8 - Indicator buitentemperatuur (°C of °F).
De weergegeven temperatuur komt overeen
met de aan de voorzijde van het voertuig
gemeten temperatuur.
Het "ijzelgevaar" symbool
wordt weergegeven zodra de
buitentemperatuur minder dan 3°C
bedraagt.
9 - Dagteller
• De dagteller geeft een aantal, gedurende een
bepaalde periode afgelegde kilometers weer
en registreert ook deze informatie.
De dagteller van het voertuig blijft
geregistreerd zelfs bij ontkoppelde accu.
• Reset van de dagteller:
- Zet de dagteller op nul door de knoppen
"SELECT" en "EXIT" samen ingedrukt te
houden gedurende 3 seconden.
10
Indicator gemiddeld verbruik.
-
• Het verklikkerlampje van het gemiddelde
verbruik geeft het brandstofverbruik weer
sinds de laatste reset van de dagteller.
11
Indicator autonomie.
-
• Het aantal kilometers dat kan worden
afgelegd met de resterende brandstof in de
tank (naar gelang het gemiddelde verbruik
van de laatste afgelegde kilometers).
Dit cijfer kan variëren na een wijziging
in rijstijl of in reliëf, waardoor
het huidige verbruik aanzienlijk kan
wijzigen.
12
Onderhoudsindicator.
-
• Bij inschakeling geeft het scherm het
resterende aantal kilometers vóór het
onderhoud van het voertuig weer.
• Als het aantal kilometers tot het onderhoud
nul bedraagt, wordt het onderhoudssymbool
op het scherm weergegeven.
Periodiciteit onderhoud (Standaardwaarde)
10000 km
Deze frequentie omvat niet het eerste
bezoek van de 1000 km en betreft het
normale onderhoud.
Raadpleeg het onderhoudsboekje voor
een grotere onderhoudsbeurt.
• Op nul zetten van de onderhoudsteller:
- (Zie
hoofdstuk: Menu "Personalisering -
configuratie" pagina 15 ).
Het wordt aangeraden naar een
erkende distributeur te gaan om
onderhoud aan het voertuig uit te
voeren.
13
Kilometerteller.
-
• De kilometerteller geeft het totale aantal door
het voertuig afgelegde kilometers weer en
registreert deze informatie tevens. De totale
kilometerstand van het voertuig blijft in het
geheugen geregistreerd bij ontkoppelde accu.
Menu "Personalisering - configuratie"
Dit menu biedt toegang tot de volgende instellingen:
• Personalisering van het dashboard.
• Keuze van de taal.
• Afstelling van de datum en de tijd.
• Reset van de dagteller.
• Keuze van de meeteenheden.
• Achtergrondverlichting.
Schakel het contact in en houd de
bediening "EXIT" 2 seconden ingedrukt om het
menu te openen.
De handelingen kunnen alleen worden
uitgevoerd wanneer het voertuig is gestopt.
15/46