxen van opgegeven adressen wenst door te sturen, sla dan de gewenste afzenderadressen op. Afzenderadressen die hier worden opgeslagen, kunnen uit een lijst worden geselecteerd wanneer u een doorstuurtabel opslaat. (1) Klik op [Registratie van afzendernummer/-adres] in het menu [Instelling voor inkomende routing] in de webpagina.
Pagina 386
Een doorstuurtabel opslaan. Volg de onderstaande stappen om een doorstuurtabel op te slaan waarin een opgegeven afzender en doorstuuradres worden gecombineerd. (1) Klik op [Instelling voor inkomende routing] in het menu van de webpagina's en klik op de toets [Toevoegen]. (2) Voer een "Tabelnaam"...
SPECIALE FUNCTIES Dit gedeelte gaat over speciale functies die kunnen worden gebruikt voor faxverzending. SPECIALE FUNCTIES Druk voor het weergeven van het speciale functies menuscherm op de toets [Opdrachteig. instellingen] in het basisscherm en druk daarna op de toets [Spec. Functies]. Het menu van speciale functies bestaat uit 3 schermen. Druk op de toets om tussen de schermen te wisselen.
Pagina 388
(14) Toets [Transmissie Rapport] (16) [Geheugenvak]-toets ☞ ☞ AFDRUKINSTELLINGEN VOOR HET EEN FAX VERZENDEN WANNEER EEN ANDERE TRANSMISSIERAPPORT WIJZIGEN (Transmissie MACHINE NAVRAAG DOET BIJ UW MACHINE Rapport) (pagina 4-84) (Navraaggeheugen) (pagina 4-91) (15) Toets [Eigen naam kiezen] (17) Toets [Navragen] ☞...
FAXHANDELINGEN OPSLAAN (Programma) Een programma is een groep verzendinstellingen die bij elkaar zijn opgeslagen. Wanneer u verzendinstellingen opslaat in een programma, kunt u deze instellingen weer oproepen en gebruiken voor een andere faxopdracht. Wanneer u bijvoorbeeld hetzelfde A4 (8-1/2" x 11") formaat eens per maand wilt versturen naar alle filialen in diverse regio's.
Pagina 390
Plaats het origineel. Plaats het origineel in de lade van de automatische documentinvoer of op de glasplaat in overeenstemming met de functies die in het programma zijn opgeslagen. Speciale functies selecteren. (1) Druk op de toets [Opdrachteig. Instellingen]. (2) Druk op de toets [Spec. Functies]. (3) Druk op [Programma].
WISSEN VAN SCHADUWRANDEN OP EEN AFBEELDING (Wissen) Deze wisfunctie wordt gebruikt om schaduwen op kopieën vanaf boeken of andere dikke originelen te wissen. (Deze functie wist de delen van de afbeelding waar schaduwranden zich meestal voordoen. De functie neemt geen schaduwen waar en wist alleen de schaduwranden.) Scannen van een dik boek Zonder de wisfunctie...
Pagina 392
Selecteer de wisinstellingen. Spec. Functies (1) Druk op de gewenste wisfunctie. Annuleren Wissen Rand Rand+Midden Rand Selecteer een van de 4 wisfuncties. Wissen Wissen (0~20) Raak de toets [Zijkant wissen] aan om het volgende scherm te openen. Zijkant wissen Annuleren Wis positie voor zijde 2 origineel Zelfde zijde...
EEN ORIGINEEL ALS TWEE AFZONDERLIJKE PAGINA'S VERZENDEN (Dubbele Pg Scannen) De linker- en rechterzijde van een origineel kunnen als twee afzonderlijke pagina's worden verzonden. Deze functie is nuttig als u de linker en rechter pagina's van een boek of ander gebonden document als losse pagina's wilt faxen. Voorbeeld: De rechter en linker pagina's van een boek faxen Boek of ingebonden De rechter- en linkerpagina worden als twee...
Pagina 394
Selecteer Dubbele Pagina Scannen. Spec. modussen (1) Druk op de toets [Opdrachteig. Dubbele Pg Programma Wissen Scannen Instellingen]. Timer 2-in-1 Kaart Formaat (2) Druk op de toets [Spec. Functies]. ☞ SPECIALE FUNCTIES (pagina 4-60) (3) Druk op de [Dubbele Pg Scannen]-toets zodat deze wordt gemarkeerd.
FAX VERZENDEN OP EEN VOORAF INGESTELD TIJDSTIP (Timer) Wanneer u deze functie gebruikt, vindt de verzending automatisch plaats op een vooraf ingesteld tijdstip. De functie timerverzending maakt het eenvoudig verzendingen in de wachtrij, distributie verzendopdrachten en andere verzendingen 's nachts of op andere tijden uit te voeren wanneer de telefoontarieven goedkoper zijn. U kunt ook een timerinstelling specificeren voor navraaggeheugen om een fax te ontvangen wanneer u niet aanwezig bent.
Stel de tijd in met de toetsen Spec. Functies Timer Annuleren (1) Geef de dag op. Dag van de week Tijd Wilt u geen dag opgeven, selecteer dan [---]. In dat geval begint de verzending zodra de bij (2) opgegeven tijd aanbreekt.
TWEE PAGINA'S ALS ÉÉN PAGINA VERZENDEN (2-in-1) U kunt twee originele pagina's verkleinen en verzenden als een enkele pagina. Deze functie is handig wanneer u een groot aantal originelen moet scannen en het aantal te verzenden pagina's beperkt wilt houden. Originelen in staande stand Verzending Originelen in liggende stand...
Pagina 398
Selecteer 2-in-1. Spec. modussen (1) Druk op de toets [Opdrachteig. Dubbele Pg Programma Wissen Scannen Instellingen]. Timer 2-in-1 Kaart Formaat (2) Druk op de toets [Spec. Functies]. ☞ SPECIALE FUNCTIES (pagina 4-60) (3) Druk op [2-in-1] zodat de toets wordt gemarkeerd.
BEIDE ZIJDEN VAN EEN KAART ALS EEN ENKELE PAGINA VERZENDEN (Kaart Formaat) Met deze functie kunt u de voor- en achterkant van een kaart verzenden als één pagina. U hoeft dan niet elke zijde afzonderlijk te verzenden. Verzonden afbeelding Originelen Verzending Voorzijde Achterzijde...
Pagina 400
Geef het formaat van het origineel op. Spec. Functies (1) Voer het formaat van het origineel in. Annuleren Kaart Formaat Formaat • Druk op de cijferweergavetoets voor X (breedte) en (25 210 ) Herstellen voer de breedte in. Passend om (25 210 ) •...
EEN GROOT AANTAL PAGINA'S VERZENDEN (Opdr. samenst.) Met deze functie kunt u een zending die bestaat uit een groot aantal originelen opsplitsen in sets, elke set scannen met behulp van de automatische documentinvoer en alle pagina's versturen in één enkele verzending. Gebruik deze functie als er meer originelen zijn dan in een keer in de automatische documentinvoer kunnen worden geplaatst.
Pagina 402
Druk op de toets [STARTEN ZWART-WIT] om de eerste set pagina's te scannen. Om het scannen te annuleren... Druk op de toets [STOP] ( Plaats de volgende set originelen en druk op de toets [STARTEN ZWART-WIT]. Herhaal deze stap totdat u alle originelen hebt gescand. Om het scannen te annuleren...
ORIGINELEN VAN VERSCHILLENDE FORMATEN VERZENDEN (Origineel gem. form.) Met deze functie kunt u originelen van verschillend formaat tegelijk scannen en verzenden, bijvoorbeeld originelen van B4-formaat (8-1/2" x 14") samen met originelen van A3-formaat (11" x 17"). Bij het scannen van de originelen herkent de machine automatisch het formaat van elk origineel.
Pagina 404
Druk op de toets [STARTEN ZWART-WIT]. Het scannen begint. Er klinkt een pieptoon ten teken dat het scannen is voltooid. Om het scannen te annuleren... Druk op de toets [STOP] ( • Zodra gemengde formaten originelen zijn geselecteerd, kan geen origineel scanformaat meer worden opgegeven. •...
DUNNE ORIGINELEN FAXEN (Langzame scanmodus) Druk op deze toets wanneer u dunne originelen wilt scannen met behulp van de automatische documentinvoerlade. Deze functie helpt voorkomen dat dunne originelen in het apparaat vastlopen. Steek de originelen met de voorzijde naar boven in de lade van de documentinvoer.
Pagina 406
Druk op de toets [STARTEN ZWART-WIT]. Het scannen begint. Er klinkt een pieptoon ten teken dat het scannen is voltooid. Om het scannen te annuleren... Druk op de toets [STOP] ( Bij selectie van deze functie kan niet automatisch 2-zijdig worden gescand. De Langzame scanmodus annuleren...
HET AANTAL GESCANDE ORIGINELE VELLEN CONTROLEREN VOOR VERZENDING (Aantal originelen) Het aantal gescande originele vellen kan worden geteld en weergegeven voor de verzending. Door het aantal gescande originele vellen te controleren voor de verzending, vermijdt u verzendingsfouten. Steek de originelen met de voorzijde naar boven in de lade van de Markeerstreep documentinvoer.
Pagina 408
Als het scannen klaar is, controleer dan het aantal gescande originele vellen en druk op [OK]. Er zijn XX pagina's van (p.X) het origineel gescand. Gescande gegevens verzenden? Het verzenden zal beginnen. • Wanneer u de modus Opdracht samenstel. gebruikt, zal het Annuleren bevestigingsbericht verschijnen nadat u op de toets [Lezen klaar] hebt gedrukt.
EEN STEMPEL ZETTEN OP GESCANDE ORIGINELEN (Verif. Stempel) Met deze functie wordt een stempel gezet op elk origineel dat via de automatische origineelinvoer wordt gescand, zodat u kunt controleren of alle originele correct werden gescand. Plaats van de stempel Er wordt een "O"-teken gestempeld in fluorescerend...
Pagina 410
Druk op de toets [STARTEN ZWART-WIT]. Het scannen begint. Er klinkt een pieptoon ten teken dat het scannen is voltooid. Om het scannen te annuleren... Druk op de toets [STOP] ( ) om de bewerking te annuleren. • Wanneer tweezijdig scannen wordt gebruikt, wordt de voorzijde van elk origineel tweemaal gestempeld. •...
AFDRUKINSTELLINGEN VOOR HET TRANSMISSIERAPPORT WIJZIGEN (Transmissie Rapport) Er wordt automatisch een rapport afgedrukt om u te waarschuwen wanneer een verzending mislukt of wanneer een distributieverzending wordt uitgevoerd. In het transmissierapport staat een beschrijving van de verzending (datum, starttijd, naam andere partij, vereiste tijd, aantal pagina's, status, enz.). ☞...
Pagina 412
Druk op de toets [STARTEN ZWART-WIT]. Het scannen begint. • Als u de pagina's van het origineel in de documentinvoerlade hebt geplaatst, worden alle pagina's gescand. Er klinkt een pieptoon ten teken dat het scannen is voltooid. • Als u het origineel op de glasplaat scant, moet u pagina voor pagina scannen. Wanneer het scannen voltooid is, plaats dan het volgende origineel en druk op de toets [STARTEN ZWART-WIT].
AFZENDERINFORMATIE TOEVOEGEN AAN UW FAXEN (Eigen nummer verzenden) Uw afzenderinformatie (datum, tijd, naam afzender, faxnummer verzender, aantal pagina's) wordt automatisch toegevoegd bovenaan elke faxpagina die u verzendt. Voorbeeld van een afzenderinformatie op een pagina 04/APR/2010/Za 15:00 AAAAA Faxnr. 0123456789 P.001/001 (1) Datum, tijdstip Datum en tijdstip van verzending.
AFZENDERINFORMATIE TIJDELIJK WIJZIGEN (Eigen naam kiezen) U kunt de afzenderinformatie op een fax kiezen uit een lijst met opgeslagen afzenders. Speciale functies selecteren. (1) Druk op de toets [Opdrachteig. Instellingen]. (2) Druk op de toets [Spec. Functies]. (3) Druk op de toetsen om tussen de schermen te wisselen.
EEN FAXMACHINE OPROEPEN EN ONTVANGST INITIALISEREN (Navragen) Met deze functie kan de ontvangende machine een andere faxmachine bellen en de ontvangst van het document in die machine starten. Omdat de ontvangende machine de ontvangst van een document initialiseert, wordt deze functie "Navraag ontvangst" genoemd.
Pagina 416
Druk op de toets [STARTEN ZWART-WIT]. Uw machine zal de andere machine bellen en beginnen met de ontvangst van de fax. • Navraag-ontvangst kan worden gebruikt in combinatie met de timerfunctie om navraag te doen op een specifiek tijdstip, zoals bijvoorbeeld 's nachts wanneer u niet aanwezig bent (U kunt maximaal één timer navraag-ontvangst instellen.). •...
EEN NAVRAAG-ONTVANGST HANDMATIG INITIALISEREN Gebruik deze procedure wanneer u een navraag-ontvangst moet starten nadat u een opgenomen bericht hebt afgeluisterd, bijvoorbeeld in het geval van een faxinformatie-service. • Zorg ervoor dat er geen origineel in de machine is geplaatst wanneer u de functie Navraag-ontvangst gebruikt. •...
EEN FAX VERZENDEN WANNEER EEN ANDERE MACHINE NAVRAAG DOET BIJ UW MACHINE (Navraaggeheugen) Het verzenden van een document dat in het geheugen is gescand wanneer een andere machine navraag doet bij uw machine wordt "Navraaggeheugen" genoemd. Voorafgaand aan de navraag, moet het document dat moet worden gefaxt naar de andere machine in het navraaggeheugen worden gescand.
EEN DOCUMENT IN EEN NAVRAAGGEHEUGEN SCANNEN Volg deze stappen om een document in een geheugenvak (Openbaar Vak) te scannen voor navraagverzending. Plaats het origineel. Leg het origineel met de bedrukte zijde omhoog in de invoerlade of met de bedrukte zijde omlaag op de glasplaat. Speciale functies selecteren.
Pagina 420
Selecteer de opdrachteig. instellingen Druk op [Start] om origineel te scannen. en speciale functies. Scannen Zenden Auto Geheugenvak Druk voor het selecteren van de scaninstellingen Opdrachteig. Lijst instellingen (beeldkwaliteit, belichting, origineelformaat, 2-zijdig origineel) of een speciale functies instelling op de toets [Opdrachteig. instellingen].
EEN DOCUMENT AFDRUKKEN DAT IS OPGESLAGEN IN HET OPENBAAR VAK Volg de onderstaande stappen om het document af te drukken als u wilt controleren of een document is opgeslagen in het Openbaar Vak. Speciale functies selecteren. (1) Druk op de toets [Opdrachteig. Instellingen]. (2) Druk op de toets [Spec.
EEN DOCUMENT VERWIJDEREN UIT HET OPENBAAR Een document verwijderen uit het openbaar vak wanneer u deze niet langer nodig hebt. Speciale functies selecteren. (1) Druk op de toets [Opdrachteig. Instellingen]. (2) Druk op de toets [Spec. Functies]. (3) Druk op de toetsen om tussen de schermen te wisselen.
F-CODE COMMUNICATIE VERRICHTEN Dit gedeelte legt uit hoe u F-code communicatiehandelingen verricht. F-code communicatie is mogelijk met machines van andere fabrikanten die ook F-code communicatie ondersteunen. F-CODE COMMUNICATIE Het uitwisselen van vertrouwelijke documenten (vertrouwelijke communicatie), terughalen (navraag) en distributie (navraaggeheugen) van informatie, en distributie van informatie naar meerdere bestemmingen (relay-distributieverzending) is mogelijk met andere machines die F-code communicatie ondersteunen.
GEHEUGENVAKKEN MAKEN IN DE MACHINE VOOR F-CODE COMMUNICATIE Voordat de F-code communicatiefunctie kan worden gebruikt, moeten er speciale geheugenvakken gemaakt worden met behulp van "F-Codegeheugenvak" in de systeeminstellingen. Een vaknaam en een F-code (subadres en wachtwoord) worden in elk vak geprogrammeerd en een F-code communicatiefunctie wordt toegekend aan elke vak.
F-CODES GEBRUIKEN VOOR VERTROUWELIJKE COMMUNICATIE Door een fax te verzenden naar een F-Codegeheugenvak (vertrouwelijk) in de ontvangende machine (uw machine of de andere) kan de afzender de verzending specifiek aan de gebruiker van dat vak adresseren. Dit is handig voor het verzenden van vertrouwelijke documenten die alleen bedoeld zijn voor de ontvanger en niemand anders, of wanneer de ontvangende machine door meerdere departementen gebruikt wordt.
F-CODE VERTROUWELIJKE VERZENDING Volg de onderstaande stappen om een vertrouwelijke fax te verzenden door een F-code aan het faxnummer toe te voegen. Plaats het origineel. Leg het origineel met de bedrukte zijde omhoog in de invoerlade of met de bedrukte zijde omlaag op de glasplaat. Voer het faxnummer van de bestemming Voorwaarde- Instellingen...
HET AFDRUKKEN VAN EEN FAX MET VERTROUWELIJKE F-CODE ONTVANGST Als er een vertrouwelijke fax met F-code naar uw machine verzonden is, wordt de fax ontvangen in het geheugenvak dat gespecificeerd is de F-code. Voer het afdrukwachtwoord in om de ontvangen fax af te drukken. De machine maakt een geluid en de fax wordt ontvangen.
Pagina 428
Voer een afdrukwachtwoord in via het Voer pincode in via cijfertoetsen. numerieke toetsenbord. Het teken "–" verandert in " " nadat een cijfer is ingevoerd. Annuleren Let erop dat u het juiste afdrukwachtwoord invoert. Als u een fout maakt, verschijnt er een melding en keert u terug naar het invoerscherm.
NAVRAAG ONTVANGST MET F-CODES Deze functie stelt uw machine in staat een andere machine te bellen om te beginnen met de ontvangst van een fax die in de andere machine in een geheugenvak met F-code (navraaggeheugen) ligt opgeslagen. Tijdens de navraaghandeling moet uw machine de F-code (subadres en wachtwoord) die in de andere machine geconfigureerd is correct specificeren anders vindt de navraagontvangst niet plaats.
Pagina 430
Voer het faxnummer van de bestemming Voorwaarde- Instellingen (1) Druk op [Adresboek] in het basisscherm. AAA AAA BBB BBB Adresoverzicht Algemeen CCC CCC DDD DDD (2) Druk op de sneltoets van de gewenste Subadres EEE EEE FFF FFF bestemming. Freq. ABCD EFGHI JKLMN OPQRST...
NAVRAAGGEHEUGENVERZENDING MET F-CODES Wanneer uw machine van een andere machine een verzoek tot verzending ontvangt, verzendt deze functie van uw machine naar de andere een fax die opgeslagen is in een geheugenvak met F-code (navraaggeheugen). De andere machine moet de F-code die in uw machine geconfigureerd is correct specificeren anders vindt de verzending niet plaats.
Pagina 432
Druk op de toets van het Annuleren Geheugenvak - Dataopslag navraaggeheugenvak met F-code. Box 1 Box 2 Box 3 Box 4 Box 5 Box 6 Box 7 Openbaar Vak Geef het aantal navraagtijden op. Geheugenvak - Dataopslag (1) Druk op de toets voor de gewenste aantal Eenmaal tijden.
EEN DOCUMENT AFDRUKKEN DAT OPGESLAGEN IS VOOR NAVRAAGVERZENDING MET F-CODE U kunt een document in een navraaggeheugenvak met F-code controleren door het af te drukken. Een document in een geheugenvak kan niet worden afgedrukt terwijl het wordt verzonden. Speciale functies selecteren. (1) Druk op de toets [Opdrachteig.
EEN DOCUMENT WISSEN DAT OPGESLAGEN IS VOOR NAVRAAGVERZENDING MET F-CODE Wanneer een document in een navraaggeheugenvak met F-code niet langer nodig is, volg dan de onderstaande stappen om het te wissen. Een document in een geheugenvak kan niet worden gewist terwijl het wordt verzonden. Speciale functies selecteren.
RELAY-VERZOEKVERZENDING MET F-CODES Deze functie wordt gebruikt om een fax naar een geheugenvak met F-code relay distributie in een andere machine te sturen en te zorgen dat die machine de fax relayed naar meerdere ontvangende machines. Wanneer er een grote afstand is tussen uw machine en de ontvangende machines, kan het verzenden van de fax naar een relay-machine die zich dichterbij de ontvangende machines bevindt, u helpen de telefoonkosten te verlagen.
Pagina 436
Voer het faxnummer van de bestemming Voorwaarde- Instellingen (1) Druk op [Adresboek] in het basisscherm. AAA AAA BBB BBB Adresoverzicht Algemeen CCC CCC DDD DDD (2) Druk op de sneltoets van de gewenste Subadres EEE EEE FFF FFF bestemming. Freq. ABCD EFGHI JKLMN OPQRST...
RELAY-DISTRIBUTIEVERZENDING MET F-CODES Wanneer uw machine een relay-verzoekverzending ontvangt, wordt de fax ontvangen in een geheugenvak met F-code relay-distributie in uw machine. Uw machine relays de fax naar alle ontvangende machines die in het geheugenvak geprogrammeerd zijn. Het verzenden naar de ontvangende machines vindt automatisch plaats. De fax wordt naar alle ontvangende machines verzonden die...
EEN EXTRA TELEFOON GEBRUIKEN In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u een extra telefoon kunt gebruiken voor telefoongesprekken en om een fax te ontvangen nadat u met de persoon aan de telefoon gesproken hebt. EEN EXTRA TELEFOON AANSLUITEN EN GEBRUIKEN (Aansluiting extra telefoon) U kunt een extra telefoon aansluiten aan de machine.
EEN FAX ONTVANGEN NA BEANTWOORDING VAN EEN GESPREK VIA DE EXTRA TELEFOON (ontvangst op afstand) Volg de stappen hieronder als u een faxontvangst wil starten nadat u een telefoongesprek heeft beantwoord met de extra telefoon. Als u met een puls telefoonlijn (draaifunctie) werkt, stel de extra telefoon dan zo in dat het toonsignalen afgeeft. Wanneer u de telefoon hoort overgaan, neem dan de extra telefoon op.
DE STATUS VAN FAXOPDRACHTEN CONTROLEREN In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u de status van gereserveerde verzendingsopdrachten en van ontvangen faxen kunt controleren. OPDRACHTSTATUSSCHERM Het scherm opdrachtstatus verschijnt wanneer u op de toets [OPDRACHT STATUS] op het bedieningspaneel drukt. Het opdrachtstatusscherm geeft de status van opdrachten per modus weer.
SCHERM OPDRACHTWACHTRIJ EN SCHERM UITGEVOERDE OPDRACHTEN Het opdrachtstatusscherm bestaat uit twee schermen: het scherm opdrachtwachtrij waarin gereserveerde opdrachten en de opdracht in uitvoering worden weergegeven, en het scherm uitgevoerde opdrachten. Wissel tussen de twee schermen door op onderstaande selectietoets (2) van het opdrachtstatusscherm te drukken. Scherm Opdrachtwachtrij Het scherm voor voltooide opdrachten Adres...
Pagina 442
Weergave opdrachttoetsen Op de toetsen voor de opdrachtwachtrij en uitgevoerde opdrachten op het opdrachtstatusscherm wordt de volgende informatie weergegeven. AAA AAA 10:22 04/01 000/001 Wachten Geeft het nummer (de positie) van de opdracht in de Tijd van reservering / Starttijd wachtrij aan.
Pagina 443
• Uitgevoerde opdracht Bericht Status "Verzenden Verzending voltooid. OK" "In Ontvangst voltooid, maar de fax is Geheugen" niet afgedrukt. "Ontvangen" Afgedrukte ontvangen faxgegevens. "Doorstuur De ontvangen fax is doorgestuurd. OK" "Gestopt" De opdracht werd gestopt. "Aantal Voltooiing van een succesvolle distributieverzending, verzendbeste navraagopdrachtreeks of...
VOORTGANG WANNEER EEN OPDRACHT UIT DE WACHTRIJ IS UITGEVOERD Een normale verzendopdracht die wordt voltooid gaat over naar het scherm uitgevoerde opdrachten en in de statuskolom verschijnt "Verzenden OK". Ontvangen faxen, timer verzendopdrachten, herhaalopdrachten en doorgestuurde opdrachten worden als volgt in het opdrachtstatusscherm behandeld.
GERESEERVEERDE OPDRACHTEN OF OPDRACHTEN IN UITVOERING CONTROLEREN U kunt de gedetailleerde inhoud weergeven van een distributieverzending of van een reeks navraagopdrachten. Selecteer (druk op) de toets van de opdracht die u wilt controleren en druk op de [Details]-toets. Het scherm voor opdrachtdetails verschijnt (zie hieronder).
UITGEVOERDE OPDRACHTEN CONTROLEREN U kunt een lijst controleren van de bestemmingen, de bestemmingen waarvoor de verzending mislukte en andere gedetailleerde informatie over voltooide distributieverzendopdrachten, ontvangen faxen doorstuuropdrachten, voltooide reeksen van navraagopdrachten en voltooide opdrachten die gebruikmaakten van de functie documentarchivering. Druk op de toets van de gewenste opdracht in het scherm voor voltooide opdrachten en druk op de [Details]-toets.
EEN FAX IN UITVOERING OF EEN GERESERVEERDE FAX ANNULEREN Volg de onderstaande stappen om een faxverzending in uitvoer of een gereserveerde faxopdracht te annuleren. Druk op de toets [OPDRACHT STATUS]. OPDRACHT STATUS Selecteer de faxopdracht die u wilt Opdr.Wachtr Adres Tijd Inst.
VOORRANG GEVEN AAN EEN GERESERVEERDE FAXOPDRACHT Als er meerdere opdrachten wachten op verzending, worden de opdrachten normaal gesproken op volgorde van reservering verzonden. Mocht het nodig zijn om een opdracht voorrang te verlenen boven andere opdrachten, ga dan als volgt te werk. Druk op de toets [OPDRACHT STATUS].
HET ACTIVITEITENLOGBOEK NAKIJKEN (Activiteitenrapport Beeld Verzenden) ACTIVITEITENRAPPORT BEELD VERZENDEN U kunt de machine een logboek laten afdrukken van recente beeldverzendingsactiviteiten (datum, naam, naam andere partij, vereiste tijd, resultaat, enz.). Het Activiteitenrapport Beeld Verzenden bevat nuttige informatie over bijvoorbeeld het soort fouten dat zich voordoet. De laatste 200 transacties worden in het rapport opgenomen.
INFORMATIE IN DE STATUSKOLOM Foutsoorten en andere informatie worden afgedrukt in de statuskolom van transmissie- en activiteitsrapporten. Als er een transmissie- of activiteitsrapport is afgedrukt, controleer de resultaten van de transactie dan in de statuskolom en neem desgewenst maatregelen. Voorbeelden van berichten die in de statuskolom worden afgedrukt Bericht Uitleg De transactie is normaal verlopen.
Pagina 451
HOOFDSTUK 5 SCANNER/INTERNETFAX Dit hoofdstuk biedt uitgebreide uitleg van de procedures voor het gebruik van de scannerfunctie en de functie Internetfax. De USB geheugenmodus kan gebruikt worden zonder het installeren van randapparatuur. EEN BEELD VERZENDEN VOORDAT U DE MACHINE ALS NETWERKSCANNER GEBRUIKT EEN BEELD IN SCANMODUS VERZENDEN .
SCANNER/INTERNETFAX VOORDAT U DE MACHINE ALS NETWERKSCANNER GEBRUIKT Dit gedeelte bevat informatie waarmee u vertrouwd moet zijn voordat u de machine als een netwerkscanner gebruikt. NETWERKSCANNERFUNCTIE Met de netwerkscannerfunctie van de machine kunt u een origineel scannen en er een beeldbestand van maken. Dit bestand kan via een netwerk naar een computer, FTP-server of andere bestemming worden gezonden.
SCANNER/INTERNETFAX USB-geheugenmodus ☞ EEN BEELD IN USB-GEHEUGENMODUS VERZENDEN (pagina 5-34) USB-geheugenscan Het gescande bestand wordt gezonden naar en opgeslagen op een USB-geheugenapparaat dat op de machine is aangesloten. Internetfaxmodus Om de internetfaxfunctie te kunnen gebruiken, moet de internetfaxuitbreidingskit zijn geEstalleerd. ☞...
SCANNER/INTERNETFAX VOORBEREIDINGEN VOOR GEBRUIK ALS NETWERKSCANNER ZORG DAT DE HOOFDSTROOMSCHAKELAAR OP "AAN" STAAT De stroom is ingeschakeld als de AAN-indicator rechts van het bedieningspaneel brandt. Als de AAN-indicator niet brandt, is de stroom "uitgeschakeld". Zet de stroomschakelaar aan en druk op de toets [AAN] ) op het bedieningspaneel.
SCANNER/INTERNETFAX VEREISTE INSTELLINGEN OP DE WEBPAGINA'S Om de scanmodus en internetfaxmodus te gebruiken, moeten de basisinstellingen voor de netwerkscanner, de serverinstellingen zoals SMTP- en DNS-instellingen, en het adres van de afzender op de webpagina's worden geconfigureerd. • Serverinstellingen Als u serverinstellingen wilt configureren, klikt u op [Netwerkinstellingen] en vervolgens op [Services instellingen] in het menu van de webpagina.
SCANNER/INTERNETFAX BESTEMMINGEN OPSLAAN VOOR SCANNEN NAAR DESKTOP Als u uw computer in de machine als een bestemming voor scannen naar desktop wilt opslaan, moet Network Scanner Tool worden geEstalleerd van de cd-rom "Sharpdesk/Network Scanner Utilities" bij deze machine. Om een afbeelding naar uw computer te scannen, moet Network Scanner Tool op uw computer draaien.
SCANNER/INTERNETFAX VOORDAT U NAAR EEN DIRECT SMTP-ADRES ZENDT De machine ondersteunt Direct SMTP, waarmee u rechtstreeks internetfaxen binnen uw bedrijf kunt versturen zonder een mailserver. Informatie over de procedure voor het opslaan van een Direct SMTP-adres in een adresboek vindt u in "BESTEMMINGSADRESSEN IN HET ADRESBOEK OPSLAAN VOOR ELKE SCANMODUS"...
SCANNER/INTERNETFAX BASISSCHERM De scanmodus, Internetfaxmodus, USB-geheugenmodus en de PC-scanmodus worden bediend door het selecteren van instellingen en opdrachten in de basisschermen van deze modi. Het basisscherm van een modus wordt weergegeven door op de toets [BEELD VERZENDEN] te drukken en vervolgens met de toets [Modus Wijzigen] de gewenste modus te selecteren. AFDRUKKEN DOCUMENT GEREED...
SCANNER/INTERNETFAX BASISSCHERMEN Instellingen worden in het basisscherm van elke modus geselecteerd. Basisscherm van scanmodus Gereed voor verzenden. Opn. verzenden Scannen Adresboek Modus Wijzigen Opdrachteig. Adresinvoer instellingen Verzendinst. Spec. Functies Bestand Snelbestand (10) Basisscherm van USB-geheugenmodus Basisscherm van Internetfaxmodus Gereed voor verzenden. Gereed voor verzenden.
Pagina 461
SCANNER/INTERNETFAX (11) Toets [Bestandsnaam] (13) Toets Druk op deze toets om een bestandsnaam op te slaan of Wanneer "Instelling vasthouden ontvangen te wijzigen. De bestandsnaam die is opgeslagen op de afdrukgegevens" is ingeschakeld, verschijnt dit wanneer webpagina's kunt u ook wijzigen. een fax is ontvangen.
SCANNER/INTERNETFAX • Op de sneltoetsen in het adresboek verschijnen pictogrammen waarmee de gebruikte verzendmodus wordt aangegeven. ☞ EEN BESTEMMING OPROEPEN VANUIT HET ADRESBOEK (pagina 5-18) • Informatie over het opslaan van adressen in een adresboek vindt u in "BESTEMMINGSADRESSEN IN HET ADRESBOEK OPSLAAN VOOR ELKE SCANMODUS"...
Pagina 464
SCANNER/INTERNETFAX Indexweergave Indexen vergemakkelijken het zoeken naar een bestemming (sneltoets). Bestemmingen zijn gerangschikt op alfabetische indextabs met hun initialen. Klik op de betreffende indextab om een opgeslagen bestemming weer te geven. Het is handig om veelgebruikte bestemmingen op te slaan in de index [Freq.]. Geef bij het opslaan van een bestemming op of de bestemming moet worden weergegeven in de index [Freq.].
SCANNER/INTERNETFAX SCAN- EN VERZENDVOLGORDE In deze sectie wordt de basisprocedure voor scannen en verzenden uitgelegd. Selecteer instellingen in de hieronder weergegeven volgorde voor een soepele verzending. Een uitgebreidere beschrijving van de werkwijze voor het selecteren van instellingen vindt u bij de uitleg per instelling in dit hoofdstuk. Plaats het origineel.
SCANNER/INTERNETFAX Instellingen speciale functies Speciale functies kan worden geselecteerd. ☞ Scannen Adresboek Auto Mono2/Autom. SPECIALE FUNCTIES (pagina 5-64) Modus Wijzigen Mode Switch Kleurmodus Belichting Opdrachteig. Adresinvoer instellingen 200X200dpi PDF/PDF Resolutie Best.Indeling Verzendinst. Spec. Functies Auto Bestand Spec. Functies Origineel Snelbestand Start het scannen en verzenden Start het scannen en verzenden.
SCANNER/INTERNETFAX FORMATEN ORIGINEEL VERZENDBARE ORIGINEELFORMATEN De volgende origineelformaten kunnen worden verzonden Minimaal formaat origineel Maximaal formaat origineel Met de automatische origineelinvoer 131 mm (hoogte) x 140 mm (breedte) 297 mm (hoogte) x 1.000 mm* (breedte) (5-1/8" (hoogte) x 5-1/2" (breedte) (11-5/8"...
SCANNER/INTERNETFAX BESTEMMINGEN INVOEREN In dit gedeelte wordt het opgeven van bestemmingsadressen beschreven, inclusief het selecteren van een adres uit het Adresboek en het ophalen van een adres door het invoeren van een zoeknummer. EEN BESTEMMING OPROEPEN VANUIT HET ADRESBOEK Het scherm adresboek geeft opgeslagen bestemmingen weer als sneltoetsen. De bestemmingen worden weergegeven op volgorde van zoeknummer.
SCANNER/INTERNETFAX OPROEPEN VAN EEN BESTEMMING Door het selecteren van een sneltoets wordt een bestemming opgeroepen. Druk op [Adresboek]. Gereed voor verzenden. Opn. verzenden Scannen Scannen Zenden Adresboek Modus Wijzigen Auto Opdrachteig. Adresinvoer instellingen Verzendinst. Spec. Functies Bestand Snelbestand Geef de bestemming op. (1) Druk op de indextab waarop de bestemming Voorwaarde- is opgeslagen.
SCANNER/INTERNETFAX GESELECTEERDE BESTEMMINGEN CONTROLEREN EN WISSEN Als er meerdere bestemmingen zijn geselecteerd, kunt u de bestemmingen weergeven en controleren. Ook is het mogelijk om een bestemming uit de lijst te wissen (selectie van bestemming annuleren). Druk op [Adresoverzicht]. Voorwaarde- Instellingen Adresoverzicht AAA AAA BBB BBB...
SCANNER/INTERNETFAX BESTEMMING OPROEPEN MET EEN ZOEKNUMMER Een bestemming die in het Adresboek is opgeslagen, kan met de toets worden opgeroepen. Dit kan vanuit het basisscherm van alle modi of vanuit het scherm Adresboek. Druk op Gereed voor verzenden. Opn. verzenden Scannen Scannen Zenden...
SCANNER/INTERNETFAX BESTEMMING HANDMATIG OPGEVEN Adressen voor Scannen naar E-mail, internetfax and gegevensinvoer kunnen handmatig worden ingevoerd. Wijzig de modus. Scannen Faxen Adresboek Modus Wijzigen (1) Druk op [Modus Wijzigen]. Opdrachteig. Internetfax Adresinvoer instellingen Verzendinst. Spec. Functies (2) Druk op de toets van de modus die u wilt USB-geh.scan Bestand gebruiken.
SCANNER/INTERNETFAX EEN BESTEMMING OPROEPEN UIT EEN GLOBAAL ADRESBOEK Als een LDAP-server op de webpagina's is geconfigureerd, kunt u een adres opzoeken in een globaal adresboek en dat adres ophalen voor scannen naar e-mail of internetfax (uitgezonderd Direct SMTP-adressen). Open het scherm Globaal Adres Zoeken. Voorwaarde- Instellingen (1) Druk op [Adresboek] in het basisscherm.
Pagina 474
SCANNER/INTERNETFAX Selecteer de bestemming. Gereed voor verzenden. Voorwaarde- (1) Druk op de toets van de gewenste bestemming. Instellingen Details Als er geen namen worden gevonden die overeenkomen Adresoverzicht XXX AAA xxx@xx.xxx.com met de zoekletters, krijgt u een melding. Druk op [OK] om Opnieuw Zoeken XXX BBB yyy@xx.xxx.com...
Pagina 475
SCANNER/INTERNETFAX Een bestemming opslaan van een globaal adresboek in het adresboek van de machine Een bestemmingsadres van een globaal adresboek kan als een bestemming (sneltoets) worden opgeslagen in het adresboek van de machine. Druk op de toets [Details] in het scherm voor zoekresultaten van het globale adresboek (het scherm van stap 3 hierboven) om informatie weer te geven van de geselecteerde bestemming.
SCANNER/INTERNETFAX OPNIEUW VERZENDEN De bestemmingen van de laatste 8 verzendingen met Scannen naar E-mail, internetfax (inclusief Direct SMTP-adressen) en/of fax worden opgeslagen. Een van deze 8 kan geselecteerd worden opnieuw naar de bestemming verzonden te worden. Druk op [Opn. verzenden]. Gereed voor verzenden.
SCANNER/INTERNETFAX EEN BEELD VERZENDEN EEN BEELD IN SCANMODUS VERZENDEN In deze sectie wordt de basisprocedure voor het verzenden in scanmodus uitgelegd (Scannen naar E-mail, Scannen naar FTP, Scannen naar desktop en Scannen naar netwerkmap). Als een standaardadres is geconfigureerd in "Instelling standaard adres" in de systeeminstellingen (beheerder), kan de modus of bestemming niet worden gewijzigd en kunnen geen bestemmingen worden toegevoegd.
Pagina 478
SCANNER/INTERNETFAX Geef de bestemming op. (1) Druk op [Adresboek] in het basisscherm. Voorwaarde- Instellingen (2) Druk op de sneltoets van de gewenste Adresoverzicht BBB BBB AAA AAA bestemming. Globaal CCC CCC DDD DDD Adres Zoeken Het pictogram op de toets geeft aan welk type EEE EEE FFF FFF bestemming onder de toets is opgeslagen.
Pagina 479
SCANNER/INTERNETFAX Geef op in welke afdrukstand het Scan Scanformaat 100% Verzendformaat Origineel origineel is geplaatst. Auto Automatisch Om te zorgen dat het origineel wordt gescand in de juiste stand 2-Zijdig Stand afbeelding Boekje (de bovenrand van het origineel wordt weergegeven boven in 2-Zijdig het scherm), geeft u op in welke stand het origineel in stap 1 is Schr.Blok...
Pagina 480
SCANNER/INTERNETFAX Druk op [Lezen Klaar]. Plaats volgend origineel. (Pgx) Druk op [Start]. Er klinkt een pieptoon ten teken dat de bewerking is voltooid. Druk op [Lezen klaar] indien gereed. Open de automatische origineelinvoer en verwijder het Configureren Lezen Klaar origineel. •...
SCANNER/INTERNETFAX ONDERWERP, BESTANDSNAAM, BEANTWOORDEN EN PLATTE TEKST WIJZIGEN Het onderwerp, de bestandsnaam, beantwoorden en platte tekst kunnen tijdens het verzenden van een scan worden gewijzigd. Er kunnen vooraf ingestelde items worden geselecteerd, of er kan rechtstreeks tekst worden ingevoerd. • Bij Scannen naar FTP, Scannen naar desktop of Scannen naar netwerkmap wordt alleen de bestandsnaam gebruikt. •...
Pagina 482
SCANNER/INTERNETFAX Als u "Antwoord naar" wilt wijzigen, Verzendinstellingen drukt u op de toets [Antwoord naar]. Onderwerp Sub: Schedule coordination meeting Bestandsnaam Material for planning meeting Antwoord naar Inhoud Beantwoorden' toevoegen aan Cc Als u werkt met gebruikersauthenticatie, worden de gegevens van de aangemelde gebruiker toegepast en kan "Antwoord naar"...
Pagina 483
SCANNER/INTERNETFAX Druk op [OK]. Verzendinstellingen Onderwerp Sub: Schedule coordination meeting Bestandsnaam Material for planning meeting Antwoord naar AAA AAA Inhoud Beantwoorden' toevoegen aan Cc Het selectievakje [Beantwoorden' toevoegen aan Cc] kan worden geselecteerd om een Cc-kopie naar de afzender te sturen. Bij het opslaan van vooraf opgestelde tekst voor het onderwerp en de bestandsnaam op de webpagina's kunnen tot 80 tekens worden ingevoerd.
SCANNER/INTERNETFAX EEN BEELD IN USB-GEHEUGENMODUS VERZENDEN Volg onderstaande stappen om een gescande afbeelding naar een in de handel verkrijgbaar USB-geheugenapparaat te verzenden dat op de machine is aangesloten. Het bestand wordt daarmee opgeslagen in het USB-apparaat. • Overleg met uw dealer of detaillist welke USB-geheugenapparaten u kunt gebruiken. •...
Pagina 485
SCANNER/INTERNETFAX Schakel over op USB-geheugenmodus. (1) Druk op [Modus Wijzigen]. (2) Druk op [USB-geh.scan]. • Bij scannen naar USB-geheugen hoeft de bestemming niet te worden opgegeven. • Als er eerder een bestemming of andere modus werd opgegeven, verschijnt een bericht als u overschakelt naar de USB-geheugenmodus om aan te geven dat de ingestelde bestemming wordt gewist.
Pagina 486
SCANNER/INTERNETFAX Druk op de toets [STARTEN KLEUR] of [STARTEN ZWART-WIT]. Het scannen begint. • Als het origineel op de glasplaat is gelegd, verschijnt de toets [Lezen Klaar] op het aanraakscherm. Als het origineel slechts één pagina is, gaat u naar stap 8. Als u meer pagina's moet scannen gaat u naar de volgende stap. •...
Pagina 487
SCANNER/INTERNETFAX Koppel het USB-geheugen los wanneer "Verzenden van gegevens voltooid." op het aanraakscherm verschijnt. Koppel het USB-geheugen niet los terwijl "Bezig met verzenden van gegevens." of "Bezig met verzenden van gegevens." op het aanraakscherm wordt weergegeven. • Wanneer de verzending naar USB-geheugen is voltooid, wordt "Verzenden van gegevens voltooid." weergegeven. Het bericht verdwijnt even later en het basisscherm van de functie beeld verzenden verschijnt weer.
SCANNER/INTERNETFAX BESTANDSNAAM INVOEREN U kunt de bestandsnaam invoeren tijdens het verzenden van een scan. • Als de bestandsnaam niet wordt ingevoerd, worden de instellingen van de webpagina gebruikt. • Zie "TEKST INVOEREN" (pagina 1-60) in "1. VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT" voor de procedure voor het invoeren van tekst.
SCANNER/INTERNETFAX EEN FAX VERZENDEN IN INTERNETFAXMODUS De basisprocedure voor het zenden van een fax in internetfaxmodus wordt hieronder uitgelegd. Met de procedure kan ook direct verzonden worden via Direct SMTP. Als een standaardadres is geconfigureerd in "Instelling standaard adres" in de systeeminstellingen (beheerder), kan de modus of bestemming niet worden gewijzigd en kunnen geen bestemmingen worden toegevoegd.
Pagina 490
SCANNER/INTERNETFAX Schakel over op Internetfaxmodus. (1) Druk op [Modus Wijzigen]. (2) Druk op [Internetfax]. Roep het scherm voor de Internetfax Automatisch Adresboek Modus Wijzigen Belichting origineelinstellingen op. Opdrachteig. Adresinvoer instellingen 200X100dpi TIFF-F Resolutie Best.Indeling Verzendinst. Spec. Functies (1) Druk op de toets [Opdrachteig. Fax Ontv.
Pagina 491
SCANNER/INTERNETFAX Druk op [Lezen Klaar]. Plaats volgend origineel. (Pgx) Druk op [Start]. Er klinkt een pieptoon ten teken dat de bewerking is voltooid. Druk op [Lezen klaar] indien gereed. Open de automatische origineelinvoer en verwijder het Configureren Lezen Klaar origineel. •...
SCANNER/INTERNETFAX ONDERWERP, BESTANDSNAAM EN PLATTE TEKST WIJZIGEN Het onderwerp, de bestandsnaam en de tekst kunnen bij het verzenden van een Internetfax worden gewijzigd. Er kunnen vooraf ingestelde items worden geselecteerd, of er kan rechtstreeks tekst worden ingevoerd. • Als onderwerp en bestandsnaam niet zijn gewijzigd, worden de instellingen van de webpagina gebruikt. •...
Pagina 493
SCANNER/INTERNETFAX Voer de tekst in en druk op [OK]. Alles wissen Invoer inhoud • Selecteer een vooraf opgesteld bericht dat op de webpagina Thank you for your continuous support. We have attached scanned data, which you have requested. is opgeslagen door op [Voorkeurselec.] te drukken. •...
SCANNER/INTERNETFAX DEZELFDE AFBEELDING NAAR MEERDERE BESTEMMINGEN VERZENDEN (Rondzendtransmissie) Dezelfde afbeelding kan in één handeling naar meerdere bestemmingen van scan-, internetfax- en faxmodi worden verzonden. Er kunnen tot 500 bestemmingen in één distributiebewerking worden geselecteerd. Verzending Originelen Als u vaak afbeeldingen naar dezelfde groep bestemmingen rondzendt, is het handig om deze bestemmingen onder een groeptoets op te slaan.
Pagina 495
SCANNER/INTERNETFAX Geef de bestemming op. (1) Druk op [Adresboek] in het basisscherm. Voorwaarde- Instellingen (2) Druk op de sneltoets van de gewenste Adresoverzicht BBB BBB AAA AAA Globaal bestemming. CCC CCC DDD DDD Adres Zoeken EEE EEE FFF FFF (3) Druk op de toets [Aan]. Freq.
Pagina 496
SCANNER/INTERNETFAX Druk op de toets [STARTEN KLEUR] of [STARTEN ZWART-WIT]. Het scannen begint. • Als u de pagina's van het origineel in de documentinvoerlade hebt geplaatst, worden alle pagina's gescand. Er klinkt een pieptoon ten teken dat het scannen is voltooid. •...
SCANNER/INTERNETFAX RONDZENDOPDRACHTEN WAARIN INTERNETFAXBESTEMMINGEN ZIJN OPGENOMEN Als een rondzendopdracht zowel bestemmingen voor de scanmodus als de Internetfaxmodus bevat, krijgen de instellingen van de Internetfaxmodus voorrang (afdrukstand origineel en andere diverse instellingen). Houd bij het uitvoeren van een rondzendopdracht van dit type rekening met onderstaande informatie. De afdrukstand van Internetfax krijgt prioriteit.
Pagina 498
SCANNER/INTERNETFAX Details van de rondzendopdracht Opdr.Wachtr Adres Starttijd Pagina Status Rondzenden0001 10:00 04/04 990/010 NG000000 Voltooid weergeven. Rondzenden0002 10:05 04/04 050/005 Verzenden OK Details (1) Druk op de toets van de voltooide Rondzenden0003 10:08 04/04 001/001 Verzenden OK rondzendopdracht. DDD DDD 10:30 04/04 001/001 Verzenden OK Oproep I-Fax...
SCANNER/INTERNETFAX INTERNETFAX VANUIT EEN PC VERSTUREN (PC-I-Fax) Een computerbestand kan via de machine als Internetfax worden verzonden (PC-I-Fax-functie). Internetfaxen worden met de PC-I-Fax-functie op dezelfde manier verzonden als documenten worden afgedrukt. Selecteer het stuurprogramma van de PC-Fax als stuurprogramma voor het afdrukken en selecteer dan de opdracht Afdrukken in de softwaretoepassing.
SCANNER/INTERNETFAX OPDRACHTEIG. INSTELLINGEN Als u op de toets [Opdrachteig. instellingen] drukt, wordt de toets [Spec. Functies] weergegeven en verschijnen er toetsen voor het selecteren van de scaninstellingen. De huidige instelling van elke scan-insteltoets wordt bovenin de toets weergegeven. Scannen Adresboek Auto Mono2/Autom.
SCANNER/INTERNETFAX Automatisch BEIDE ZIJDEN VAN EEN DUBBELZIJDIG ORIGINEEL SCANNEN 2-zijdig (origineel) Met de automatische origineelinvoer kunt u automatisch beide zijden van een origineel scannen. Scantransmissie 2-zijdig origineel Voor- en achterzijde worden gescand Selecteer de modus en geef het scherm opdrachteig. instellingen weer. (1) Druk op de toets [Modus Wijzigen] en selecteer de gewenste modus.
SCANNER/INTERNETFAX SCANFORMAAT ORIGINEEL EN VERZENDFORMAAT OPGEVEN (Vergroten/Verkleinen) Bij plaatsing van het origineel wordt het formaat automatisch waargenomen en weergegeven op het basisscherm. Het formaat van het geplaatste origineel wordt aangegeven als het scanformaat, en het te verzenden formaat wordt aangegeven als het verzendformaat. Gereed voor verzenden.
Pagina 503
SCANNER/INTERNETFAX Het scanformaat van het origineel opgeven (Opgeven in standaardformaat) Als het origineel geen standaardformaat heeft of als u het scanformaat wilt wijzigen, druk dan op [Origineel] om het formaat van het origineel handmatig op te geven. Plaats het origineel in de lade van de automatische origineelinvoer of op de glasplaat en volg onderstaande stappen.
Pagina 504
SCANNER/INTERNETFAX Het scanformaat van het origineel opgeven (met numerieke waarden) Als u een origineel scant dat geen standaardformaat heeft, zoals een kaart, volg dan deze stappen om het formaat van het origineel op te geven. De breedte kan variEen van 25 mm tot 432 mm (1" tot 17"), en de hoogte kan variëren van 25 mm tot 297 mm (1"...
SCANNER/INTERNETFAX Het verzendformaat van de afbeelding opgeven Geef het verzendformaat op als een papierformaat. Als het verzendformaat groter is dan het geselecteerde scanformaat, wordt de afbeelding vergroot. Als het verzendformaat kleiner is dan het geselecteerde scanformaat, wordt de afbeelding verkleind. •...
SCANNER/INTERNETFAX BELICHTING EN TYPE ORIGINEEL BEELD WIJZIGEN Om optimaal te scannen kunt u de belichting en het type origineel beeld overeenkomstig het origineel instellen. Raadpleeg de volgende tabellen om de juiste instellingen te kiezen. Hoe selecteert u de belichting Belichting Toepassing Bij deze instelling wordt de belichting automatisch aangepast aan lichtere en donkerdere Auto...
Pagina 507
SCANNER/INTERNETFAX Selecteer de belichting en het origineelafbeeldingstype. Scanmodus, USB-geheugenmodus, (1) Selecteer het origineelafbeeldingstype. gegevensinvoermodus Druk op de toets origineelafbeeldingstype voor het betreffende afbeeldingtype. Scan Moiré-reductie Belichting (2) Pas de belichting aan met de toetsen Auto Tekst Tekst/ Tekst/Foto Handmatig Afged.Foto De belichting wordt donkerder wanneer op de toets Afgedrukte Foto...
SCANNER/INTERNETFAX RESOLUTIE WIJZIGEN U kunt de resolutie-instelling selecteren. Selecteer de modus en geef het scherm opdrachteig. instellingen weer. (1) Druk op de toets [Modus Wijzigen] en selecteer de gewenste modus. (2) Druk op de toets [Opdrachteig. instellingen]. (3) Druk op [Resolutie]. ☞...
SCANNER/INTERNETFAX Hoe selecteert u de resolutie Bij originelen met normale tekst is een resolutie van 200X100dpi (200X100dpi in Internetfaxmodus) voldoende voor een leesbare afbeelding. Bij foto's en illustraties levert een hogere resolutie (600X600dpi, etc.) een scherpe afbeelding op. Een hoge resolutie levert een groter bestand op en als het bestand te groot is, is verzending wellicht niet mogelijk. Beperk in dat geval het aantal gescande pagina's of neem andere maatregelen om de bestandsgrootte te beperken.
Pagina 510
SCANNER/INTERNETFAX Stel de indeling in. ● Scannen in Mono2 (1) Selecteer het bestandstype. Bestandstype Compressiemodus (2) Selecteer de compressiewijze. TIFF Geen PDF versl. MH (G3) Kleur/grs. Programma MMR (G4) Opgegeven pagina's (1-99) per bestand ● Scannen in kleur/grijstinten (1) Druk op de aangegeven toets om de modus Bestandstype Comp.factor [Kleur/grs.] te selecteren.
SCANNER/INTERNETFAX Wijzig het aantal pagina's per bestand Bestandstype Comp.factor door het aantal pagina's in te voeren en Lage comp TIFF sluit het instellen van de indeling. PDF versl. Gemid. comp Kleur/grs. Programma JPEG Hoge comp (1) Druk op het selectievakje [Opgegeven (1-99) Opgegeven pagina's per bestand...
Pagina 512
SCANNER/INTERNETFAX De indeling wijzigen (Internetfaxmodus) De bestandsindeling voor het zenden van een Internetfax staat normaal gesproken ingesteld op [TIFF-F]. Als de Internetfaxmachine op de bestemming de volledige modus niet ondersteunt (de machine ondersteunt slechts de eenvoudige modus), volg dan de onderstaande stappen om [TIFF-S] te selecteren. Schakel over naar de internetfaxmodus en geef het scherm indelingsinstellingen weer.
SCANNER/INTERNETFAX KLEURENMODUS WIJZIGEN Met deze procedure wordt de kleurenmodus waarmee het origineel wordt gescand gewijzigd wanneer op [STARTEN KLEUR] of [STARTEN ZWART-WIT] wordt gedrukt. Deze functie kan niet worden gebruikt in de modus Internetfax. Starttoets Modus Scanmethode De machine neemt waar of een origineel in kleur of zwartwit is en Automatisch selecteert automatisch scannen in kleur of in zwartwit (Mono2 of Toets [STARTEN...
SCANNER/INTERNETFAX SPECIALE FUNCTIES Dit gedeelte gaat over speciale functies die kunnen worden gebruikt voor de scanverzendmodus. SPECIALE FUNCTIES Druk voor het weergeven van het speciale functies menuscherm op de toets [Opdrachteig. instellingen] in het basisscherm en druk daarna op de toets [Spec. Functies]. Het menu van speciale functies bestaat uit 3 schermen. Druk op de toets om tussen de schermen te wisselen.
Pagina 515
SCANNER/INTERNETFAX Internetfaxmodus De hieronder verklaarde toetsen kunnen alleen worden gebruikt in Internetfaxmodus. De andere toetsen zijn dezelfde als die verklaard in "Scanmodus, USB-geheugenmodus, gegevensinvoermodus" (pagina 5-64). Eerste scherm Tweede scherm Internetfax Internetfax Spec. modussen Spec. modussen Dubbele Pg Opdracht Origineel Langzame Programma Wissen...
SCANNER/INTERNETFAX SCANBEWERKINGEN OPSLAAN (Programma's) Bestemming, instellingen voor een origineel en functies kunnen in een programma worden opgeslagen. Als u deze instellingen wilt gebruiken om een afbelding te verzenden, kunnen zij gemakkelijk worden opgeroepen. In het onderstaande voorbeeld moeten elke maand documenten van A4 (8-1/2" x 11") formaat naar een bestand worden gescand en naar elk filiaal worden verzonden.
Pagina 517
SCANNER/INTERNETFAX Speciale functies selecteren. (1) Druk op de toets [Opdrachteig. instellingen]. (2) Druk op de toets [Spec. Functies]. (3) Druk op [Programma]. ☞ SPECIALE FUNCTIES (pagina 5-64) Roep het opgeslagen programma op. Programma Program 1 Program 2 (1) Druk op de gewenste programmatoets. Program 3 Program 4 (2) Druk op [OK].
SCANNER/INTERNETFAX WISSEN VAN SCHADUWRANDEN OP EEN AFBEELDING (Wissen) Deze wisfunctie wordt gebruikt om schaduwen op kopieën vanaf boeken of andere dikke originelen te wissen. (Deze functie wist de delen van de afbeelding waar schaduwranden zich meestal voordoen. De functie neemt geen schaduwen waar en wist alleen de schaduwranden.) Scannen van een dik boek Zonder de wisfunctie...
Pagina 519
SCANNER/INTERNETFAX Speciale functies selecteren. (1) Druk op de toets [Modus Wijzigen] en selecteer de gewenste modus. (2) Druk op de toets [Opdrachteig. instellingen]. (3) Druk op de toets [Spec. Functies]. (4) Druk op [Wissen]. ☞ SPECIALE FUNCTIES (pagina 5-64) Selecteer de wisinstellingen. Spec.
Pagina 520
SCANNER/INTERNETFAX Druk op de toets [STARTEN KLEUR] of [STARTEN ZWART-WIT]. Het scannen begint. • Als u de pagina's van het origineel in de documentinvoerlade hebt geplaatst, worden alle pagina's gescand. Er klinkt een pieptoon ten teken dat het scannen is voltooid. •...
SCANNER/INTERNETFAX EEN ORIGINEEL SCANNEN ALS TWEE APARTE PAGINA'S (Dubbele Pg Scannen) De linker- en rechterzijde van een origineel kunnen als twee afzonderlijke pagina's worden gescand. Deze functie is handig als u elke pagina van een boek of ander ingebonden document opeenvolgend wilt scannen. Voorbeeld: Scannen van de linker- en rechterpagina's van een boek Boek of ingebonden document De pagina's worden als twee afzonderlijke pagina's gescand.
Pagina 522
SCANNER/INTERNETFAX Speciale functies selecteren. (1) Druk op de toets [Modus Wijzigen] en selecteer de gewenste modus. (2) Druk op de toets [Opdrachteig. instellingen]. (3) Druk op de toets [Spec. Functies]. ☞ SPECIALE FUNCTIES (pagina 5-64) Selecteer Dubbele Pagina Scannen. Scan Spec.
SCANNER/INTERNETFAX AFBEELDING OP EEN OPGEGEVEN TIJDSTIP VERZENDEN (Timer verzending) Met deze functie kunt u een tijdstip opgeven waarop een verzending of rondzendopdracht automatisch moet plaatsvinden. Verzending begint automatisch op de opgegeven tijd. Stel een verzending Om 20.00 uur begint de in voor 20.00 uur verzending automatisch •...
Pagina 524
SCANNER/INTERNETFAX Stel de tijd in met de toetsen Spec. Functies Annuleren (1) Geef de dag op. Timer Dag van de week Tijd Wilt u geen dag opgeven, selecteer dan [---]. In dat geval begint de verzending zodra de bij (2) opgegeven tijd aanbreekt.
SCANNER/INTERNETFAX FLETSE KLEUREN OP DE AFBEELDING OP LATEN LICHTEN (Achtergrond-Onderdrukking) Met deze functie worden lichte achtergronden onderdrukt. Niveau [+] De helderheid waarbij onderdrukking wordt uitgevoerd, kan worden aangepast. Niveau [-] • Deze functie kan niet worden gebruikt in de modus Internetfax. •...
Pagina 526
SCANNER/INTERNETFAX Selecteer de instelling voor Spec. Functies achtergrond-onderdrukking. Annuleren Achtergrond-Onderdrukking Lichte gebieden van het origineel kunnen (1) Pas het niveau van worden onderdrukt als achtergrond achtergrond-onderdrukking aan. Druk op de toets [+] om alleen lichte achtergronden te onderdrukken. Druk op de toets [-] om lichte tot donkere achtergronden te onderdrukken.
SCANNER/INTERNETFAX BEIDE ZIJDEN VAN EEN KAART OP ÉÉN PAGINA SCANNEN (KAART FORMAAT) Met deze functie kunt u de voor- en achterkant van een kaart verzenden als één pagina. U hoeft dan niet elke zijde afzonderlijk te verzenden. Gescande afbeelding Originelen Verzending Voorzijde Achterzijde...
Pagina 528
SCANNER/INTERNETFAX Geef het formaat van het origineel op. Spec. Functies (1) Voer het formaat van het origineel in. Annuleren Kaart Formaat • Druk op de cijferweergavetoets voor X (breedte) en Formaat (25 210) Herstellen voer de breedte in. Passend om (25 210) •...
Pagina 529
SCANNER/INTERNETFAX Druk op [Lezen Klaar]. Plaats volgend origineel. (Pgx) Druk op [Start]. Druk op [Lezen klaar] indien gereed. Configureren Lezen Klaar Als u doorgaat met de voorkant van de kaart te scannen, kunt u de toets [Configureren] indrukken om belichting, resolutie, scanformaat en verzendformaat te wijzigen.
SCANNER/INTERNETFAX VEEL ORIGINELEN INEENS SCANNEN (Opdr. samenst.) Met deze functie kunt u een zending die bestaat uit een groot aantal originelen opsplitsen in sets, elke set scannen met behulp van de automatische origineelinvoer en alle pagina's versturen en één enkele verzending. Gebruik deze functie als u meer originelen wilt scannen dan het maximum aantal vellen dat in één keer in de automatische origineelinvoer kan worden geplaatst.
Pagina 531
SCANNER/INTERNETFAX Selecteer de modus opdracht Scan Spec. modussen samenstellen. Origineel Langzame Opdracht gem. form. scanmodus Samenstel. (1) Druk op de toetsen om tussen de Aantal schermen te wisselen. Bestand Snelbestand originelen (2) Druk op [Opdracht Samenstel.] zodat de (3) (1) toets wordt gemarkeerd.
SCANNER/INTERNETFAX ORIGINELEN VAN VERSCHILLEND FORMAAT SCANNEN (Origineel gem. form.) Met deze functie kunt u originelen van verschillend formaat tegelijkertijd scannen, bijvoorbeeld B4-formaat (8-1/2" x 14") originelen gemixt met A3-formaat (11" x 17") originelen. Bij het scannen van de originelen herkent de machine automatisch het formaat van elk origineel.
Pagina 533
SCANNER/INTERNETFAX Selecteer de instelling voor originelen Scan Spec. modussen van gemixt formaat. Opdracht Origineel Langzame Samenstel. gem. form. scanmodus (1) Druk op de toetsen om tussen de Aantal schermen te wisselen. Bestand Snelbestand originelen (2) Druk op [Origineel gem. form.] zodat de toets wordt gemarkeerd.
SCANNER/INTERNETFAX SCANNEN VAN DUNNE ORIGINELEN (Langzame scanmodus) Druk op deze toets wanneer u dunne originelen wilt scannen met behulp van de automatische documentinvoerlade. Deze functie helpt voorkomen dat dunne originelen in het apparaat vastlopen. Indien u de USB-geheugenmodus gebruikt, sluit het USB-geheugen dan op de machine aan voordat u onderstaande procedure uitvoert.
Pagina 535
SCANNER/INTERNETFAX Selecteer de langzame scanmodus. Scan Spec. modussen (1) Druk op de toetsen om tussen de Origineel Opdracht Langzame Samenstel. gem. form. scanmodus schermen te wisselen. Aantal Bestand Snelbestand (2) Druk op [Langzame scanmodus] zodat de originelen toets wordt gemarkeerd. (3) (1) (3) Druk op [OK].
SCANNER/INTERNETFAX HET AANTAL GESCANDE ORIGINELE VELLEN CONTROLEREN VOOR VERZENDING (Aantal originelen) Het aantal gescande originele vellen kan worden geteld en weergegeven voor de verzending. Door het aantal gescande originele vellen te controleren voor de verzending, vermijdt u verzendingsfouten. • Deze functie kan niet worden gebruikt in de USB-geheugenmodus. •...
Pagina 537
SCANNER/INTERNETFAX Als het scannen klaar is, controleer dan het aantal gescande originele vellen en Er zijn xx pagina's van (P.x) het origineel gescand. druk op [OK]. Gescande gegevens verzenden? Annuleren Het verzenden zal beginnen. • Wanneer u de modus Opdracht samenstel. gebruikt, zal het bevestigingsbericht verschijnen nadat u op de toets [Lezen Klaar] hebt gedrukt.
SCANNER/INTERNETFAX EEN STEMPEL ZETTEN OP GESCANDE ORIGINELEN (Verif. Stempel) Met deze functie wordt een stempel gezet op elk origineel dat via de automatische origineelinvoer wordt gescand, zodat u kunt controleren of alle originele correct werden gescand. Plaats van de stempel Er wordt een "O"-teken gestempeld...
Pagina 539
SCANNER/INTERNETFAX Selecteer "Verif. Stempel". Scan Spec. modussen (1) Druk op de toetsen om tussen de Verif. Stempel schermen te wisselen. (2) Druk op de toets [Verif. Stempel], zodat die wordt gemarkeerd. (3) (1) (3) Druk op [OK]. Druk op de toets [STARTEN KLEUR] of [STARTEN ZWART-WIT]. Het scannen begint.
SCANNER/INTERNETFAX TWEE PAGINA'S ALS ÉÉN PAGINA VERZENDEN (2-in-1) Twee pagina's originelen kunnen worden verkleind tot de helft van hun oorspronkelijke formaat en samen worden verzonden als één pagina. Originelen in staande stand Verzending Originelen in liggende stand Verzending Deze functie kan niet worden gebruikt in scanmodus, USB-geheugenmodus of gegevensinvoermodus. Plaats het origineel.
Pagina 541
SCANNER/INTERNETFAX Speciale functies selecteren. (1) Druk op de toets [Modus Wijzigen] en selecteer [Internetfax]. (2) Druk op de toets [Opdrachteig. instellingen]. (3) Druk op de toets [Spec. Functies]. ☞ SPECIALE FUNCTIES (pagina 5-64) Selecteer 2-in-1. Internetfax Spec. modussen (1) Druk op [2-in-1] zodat de toets wordt Dubbele Pg Programma Wissen...
Pagina 542
SCANNER/INTERNETFAX Druk op de toets [STARTEN KLEUR] of [STARTEN ZWART-WIT]. Het scannen begint. • Als u de pagina's van het origineel in de documentinvoerlade hebt geplaatst, worden alle pagina's gescand. Er klinkt een pieptoon ten teken dat het scannen is voltooid. •...
SCANNER/INTERNETFAX AFDRUKINSTELLINGEN VOOR HET TRANSMISSIERAPPORT WIJZIGEN (Transmissierapport) Er wordt automatisch een rapport afgedrukt om u te waarschuwen wanneer een Internetfaxtransmissie mislukt of er een rondzendopdracht wordt uitgevoerd. In het transmissierapport staat een beschrijving van de verzending (datum, starttijd, naam andere partij, vereiste tijd, aantal pagina's, status, enz.). ☞...
Pagina 544
SCANNER/INTERNETFAX Druk op de toets [STARTEN KLEUR] of [STARTEN ZWART-WIT]. Het scannen begint. • Als u de pagina's van het origineel in de documentinvoerlade hebt geplaatst, worden alle pagina's gescand.Er klinkt een pieptoon ten teken dat het scannen is voltooid. •...
SCANNER/INTERNETFAX STATUS VAN VERZEND/ONTVANGSTOPDRACHTEN CONTROLEREN In dit gedeelte leggen we uit hoe u de status van gereserveerde (ingeplande) verzendopdrachten en ontvangen internetfaxen kunt controleren. OPDRACHTSTATUSSCHERM Het scherm opdrachtstatus verschijnt wanneer u op de toets [OPDRACHT STATUS] op het bedieningspaneel drukt. Het opdrachtstatusscherm geeft de status van opdrachten per modus weer.
SCANNER/INTERNETFAX SCHERM OPDRACHTWACHTRIJ EN SCHERM UITGEVOERDE OPDRACHTEN Het opdrachtstatusscherm bestaat uit twee schermen: het scherm opdrachtwachtrij waarin gereserveerde opdrachten en de opdracht in uitvoering worden weergegeven, en het scherm uitgevoerde opdrachten. Wissel tussen de twee schermen door op onderstaande selectietoets (2) van het opdrachtstatusscherm te drukken. Scherm Opdrachtwachtrij Scherm Voltooid Adres...
Pagina 547
SCANNER/INTERNETFAX Weergave opdrachttoetsen Op de toetsen voor de opdrachtwachtrij en uitgevoerde opdrachten op het opdrachtstatusscherm wordt de volgende informatie weergegeven. Direct SMTP-informatie wordt ook in internetfax verzend/ontvangstinformatie opgenomen. AAA AAA 10:22 04/04 000/004 Wachten (1) (2) Geeft het nummer (de positie) aan van de opdracht in Tijd van reservering/Starttijd de wachtrij.
Pagina 548
SCANNER/INTERNETFAX • Uitgevoerde opdracht Weergave Status "Verzenden Verzending is voltooid. OK" "In Er is een Internetfax ontvangen Geheugen" maar nog niet afgedrukt. "Ontvangen" Afgedrukte ontvangen faxgegevens. "Doorstuur Een ontvangen Internetfax is OK" doorgestuurd. "Gestopt" De opdracht werd gestopt. "Aantal Voltooiing van een succesvolle distributieverzending of inkomende verzendbeste...
SCANNER/INTERNETFAX VOORTGANG WANNEER EEN OPDRACHT UIT DE WACHTRIJ IS UITGEVOERD Een normale verzendopdracht die wordt voltooid gaat over naar het scherm uitgevoerde opdrachten en in de statuskolom verschijnt "Verzenden OK". Ontvangen Internetfaxen, timerverzendopdrachten en doorstuuropdrachten worden in het scherm opdrachtstatus op de hieronder beschreven wijze afgehandeld.
SCANNER/INTERNETFAX UITGEVOERDE OPDRACHTEN CONTROLEREN U kunt een lijst controleren met bestemmingen, de bestemmingen waarvan de verzending is mislukt, en andere uitgebreide informatie over voltooide rondzendopdrachten en opdrachten die zijn uitgevoerd met de functie documentarchivering. Druk op de toets van de opdracht waarover u informatie wilt weergeven in het scherm uitgevoerde opdrachten en druk op de toets [Details].
SCANNER/INTERNETFAX STOPPEN VAN EEN SCANOPDRACHT DIE WORDT VERZONDEN OF WACHT OP VERZENDING Volg onderstaande stappen om een opdracht te stoppen die momenteel wordt verzonden of op verzending wacht. Druk op de toets [OPDRACHT STATUS]. OPDRACHT STATUS Selecteer de opdracht die u wilt stoppen. Opdr.Wachtr Adres Tijd Inst.
SCANNER/INTERNETFAX PRIORITEIT TOEKENNEN AAN EEN SCANVERZENDOPDRACHT Als er meerdere opdrachten wachten op verzending, worden de opdrachten normaal gesproken op volgorde van reservering verzonden. Mocht het nodig zijn om een opdracht voorrang te verlenen boven andere opdrachten, ga dan als volgt te werk. Druk op de toets [OPDRACHT STATUS].
SCANNER/INTERNETFAX ACTIVITEITENLOGBOEK VAN INTERNETFAX CONTROLEREN (Activiteitenrapport Beeld Verzenden) ACTIVITEITENRAPPORT BEELD VERZENDEN U kunt de machine een logboek laten afdrukken van recente beeldverzendingsactiviteiten (datum, naam, naam andere partij, vereiste tijd, resultaat, enz.). Het Activiteitenrapport Beeld Verzenden bevat nuttige informatie over bijvoorbeeld het soort fouten dat zich voordoet.
SCANNER/INTERNETFAX INTERNETFAX ONTVANGSTFUNCTIES Dit gedeelte legt de basisprocedures uit voor het ontvangen van internetfaxberichten. INTERNETFAX ONTVANGEN De functie Internetfax legt regelmatig* contact met de mailserver (POP3-server) en controleert of er al dan niet faxen via internet zijn ontvangen. Als er faxberichten zijn ontvangen, worden de faxen automatisch opgeroepen en afgedrukt. * De standaardinstelling is eens per vijf minuten.
SCANNER/INTERNETFAX HANDMATIG INTERNETFAXEN ONTVANGEN Als u de interval voor het controleren op ontvangen faxen wat te lang vindt en u direct wilt controleren, kunt u de ontvangst handmatig starten. Druk op de toets [Fax Ontv.] om de verbinding te maken met de mailserver en ontvangen faxen op te roepen. Gereed voor verzenden.
SCANNER/INTERNETFAX EEN FAX MET WACHTWOORDBEVEILIGING AFDRUKKEN (Instelling vasthouden ontvangen afdrukgegevens) De optie "Instelling vasthouden ontvangen afdrukgegevens" in de systeeminstellingen (beheerder) kan worden ingeschakeld om faxen in het geheugen te ontvangen zonder ze af te drukken. Om faxen af te drukken moet een wachtwoord worden ingevoerd.
SCANNER/INTERNETFAX ONTVANGEN INTERNETFAXEN NAAR EEN NETWERKADRES DOORSTUREN (Instelling voor inkomende routing) Ontvangen internetfaxen kunnen automatisch naar een e-mailadres, bestandserveradres, desktopadres, of netwerkmapadres worden doorgestuurd. Als deze functie is ingeschakeld, kunt u ook internetfaxen doorsturen zonder ze af te drukken. Het apparaat Doorzenden Ontvangen internetfax •...
Pagina 558
SCANNER/INTERNETFAX Afzenderadressen opslaan. Als u enkel faxen van opgegeven adressen wenst door te sturen, sla dan de gewenste afzenderadressen op. Afzenderadressen die hier worden opgeslagen, kunnen uit een lijst worden geselecteerd wanneer u een doorstuurtabel opslaat. (1) Klik op [Registratie van afzendernummer/-adres] in het menu [Instelling voor inkomende routing] in de webpagina.
Pagina 559
SCANNER/INTERNETFAX Een doorstuurtabel opslaan. Volg de onderstaande stappen om een doorstuurtabel op te slaan waarin een opgegeven afzender en doorstuuradres worden gecombineerd. (1) Klik op [Instelling voor inkomende routing] in het menu van de webpagina's en klik op de toets [Toevoegen]. (2) Voer een "Tabelnaam"...
SCANNER/INTERNETFAX SCANNEN VANAF EEN COMPUTER (PC-scanmodus) BASISPROCEDURE VOOR SCANNEN Het is mogelijk om een scannerstuurprogramma van de bij de machine meegeleverde CD-ROM op uw pc te installeren en vanaf uw computer een afbeelding te scannen met een toepassing die compatibel is met TWAIN*. Scannen vanaf uw computer is erg handig voor het scannen van een enkel origineel zoals een foto, vooral als u tijdens het scannen scaninstellingen wilt aanpassen.
Pagina 561
[Selecteer Scanner] in het menu [Bestand]. Selecteer het scannerstuurprogramma van de machine. (1) Selecteer [SHARP MFP TWAIN K]. (2) Klik op de knop [Selecteren]. Selecteer [Afbeelding ophalen] in het menu [Bestand]. Het stuurprogramma van de scanner geopend.
Pagina 562
SCANNER/INTERNETFAX De afbeelding voorvertonen. (1) Selecteer de locatie waar het origineel is geplaatst. Menu "Scanpositie": • Als het origineel enkelzijdig is en in de lade van de origineelinvoer is geplaatst, selecteer dan [SPF (enkelzijdig)]. • Als het origineel 2-zijdig is en in de lade van de origineelinvoer is geplaatst, selecteer dan [SPF (dubbelzijdig - boek)] of [SPF (dubbelzijdig - schrijfblok)] afhankelijk van of het origineel in boek- of...
Pagina 563
SCANNER/INTERNETFAX Scaninstellingen selecteren terwijl u de afbeelding bekijkt. Knop [Roteren]: Elke keer als op de knop wordt geklikt, draait de afbeelding 90 graden. Hiermee kunt u de stand van het origineel wijzigen zonder dit fysiek op te hoeven pakken en opnieuw te plaatsen. Het beeldbestand wordt gemaakt in de stand zoals weergegeven in het voorvertoonvenster.
Pagina 564
SCANNER/INTERNETFAX [Op de machine] Druk op [Verlaten] in het aanraakscherm. Deze machine staat in de PC-scanmodus. Verwijder het origineel niet. IP-adres scanner:250.160.102.106 Verlaten Druk op de toets [Ja]. PC-scan wordt uitgevoerd. PC-scanmodus afsluiten? 5-114 Inhoudsopgave...
SCANNER/INTERNETFAX METADATAVERZENDING In dit gedeelte wordt een uitleg gegeven van metadata verzenden, dat kan worden gebruikt wanneer de applicatie-integratiemodulekit is geïnstalleerd. METADATAVERZENDING (Gegevensinvoer) Wanneer de applicatie-integratiemodulekit is geEstalleerd en een afbeeldingbestand gegenereerd voor een scanverzending, kunnen metadata (gegevens die de kenmerken aangeven van het afbeeldingbestand en hoe het bewerkt moet worden) worden gegenereerd op basis van vooraf opgeslagen informatie en worden verzonden als een apart bestand.
SCANNER/INTERNETFAX VOORBEREIDINGEN VOOR METADATAVERZENDING VEREISTE INSTELLINGEN OP DE WEBPAGINA'S Alle instellingen in verband met metadata worden geconfigureerd in de webpagina's. (Beheerderrechten zijn vereist.) Als u metadatainstellingen wilt configureren, klikt u op [Toepassingsinstellingen] en vervolgens op [metadatainstellingen] in het menu van de webpagina. Let er bij het configureren van de instellingen op dat u metadata verzenden activeert.
SCANNER/INTERNETFAX METADATA VERZENDEN Volg de stappen hieronder om een metadataset te selecteren, voer elk item in en voer een metadataverzending uit. Schakel over naar de Scannen Faxen Adresboek Modus Wijzigen gegevensinvoermodus en geef het Opdrachteig. Adresinvoer Internetfax instellingen metadatasetscherm weer. Verzendinst.
Pagina 568
SCANNER/INTERNETFAX Voer het geselecteerde metadata-item in. (1) Druk op de toets voor de waarde die u wilt invoeren. User ID Annuleren • Wanneer de invoerwaarden van het metadata-item in Directe Invoer de vorm van selecties zijn, worden deze selecties als Value 1 Value 2 toetsen weergegeven.
SCANNER/INTERNETFAX METADATAVELDEN De volgende drie soorten metadata worden ingesloten bij het verzonden XML-bestand. • Automatisch door de machine gegenereerde data:Deze data worden altijd ingesloten in het XML-bestand en worden automatisch opgeslagen in uw computer. • Vooraf gedefinieerde velden: Deze velden worden automatisch herkend door de machine en toegewezen aan de juiste XML-tags.
HOOFDSTUK 6 DOCUMENTARCHIVERING Dit hoofdstuk biedt uitgebreide uitleg van de procedures voor het gebruik van de functie documentarchivering. Met de functie documentarchivering kunt u de documentdata van een kopieer- of faxopdracht, of de data van een afdrukopdracht, als bestand opslaan op de harde schijf van de machine. Het bestand kan indien nodig worden opgeroepen.
DOCUMENTARCHIVERING DOCUMENTARCHIVERING Dit gedeelte bevat informatie waarmee u vertrouwd dient te zijn voordat u de documentarchiveringsfunctie gebruikt, inclusief een overzicht van het documentarchiveringsproces, de mogelijkheden van de documentarchiveringsfunctie en handige wenken voor het gebruik van deze functie. OVERZICHT De documentarchiveringsfunctie biedt u de mogelijkheid om de documentafbeelding van een kopieer- of beeldverzendtaak of de gegevens van een afdruktaak als bestand op te slaan op de harde schijf van het apparaat.
DOCUMENTARCHIVERING TOEPASSINGEN VAN DOCUMENTARCHIVERING Snel een bestand gebruiken Voorbeeld: U hebt agenda's van meerdere pagina's afgedrukt voor een bijeenkomst, maar op het laatste moment komt er een deelnemer bij zodat u nog een exemplaar nodig hebt. De agenda is niet opgeslagen met De agenda is opgeslagen met documentarchivering documentarchivering Instellingen voor kopieerfactor, kleurmodus...
DOCUMENTARCHIVERING VOORDAT U DOCUMENTARCHIVERING GAAT GEBRUIKEN Deze sectie bevat informatie waarmee u vertrouwd moet zijn voordat u de functie documentarchivering gebruikt. Mappen Voor het opslaan van bestanden met documentarchivering kunnen drie typen mappen worden gebruikt. Mappen op de harde schijf Hoofdmap Snelmap Aangepaste map...
DOCUMENTARCHIVERING Het aantal pagina's en bestanden dat u ongeveer kunt opslaan met documentarchivering Gecombineerd maximumaantal pagina's en het totaal aantal bestanden dat in aangepaste mappen en de hoofdmap kan worden opgeslagen Voorbeelden van soorten Aantal pagina's* Aantal bestanden originelen Kleurenorigineel (Voorbeeld van Max.
DOCUMENTARCHIVERING Automatisch wissen van bestanden U kunt gegevens over documentarchivering in opgegeven mappen op regelmatige tijdstippen automatisch laten wissen door de mappen en de tijd op te geven. Als de bestanden die in het apparaat opgeslagen zijn periodiek worden gewist, helpt dat om het lekken van gevoelige informatie te vermijden en wordt ruimte vrijgemaakt op de harde schijf.
Wijzigen" wanneer het bestand wordt gebruikt. Sla geen documenten op die gevoelig zijn of die niet door anderen mogen worden gebruikt. • Behoudens voor zover wettelijk verplicht aanvaardt de SHARP Corporation geen enkele aansprakelijkheid voor schade die voortvloeit uit het openbaar worden van gevoelige informatie als gevolg van manipulatie door een derde partij van gegevens die zijn opgeslagen met behulp van de functie Snelbestand of de functie Bestand, of van onjuiste toepassing van de functie Snelbestand of de functie Bestand door de gebruiker die de gegevens opslaat.
DOCUMENTARCHIVERING DOCUMENTARCHIVERING GEBRUIKEN IN DE DIVERSE MODI In de kopieer- of verzendmodus kan het origineel als een bestand worden opgeslagen op de harde schijf terwijl het wordt gekopieerd of verzonden. Daarnaast kunt u Scannen naar schijf gebruiken om de gescande data van een origineel op te slaan naar de harde schijf zonder de data te kopiëren of te verzenden.
DOCUMENTARCHIVERING BASISSCHERM VAN DE DOCUMENTARCHIVERINGSMODUS Als u op de knop [DOCUMENT ARCHIVERING] op het bedieningspaneel drukt, verschijnt het onderstaande scherm. De bestanden die op de harde schijf in de machine zijn opgeslagen kunnen vanuit dit scherm worden opgeroepen. Schijfstatus Zoeken Bestand Ophalen Bestand Opslaan Scannen naar...
DOCUMENTARCHIVERING BESTANDEN OPSLAAN MET DE DOCUMENTARCHIVERINGSFUNCTIE In dit hoofdstuk wordt uitgelegd hoe u een origineel als afbeeldingsbestand kunt opslaan met de functies Snelbestand, Bestand en Scannen naar schijf van de documentarchiveringsmodus. EEN BESTAND OPSLAAN MET "Snelbestand" Bij het kopiëren, afdrukken of verzenden van een document in de kopieermodus, afdrukmodus of in de modus afbeelding verzenden (met uitzondering van de modus USB-geheugenscan) kan "Snelbestand"...
Pagina 580
DOCUMENTARCHIVERING Selecteer de kopieerinstellingen en druk vervolgens op de toets [STARTEN KLEUR] of de toets [STARTEN ZWART-WIT]. • Het kopiëren begint en de gescande documentafbeelding wordt opgeslagen op de harde schijf. De geselecteerde kopieerinstellingen worden ook opgeslagen. • Om onbedoeld opslaan van het document te voorkomen wordt gedurende 6 seconden nadat u op de knop [START] hebt gedrukt (standaardinstelling) de volgende waarschuwing weergegeven: "De gescande gegevens worden opgeslagen in de snelbestandmap".
DOCUMENTARCHIVERING EEN BESTAND OPSLAAN MET "Bestand" Bij het kopiëren, afdrukken of verzenden van een document in de kopieermodus, afdrukmodus of afbeeldingverzendmodus (met uitzondering van de modus USB-geheugenscan) kunt u "Bestand" selecteren om een afbeelding van het document op te slaan in de Hoofdmap of een eerder gemaakte aangepaste map. De afbeelding kan op een later tijdstip worden opgehaald, zodat u het document kunt afdrukken of verzenden zonder dat u het origineel hoeft te zoeken.
Pagina 582
DOCUMENTARCHIVERING Selecteer de kopieerinstellingen en druk vervolgens op de toets [STARTEN KLEUR] of de toets [STARTEN ZWART-WIT]. • Het kopiëren begint en de gescande documentafbeelding wordt opgeslagen op de harde schijf. De geselecteerde kopieerinstellingen worden ook opgeslagen. • Raadpleeg stap 4 van "EEN BESTAND OPSLAAN MET "Snelbestand""...
DOCUMENTARCHIVERING BESTANDSINFORMATIE Dit hoofdstuk biedt uitleg over de instellingen die worden geconfigureerd in stap 3 van de paragraaf "EEN BESTAND OPSLAAN MET "Bestand"" (pagina 6-12). Het specificeren van een gebruikersnaam, bestandsnaam, map en een vertrouwelijkheidsstatus vereenvoudigt het beheren en zoeken van een bestand. Als u Vertrouwelijk selecteert en een wachtwoord instelt, kunnen anderen het bestand bovendien niet zonder uw toestemming bekijken.
DOCUMENTARCHIVERING Een bestandsnaam toewijzen U kunt een bestandsnaam aan het bestand toewijzen. Druk op de toets [Bestandsnaam]. Annuleren Bestandsinformatie Er verschijnt een tekstinvoerscherm. Voer de bestandsnaam in Wachtwoord Vertrouwelijk en druk op [OK]. Gebruik.Naam Name 1 De bestandsnaam mag maximaal 30 tekens lang zijn. Bestandsnaam Kopieren_04042010_134050 Opgeslagen in:...
Pagina 585
DOCUMENTARCHIVERING Een bestand opslaan als vertrouwelijk U kunt een wachtwoord instellen voor het bestand zodat anderen dit niet kunnen bekijken. Stel een wachtwoord in (5 tot 8 cijfers) met de cijfertoetsen. Schakel de optie Vertrouwelijk in. Annuleren Bestandsinformatie Wachtwoord Vertrouwelijk (1) Schakel het selectievakje [Vertrouwelijk] in Gebruik.Naam Name 1...
DOCUMENTARCHIVERING EEN BESTAND ALLEEN OPSLAAN (Scannen naar schijf) Scannen naar schijf wordt gebruikt om een gescand document op te slaan in de Hoofdmap of een aangepaste map. Er wordt niets afgedrukt of verzonden. SCHERM "Scan. naar HDD" Als u op de toets [Scannen naar schijf] van de documentarchiveringsmodus drukt, verschijnt het onderstaande scherm. Druk op de toetsen onderaan om de instellingen voor Scannen naar schijf te selecteren.
Pagina 587
DOCUMENTARCHIVERING Toets [Kleurmodus] Druk op de toets [Kleurmodus] om het instelscherm voor de kleurenmodus voor Scannen naar schijf te openen. Scan naar HD Kleurmodus Meerkleuren Mono2/Autom. Kleurmodus Kleur Auto 2 kleuren Mono Grijstinten De volgende instellingen kunnen worden gekozen voor de scankleur door op de toets [STARTEN KLEUR] of de toets [STARTEN ZWART-WIT] te drukken.
Pagina 588
DOCUMENTARCHIVERING Toets [Belichting] Als u de belichting wilt aanpassen, drukt u op de toets [Belichting]. Selecteer een geschikte belichtingsfunctie voor het origineel en druk op de toets om het belichtingsniveau aan te passen. Druk vervolgens op [OK]. Scan naar HD Moiré-reductie Belichting Tekst/...
DOCUMENTARCHIVERING Scherm met speciale functies voor Scannen naar schijf Als u op de toets [Spec. Functies] drukt, verschijnt het onderstaande scherm. Zie voor meer informatie over elke instelling "SPECIALE FUNCTIES" (pagina 5-64) in "5. SCANNER / INTERNETFAX". Spec. Functies Spec. Functies Spec.
DOCUMENTARCHIVERING "Scannen naar schijf" UITVOEREN Plaats het origineel. Leg het origineel met de bedrukte zijde omhoog in de invoerlade of met de bedrukte zijde omlaag op de glasplaat. Druk op de toets [DOCUMENT DOCUMENT ARCHIVERING]. ARCHIVERING Druk op de toets [Scannen naar schijf]. Schijfstatus Zoeken Bestand Opslaan...
DOCUMENTARCHIVERING OPGESLAGEN BESTANDEN GEBRUIKEN In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u bestanden die u met de documentarchiveringsfunctie hebt opgeslagen kunt ophalen en afdrukken of verzenden. PROCEDURE VOOR HET GEBRUIKEN VAN EEN OPGESLAGEN BESTAND Deze sectie legt de basisprocedure uit voor het oproepen en gebruiken van een bestand. De schermen en procedures kunnen variëren afhankelijk van of gebruikersauthenticatie is ingeschakeld.
Pagina 592
DOCUMENTARCHIVERING Selecteer het bestand dat u wilt oproepen. • Selecteer de map in het mapselectiescherm. Aangepaste Map Zoeken Vorige User 1 Wanneer u de map heeft geselecteerd, verschijnen de Bestandsnaam Gebruik.Naam Datum bestanden in de map. Selecteer het bestand dat u wilt file-01 Name 1 04/04/2010...
DOCUMENTARCHIVERING MAP- EN BESTANDSSELECTIESCHERMEN Om een opgeslagen bestand te gebruiken met documentarchivering, moeten de map- en bestandsnaam worden geselecteerd. Hieronder vindt u uitleg over het mapselectiescherm en het bestandsselectiescherm. MAPSELECTIESCHERM Het scherm wijkt iets af wanneer gebruikersauthenticatie is ingeschakeld op het apparaat. Als gebruikersauthenticatie niet is ingeschakeld Als gebruikersauthenticatie is ingeschakeld Hoofdmap...
DOCUMENTARCHIVERING BESTANDSSELECTIESCHERM Hieronder wordt uitleg gegeven over het bestandsselectiescherm voor de Snelmap, Hoofdmap en aangepaste mappen. Aangepaste Map Zoeken Vorige Hoofdmap Bestandsnaam Gebruik.Naam Datum file-01 Name 1 04/04/2010 file-02 Name 2 04/04/2010 file-03.tiff Name 3 04/04/2010 Multi-afdruk Per opdracht Alle Bestanden Bestandstoetsen Toets [Vorige] De opgeslagen bestanden worden weergegeven.
DOCUMENTARCHIVERING EEN BESTAND SELECTEREN Dit gedeelte legt uit hoe u het bestand dat u wilt gebruiken kunt selecteren. Druk op de toets [DOCUMENT DOCUMENT ARCHIVERING ARCHIVERING]. Als het bestand is opgeslagen met de Zoeken Schijfstatus functie "Bestand", druk dan op de toets Bestand Opslaan Bestand Ophalen [Bestandsmap].
DOCUMENTARCHIVERING SCHERM TAAKINSTELLINGEN Als u op de toets voor een bestand drukt, verschijnt het volgende scherm. Druk op de toets voor de bewerking die u wilt uitvoeren en selecteer de gewenste instellingen. Annuleren Taakinstellingen file-01 Name 1 Meerkl. Zoeken Vorige Hoofdmap Bestandsnaam Gebruik.Naam...
DOCUMENTARCHIVERING EEN OPGESLAGEN BESTAND AFDRUKKEN Een bestand dat is opgeslagen met de documentarchiveringsfunctie kan wanneer gewenst worden opgehaald en afgedrukt. De instellingen die werden gebruikt toen het bestand werd opgeslagen zijn ook opgeslagen, zodat het bestand opnieuw kan worden afgedrukt met dezelfde instellingen. U kunt het bestand ook aanpassen door de afdrukinstellingen te wijzigen voordat u het afdrukt.
DOCUMENTARCHIVERING SCHERM AFDRUKINSTELLINGEN Annuleren Taakinstellingen / Afdrukken file-01 Name 1 Meerkl. Aantal afdrukken Auto Papierformaat Gegevens afdrk. en (1 999) verwijderen Uitvoer Gegevens afdrukken en 2-Zijdig opslaan Z/W-afdruk Spec. Functies Toets [Papierformaat] Toets Gebruik deze toets om het papierformaat in te stellen. Gebruik deze toetsen om het aantal kopieën in te stellen.
DOCUMENTARCHIVERING MULTI-FILE PRINTEN Er kunnen meerdere bestanden in een map worden geselecteerd om af te drukken. Druk op de toets [Multi-afdruk]. Aangepaste Map Zoeken Vorige Hoofdmap Bestandsnaam Gebr. Naam Datum file-01 Name 1 04/04/2010 file-02 Name 2 04/04/2010 file-03 Name 3 04/04/2010 Per opdracht Alle Bestanden...
Pagina 600
DOCUMENTARCHIVERING Een geselecteerd bestand afdrukken. Het aantal geselecteerde bestanden verschijnt in de weergave Annuleren Taakinstellingen / Afdrukken aantal geselecteerde bestanden. Aantal gekozen files:5 Als u het aantal kopieën wilt gebruiken dat bij het bestand is opgeslagen, ga dan naar stap (3). Sets Gegevens afdrk.
DOCUMENTARCHIVERING Afdrukken in batches Alle bestanden in een map met dezelfde gebruikersnaam en hetzelfde wachtwoord kunnen tegelijk worden afgedrukt. Wanneer op de toets [Batchafdruk] wordt gedrukt, verandert deze in de toets [Batchafdruk]. Druk op de toets [Batchafdruk]. Alles select. Zoeken Vorige User 1 Bestandsnaam...
Pagina 602
DOCUMENTARCHIVERING Als er een wachtwoord is ingesteld, druk Annuleren Batch afdrukken dan op de toets [Wachtwoord]. User 1 Alle Bestanden Voer het wachtwoord (5 tot 8 cijfers) in met de cijfertoetsen en Name 1 Gebruik.Naam druk op [OK]. Alleen bestanden met hetzelfde wachtwoord Wijzig aantal Wachtwoord worden geselecteerd.
DOCUMENTARCHIVERING EEN OPGESLAGEN BESTAND VERZENDEN Een bestand dat is opgeslagen met de documentarchiveringsfunctie kan op elk gewenst moment worden opgeroepen en verzonden. De instellingen die werden gebruikt toen het bestand werd opgeslagen zijn ook opgeslagen, zodat het bestand met dezelfde instellingen kan worden verzonden. Zo nodig kunt u ook de verzendinstellingen wijzigen om het opgeroepen bestand aan te passen.
DOCUMENTARCHIVERING SCHERM VERZENDINSTELLINGEN Hieronder wordt uitleg gegeven over de toetsen voor de verzendinstellingen. Zie voor meer informatie over elke instelling "BASISSCHERM VAN DE FAXFUNCTIE" (pagina 4-7) in "4. FAX" en "BASISSCHERM" (pagina 5-9) in "5. SCANNER / INTERNETFAX". Voorbeeld van scanmodus (2) (3) Gereed voor verzenden.
DOCUMENTARCHIVERING EIGENSCHAPPEN VAN OPGESLAGEN BESTANDEN BESTANDSEIGENSCHAPPEN U kunt een beveiligingsinstelling selecteren voor bestanden die zijn opgeslagen met de functie documentarchivering. Hiermee voorkomt u dat een bestand wordt verplaatst, of handmatig of automatisch wordt verwijderd. Er zijn drie eigenschappen beschikbaar voor opgeslagen bestanden: [Delen], [Beveiligen] en [Vertrouwelijk]. Wanneer het bestand is opgeslagen met de eigenschap [Delen], is het niet beveiligd.
Pagina 606
DOCUMENTARCHIVERING Beperkingen bij het wijzigen van de eigenschap • Een bestand dat is opgeslagen als "Delen" kan worden gewijzigd in "Beveiligen" of "Vertrouwelijk". Een bestand dat als "Delen" is opgeslagen in de Snelmap kan echter alleen worden gewijzigd in "Beveiligen". •...
DOCUMENTARCHIVERING EEN OPGESLAGEN BESTAND VERPLAATSEN Gebruik deze procedure om de bestandslocatie de wijzigen (een bestand naar een andere map verplaatsen). Volg de onderstaande stappen nadat u het gewenste bestand heeft geselecteerd. ☞ EEN BESTAND SELECTEREN (pagina 6-26) Druk op de toets [Verplaatsen]. Annuleren Taakinstellingen file-01...
Pagina 608
DOCUMENTARCHIVERING Druk op de toets [Verplaatsen]. Annuleren Taakinstellingen / Verplaatsen file-01 Name 1 Meerkl. Kies de map waarnaar het bestand moet worden verplaatst. Bestandsnaam file-01 Verplts naar: User 2 Verplaatsen Bestanden met de eigenschap "Beveiligen" kunnen niet worden verplaatst. Om een beveiligd bestand te kunnen verplaatsen, moet u de eigenschap wijzigen in "Delen"...
DOCUMENTARCHIVERING EEN OPGESLAGEN BESTAND VERWIJDEREN Opgeslagen bestanden die niet langer nodig zijn, kunnen worden verwijderd. Selecteer het bestand dat u wilt verwijderen en druk op de toets [Wissen]. ☞ EEN BESTAND SELECTEREN (pagina 6-26) Druk op de toets [Wissen]. Annuleren Taakinstellingen file-01 Name 1...
DOCUMENTARCHIVERING BESTANDEN VAN HET OPDRACHTSTATUSSCHERM OPHALEN EN GEBRUIKEN Bestanden die zijn opgeslagen met de functie Bestand of Snelbestand worden als toetsen weergegeven in het opdrachtstatusscherm Voltooid. Dit is handig wanneer u snel de opgeslagen gegevens van een kopieertaak wilt afdrukken of snel een opgeslagen fax naar een andere bestemming wilt sturen.
DOCUMENTARCHIVERING EEN OPGESLAGEN BESTAND ZOEKEN Als er een groot aantal bestanden is opgeslagen, kan het moeilijk zijn om een bestand te vinden. Om het gewenste bestand snel te vinden, kan de zoekfunctie van de documentarchiveringsmodus worden gebruikt. Dit gedeelte legt uit hoe u op de harde schijf van de machine een bestand of map kunt zoeken. U kunt ook zoeken als u slechts een deel van de bestands- of mapnaam kent.
DOCUMENTARCHIVERING Zoeken op gebruikersnaam U kunt de gebruikersnaam op vier manieren selecteren: Zoeken (A) Druk op de toets voor de gebruikersnaam. Selecteer gebruikersnaam. Annuleren Standaard Name 1 Name 2 De gekozen gebruikersnaam wordt gemarkeerd. gebruiker Name 3 Name 4 Als u per ongeluk de verkeerde gebruikersnaam hebt Directe Invoer Name 5 Name 6...
Pagina 613
DOCUMENTARCHIVERING Druk op de toets [Start Zoeken]. Annuleren Cancel Start Search Start Zoeken Search Zoeken De zoekresultaten verschijnen in een scherm dat lijkt op Name 1 Gebruik.Naam User Name het hieronder afgebeelde scherm. Een lijst met bestanden File or Folder Name Bestands- of mapnaam file 1 die overeenkomen met uw zoekcriteria verschijnt.
DOCUMENTARCHIVERING Zoeken in een map U kunt een map specificeren om het zoekbereik tot die map te beperken. Volg om binnen een gespecificeerde map te zoeken de onderstaande procedure. Druk op de toets [DOCUMENT DOCUMENT ARCHIVERING]. ARCHIVERING Druk op de toets voor de map die u wilt Hoofdmap Zoeken Vorige...
Pagina 615
DOCUMENTARCHIVERING Zoeken op gebruikersnaam U kunt de gebruikersnaam op vier manieren selecteren: Zoeken (A) Druk op de toets voor de gebruikersnaam. Selecteer gebruikersnaam. Annuleren Standaard De gekozen gebruikersnaam wordt gemarkeerd. Name 1 Name 2 gebruiker Als u per ongeluk de verkeerde gebruikersnaam hebt Name 3 Name 4 Directe Invoer...
Pagina 616
DOCUMENTARCHIVERING Begin met zoeken. (1) Druk op het selectievakje [Zoeken in Annuleren Start Zoeken Zoeken huidige map], zodat deze wordt gemarkeerd Gebruik.Naam Name 1 file-01 Bestands- of mapnaam Als u alleen bestanden in de huidige map wilt zoeken, Wachtwoord selecteert u het selectievakje [Zoeken in huidige map] Zoeken in huidige map Gebruik deze methode om een bestand te zoeken in een vertrouwelijke map.
HOOFDSTUK 7 SYSTEEMINSTELLINGEN In dit hoofdstuk worden de systeeminstellingen uitgelegd, waarmee een reeks parameters wordt geconfigureerd die bedoeld zijn om optimaal aan te sluiten op de behoeften van uw werkplek. De keuzes die momenteel voor de instellingen zijn gemaakt, kunnen worden weergegeven of afgedrukt. Om snel te controleren waar een instelling zich bevindt in het systeeminstellingenmenu, raadpleegt u "SYSTEEMINSTELLINGENMENU"...
Pagina 618
Gegevensback-up ......7-133 Bewaren/oproepen van systeeminst..7-134 Sharp OSA-instellingen ....7-135 SYSTEEMINSTELLINGEN VOOR FAX Lijst met systeeminstellingen voor de fax (Algemeen).
SYSTEEMINSTELLINGEN SYSTEEMINSTELLINGEN Systeeminstellingen De systeeminstellingen worden gebruikt voor het configureren van diverse parameters in overeenstemming met uw vereisten. De systeeminstellingen worden ook gebruikt om de huidige instellingen en status van de machine weer te geven of af te drukken. Door de systeeminstellingen kan de machine gemakkelijker bediend worden. De systeeminstellingen bestaan uit instellingen voor gebruik door algemene gebruikers en instellingen die alleen geconfigureerd kunnen worden door een beheerder van de machine.
SYSTEEMINSTELLINGEN SYSTEEMINSTELLINGEN (ALGEMEEN) In dit gedeelte worden de systeeminstellingen beschreven die door algemene gebruikers van de machine kunnen worden geconfigureerd. Systeeminstellingen openen (algemeen) Let erop dat de machine in standby staat en druk daarna op de knop [SYSTEEM INSTELLINGEN] op het STAMPA ARCHIVIO PRONTA...
SYSTEEMINSTELLINGEN Lijst Systeeminstellingen (algemeen) Wanneer u toegang hebt tot de systeeminstellingen met algemene rechten, verschijnen de volgende items. De standaard fabrieksinstellingen voor elk item worden ook weergegeven. Voor items waartoe alleen toegang verkregen wordt met beheerdersrechten, zie "Systeeminstellingen (Beheerder)" (pagina 7-62). •...
Pagina 623
SYSTEEMINSTELLINGEN Faxdata Ontv/Doorsturen Item Standaard fabrieksinstelling Pagina 7-44 ■ Faxdata Ontv/Doorsturen ● Handmatige I-Faxontv.* Start Ontvangst – 7-44 Handm. ontvangsttoets op beginscherm Ingeschakeld ● I-Faxgegevens Doorsturen* 7-45 * Wanneer de Internetfaxuitbreidingskit geïnstalleerd is. ■ Printer-Toestand Item Standaard fabrieksinstelling Pagina ■ 7-46 Printer-Toestand ●...
Pagina 624
SYSTEEMINSTELLINGEN Documentarch. Beheer Item Standaard fabrieksinstelling Pagina – 7-51 ■ Documentarch. Beheer Controle USB-apparaat Item Standaard fabrieksinstelling Pagina – 7-56 ■ Controle USB-apparaat Gebruikers-bediening Item Standaard fabrieksinstelling Pagina ■ Gebruikersbediening* 7-57 ● Gebruikersinformatie wijzigen – 7-57 * Wanneer gebruikersauthenticatie is geactiveerd en de aangemelde gebruiker niet de autoriteit heeft de systeeminstellingen (beheerder) (uitgezonderd standaard fabrieksgebruikers) te configureren.
SYSTEEMINSTELLINGEN Totaal Aantal Kopieën Welke items worden weergegeven of afgedrukt varieert naargelang de geïnstalleerde machinespecificaties en randapparatuur. Aantal opdrachten Dit toont of print de aantallen van alle opdrachten. Druk op de toets [Totaal Aantal Systeeminstellingen Beheerderswachtw Verlaten Kopieën]. Totaal Aantal Lijst afdrukken Standaard- Kopieën...
SYSTEEMINSTELLINGEN Aantal apparaten Dit wordt gebruikt om de aantallen van de op de machine geïnstalleerde randapparaten weer te geven of af te drukken. Druk op de toets [Totaal Aantal Systeeminstellingen Beheerderswachtw Verlaten Kopieën]. Totaal Aantal Standaard- Lijst afdrukken Kopieën Instellingen (gebruiker) Papierlade- Faxdata Ontv/...
SYSTEEMINSTELLINGEN Standaardinstellingen Display-Contrast Gebruik dit om de display aan te passen zodat het gemakkelijker wordt weer te geven. Druk op de toets Systeeminstellingen Beheerderswachtw Verlaten [Standaard-Instellingen]. Standaard- Lijst afdrukken Totaal Aantal Instellingen (gebruiker) Kopieën Papierlade- Faxdata Ontv/ Adresbeheer Instellingen Doorsturen Printer- Documentarch.
SYSTEEMINSTELLINGEN Klok U kunt de datum en tijd instellen op de ingebouwde klok van de machine. "Klokinstelling deactiveren" (pagina 7-92) is ingeschakeld in de systeeminstellingen (beheerder), kunnen datum en tijd niet worden ingesteld. Klok aanpassen Stel de tijd in. Druk op de toets Systeeminstellingen Beheerderswachtw Verlaten...
SYSTEEMINSTELLINGEN Pas datum en tijd aan. (1) Druk op de toetsen [Jaar], [Maand], [Dag], Systeeminstellingen Klok aanpassen [Uur] en/of [Minuut] en gebruik de toetsen Jaar Maand Minuut om de juiste datum en tijd in te stellen. 2010 (2) Selecteer voor het synchroniseren van de Geef de tijdzone tijd met een internettijdserver het Synchroniseren met internettijdserver...
SYSTEEMINSTELLINGEN Stel de begintijd en eindtijd van de Systeeminstellingen Instelling Zomertijd zomertijd in. Stel de begintijd in. Maand Minuut ● Wanneer "Datum" is geselecteerd voor het instellingtype. Gebruik maken van UTC (1) Druk op de toetsen [Maand], [Dag], [Uur] en [Minuut] en gebruik de toetsen de begintijd van de zomertijd in te stellen.
Pagina 632
SYSTEEMINSTELLINGEN Datumformaat Het formaat dat wordt gebruikt voor het afdrukken van de datum op lijsten en andere uitvoer kan worden gewijzigd. Druk op de toets Systeeminstellingen Beheerderswachtw Verlaten [Standaard-Instellingen]. Standaard- Lijst afdrukken Totaal Aantal Instellingen (gebruiker) Kopieën Papierlade- Faxdata Ontv/ Adresbeheer Instellingen Doorsturen...
SYSTEEMINSTELLINGEN Keuze Toetsenbord De lay-out van het toetsenbord dat verschijnt in de tekstinvoerschermen, kan worden gewijzigd. Druk op de toets Systeeminstellingen Beheerderswachtw Verlaten [Standaard-Instellingen]. Standaard- Lijst afdrukken Totaal Aantal Instellingen (gebruiker) Kopieën Papierlade- Faxdata Ontv/ Adresbeheer Instellingen Doorsturen Printer- Documentarch. Controle Toestand Beheer...
SYSTEEMINSTELLINGEN Lijst afdrukken (gebruiker) Er kan een testpagina worden afgedrukt om de machine-instellingen te controleren. Lijst Alle Gebruikersinstellingen Deze lijst geeft alle aangepaste instellingen weer, met inbegrip van de hardwarestatus, softwarestatus, printerstatusinstellingen, systeeminstellingen en totale aantallen kopieën. Druk op de toets [Lijst afdrukken Systeeminstellingen Beheerderswachtw Verlaten...
SYSTEEMINSTELLINGEN Testpagina Printer Hiermee drukt u de Lijst PCL-symbolensets, verschillende lijsten met lettertypes en de NIC-pagina (netwerkinterface-instellingen enz.) af. Druk op de toets [Lijst afdrukken Systeeminstellingen Beheerderswachtw Verlaten (gebruiker)]. Totaal Aantal Standaard- Lijst afdrukken Kopieën Instellingen (gebruiker) Papierlade- Faxdata Ontv/ Adresbeheer Instellingen Doorsturen...
SYSTEEMINSTELLINGEN Adreslijst Wordt Verzonden Gebruik dit om de Individuele Lijst, de Groepslijst, de Programmalijst, de Geheugenvaklijst en de Alles verzend. Adreslijst af te drukken. Druk op de toets [Lijst afdrukken Systeeminstellingen Beheerderswachtw Verlaten (gebruiker)]. Totaal Aantal Standaard- Lijst afdrukken Kopieën Instellingen (gebruiker) Papierlade-...
SYSTEEMINSTELLINGEN Papierlade-Instellingen Lade-Instellingen Hiermee stelt u papiersoort, papierformaat en functies voor iedere papierlade in. Druk op de toets Systeeminstellingen Beheerderswachtw Verlaten [Papierlade-Instellingen]. Totaal Aantal Standaard- Lijst afdrukken Kopieën Instellingen (gebruiker) Papierlade- Faxdata Ontv/ Adresbeheer Instellingen Doorsturen Printer- Documentarch. Controle Toestand Beheer USB-apparaat Druk op de toets [Lade-Instellingen].
Pagina 639
SYSTEEMINSTELLINGEN Selecteer het papierformaat. Systeeminstellingen (1) Druk op het gewenste papierformaat. Type Type/Formaatinstelling Lade 1 Formaat Type (2) Druk op [OK]. Normaal papier 216x330(8 x13) 1 / 2 216x340 216x343 • De papierformaten die kunnen worden geselecteerd verschillen per papierlade. Raadpleeg "Lade-Instellingen" (pagina 7-26) voor meer informatie.
SYSTEEMINSTELLINGEN Directe invoer van het papierformaat Wanneer de handinvoer is geselecteerd en een andere papiersoort dan envelop is geselecteerd in stap 3 van "Lade-Instellingen" (pagina 7-22), kunt u onderstaande stappen volgen om het papierformaat in te voeren. Druk op de toets [Extra Formaat]. Systeeminstellingen Type/Formaatinstelling Handinvoer Type...
SYSTEEMINSTELLINGEN Vergelijkbare formaten Wanneer auto-AB is geselecteerd voor de handinvoerlade, kunnen de papierformaten "216 mm x 330 mm (8-1/2" x 13")", "216 mm x 340 mm (8-1/2" x 13-2/5")" en "216 mm x 343 mm (8-1/2" x 13-1/2")" gebruikt worden. Wanneer auto-inch is geselecteerd, kan 8-1/2"...
SYSTEEMINSTELLINGEN Lade-Instellingen Papierlade Papiertype Formaat Lade 1 Normaal papier, A3, A4, A4R, A5R, B4, B5, B5R, 216 mm x 330 mm (8-1/2" x 13"), Voorbedrukt, Recycled, 216 mm x 343 mm (8-1/2" x 13-1/2"), Briefpapier, 11" x 17", 8-1/2" x 14", 8-1/2" x 13-2/5" (216 mm x 340 mm), 8-1/2" x 11", Lade 2 Voorbedrukt, Kleur, 8-1/2"...
SYSTEEMINSTELLINGEN Papiersoortregistratie Configureer een "Gebruik. Type" wanneer de naam van het papiertype niet verschijnt in de selecties of wanneer u de lade-eigenschappen zelf wilt selecteren. Er kunnen maximaal zeven gebruikerstypen worden opgeslagen. Druk op de toets Systeeminstellingen Beheerderswachtw Verlaten [Papierlade-Instellingen]. Totaal Aantal Standaard- Lijst afdrukken...
SYSTEEMINSTELLINGEN Automatische Lade Selectie Wanneer tijdens het afdrukken een lade leeg raakt, bepaalt u hiermee of al dan niet automatisch een andere lade met papier van hetzelfde soort/formaat wordt geselecteerd en het afdrukken wordt voortgezet. Druk op de toets Systeeminstellingen Beheerderswachtw Verlaten [Papierlade-Instellingen].
SYSTEEMINSTELLINGEN Registratie aangepaste grootte (Omloop) Als u een speciaal niet-standaard papierformaat vaak gebruikt in de handinvoerlade, kunt u die papiersoort opslaan. Door de papiersoort op te slaan, hoeft u het formaat niet telkens in te stellen wanneer u het gebruikt. Er kunnen drie papierformaten worden opgeslagen.
SYSTEEMINSTELLINGEN Adresbeheer Dit wordt gebruikt om sneltoetsen, groepstoetsen, programmatoetsen en aangepaste indexen op te slaan, te bewerken en te wissen. Zie voor het configureren van sneltoetsen voor fax en F-code geheugenvakken "SYSTEEMINSTELLINGEN VOOR FAX" (pagina 7-136). Opslaan van een sneltoets (E-mail / Internet Fax / Directe SMTP) Een adres voor scannen naar E-mail of Internetfax kunt u opslaan om het later eenvoudig in te voeren.
Pagina 647
SYSTEEMINSTELLINGEN Voer de naam van de bestemming in. Volgende Verlaten Direct Adres / Individueel E-mail Internetfax Directe SMTP (1) Druk op de toets [Naam]. Zoeknummer (2) Voer de bestemmingsnaam in op het Naam Eerste letter Index tekstinvoerscherm dat verschijnt. Adres Voer maximaal 36 tekens in voor de naam.
Pagina 648
SYSTEEMINSTELLINGEN Voer het adres van de bestemming in. Volgende Direct Adres / Individueel Verlaten Directe SMTP E-mail Internetfax (1) Druk op de toets [Adres]. Zoeknummer (2) Voer het bestemmingsadres in op het Naam AAA AAA Eerste letter Index Gebr 1 tekstinvoerscherm dat verschijnt.
Pagina 649
SYSTEEMINSTELLINGEN E-mail Controleer de instellingen. Volgende Verlaten Direct Adres / Individueel (1) Druk op de toetsen om tussen de E-mail Internetfax Directe SMTP Faxen schermen te wisselen. Zoeknummer Registratie is voltooid. (2) Controleer de toetsnaam. Toetsnaam AAA AAA Best.Indeling Kleur/grs. PDF/Gemidd.
SYSTEEMINSTELLINGEN ● Als u het formaat wilt instellen E-mail Scannen in Mono 2 Volgende Verlaten Direct Adres / Individueel Nr.001 (1) Druk op de gewenste bestandstypetoets. Best.Indeling Compressiemodus Bestandstype (2) Druk op de gewenste toets voor Geen compressiemodus. PDF versl. MH (G3) Kleur/grs.
SYSTEEMINSTELLINGEN Een groeptoets opslaan Meerdere adressen kunnen worden opgeslagen als een groep voor rondzendtransmissie. Druk op de toets [Adresbeheer]. Systeeminstellingen Beheerderswachtw Verlaten Totaal Aantal Standaard- Lijst afdrukken Kopieën Instellingen (gebruiker) Papierlade- Faxdata Ontv/ Adresbeheer Instellingen Doorsturen Printer- Documentarch. Controle Toestand Beheer USB-apparaat Druk op de toets [Direct Adres /...
SYSTEEMINSTELLINGEN Druk op de toets [Index]. Volgende Verlaten Direct Adres / Groep Zoeknummer BBB BBB Groepsnaam Eerste letter Adres Index Toetsnaam Selecteer de index. (1) Druk op de toets van de gewenste index. Volgende Verlaten Direct Adres / Groep Nr.001 (2) Druk op [OK].
Pagina 653
SYSTEEMINSTELLINGEN Controleer de toetsnaam. Volgende Verlaten Direct Adres / Groep Zoeknummer Registratie is voltooid. Zonodig wijzigt u de naam die in de toets verschijnt, druk op de Groepsnaam BBB BBB toets [Toetsnaam] en voer de correcte naam in (maximaal 18 Eerste letter tekens).
SYSTEEMINSTELLINGEN Directe invoer • Als u een adres wilt invoeren anders dan een Direct Adres / Groep sneltoets, drukt u op de toets [Directe Invoer], Selecteer adres. selecteert de modus en voert het adres in. Directe Invoer AAA AAA E-mail Adresoverzicht I-Fax BBB BBB...
SYSTEEMINSTELLINGEN Een programma opslaan Als u vaak dezelfde instellingen en/of functies gebruikt om te verzenden naar dezelfde bestemming of bestemmingen, kunnen de instellingen en bestemmingen in het programma worden opgeslagen. Zo kunnen instellingen en bestemmingen geselecteerd worden door eenvoudig het programma te selecteren. Druk op de toets [Adresbeheer].
Pagina 656
SYSTEEMINSTELLINGEN Selecteer instellingen voor het Voer het gewenste rpogramma in. Annuleren programma. Scannen Faxen Adresboek Modus Wijzigen Opdrachteig. Adresoverzicht (1) Druk op [Modus Wijzigen] om de modus te Internetfax instellingen Spec. Functies selecteren die u wilt opslaan in het programma. (2) Selecteer de bestemmingen en instellingen die u wilt opnemen in het programma.
SYSTEEMINSTELLINGEN Corrigeren/Wissen Volg de stappen hieronder als u een sneltoets, groep of programma wilt bewerken of wissen. Druk op de toets [Adresbeheer]. Systeeminstellingen Beheerderswachtw Verlaten Totaal Aantal Standaard- Lijst afdrukken Kopieën Instellingen (gebruiker) Papierlade- Faxdata Ontv/ Adresbeheer Instellingen Doorsturen Printer- Documentarch.
Pagina 658
SYSTEEMINSTELLINGEN Bewerken/Wissen ● Bewerken Individueel (1) Druk op de toets van de items die u wilt bewerken. Direct Adres / Corrigeren/Wissen Wissen Verlaten E-mail Internetfax Directe SMTP Bewerk de items op dezelfde manier als u ze hebt Zoeknummer opgeslagen. Naam AAA AAA (2) Druk op de toets [Verlaten].
SYSTEEMINSTELLINGEN De naam van een aangepaste index wijzigen U kunt de naam van een aangepaste index die gebruikt wordt voor individuele of groepstoetsen wijzigen. Druk op de toets [Adresbeheer]. Systeeminstellingen Beheerderswachtw Verlaten Totaal Aantal Standaard- Lijst afdrukken Kopieën Instellingen (gebruiker) Papierlade- Faxdata Ontv/ Adresbeheer...
SYSTEEMINSTELLINGEN Faxdata Ontv/Doorsturen Handmatige I-Faxontv. Volg de stappen hieronder om aan te sluiten op uw mailserver (POP3 server) en controleer op ontvangen Internetfaxen. Als u Internetfaxen hebt ontvangen, worden de faxen opgehaald en afgedrukt. Als u deze instelling wilt gebruiken, moeten de POP3-serverinstellingen zijn geconfigureerd. U configureert deze instellingen in het scherm dat verschijnt wanneer u [Toepassingsinstellingen] >...
SYSTEEMINSTELLINGEN I-Faxgegevens Doorsturen Wanneer de machine niet kan printen omdat het papier of de toner op is, kunnen ontvangen faxberichten doorgestuurd worden naar een ander Internetfaxmachine. Deze procedure kan worden uitgevoerd wanneer de Internetfaxuitbreidingskit is geïnstalleerd. Druk op de toets [Faxdata Systeeminstellingen Beheerderswachtw Verlaten...
SYSTEEMINSTELLINGEN Printer-Toestand De printertoestand wordt gebruikt om de basisprinterinstellingen te configureren. Standaardinstellingen De standaardinstellingen worden gebruikt om geavanceerde afdrukvoorwaarden in te stellen om in een omgeving af te drukken waarin de printerdriver niet gebruikt wordt (zoals afdrukken vanaf MS-DOS of vanaf een computer waarop geen meegeleverde printerdriver geïnstalleerd is).
Pagina 663
SYSTEEMINSTELLINGEN Instellingen Item Instellingen Aantal kopieën 1 - 999 sets Afdrukstand • Staand • Liggend Standaard Papierformaat A3, B4, A4, B5, A5, 11" x 17", 8-1/2" x 14", 8-1/2" x 13", 8-1/2" x 11", 7-1/4" x 10-1/2", 5-1/2" x 8-1/2", 8k, 16k Standaard uitvoerlade* •...
SYSTEEMINSTELLINGEN PCL-instellingen Hiermee stelt u de symboolinstellingen, lettertypes en regeleindecode in die gebruikt worden in PCL6-, PCL5c-omgeving. Druk op de toets [Printer-Toestand]. Systeeminstellingen Beheerderswachtw Verlaten Totaal Aantal Standaard- Lijst afdrukken Kopieën Instellingen (gebruiker) Papierlade- Faxdata Ontv/ Adresbeheer Instellingen Doorsturen Printer- Documentarch.
Pagina 665
SYSTEEMINSTELLINGEN Instellingen Item Beschrijving Selecties Geef de symboolset op die Selecteer uit 35 items. PCL-symbolenset instel. gebruikt wordt voor afdrukken. Gebruik dit om het lettertype in te • Intern Lettertype stellen dat gebruikt wordt voor het • Uitgebreid Lettertype PCL-Lettertypen Instellen afdrukken.
SYSTEEMINSTELLINGEN Postscript-instellingen Als er een fout optreedt tijdens PostScript afdrukken, bepalen deze instellingen of er een foutbericht wordt afgedrukt en of de PostScript-gegevens in binaire indeling wordt ontvangen. Deze procedure kan worden uitgevoerd wanneer de PS3 uitbreidingskit is geïnstalleerd. Druk op de toets [Printer-Toestand]. Systeeminstellingen Beheerderswachtw Verlaten...
SYSTEEMINSTELLINGEN Documentarch. Beheer Deze gebruikt u om mappen te maken, te bewerken en wissen voor het archiveren van documenten. Aangepaste Map Registreren Volg deze stappen om een aangepaste map te maken. Druk op de toets [Documentarch. Systeeminstellingen Beheerderswachtw Verlaten Beheer]. Totaal Aantal Lijst afdrukken Standaard-...
Pagina 668
SYSTEEMINSTELLINGEN Druk op de toets [Gebruik.Naam]. Volgende Verlaten Aangepaste Map Registreren Nr.001 User 1 Mapnaam Eerste letter Wachtwoord Gebruik.Naam Selecteer de gebruiker. Aangepaste Map Registreren Annuleren Selecteer gebruikersnaam. AAA AAA BBB BBB Standaardgeb ruiker CCC CCC DDD DDD EEE EEE FFF FFF GGG GGG HHH HHH...
Pagina 669
SYSTEEMINSTELLINGEN Druk op de toets [Verlaten]. Volgende Verlaten Aangepaste Map Registreren Nr.001 Registratie is voltooid. Mapnaam User 1 Eerste letter Wachtwoord Gebruik.Naam BBB BBB Als u nog een map wilt maken. Druk op de toets [Volgende] en herhaal de procedure vanaf stap 3. Er kunnen maximaal 1000 aangepaste mappen gemaakt worden Wanneer er geen mappen meer gemaakt kunnen worden, wist u mappen die u niet nodig hebt en creëert daarna een nieuwe map.
SYSTEEMINSTELLINGEN Aangepaste Map Wijzigen/Verwijderen Volg onderstaande stappen om een aangepaste map te bewerken of te wissen. Druk op de toets [Documentarch. Systeeminstellingen Beheerderswachtw Verlaten Beheer]. Totaal Aantal Standaard- Lijst afdrukken Kopieën Instellingen (gebruiker) Papierlade- Faxdata Ontv/ Adresbeheer Instellingen Doorsturen Printer- Documentarch.
Pagina 671
SYSTEEMINSTELLINGEN Bewerken/Wissen ● Bewerken (1) Druk op de toets van de items die u wilt Wissen Verlaten Aangepaste Map / Wijzigen/Verwijderen bewerken. Nr.001 User 1 Mapnaam Bewerk de items op dezelfde manier als u ze hebt opgeslagen. Eerste letter Wachtwoord (2) Druk op de toets [Verlaten].
SYSTEEMINSTELLINGEN Controle USB-apparaat Hiermee wordt de aansluiting van een USB-apparaat op de machine getest. Druk op de toets [Controle Systeeminstellingen Beheerderswachtw Verlaten USB-apparaat]. Lijst afdrukken Totaal Aantal Standaard- (gebruiker) Kopieën Instellingen Papierlade- Faxdata Ontv/ Adresbeheer Instellingen Doorsturen Printer- Documentarch. Controle Toestand Beheer USB-apparaat...
SYSTEEMINSTELLINGEN Gebruikersbediening • Deze instelling kan alleen geconfigureerd worden wanneer "Instelling gebruikersauthenticatie" (pagina 7-80) is geactiveerd. • Afhankelijk van welke gebruiker zich aanmeldt, kunnen de volgende instellingen soms niet worden gebruikt. Gebruikersinformatie wijzigen De informatie van de op dit moment ingelogde gebruiker kan bewerkt worden. Selecteer de [Gebruikers-bediening].
SYSTEEMINSTELLINGEN Te bewerken items Gebruikersinformatie Instellingen Gebruik.Naam Bewerk de naam van de gebruiker (max. 32 tekens). Deze gebruiker wordt gebruikt voor de toetsnaam in het loginscherm, de gebruikersnaam van documentarchivering en de naam van de afzender. (De gebruikersnaam moet uniek zijn.) Eerste letter Voer de eerste letters in (maximaal 10 tekens).
SYSTEEMINSTELLINGEN SYSTEEMINSTELLINGEN (BEHEERDER) In dit gedeelte worden de systeeminstellingen beschreven die door de beheerder van de machine worden geconfigureerd. Systeeminstellingen openen (beheerder) De beheerder moet de onderstaande procedure volgen om zich aan te melden en de Systeeminstellingen (beheerder) te openen. Als Gebruikersauthenticatie niet is ingeschakeld "Instelling gebruikersauthenticatie"...
SYSTEEMINSTELLINGEN Als Gebruikersauthenticatie is ingeschakeld "Instelling gebruikersauthenticatie" (pagina 7-80) geactiveerd is, volgt u de procedure hieronder om in te loggen. Wanneer auto-login is ingeschakeld, verschijnt het loginscherm niet. Gebruikersauthenticatie via inloggen met gebruikersnaam en wachtwoord (en e-mailadres) De inlogprocedure van de beheerder wordt uitgevoerd via het gebruikerselectiescherm. De te volgen procedure wanneer gebruikersauthenticatie is ingeschakeld, vindt u in "GEBRUIKERSAUTHENTICATIE"...
SYSTEEMINSTELLINGEN Inloggen met behulp van gebruikersnummer Druk op de toets [Aanm. beheer.]. Voer uw gebruikersnummer in. Voer het wachtwoord van de beheerder in het invoerscherm voor het wachtwoord in. Hiermee is de inlogprocedure van de beheerder voltooid. U kunt nu de Systeeminstellingen (beheerder) gebruiken. Aanm.
SYSTEEMINSTELLINGEN Systeeminstellingen (Beheerder) Hieronder worden de systeeminstellingen weergegeven die verschijnen nadat de beheerder zich heeft aangemeld. Ook worden de standaardinstellingen voor elk item weergegeven. Afhankelijk van de machinespecificaties en geïnstalleerde randapparatuur, is het misschien niet mogelijk bepaalde instellingen te gebruiken. Gebruikers-bediening Item Standaard fabrieksinstelling...
SYSTEEMINSTELLINGEN Item Standaard fabrieksinstelling Pagina ● Opgeslagen taken automatisch afdrukken na login Uitgeschakeld 7-89 ● Gebruiksstatus weergeven na aanmelden Altijd weergeven 7-89 * Deze functie kan niet op de machine worden ingesteld. U kunt de "Gebruiker-bediening" in de webpagina's instellen. Energiebesparing Item Standaard fabrieksinstelling...
Pagina 680
SYSTEEMINSTELLINGEN Item Standaard fabrieksinstelling Pagina ● Toetsinstelling aanpassen* Kopieren 1 aanpassen Spec. Functies 2 aanpassen Bestand 3 aanpassen Snelbestand Scannen 1 aanpassen Spec. Functies 2 aanpassen Bestand 3 aanpassen Snelbestand Internetfax* 1 aanpassen Spec. Functies 2 aanpassen Bestand 7-92 3 aanpassen Snelbestand Fax* 1 aanpassen...
Pagina 681
SYSTEEMINSTELLINGEN Item Standaard fabrieksinstelling Pagina ● Instellingen bediening op afstand Bediening van externe software Functiebevoegdheid toestaan geblokkeerd Wachtwoordinvoerscherm weergeven Weergeven op pc en MFP Bediening vanaf opgegeven PC Functiebevoegdheid toestaan geblokkeerd 7-93 Hostnaam of IP-adres van PC – Wachtwoordinvoerscherm weergeven Weergeven op pc en MFP Bediening door gebruiker met wachtwoord Functiebevoegdheid toestaan...
Pagina 682
SYSTEEMINSTELLINGEN Item Standaard fabrieksinstelling Pagina ● Registratieaanpassing 7-96 Automatisch aanpassen – ● Optimalisatie van harde schijf – 7-96 ● Instelling tandemverbinding IP-adres van slave-machine 0.0.0.0 Poortnummer 50001 7-96 Master-machinemodus uitschakelen Uitgeschakeld Slave-machinemodus uitschakelen Uitgeschakeld ● Alle Takenlogboekgegevens Wissen* – 7-96 ●...
Pagina 683
SYSTEEMINSTELLINGEN Item Standaard fabrieksinstelling Pagina ● Extra vaste-kopieerfactoren toevoegen of veranderen Verkleining – 7-98 Vergroting – ● Maximum aantal kopieën instellen 7-98 ● Standaardinstelling Voor De Kantlijnverschuiving Zijde 1 7-99 10 mm (1/2") Zijde 2 ● Standaardbreedte Van Wisstrook Instellen Rand 7-99 10 mm (1/2")
Pagina 684
SYSTEEMINSTELLINGEN Printerinstellingen Item Standaard fabrieksinstelling Pagina 7-104 ■ Printer-Instellingen ● Standaardinstellingen 7-104 Kennisgeving Pagina Niet Afdrukken Ingeschakeld 7-104 Testpagina Niet Afdrukken Uitgeschakeld 7-104 A4/Letter-Formaat Auto Veranderen Varieert afhankelijk van land en regio 7-104 Afdruk Density Printer Kleur 7-104 Zwart-wit CMYK belichting aanpassen 7-104 Instellingen handinvoerlade 7-104...
Pagina 685
SYSTEEMINSTELLINGEN Instell. afbeelding verzenden Item Standaard fabrieksinstelling Pagina 7-107 ■ Instell. afbeelding verzenden ● Bedieningsinstellingen 7-107 Standaardweergave-Instellingen Modus Scannen (Faxen* 7-107 Instellingen enige tijd vasthouden nadat scannen is voltooid Uitgeschakeld Autom. overgaan naar kopieermodusscherm Uitgeschakeld Standaardselectie adresboek Tab schakelen 7-107 Adrestype Alle Eigen naam en bestemming instellen...
Pagina 686
SYSTEEMINSTELLINGEN Item Standaard fabrieksinstelling Pagina Instel. voor uitschak. van registratie van bestemming 7-111 Reg. van bestemming via bedieningspaneel uitschak. • Groep (Directe Invoer) Uitgeschakeld 7-111 • Groep (Adresboek) Uitgeschakeld • Individueel Uitgeschakeld Reg.van bestemming op webpage uitschak.* • Groep (Directe Invoer) Uitgeschakeld 7-111 •...
Pagina 687
SYSTEEMINSTELLINGEN Item Standaard fabrieksinstelling Pagina ● Scaninstellingen 7-113 Standaard-Afzenderset – 7-113 Standaardinstellingen kleurmodus Kleurmodus Auto, Grijstint 7-113 Z/W-modus Mono 2 Wijzigen Z/W-instelling in automodus uitschakelen Uitgeschakeld Instelling Oorspronkelijke Bestandsindeling • Bestandstype • Compressiemodus MMR (G4) • Opgegeven pagina's per bestand Uitgeschakeld 7-113 Kleur/grs.
Pagina 688
SYSTEEMINSTELLINGEN Item Standaard fabrieksinstelling Pagina Origineel afdrukken op transactierapport Alleen Foutrapport Afdrukken 7-115 Instelling Afdrukken Transactierapport • Enkele verzending Alleen Foutrapport Afdrukken 7-116 • Distribueren Volledig Rapport Afdrukken • Ontvangen Geen Afgedrukt Rapport Instelling Afdrukken Activiteitenrapport • Automatisch afdrukken bij vol geheugen Uitgeschakeld 7-116 •...
Pagina 689
SYSTEEMINSTELLINGEN Instellingen Doc. Archiv. Item Standaard fabrieksinstelling Pagina 7-121 ■ Instellingen Doc. Archiv. ● Instellingen standaardmodus Deelmodus 7-121 ● Instelling Sorteermethode Datum 7-121 ● Beschikbare Taak Voor De Taakinstellingen Afdrukken Kopieren Ingeschakeld Printer Ingeschakeld Scan verzenden Uitgeschakeld I-fax verzenden (Incl. PC-I-fax)* Uitgeschakeld Fax verzenden (incl.
Pagina 690
SYSTEEMINSTELLINGEN Item Standaard fabrieksinstelling Pagina ● Standaardinstellingen kleurmodus Kleur Auto 7-121 Mono 2 ● Standaard Belichtingsinstellingen Belichting Automatisch 7-122 Origineel Afbeeldingtype Tekst Moiré-Reductie Uitgeschakeld ● Uitgangsinstellingen resolutie 600 x 600 dpi 7-122 ● Instelling kleurgegevenscomprimeringsfactor Medium 7-122 ● Standaard Uitvoerlade Varieert afhankelijk van de 7-122 machineconfiguratie...
SYSTEEMINSTELLINGEN Gebruikersbediening Gebruikers-bediening wordt gebruikt om instellingen voor gebruikersauthenticatie te configureren. Druk op de toets [Gebruikers-bediening] en configureer de instellingen. • Instelling authenticatiemethode Instelling gebruikersauthenticatie Als u een van de volgende verificatiemethodes wilt selecteren, drukt u op de toets [Instelling Deze instellingen activeren of deactiveren de authenticatiemeth.] nadat u het vakje gebruikersverificatie en specificeren de...
SYSTEEMINSTELLINGEN Opslaan • Het loginscherm wisselt afhankelijk van de verificatiemethode die geselecteerd is. Zie voor Hoe veel gebruikers u kunt opslaan: meer informatie "Als Gebruikersauthenticatie is Er kunnen maximaal 1000 items worden opgeslagen. ingeschakeld" (pagina 7-60). * Fabriekstandaard-gebruikers niet inbegrepen. •...
SYSTEEMINSTELLINGEN Een map ("Mijn map") kan Paginalimietgroepregistratie opgegeven worden als de map die gebruikt wordt door de gebruiker voor Dit wordt gebruikt om groepen pop te slaan van Account Mijn map documentarchivering. Een eerder Limiet Instellingen. De paginalimieten voor elke gemaakte map kan worden gebruiker worden opgegeven door één van deze geselecteerd of u kunt een nieuwe...
SYSTEEMINSTELLINGEN Bewerken of Wissen Authoriteitsgroepregistratie Gebruik dit om groepen van gebruikerverificatie-instellingen Selecteer een opgeslagen groep. op te slaan. De verificatie van elke gebruiker wordt opgegeven door één van deze opgeslagen groepen te Paginalimietgroep / Registreren/Wissen Selecteer de te registreren/wissen paginalimietgroep selecteren wanneer de gebruiker is opgeslagen.
Pagina 701
SYSTEEMINSTELLINGEN Lijst instellingen en standaard fabrieksinstellingen Bewerk of wis de groep. van sjabloongroepen Selecteer een opgeslagen groep. Afhankelijk van de machinespecificaties en geïnstalleerde randapparatuur, is het misschien niet authoriteitsgroep / Registreren/Verwijderen mogelijk bepaalde instellingen te gebruiken. Selecteer de te registreren/wissen authoriteitsgroep. Nr.01 ABC Group Fabrieksmatig opgeslagen Nr.02 DEF Group...
Pagina 702
SYSTEEMINSTELLINGEN Fabrieksmatig opgeslagen authoriteitsgroep Item Beheerder Gebruiker Gast Document-Archiveren Scannen naar schijf Alleen • Kleurmodusgoedkeu- Alle Alle Wit-Zwart ringsinstelling toegestaan toegestaan toegestaan • Alle toegestaan Toegestaan Toegestaan geblokkeerd Afdrukken gearchiveerde documenten Alleen • Kleurmodusgoedkeu- Alle Alle Wit-Zwart ringsinstelling toegestaan toegestaan toegestaan •...
SYSTEEMINSTELLINGEN Favoriete bedieningsgroeplijst Dit wordt gebruikt om favoriete bedieningsgroepen op te slaan. Deze instelling kan uitsluitend in de webpagina's worden geconfigureerd. U kunt in deze functie niet in het aanraakscherm configureren. U kunt sets met voorkeursinstellingen opslaan in groepen. Een gebruiker die bijvoorbeeld een andere taal spreekt zo normaal gesproken elke keer de taal moeten wijzigen om de machine te kunnen gebruiken.
SYSTEEMINSTELLINGEN • Wanneer de enkele gebruiker is geselecteerd Gebruikersaantallen tonen Druk op de tellingen die u wilt terugstellen en druk op de toets [Reset selectie.]. Als u alle tellingen wilt Dit geeft het totale aantal pagina's weer dat door elke terugstellen, drukt u op de toets [Alles wissen] zonder gebruiker afgedrukt wordt.
SYSTEEMINSTELLINGEN Waarschuwing wanneer Opgeslagen taken automatisch aanmelden mislukt afdrukken na login Deze instelling wordt gebruikt om een waarschuwing Wanneer gebruikersauthenticatie is ingeschakeld, weer te geven en login gedurende vijf minuten te bepaalt deze functie of de paginatellingen van een weigeren als de login drie keer achter elkaar mislukt. Dit gebruiker wordt weergegeven als deze gebruiker zich voorkomt dat een onbevoegde probeert het wachtwoord aanmeldt.
SYSTEEMINSTELLINGEN Energie Besparen De Energie besparen instellingen helpen de energiekosten te beperken. Vanuit een milieuperspectief helpen deze instellingen ook de vervuiling te beperken en natuurlijke hulpbronnen te bewaren. Druk op de toets [Energiebesparing] en configureer de instellingen. Toner besparen in printermodus Timer voor Automatisch Uitschakelen U kunt de hoeveelheid toner dat wordt gebruikt voor afdrukken...
SYSTEEMINSTELLINGEN Bedieningsinstellingen Instellingen die betrekking hebben op de bediening van de machine kunnen geconfigureerd worden. Druk op de [Bedieningsinstellingen]-toets om de instellingen te configureren. Toetsgeluid Automatisch Wissen Instellen Deze instelling wordt gebruikt om het volume van de De tijd tot de functie Automatisch wissen begint kan pieptoon die klinkt wanneer u een toets aanraakt aan te worden ingesteld tussen 10 en 240 seconden.
SYSTEEMINSTELLINGEN Uitsch. Afdruk via handinvoer Kaften/insteekv. modus uitschakelen Deze instelling wordt gebruikt om Afdruk via handinvoer uit te schakelen (het afdrukken van andere opdrachten Deze instelling wordt gebruikt om het gebruik van de voorafgaand aan een opdracht is onderbroken* omdat functie kaften en insteekvellen.te blokkeren.
SYSTEEMINSTELLINGEN Bediening door gebruiker met wachtwoord Beginwaarde aantal originelen [Functiebevoegdheid toestaan] keuzevakje Hiermee kan een gebruiker die over een wachtwoord Dit bepaalt of "Aantal originelen" in de speciale functies beschikt de machine gebruiken. Neem contact op met voor elke functie wordt ingeschakeld. uw onderhoudstechnicus voor informatie over het Als u deze instelling wilt activeren, selecteert u het vakje wachtwoord.
SYSTEEMINSTELLINGEN Apparaatbeheer Deze instellingen beheren op de machine geïnstalleerde randapparatuur. Druk op de toets [Apparaatbeheer] en configureer de instellingen. 11" x 17", 11" x 17", Instelling Detectie Formaat 8-1/2" x 13-2/5" 8-1/2" x 13-2/5" Origineel (216 mm x 340 mm), (216 mm x 340 mm), Inch-3 8-1/2"...
SYSTEEMINSTELLINGEN Uitschakelen van duplex Uitzetten nieteenheid (Wanneer een afwerkingeenheid is geinstalleerd.) Dit wordt gebruikt om tweezijdig afdrukken uit te schakelen, bijvoorbeeld wanneer de duplex module niet Deze instelling wordt gebruikt om nieten te blokkeren, goed werkt. bijvoorbeeld wanneer het nietapparaat van de Als u deze instelling wilt activeren, selecteert u het vakje afwerkingeenheid of de zadelsteek afwerkingseenheid en drukt op [OK].
Pagina 712
SYSTEEMINSTELLINGEN Instelling voor Automatische Instelling tandemverbinding Papierselectie Gebruik deze instelling om het poortnummer en IP-adres van de machine die wordt gebruikt als slave-apparaat in U kunt het papiertype* voor de functie automatische te stellen wanneer twee machines worden gebruikt als papierselectie specificeren.
SYSTEEMINSTELLINGEN Standaard detecteren in automatische kleurmodus Wanneer de kleurmodus is ingesteld op auto, zijn vijf niveaus beschikbaar voor de detectie van het origineel. Geef de waarde op met de toetsen . Wanneer de instelling "Dichter Z/W" is geconfigureerd, maakt u het origineel gemakkelijk te detecteren als zwart-witorigineel.
SYSTEEMINSTELLINGEN Kopieer-Instellingen De volgende instellingen zijn bedoeld voor de kopieerfunctie. Druk op de toets [Kopieer-Instellingen] om de instellingen te configureren. Standaardinstellingen die met deze instellingen worden geselecteerd zijn van toepassing op alle functies van de machine (niet alleen op de kopieerfunctie). Instelling Oorspronkelijke Status Extra vaste-kopieerfactoren toevoegen of veranderen...
Pagina 715
SYSTEEMINSTELLINGEN Standaardinstelling Voor De Begininstelling Tabkopie Kantlijnverschuiving Dit wordt gebruikt om de standaard afbeelding verschuivingbreedte (tabbreedte) voor tabkopiëren in te Deze functie wordt gebruikt om de standaard stellen. kantlijnverschuiving in te stellen. De standaardbreedte kan ingesteld worden van 0 mm Geeft een waarde op tussen 0 mm (0") en 20 mm (1") in (0") tot mm (5/8") in stappen van 1 mm (1/8").
SYSTEEMINSTELLINGEN Instelling voor automatische Auto Color Calibration selectie van lade met papier Dit wordt gebruikt om automatische kleurcorrectie uit te voeren, wanneer de kleur in kleur kopieën uit staat. De Wanneer deze instelling wordt geactiveerd en het papier machine drukt een testprint af, de testprint wordt geladen wordt in een lade terwijl de machine op standby gescand en de kleur wordt automatisch gecorrigeerd.
Pagina 717
SYSTEEMINSTELLINGEN Z/W 600 dpi x 600 dpi scanmodus voor documentinvoer De resolutie voor zwart-wit kopieren met de automatische documentinvoer kan gewijzigd worden van 600 x 300 dpi naar 600 x 600 dpi (hoogwaardige kwaliteit). Als de modus hoogwaardige kwaliteit wordt gebruikt, worden fijne afdrukken en dunne lijnen duidelijker weergegeven, maar de scansnelheid is lager.
SYSTEEMINSTELLINGEN Netwerk-Instellingen Netwerkinstellingen worden hieronder beschreven. Druk op de toets [Netwerkinstellingen] om de instellingen te configureren. Als instellingen worden gewijzigd, gaan ze pas in nadat de machine opnieuw is gestart. Raadpleeg "DE VOEDING IN- EN UITSCHAKELEN" (pagina 1-12) in "1. VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT" voor het herstarten van de machine. IPv4-instellingen IPv6-instellingen Gebruik deze instelling om het IP-adres van de machine...
Pagina 719
SYSTEEMINSTELLINGEN Handmatig invoeren van een IP-adres EtherTalk inschakelen Selecteer het [DHCPv6] keuzevakje ( ) voor het instellen van een permanent IP-adres. Als u de machine op een EtherTalk- netwerk wilt Druk op de toets [Handmatig adres], de toets [Lengte gebruiken, moet deze instelling ingeschakeld zijn. van prefix] en de toets [Standaard gateway] en voer de Als u deze instelling wilt activeren, selecteert u het vakje respectievelijke waarden in.
SYSTEEMINSTELLINGEN Printer-Instellingen Standaardinstellingen Printerstatusinstellingen worden hieronder beschreven. Druk op de toets [Printer-Instellingen] en daarna op de toets [Standaardinstellingen] en configureer de instellingen. Kennisgeving Pagina Niet Instellingen handinvoerlade Afdrukken Papierformaat herkenning handinvoer Deze instelling wordt gebruikt om afdrukken van inschakelen kennisgevingspagina's uit te schakelen. Hiermee verhindert u afdrukken wanneer het Als u deze instelling wilt activeren, selecteert u het vakje papierformaat dat is opgegeven voor een afdrukopdracht...
SYSTEEMINSTELLINGEN Interface-Instellingen Deze instellingen worden gebruikt om de gegevens die verzonden worden naar de USB-poort of netwerkpoort van de machine te controleren en te sturen. Druk op de toets [Printer-Instellingen] en daarna op de toets [Interface-Instellingen] en configureer de instellingen. Hexadecimale Dump Omschakeling USB-poortemulatie Deze functie wordt gebruikt om de printgegevens van...
SYSTEEMINSTELLINGEN Methode Voor Poortomschakeling Deze instelling wordt gebruikt om te selecteren wanneer poortomschakeling plaats vindt. Omschakelen na einde opdracht: De poort wordt gewijzigd in de automatische selectie wanneer het afdrukken is voltooid. Omschakelen na I/O-time-out: Wanneer de tijd die is ingesteld met behulp van "I/O-Time-out"...
SYSTEEMINSTELLINGEN Instell. afbeelding verzenden Instellingen met betrekking tot de beeldverzendfunctie (scan, Internetfax, enz.) kunnen worden geconfigureerd. Bedieningsinstellingen De onderstaande bedieningsinstellingen zijn van toepassing op alle beeldverzendfuncties. Druk op de toets [Instellingen Beeld Verz.] en daarna op de toets [Bedieningsinstellingen] en configureer de instellingen. Standaardweergave-Instellingen Eigen naam en bestemming instellen Vijf schermselecties zijn beschikbaar voor het...
SYSTEEMINSTELLINGEN Registratie van eigen naam selecteren Naam verzender verwijderen Dit wordt gebruikt om namen van verzenders die worden gebruikt in "Eigen naam kiezen" op te slaan. Druk op de toets [Corrigeren/Wissen]. U kunt maximaal 18 nummers (van elk maximaal 20 getallen) opslaan.
SYSTEEMINSTELLINGEN Instellingen Oorspronkelijke Standaard Belichtingsinstellingen Resolutie Deze instelling wordt gebruikt om het standaard belichtingsniveau in te stellen voor het scannen van De volgende instellingen zijn beschikbaar voor de originelen in de verzendmodus. standaard resoluties van scan-, Internetfax- en faxmodus. Systeeminstellingen Standaard Belichtingsinstellingen Scan : 100X100 dpi 200X200 dpi...
Pagina 726
SYSTEEMINSTELLINGEN Volg adrestoets invoeren bij Omschakelen weergave-volgorde distributie-instel. uitschakelen Deze instelling wordt gebruikt om ervoor te zorgen dat Deze instelling wordt gebruikt om wijzigingen in de volgorde de toets [Volgend Adres] wordt aangeraakt voordat het van de display (volgorde van zoeknummer, oplopend, volgende adres wordt ingevoerd wanneer een aflopend) in het adresboek onmogelijk te maken.
Pagina 727
SYSTEEMINSTELLINGEN (Wanneer u op de toets [Alle Select./Annuleren] drukt, Instel. voor uitschak. van worden alle instellingen Wanneer u op de toets drukt in de status, worden alle instellingen registratie van bestemming Hiermee blokkeert u het opslaan van bestemmingen. Registratie van programma uitschakelen U kunt opslaan vanaf het apparaat, opslaan vanaf de Dit voorkomt gebruik van het adresboek wanneer een webpagina en opslaan vanaf een computer afzonderlijk...
Pagina 728
SYSTEEMINSTELLINGEN Instel. voor uitschak. van verzending Met deze instellingen schakelt u de volgende verzendhandelingen uit. [Opn. verzenden] uitschakelen in fax/scan modus Het gebruik van de toets [Opn. verzenden] uitschakelen in het basisscherm van beeldverzendmodus. Als u deze instelling wilt activeren, selecteert u het vakje en drukt op [OK].
SYSTEEMINSTELLINGEN Scaninstellingen Instellingen die verband houden met het scannen kunnen worden geconfigureerd. Druk op de toets [Instellingen Beeld Verz.] en daarna op de toets [Scaninstellingen] en configureer de instellingen. Standaard-Afzenderset Instelling Oorspronkelijke Bestandsindeling Als een verzender niet geselecteerd is wanneer een Scannen naar E-mail transmissie wordt uitgevoerd, Dit wordt gebruikt om het standaard bestandformaat voor wordt de in deze instelling opgeslagen...
Pagina 730
SYSTEEMINSTELLINGEN Druk op de toets [Selectie Toev.] en Instelling van maximum aantal selecteer het adres. verzenddata (E-Mail) Selecteer één van de toetsen en druk op [OK]. Om het verzenden van extreem grote beeldbestanden in Druk op [OK]. de scanmodus te voorkomen, kan een maximale bestandsgrootte worden ingesteld van 1MB tot 10MB met tussenstappen van 1MB.
SYSTEEMINSTELLINGEN I-Faxinstellingen Deze instellingen kunnen worden uitgevoerd wanneer de internetfaxuitbreidingskit is geïnstalleerd. I-Fax Standaardinstellingen Deze instellingen worden gebruikt om de standaard instellingen voor I-Fax te configureren. Druk op de toets [Instellingen Beeld Verz] en daarna op [I-Fax Instellingen] en op [I-Fax Standaardinstellingen] en configureer de instellingen.
SYSTEEMINSTELLINGEN • Indien u alleen de instelling "Dagelijks Afdrukken op Instelling Afdrukken Transactierapport opgegeven Tijd" selecteert en het aantal Dit wordt gebruikt om te selecteren of een opgenomen transacties voor de opgegeven tijd de transactierapport afgedrukt wordt en indien het wordt 200 overschrijdt, wordt bij elke nieuwe transactie de afgedrukt wat de conditie is van het printen.
SYSTEEMINSTELLINGEN Internetfaxverzendinstellingen worden hieronder beschreven. I-Fax verzendinstellingen worden hieronder beschreven. Druk op de toets [Instellingen Beeld Verz] en daarna op [I-Fax Instellingen] en op [I-Fax Verzendinstellingen] en configureer de instellingen. I-Fax Ontvanstrapport Aan/Uit Instelling van maximum aantal Instelling verzenddata(E-Mail) Met deze instelling wordt een ontvangstrapport Het is mogelijk om een bestandsgroottelimiet in te opgevraagd bij het verzenden van een Internetfax.
SYSTEEMINSTELLINGEN Opnieuw oproepen indien bezet (Deze instelling werkt alleen voor Directe SMTP- verzending.) Dit programma wordt gebruikt om het aantal belpogingen en ook het interval tussen deze pogingen in te stellen wanneer een verzending mislukt als gevolg van een bezette lijn of een andere reden. Aantal keren dat opnieuw gebeld moet worden wanneer de lijn bezet is De instelling geeft aan of opnieuw bellen wel of niet...
Pagina 735
SYSTEEMINSTELLINGEN I-Fax Ontvangstinstellingen Internetfax Ontvangstinstellingen worden hieronder beschreven. Druk op de toets [Instellingen Beeld Verz] en daarna op [I-Faxinstellingen] en op [I-Fax Ontvangstinstellingen] en configureer de instellingen. Druk op de toets [Hostnaam of IP-adres] Instelling Reductie Auto Ontvangst en voer de hostnaam in. Wanneer er een fax wordt ontvangen waarin afgedrukte Het adres mag maximaal 64 tekens lang zijn.
SYSTEEMINSTELLINGEN Instelling Van Interval • Wanneer er geen anti junk mailadressen zijn opgeslagen, kan alleen [Invoeren] geselecteerd Ontvangstcontrole worden. • Als het eerste teken van de invoer niet "@" is, wordt Dit wordt gebruikt om de interval op te geven waarop de de invoer als een adres geïdentificeerd .
SYSTEEMINSTELLINGEN Instellingen Doc. Archiv. Instellingen documentarchivering worden hieronder beschreven. Druk op de toets [Instellingen documentarchivering] om de instellingen te configureren. Systeeminstellingen Instellingen standaardmodus Beschikbare Taak Voor Taakinstellingen / Afdrukken Kopieren Printer Scan verzenden Dit wordt gebruikt om op te geven welke modus, Delen of Vertrouwelijk, gebruikt wordt als standaard modus Scannen I-Fax verzenden...
Pagina 738
SYSTEEMINSTELLINGEN Standaard Belichtingsinstellingen Standaard Uitvoerlade (Wanneer een rechter lade is geïnstalleerd.) Deze instelling wordt gebruikt om het belichtingsniveau Deze instelling wordt gebruikt om de standaard af te stellen voor scannen in de uitvoerlade voor het afdrukken van een door scannen documentarchiveringsmodus.
Beveiligd bestand Schakel deze instelling in om ook beveiligde bestanden te selectiescherm. verwijderen laten verwijderen. Selecteer de toets [Sharp OSA] zodat deze oplicht en Vertrouwelijk bestand Schakel deze instelling in om druk op de toets [OK]. ook vertrouwelijke bestanden te verwijderen laten verwijderen.
SYSTEEMINSTELLINGEN Lijst afdrukken (beheerder) Dit wordt gebruikt om lijsten en rapporten af te drukken die alleen bestemd zijn voor de beheerder van de machine. Druk op de [Lijst afdrukken (beheerder)]-toets om de instellingen te configureren. Lijst beheerdersinstellingen Lijst voor toestaan/weigeren van mail en domeinnaam Lijsten van de beheerdersinstellingen voor de volgende functies kunnen niet afgedrukt worden.
SYSTEEMINSTELLINGEN Veiligheids-Instellingen De volgende instellingen hebben met beveiliging te maken. Druk op de toets [Beveiligingsinstellingen] om de instellingen te configureren. SSL-instellingen IPsec-instellingen SSL kan worden gebruikt voor het verzenden van IPsec kan worden gebruikt voor verzending/ontvangst gegevens over een netwerk. van gegevens op een netwerk.
SYSTEEMINSTELLINGEN Instelling in-/uitschakelen De volgende instellingen worden gebruikt om het gebruik van bepaalde functies te blokkeren. Druk op de [Instelling in-/ uitschakelen]-toets om configureer de instellingen. Met de functie Instellingen In-/uitschakelen worden dezelfde parameters ingesteld als de inschakelen/uitschakelen-functies van andere instellingen. De instellingen zijn met elkaar verbonden (door één instelling te wijzigen wijzigt u de andere). Klokinstelling deactiveren Printer-Toestand Deze instelling wordt gebruikt om wijzigen van datum en...
SYSTEEMINSTELLINGEN Lade-instellingen uitschakelen Master-machinemodus uitschakelen Dit blokkeert het gebruik van de machine als een Deze instelling wordt gebruikt om lade-instellingen te blokkeren. master-machine voor tandem afdrukken. Als u deze instelling wilt activeren, selecteert u het vakje Als u deze instelling wilt activeren, selecteert u het vakje en drukt op [OK].
SYSTEEMINSTELLINGEN Uitschakelen van de Auto Papierselectie Scanfunctie uitschakelen Deze optie wordt gebruikt om PC scan en Deze instelling wordt gebruikt om de Auto Papierselectie uit te schakelen. USB-geheugenscan uit te schakelen. Wanneer deze instelling geactiveerd wordt, wordt Wanneer deze functies worden uitgeschakeld, worden automatische papierselectie die hetzelfde formaat heeft ze grijs gemaakt wanneer de functie wordt gekozen in als het origineel op de glasplaat of in de automatische...
Pagina 745
SYSTEEMINSTELLINGEN Reg.van bestemming op webpage uitschak. Registratie van geheugenvak uitschakelen (Als de netwerkverbinding is ingeschakeld.) (Wanneer de faxuitbreidingskit is geïnstalleerd.) Hiermee schakelt u adresbeheer uit vanaf de Alle soorten registratie van geheugenvak webpagina. uitschakelen. Als u deze instelling wil gebruiken, selecteert u de Als u deze instelling wilt gebruiken, selecteert u de selectievakjes van de gewenste items en drukt u...
Pagina 746
SYSTEEMINSTELLINGEN Instel. voor uitschak. van verzending Instellingen Doc. Archiv. Met deze instellingen schakelt u de volgende verzendhandelingen uit. Stempel uitschakelen voor opnieuw afdrukken Als een opgeslagen bestand opgeroepen en afgedrukt [Opn. verzenden] uitschakelen in fax/scan modus wordt, blokkeert deze instelling de selectie van een Het gebruik van de toets [Opn.
SYSTEEMINSTELLINGEN Beheerderswachtw. wijzigen Dit wordt gebruikt om het beheerderswachtwoord te wijzigen. Druk op de toets [Wachtwoord beheerder wijzigen] om het wachtwoord te wijzigen. Systeeminstellingen Annuleren Beheerderswachtwoord wijzigen Voer het beheerderswachtwoord in (5 tot 32 tekens). Nieuw wachtw Bevestiging Druk op de toets [Nieuw wachtw] en voer het nieuwe wachtwoord in.
SYSTEEMINSTELLINGEN Productcode De procedure voor het invoeren van de productcodes van de uitbreidingskits worden hieronder uitgelegd. Druk op de toets [Productcode] om de instellingen te configureren. • Afhankelijk van de geïnstalleerde randapparatuur, kan het mogelijk zijn dat sommige instellingen niet beschikbaar zijn. •...
SYSTEEMINSTELLINGEN Gegevensback-up Instellingen en gegevens die op de machine zijn opgeslagen kunnen op USB-geheugen worden opgeslagen. • Deze functie kan worden ingeschakeld als een USB-geheugenapparaat is geïnstalleerd. • Deze functie kan niet worden gebruikt terwijl de systeeminstellingen worden gebruikt, tijdens het uitvoeren van een opdracht of wanneer er sprake is van een gereserveerde opdracht.
SYSTEEMINSTELLINGEN Bewaren/oproepen van systeeminst. De huidige systeeminstellingen kunnen worden opgeslagen, eerder opgeslagen systeeminstellingen kunnen worden opgehaald en de standaardinstellingen kunnen worden hersteld. Druk op de toets [Opslaan/oproepen van systeeminstellingen] om de instellingen te configureren. Fabrieksinstellingen Herstellen Dit wordt gebruikt om de systeeminstellingen terug te zetten naar de standaard fabrieksinstellingen.
Sharp OSA externe toepassing 1-12) in "1. VOORDAT U DE MACHINE selectiescherm. GEBRUIKT" voor het herstarten van de machine. Selecteer de toets [Sharp OSA] zodat deze oplicht en druk op de toets [OK]. Instellingen extern account (Wanneer de externe account-module is geïnstalleerd.)
SYSTEEMINSTELLINGEN SYSTEEMINSTELLINGEN VOOR FAX Dit gedeelte legt systeeminstellingen uit die verband houden met de faxmodus. Lijst met systeeminstellingen voor de fax (Algemeen) Wanneer de systeeminstellingen voor de fax worden geopend met algemene rechten, verschijnen de onderstaande items. Voor items waartoe alleen toegang verkregen wordt met beheerdersrechten, zie "Lijst met systeeminstellingen voor de fax (Beheerder)"...
SYSTEEMINSTELLINGEN Adresbeheer Opslaan van een sneltoets (afzonderlijk) voor fax Het faxnummer en de naam van een faxbestemming kunnen opgeslagen worden in een sneltoets. Op deze manier kan het faxnummer worden ingevoerd door een eenvoudige druk op de toets. Sneltoetsen kunnen ook in webpagina's opgeslagen worden. Klik [Adresboek] in het webpaginamenu en klik op de toets [Toevoegen] die verschijnt.
Pagina 754
SYSTEEMINSTELLINGEN Voer de naam van de bestemming in. Direct Adres / Individueel Volgende Verlaten E-mail Internetfax Directe SMTP (1) Druk op de toets [Naam]. Zoeknummer (2) Voer de bestemmingsnaam in op het Naam tekstinvoerscherm dat verschijnt. Voorletter Index Faxnr. Voer maximaal 36 tekens in voor de naam. Voer de eerste letters in.
Pagina 755
SYSTEEMINSTELLINGEN Voer het faxnummer van de bestemming Volgende Verlaten Direct Adres / Individueel Nr.001 Annuleren Faxnr. Voer het faxnr. in via de cijfertoetsen en druk op [OK]. (1) Voer het faxnummer van de bestemming in Onderbreking 0123456789 met de cijfertoetsen. Subadres (2) Druk op [OK].
Pagina 756
SYSTEEMINSTELLINGEN Controleer de modus Internationale Volgende Direct Adres / Individueel Verlaten E-mail Internetfax Directe SMTP Correspondentie. Zoeknummer Registratie is voltooid. De instelling wordt getoond naast de toets [Modus]. Toetsnaam AAA AAA Volg voor het veranderen van de instelling onderstaande Modus 33,6 kbps/Geen stappen: Verzendlijn...
SYSTEEMINSTELLINGEN Programmeren van een F-code geheugenvak (Navraaggeheugen) Volg onderstaande stappen voor het programmeren van een geheugenvak voor navraag met F-code. Het subadres en pascode dat u programmeert in het geheugenvak zijn nodig voor de andere machine om navraag te doen bij uw machine (verzending aanvragen) met behulp van F-code communicatie.
Pagina 758
SYSTEEMINSTELLINGEN Druk op de toets [Subadres]. F-Codegeheugenvak / Navraaggeheugen Volgende Verlaten Nr.001 Navraaggeheugen Vaknaam Subadres Voer een subadres en wachtwoord in. F-Codegeheugenvak / Navraaggeheugen Volgende Verlaten Nr.001 Annuleren (1) Voer een subadres in. Subadres / Pascode Voer subadres/pascode in via de cijfertoetsen en druk op [OK]. Voer het subadres in met de cijfertoetsen (maximaal 20 000000 / 111111 cijfers).
SYSTEEMINSTELLINGEN Programmeren van een F-code geheugenvak (Vertrouwelijk) Volg onderstaande stappen voor het programmeren van een geheugenvak voor vertrouwelijke ontvangst met F-code. Het subadres en wachtwoord dat u programmeert in het geheugenvak zijn nodig voor de andere machine om een fax naar nieuwe machine te sturen via een F-code vertrouwelijke verzending.
Pagina 760
SYSTEEMINSTELLINGEN Druk op de toets [Subadres]. F-Codegeheugenvak / Vertrouwelijk Volgende Verlaten Nr.001 Vaknaam Vetrouwelijke ontvangst Subadres Afdruk pincode Voer een subadres en wachtwoord in. F-Codegeheugenvak / Vertrouwelijk Volgende Verlaten Nr.001 Annuleren (1) Voer een subadres in. Subadres / Pascode Voer subadres/pascode in via de cijfertoetsen en druk op [OK]. Gebruik de cijfertoetsen voor het invoeren van een 000000 / 111111 subadres (maximaal 20 cijfers).
Pagina 761
SYSTEEMINSTELLINGEN Druk op de toets [Verlaten]. F-Codegeheugenvak / Vertrouwelijk Volgende Verlaten Nr.001 Registratie is voltooid. Vaknaam Vetrouwelijke ontvangst Subadres 000000 / 111111 Afdruk pincode 0000 Programmeren van een ander geheugenvak Druk op de toets [Volgende] en herhaal de procedure vanaf stap 4. 7-145 Inhoudsopgave...
SYSTEEMINSTELLINGEN Programmeren van een F-code geheugenvak (Relay-Distributie) Volg onderstaande stappen voor het programmeren van een geheugenvak voor verzending met relay-distributie met F-code. Het subadres en wachtwoord dat u in het geheugenvak programmeert zijn vereist wanneer de andere machine een relay-verzoekverzending met F-code uitvoert (vraagt uw machine een fax door te sturen). Bovendien kunt u ook de faxnummers van de eind-ontvangende machines (niet meer dan 30) in het geheugenvak opslaan.
Pagina 763
SYSTEEMINSTELLINGEN Druk op de toets [Subadres]. F-Codegeheugenvak / Relay-Distributie Volgende Verlaten Nr.001 Relay-Distributie Vaknaam Subadres Ontvanger Voer een subadres en wachtwoord in. F-Codegeheugenvak / Relay-Distributie Volgende Verlaten Nr.001 (1) Voer een subadres in. Annuleren Subadres / Pascode Voer subadres/pascode in via de cijfertoetsen en druk op [OK]. Gebruik de cijfertoetsen voor het invoeren van een subadres (maximaal 20 cijfers).
Pagina 764
SYSTEEMINSTELLINGEN Druk op de toets [Verlaten]. F-Codegeheugenvak / Relay-Distributie Volgende Verlaten Nr.001 Registratie is voltooid. Vaknaam Relay-Distributie Subadres 000000/111111 Ontvanger 10 Adressen Programmeren van een ander geheugenvak Druk op de toets [Volgende] en herhaal de procedure vanaf stap 4. 7-148 Inhoudsopgave...
SYSTEEMINSTELLINGEN Bewerken en wissen van F-code geheugenvakken Druk op de toets [Adresbeheer]. Systeeminstellingen Beheerderswachtw Verlaten Lijst afdrukken Totaal Aantal Standaard- (gebruiker) Kopieën Instellingen Papierlade- Faxdata Ontv/ Adresbeheer Instellingen Doorsturen Printer- Documentarch. Controle Toestand Beheer USB-apparaat Druk op de toets [F-Codegeheugenvak]. Systeeminstellingen Reset selectie.
Pagina 766
SYSTEEMINSTELLINGEN Voorbeeld:Bewerken/wissen van een geheugenvak Druk op de toets [Verlaten]. voor navraaggeheugen Verlaten Geheugenvak / Corrigeren/Wissen Selecteer het te corrigeren/wissen geheugenvak. Navraaggeheugen • Als u geen afzonderlijke sneltoets of groeptoets kunt bewerken of wissen. In de onderstaande situaties kunt u geen afzonderlijke sneltoetsen of groeptoetsen bewerken of wissen: - Wanneer de toets wordt gebruikt voor een verzending in de wachtrij of een verzending die op dat moment wordt verzonden.
SYSTEEMINSTELLINGEN Faxdata Ontv/Doorsturen Instellingen Fax Ontvangen Selecteer de faxontvangstmodus uit de volgende modi. • Automatische Ontvangst: Wanneer een oproep binnenkomt, rinkelt de machine en de fax wordt vervolgens automatisch ontvangen. • Handmatige Ontvangst: Deze functie kunt u alleen gebruiken wanneer er een bestaande extra telefoon verbonden is met de machine.
SYSTEEMINSTELLINGEN Doorsturen Faxdata Wanneer de machine niet kan printen omdat het papier of de toner op is, kunnen ontvangen faxberichten doorgestuurd worden naar een andere faxmachine. Deze procedure kan worden uitgevoerd wanneer de faxuitbreidingskit is geïnstalleerd. Druk op de toets [Faxdata Systeeminstellingen Beheerderswachtw Verlaten...
SYSTEEMINSTELLINGEN Lijst met systeeminstellingen voor de fax (Beheerder) Wanneer de systeeminstellingen voor de fax worden geopend met rechten van de beheerder, verschijnen de onderstaande items. Ook worden de standaardwaarden voor elk item weergegeven. Afhankelijk van de machinespecificaties en geïnstalleerde randapparatuur, is het misschien niet mogelijk bepaalde instellingen te gebruiken.
Pagina 770
SYSTEEMINSTELLINGEN Item Standaard fabrieksinstelling Pagina Detectie Onderscheidend Belsignaal* 7-157 PBX-instelling* Uitgeschakeld 7-157 Instellingen Fax Verzenden 7-158 Verzenden met automatische verkleining instelling Ingeschakeld 7-158 Instelling Verzenden Draaiing Alle ingeschakeld 7-158 Snel On-Line Verzenden Ingeschakeld 7-158 Paginanummer afdrukken bij ontvanger Ingeschakeld 7-158 Instelling Afdrukken Datum/Eigen Nr.
SYSTEEMINSTELLINGEN Instell. afbeelding verzenden Instellingen met betrekking tot de beeldverzendfunctie (scan, Internetfax, enz.) kunnen worden geconfigureerd. Druk op de toets [Instell. afbeelding verzenden] om de instellingen te configureren. Faxinstellingen Fax-Standaardinstellingen U kunt de standaard faxinstellingen configureren om deze aan te passen aan uw werkomgeving. Druk op de toets [Instellingen Beeld Verz], op de toets [Faxinstellingen] en daarna op de toets [Fax-Standaardinstellingen] en configureer de instellingen.
SYSTEEMINSTELLINGEN Instelling Extern Ontvangstnummer Instelling Afdrukken Activiteitenrapport De faxontvangst kan ook geactiveerd worden vanaf een extra telefoon die met de machine verbonden is door Deze instelling wordt gebruikt om het activiteitenrapport een 1-cijferig nummer in te voeren en de toets op het Beeld Verzenden, die is opgeslagen in het geheugen toetsenbord van de telefoon twee keer in te drukken.
SYSTEEMINSTELLINGEN Ruis op de lijn kan leiden tot onduidelijke afbeeldingen. Wanneer u ECM (Error Correction Mode) inschakelt, worden onduidelijke pagina's automatisch opnieuw verzonden. Als u deze instelling wilt activeren, selecteert u het vakje en drukt op [OK]. Deze instelling is standaard ingeschakeld. Als de ontvangende faxmachine Super G3 ondersteunt, zal ECM, ongeacht deze instelling, functioneren.
SYSTEEMINSTELLINGEN Instellingen Fax Verzenden De instellingen voor faxverzending worden gebruikt voor het inschakelen of uitschakelen van bepaalde faxfuncties om deze aan te passen aan uw werkomgeving. Druk op de toets [Instellingen Beeld Verz], op de toets [Faxinstellingen] en daarna op de toets [Instellingen Fax Verzenden] en configureer de instellingen.
SYSTEEMINSTELLINGEN Opnieuw oproepen indien bezet Opnieuw bellen indien communicatiefout Dit programma wordt gebruikt om het aantal belpogingen en ook het interval tussen deze pogingen in Deze instelling bepaalt hoe vaak uw machine te stellen wanneer een verzending mislukt als gevolg automatisch probeert terug te bellen als een van een bezette lijn of een andere reden.
SYSTEEMINSTELLINGEN Instellingen Fax Ontvangen U kunt de instellingen voor faxontvangst in- of uitschakelen om deze aan te passen aan uw werkomgeving. Druk op de toets [Instellingen Beeld Verz], op de toets [Faxinstellingen] en daarna op de toets [Instellingen Fax Ontvangen] en configureer de instellingen.
SYSTEEMINSTELLINGEN Telefoonnummer voor doorsturen A3 RX verkleinen gegevens instellen Dit programma kan alleen geactiveerd worden in Canada en de Filippijnen. Wanneer de machine als gevolg van bijvoorbeeld een Wanneer dit programma is ingeschakeld en er een A3 storing een ontvangen fax niet kan afdrukken, kan de fax (11"...
SYSTEEMINSTELLINGEN Faxuitvoerinstellingen Deze instellingen worden gebruikt om het aantal kopieën en de uitvoerlade te selecteren voor ontvangen faxen. Wanneer een afwerkingseenheid is geïnstalleerd, kan de afwerkingseenheidlade geselecteerd worden als de uitvoerlade en kan nieten worden geselecteerd. Druk op de toets van de gewenste uitvoerlade. Open het aantal kopieën scherm met de toets Voer het aantal af te drukken kopieën in met de cijfertoetsen en druk op de toets [OK].
SYSTEEMINSTELLINGEN Faxnavraagbeveiliging De volgende instellingen zijn bedoeld voor navraaggeheugen via de openbare box. Druk op de toets [Instellingen Beeld Verz], op de toets [Faxinstellingen] en daarna op de toets [Faxnavraagbeveiliging] voor het configureren van de instellingen. NB: deze instellingen zijn niet van toepassing op de F-code navraaggeheugen functie. Druk op de cijfertoetsen voor het Instelling Navraagbeveiliging opslaan van het faxnummer.
HOOFDSTUK 8 HET OPSPOREN VAN FOUTEN In dit gedeelte zijn oplossingen voor mogelijke problemen opgenomen in een vraag- en antwoordindeling. Zoek de vraag die betrekking heeft op uw probleem en benut het antwoord om het probleem op te lossen. Als u een probleem niet kunt oplossen met deze handleiding, neem dan contact op met de dealer of dichtstbijzijnde erkende servicevestiging.
HET OPSPOREN VAN FOUTEN VERWIJDEREN VAN VASTGELOPEN PAPIER In dit gedeelte wordt uitgelegd wat te doen als het papier vastgelopen is in het apparaat. Let op De fuseereenheid is heet. Zorg dat u geen brandwonden oploopt als u probeert Fuser vastgelopen papier te verwijderen.
HET OPSPOREN VAN FOUTEN ILLUSTRATIES VASTGELOPEN PAPIER Indien u meer informatie nodig hebt bij het lezen van de instructies op het toetsenpaneel, zie dan de onderstaande illustraties van vastgelopen papier. Kijk eerst naar onderstaande illustratie en ga dan naar de illustratie (1 tot 10) die past bij uw situatie.
Pagina 783
HET OPSPOREN VAN FOUTEN (3) Papierstoring in de fuseereenheid (6) Papierstoring in de handinvoerlade Draai aan de knop en Verwijder het vastgelopen verwijder het vastgelopen papier. papier. Wanneer de papierstoring (7) Papierstoring in lade 1 tot lade 4 (aan de optreedt in het fuseergebied, druk het groene deel van de zijkant)
HET OPSPOREN VAN FOUTEN (10) Papier vastgelopen in de afwerkeenheid Open de voorplaat. Druk de hendel naar links en schuif de afwerkingeenheid naar links totdat deze niet meer verdergaat. Draai de draaiknop van de rollen in de richting van de pijl om het vastgelopen papier te verwijderen.
HET OPSPOREN VAN FOUTEN VASTGELOPEN NIETJES VERWIJDEREN Volg de onderstaande procedure om vastgelopen nietjes te verwijderen. AFWERKINGEENHEID Open de klep. Druk de hendel naar links en schuif de afwerkingeenheid naar links totdat deze niet meer verdergaat. Schuif de afwerkingeenheid tot tegen de aanslag. Draai de ontgrendelhendel van het nietjesmagazijn omlaag en verwijder het nietjesmagazijn.
Pagina 786
HET OPSPOREN VAN FOUTEN Duw de hendel aan de voorzijde van het nietjesmagazijn omlaag. Plaats het nietjesmagazijn terug. Duw het nietjesmagazijn naar binnen totdat dit vastklikt. Schuif de afwerkingeenheid terug naar rechts. Schuif de afwerkingeenheid terug naar rechts totdat deze op zijn oorspronkelijke plaats vastklikt.
HET OPSPOREN VAN FOUTEN Probleem Wat u moet controleren Oplossing Beeld wordt niet Heeft u de papiergrootte of Kopieer met behulp van automatische papierselectie en gedraaid. kopieerfactor handmatig ingesteld? automatische kopieerfactorselectie. Gebruikt u instellingen waarbij gedraaid Gedraaid kopiëren kan doorgaans wel worden kopiëren niet mogelijk is? gecombineerd met andere speciale instellingen, maar sommige combinaties zijn niet mogelijk.
Pagina 789
HET OPSPOREN VAN FOUTEN PROBLEMEN M.B.T. KOPIEERRESULTATEN Probleem Wat u moet controleren Oplossing De afdruk is te licht of Is de afbeelding is te licht of te donker? Selecteer de correcte belichtingsinstelling voor het te te donker. kopiëren origineel en pas het belichtingsniveau handmatig aan.
Pagina 790
HET OPSPOREN VAN FOUTEN AFDRUKKEN PROBLEMEN M.B.T. HET AFDRUKKEN • Er wordt niet geprint............. . .8-11 •...
Pagina 791
HET OPSPOREN VAN FOUTEN Probleem Wat u moet controleren Oplossing Er wordt niet geprint. Staat het juiste IP-adres geselecteerd? Als het apparaat geen permanent IP-adres heeft (het (Windows) apparaat ontvangt een IP-adres van een DHCP-server) kan er niet worden geprint als het IP-adres verandert. Druk om het IP-adres van het apparaat te controleren de "Lijst Alle Gebruikersinstellingen"...
Pagina 792
HET OPSPOREN VAN FOUTEN Probleem Wat u moet controleren Oplossing Er wordt niet geprint. Is de I/O timeout instelling te kort? Indien de I/O timeout instelling te kort is kunnen er zich fouten voordoen bij het wegschrijven naar de printer. Vraag de systeembeheerder van het apparaat om de correctie tijd in te stellen bij "I/O-Time-Out".
Pagina 793
HET OPSPOREN VAN FOUTEN Probleem Wat u moet controleren Oplossing Het lukt niet om een Is "IPsec-instellingen" ingeschakeld op Wanneer "IPsec-instellingen" is ingeschakeld in de bestand uit een de machine? systeeminstellingen (beheerder), is rechtstreeks gedeelde map op de afdrukken van een bestand uit een gedeelde map niet computer direct af te mogelijk in sommige computeromgevingen.
Pagina 794
HET OPSPOREN VAN FOUTEN Probleem Wat u moet controleren Oplossing Deel van de afbeelding Komt het papierformaat zoals dat is Zorg dat het ingestelde papierformaat overeenkomt met het formaat van het papier in de lade. wordt afgesneden. opgegeven bij de printopdracht overeen U selecteert het papierformaat als volgt: met het papier in de lade? Windows:...
Pagina 795
HET OPSPOREN VAN FOUTEN Probleem Wat u moet controleren Oplossing Er worden veel Verkeert uw computer of het apparaat in Indien er nog maar weinig ruimte is in uw geheugen of nonsenskarakters een onstabiele staat? op de harde schijf van uw computer, of als er veel afgedrukt.
Pagina 796
HET OPSPOREN VAN FOUTEN PROBLEMEN MET BETREKKING TOT HET VERZENDEN • Er vindt geen verzending plaats............8-18 •...
HET OPSPOREN VAN FOUTEN PROBLEMEN MET BETREKKING TOT HET VERZENDEN Probleem Wat u moet controleren Oplossing Er vindt geen Is de telefoonkabel goed aangesloten? Controleer het contact van de telefoonlijn, de verzending plaats. wandcontactdoos en eventuele adaptors om er zeker van te zijn dat alle verbindingen goed zijn aangesloten.
HET OPSPOREN VAN FOUTEN Probleem Wat u moet controleren Oplossing Er vindt geen Geeft het opdrachtstatusscherm Verricht de transactie opnieuw. verzending plaats. (voltooide opdrachten) of het Als de verzending na het terugbellen - zoals ingesteld in transactierapport aan dat de verzending "Opnieuw oproepen indien bezet"...
HET OPSPOREN VAN FOUTEN Probleem Wat u moet controleren Oplossing Verzending begint niet Is de klok van de machine op de juiste Stel de klok van de machine op de juiste tijd in. ➞ Systeeminstellingen > "Standaard-instellingen" > op het aangegeven tijd ingesteld? tijdstip.
HET OPSPOREN VAN FOUTEN Probleem Wat u moet controleren Oplossing De machine begint Is de ontvangstfunctie ingesteld op Wanneer de ontvangstfunctie is ingesteld op niet met de "Handmatige ontvangst" in de systeem "Handmatige ontvangst", zal de machine niet faxontvangst. instellingen (beheerder)? automatisch faxen ontvangen.
HET OPSPOREN VAN FOUTEN PROBLEMEN IN VERBAND MET AFZONDERLIJKE ONE-TOUCH-TOETSEN / GROEPTOETSEN Probleem Wat u moet controleren Oplossing Een afzonderlijke Is het maximaal aantal toetsen al Wis de one-touch-toetsen en groeptoetsen die niet one-touch-toets of een opgeslagen? worden gebruikt groeptoets kan niet Zijn er functies die door de beheerder Sommige functies kunnen gedeactiveerd zijn in de worden opgeslagen.
HET OPSPOREN VAN FOUTEN SCANNEN / INTERNETFAX PROBLEMEN MET BETREKKING TOT SCANNEN / INTERNETFAXWERKING • Er vindt geen verzending plaats............8-23 •...
HET OPSPOREN VAN FOUTEN Probleem Wat u moet controleren Oplossing Er wordt niet Overschrijdt het beeldbestand de limiet Als de beheerder een limiet heeft ingesteld voor de verzonden. voor e-mailbijlagen in de grootte van te verzenden bestanden, kunt u een systeeminstellingen bestand groter dan de limiet niet verzenden.
HET OPSPOREN VAN FOUTEN Probleem Wat u moet controleren Oplossing Het ontvangen Ondersteunt het viewerprogramma van Mogelijk kan de ontvanger het bestand wel openen als u beeldbestand kan niet de ontvanger de bestandsindeling van het bestandstype en de compressiemodus aanpast voor worden geopend.
HET OPSPOREN VAN FOUTEN PROBLEMEN M.B.T. SCANRESULTATEN Probleem Wat u moet controleren Oplossing Het gescande beeld is Is de grootte van de scansetting kleiner Stel de scangrootte in op de grootte van het origineel. afgesneden. dan het origineel? Heeft u opzettelijk een kleinere omvang ingesteld dan de oorspronkelijke grootte zorg dan voor zeer precieze plaatsing van het origineel voor het scannen.
HET OPSPOREN VAN FOUTEN Probleem Wat u moet controleren Oplossing De indicator van toets Zijn internetfax of faxbestemmingen Als internetfax- of faxbestemmingen zijn opgenomen in [KLEUREN STAR] opgenomen? de bestemmingen kunt u alleen de toets [ZWART/WIT brandt niet. START] gebruiken. Het bestand was Heeft u op de [ZWART/WIT START] Wanneer [JPEG] is geselecteerd als bestandstype en...
HET OPSPOREN VAN FOUTEN PROBLEMEN IN VERBAND MET AFZONDERLIJKE ONE-TOUCH-TOETSEN / GROEPTOETSEN Probleem Wat u moet controleren Oplossing Een afzonderlijke Is het maximaal aantal toetsen al Wis de one-touch-toetsen en groeptoetsen die niet one-touch-toets of een opgeslagen? worden gebruikt groeptoets kan niet Zijn er functies die door de beheerder Sommige functies kunnen gedeactiveerd zijn in de worden opgeslagen.
Pagina 808
HET OPSPOREN VAN FOUTEN DOCUMENTOPSLAG PROBLEMEN M.B.T. ARCHIVEREN • Er vindt geen documentopslag plaats..........8-29 •...
Pagina 809
HET OPSPOREN VAN FOUTEN Probleem Wat u moet controleren Oplossing Een opdracht kan niet Verschijnen er aangepaste mappen in Klik op de [Mapnaam opvragen] knop in het documentopslagscherm van de printerdriver om de wordt opgeslagen in "Mapinformatie"? aangepaste mappen op te halen die op het apparaat een aangepaste map.
HET OPSPOREN VAN FOUTEN ALGEMENE PROBLEMEN PROBLEMEN M.B.T. DE BEDIENING VAN DE MACHINE • Gespecificeerde apparaatfuncties kunt u niet gebruiken........8-32 •...
HET OPSPOREN VAN FOUTEN PROBLEMEN M.B.T. DE BEDIENING VAN DE MACHINE Probleem Wat u moet controleren Oplossing Gespecificeerde Zijn er functies die door de beheerder Sommige functies kunnen gedeactiveerd zijn in de apparaatfuncties kunt gedeactiveerd zijn? systeeminstellingen (systeembeheerder). Controleer bij u niet gebruiken.
HET OPSPOREN VAN FOUTEN Probleem Wat u moet controleren Oplossing Het bedieningspaneel Verschijnt de melding "Bel Controleer of de LIJN-indicator niet brandt en de DATA indicator niet knippert of brandt en schakel vervolgens kan niet worden servicedienst. Code:xx-xx*." in het de toets [AAN] ( ) en de hoofdschakelaar uit.
Waaier het papier goed uit voordat u het plaatst. tegelijk ingevoerd? Gebruikt u papier dat niet aan de Gebruik door SHARP aanbevolen papier. Het gebruik specificaties voldoet? van papier dat niet wordt aanbevolen kan leiden tot vastlopen, kreukelen of vlekken.
HET OPSPOREN VAN FOUTEN Probleem Wat u moet controleren Oplossing Het papier loopt vast. Is er A5 (5-1/2" x 8-1/2") papier Laad papier van A5-formaat (5-1/2" x 8-1/2") in lade 1 geladen? (de tweede lade) of in de handinvoerlade. Als u papier van A5-formaat (5-1/2" x 8-1/2") in de machine laadt, leg het dan in horizontale richting (A5R (5-1/2"...
Wat u moet controleren Oplossing Vlekken op de print. Gebruikt u papier dat niet aan de Gebruik door SHARP aanbevolen papier. Het gebruik specificaties voldoet? van papier voor andere modellen of speciaal papier dat niet wordt aanbevolen kan leiden tot vastlopen, kreuken of vlekken.
HET OPSPOREN VAN FOUTEN Probleem Wat u moet controleren Oplossing Er wordt op de Is het papier geladen met de bedrukte • Lade 1 tot 4: Plaats het papier met de voorzijde omhoog*. verkeerde zijde van kant in de verkeerde richting? het papier afgedrukt.
HET OPSPOREN VAN FOUTEN Probleem Wat u moet controleren Oplossing Er wordt niet geniet. Verschijnt er een melding die u vraagt Vervang de nietjescartridge. Vergeet de nietcassette niet te vervangen. om nietjes toe te voegen? ☞ "VASTGELOPEN NIETJES VERWIJDEREN" (pagina 8-6) Zit tussen een stapel ook papier van Nieten is niet mogelijk bij verschillende papierbreedtes.
HET OPSPOREN VAN FOUTEN Probleem Wat u moet controleren Oplossing Er wordt niet Zijn er functies die door de beheerder Sommige functies kunnen gedeactiveerd zijn in de systeeminstellingen (beheerder). Controleer bij uw geperforeerd. gedeactiveerd zijn? systeembeheerder. De nietpositie of Staat de nietpositie correct ingesteld? Controleer de instelling van de nietpositie.
Pagina 819
Bedieningshandleiding MODEL: MX-2301N MX-2301N-NL-Z1...